Rechtszaak Chemours
Dordrecht, Papendrecht, Sliedrecht en Molenlanden hebben Chemours en DuPont aansprakelijk gesteld voor de schade en gevolgen van hun jarenlange uitstoot van PFOA en GenX. De rechter heeft op 27 september in een tussenvonnis geoordeeld dat zij dat inderdaad zijn. DuPont/Chemours is bovendien verantwoordelijk voor het opruimen van de verontreiniging. Een belangrijke uitspraak! Lees hier alles over de rechtszaak.
Chemours en haar rechtsvoorgangers hebben in hun productie tot 2012 de stof PFOA en sinds 2012 GenX-stoffen (FRD-902, FRD-903 en E1) gebruikt en uitgestoten. Deze stoffen, die horen bij de groep PFAS-verbindingen, breken niet of nauwelijks af in het milieu en kunnen schadelijke effecten hebben voor de mens. Uit diverse bodemonderzoeken in de regio blijkt dat de omgeving van de bedrijven verontreinigd is geraakt door de uitstoot van PFOA en GenX-stoffen. Dat leidt tot forse financiële schade. Uitgifte en hergebruik van grond is veel moeilijker doordat er PFAS in zit. Projecten zijn vertraagd. We hebben een apart gronddepot moeten inrichten voor de opslag van grond die door PFOA verontreiniging vooralsnog onbruikbaar is. Deze lijst is zeker niet uitputtend, er komen regelmatig schadeposten bij. Dit gaat ten koste van gemeenschapsgeld. Daar moet niet de gemeenschap voor opdraaien, maar de veroorzaker. Dat geldt ook voor het schoonmaken en/of saneren van verontreinigde percelen. De uitstoot heeft bovendien maatschappelijke onrust veroorzaakt onder inwoners van de gemeenten.
In 2018 hebben de gemeenten Dordrecht, Papendrecht, Sliedrecht en Molenlanden zowel DuPont als Chemours aansprakelijk gesteld voor de schade die is ontstaan en mogelijk nog ontstaat als gevolg van de uitstoot van deze PFAS. Beide bedrijven hebben de aansprakelijkheid afgewezen. Daarom zijn de gemeenten een dagvaardingsprocedure gestart. Advocatenkantoor Pels Rijcken treedt daarin namens de gemeenten op. De dagvaarding is betekend aan Chemours Netherlands B.V., Du Pont de Nemours (Nederland) B.V. en Corteva Holding Netherlands 2 B.V. Die laatste omdat niet is uitgesloten dat (een deel van) de aansprakelijkheid voor de uitstoot van PFOA en GenX-stoffen bij deze holding ligt.
De dagvaarding betreft een civielrechtelijke procedure met als grondslag onder meer de risicoaansprakelijkheid voor gevaarlijke stoffen (artikel 6:175 BW) en onrechtmatige daad (artikel 6:162 BW). Met de dagvaarding vroegen de gemeenten de rechter vast te stellen dat Chemours/Du Pont onrechtmatig hebben gehandeld. De bedrijven wisten van de milieu- en gezondheidsrisico's van PFOA en GenX-stoffen. Toch hebben zij daarvoor niet gewaarschuwd en dit onvoldoende aangegeven bij onder andere het aanvragen van vergunningen. Ook hebben Chemours/DuPont, ondanks deze kennis, te weinig gedaan om de gevolgen van de uitstoot te voorkomen. Daarnaast toont de dagvaarding aan dat de PFAS-verontreinigingen in de gemeenten en de daaruit volgende schade zijn veroorzaakt door de uitstoot door Chemours/DuPont.
Pels Rijcken heeft de vorderingen onderbouwd met onder meer historische data, vergunningsaanvragen, onderzoeksrapporten uit Nederland en de Verenigde Staten, communicatie tussen het Amerikaanse hoofdkantoor van Du Pont en de directie in Dordrecht en uitspraken in de Verenigde Staten met betrekking tot de aansprakelijkheid van Chemours/DuPont.
Uitspraak rechter
Op 27 september 2023 heeft de rechter een tussenvonnis uitgesproken. Daarin oordeelt de rechter dat Dupont/Chemours aansprakelijk is voor de vervuiling die zij heeft veroorzaakt door de uitstoot van PFOA en GenX. Ook oordeelt de rechter dat de bedrijven onrechtmatig hebben gehandeld in de periode 1984-1998. Zij hadden toen meer informatie over de (gevaren van de) stof PFOA, maar hebben dat verzwegen voor de vergunningverlener provincie Zuid-Holland en de omliggende gemeenten.
Met deze uitspraak wordt duidelijk dat ook de rechter vindt dat de vervuiler verantwoordelijk is voor het opruimen van de vervuiling in de omgeving. De vier gemeenten roepen DuPont/Chemours opnieuw en krachtiger dan ooit op die verantwoordelijkheid te nemen.
Deze uitspraak biedt bovendien een fundament voor inwoners, bedrijven, overheden en instellingen die schade hebben geleden of lijden door PFOA en/of GenX-stoffen. Wij vinden het als lokale overheden heel belangrijk dat we hen deze basis kunnen bieden met deze uitspraak.
Dit is voor de gemeenten stap 1. Met deze uitspraak ligt de weg voor een eventuele schadestellingsprocedure open. Wij gaan nu die schade verder concreet becijferen en voorbereiden.
Het is een tussenvonnis. Op onderdelen kon de rechter nog geen oordeel vellen. Zo vraagt de rechtbank over de periode 1998 tot 2012 om meer informatie aan de partijen. Dit geldt ook voor de uitstoot van GenX vanaf 2012 tot nu. Met dat verzoek gaan we aan de slag. De definitieve uitspraak volgt waarschijnlijk begin 2024.
Deze zaak loopt al enige tijd. Dit zijn de belangrijkste stappen met alle documenten:
- De dagvaardingsprocedure is gestart in april 2021. Download hier de volledige dagvaarding (pdf).
- Eerst heeft de rechter geoordeeld in een eerste tussenvonnis dat de vorderingen van de gemeenten op Chemours c.s. niet zijn verjaard. En dat de gemeenten naast Chemours ook DuPont aansprakelijk mogen stellen. De bedrijven betwistten dat. De gemeenten hebben na dit tussenvonnis een aantal weken de tijd gekregen om hun reactie te geven op het verweer dat Chemours/DuPont heeft gevoerd op de dagvaarding van de gemeenten. Dat heet een conclusie van repliek. Download hier het eerste tussenvonnis (pdf) van de rechter en de conclusie van repliek (pdf).Ook hebben de gemeenten beslist hun vordering aan te passen (zie de akte wijziging van eis (pdf)).
- De inhoudelijke behandeling vond plaats op 14 maart 2023. Daar werd de zaak inhoudelijk besproken. Hier vindt u de pleitnota van de gemeenten (pdf)
- De rechter heeft op 27 september 2023 een tussenvonnis uitgesproken. Hier vindt u het tussenvonnis (pdf).
"Dit is een unieke, maar helaas noodzakelijke stap. Wij komen op voor een gezonde leefomgeving voor onze inwoners. De gevolgen van de uitstoot zijn evident, zowel financieel als maatschappelijk. Er is jarenlang enorm hard gewerkt om dit dossier op te bouwen. Ons standpunt is helder: de verantwoordelijkheid van een bedrijf blijft niet beperkt tot de voorschriften in een vergunning. Dit geldt temeer als binnen het bedrijf veel meer kennis aanwezig is van (het effect van) verontreinigende stoffen dan kenbaar is gemaakt door dit bedrijf. We voelen ons zeer gesterkt door het tussenvonnis van de rechter. Die heeft geoordeeld dat de bedrijven verantwoordelijk zijn voor de vervuiling en aansprakelijk zijn voor de schade en het opruimen ervan. Dat is niet alleen voor ons als gemeenten belangrijk, maar bijvoorbeeld ook voor inwoners en anderen die schade hebben geleden of lijden door PFOA en/of GenX-stoffen. Wij vinden het als lokale overheden heel belangrijk dat we hen een fundament bieden met deze uitspraak. En natuurlijk onderstreept dit oordeel eens te meer dat de uitstoot van PFAS moet stoppen. Wij blijven, net als de actiegroepen in onze regio, strijden voor nul uit de pijp en een verbod op het gebruik van PFAS wereldwijd."