Verslagen Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit

De verslagen met de adviezen van de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit (voorheen Welstands- en monumentencommissie).

Bekijk de actuele verslagen

U vindt hier de laatste verslagen. Oudere verslagen kunt u opzoeken in het webarchief 

of opvragen via secretariaatwmc@dordrecht.nl.

Grote commissie ​​​​​​| Verslag 28 juli 2025

Aanvang:         13.30 u. – 18.15 u.

Locatie:           Stadskantoor, vergaderkamer 1

Aanwezig:       Dhr. S. van der Spuij (plv. voorzitter), dhr. J. Baijense, mevr. A. Riel, mevr. A. Kruisinga, mevr. V. Herzberg, dhr. D. Smit (secretaris)

Afwezig:          Mevr. E. Marcusse

1. Admiraalsplein / Van Kinsbergenstraat

  • Omschrijving: Nieuwbouw van appartementen en studio's (uitbreiding wooncomplex)
  • Architect: AGNova
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Wijken na 1990
  • Welstandsniveau: Regulier

De architect licht het plan toe. In de nu voorgelegde verdere uitwerking van het plan heeft met name het maken van geluidluwe (buiten)ruimten impact gehad op het beeld. Ter plaatse van de balkons worden geluidwerende plafonds toegepast. Deze liggen achter de gevellijn en krijgen dezelfde kleur als de kozijnen. De balkonhekwerken zullen niet worden uitgevoerd als lamellenhekwerken, maar als glazen balustrades. Ter plaatse van de entree aan de Van Kinsbergenstraat wordt de gevelband in stucwerk uitgevoerd (niet in beton zoals de balkonranden van de nieuwbouw); dit zal het bestaande beeld waarop wordt aangesloten benaderen. Zaken als noodoverstorten en verlichtingsarmaturen zijn ingepast in het ontwerp. De te treffen natuurinclusieve maatregelen (nestkasten, groen dak, in samenhang met de inrichting van het hof) zijn nog niet ingetekend.

Advies commissie

De commissie heeft het plan op 17 maart 2025 als vooroverleg beoordeeld. Met de ten tijde van het vooroverleg voorgestelde baksteen en voegkleur was de commissie akkoord. De commissie vroeg om nog naar het toe te passen metselwerkverband te kijken, vroeg nadrukkelijk aandacht voor een goede uitvoering van het metselwerk, en vroeg om goed zorg te dragen voor de kwaliteit van de steen (hardheid, wateropname).

Het plan wordt nu als aanvraag ter beoordeling voorgelegd. De commissie stelt vast dat zij een tekeningenset ter beoordeling voorgelegd heeft gekregen, die afwijkt van hetgeen de architect in de presentatie laat zien. Het in de presentatie getoonde beeld is goed voorstelbaar.

De commissie is positief over het plan. Het is een kwalitatief hoogwaardig plan, en het plan is consequent verder uitgewerkt. De commissie heeft waardering voor de( tijdens de vergadering in de presentatie getoonde) inpassing in het ontwerp van geluidwerende voorzieningen. Het kleur- en materiaalgebruik is akkoord. Aandacht wordt gevraagd voor het in overleg met de stedenbouwkundige vaststellen van de (inrichting van de) overgangen openbaar-privé rondom het gebouw.

De commissie adviseert positief, met als voorwaarde het ter beoordeling voorleggen van de nadere uitwerking van de te treffen natuurinclusieve maatregelen, en de inpassing daarvan in het plan. De commissie geeft als aanbevelingen mee om de te treffen natuurinclusieve maatregelen goed aan te laten sluiten op de inrichting van het hof, en om natuurinclusieve maatregelen te treffen met de grootst mogelijke meerwaarde. De commissie verwijst in dit verband naar het Handboek Natuurinclusief Bouwen van de gemeente. Bij voorkeur worden de te treffen maatregelen, en de onderlinge samenhang daarvan, opgenomen in een overzichtelijk documentje.

Positief met voorwaarde

2. Dordts Buiten kavel H04

  • Omschrijving: woning
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies commissie
De commissie is van mening dat het plan niet in strijd is met redelijke eisen van welstand.

Evenwel had het ontwerp had meer gericht kunnen worden op de eigenschappen van de omgeving, op de hoeksituering van de kavel en op de vorm van de kavel. Hierdoor had in het ontwerp meer architectonische kwaliteit kunnen worden bereikt.

Ten aanzien van de verder uitwerking benoemt de commissie een aantal aandachtspunten. Aandacht voor de aansluiting van de houten gevel op het maaiveld, gelet op de esthetische duurzaamheid van de houten gevelbekleding. De overgang metselwerk-houten gevel (overhoeks) is een mooie plek om in de hoek de hwa te situeren, maar deze zit nu op het metselwerk. Aandacht voor de logica van het gevelontwerp: gevelopeningen steken door de gemetselde plint heen, maar zijn overwegend niet te openen. Is het niet wenselijk om hier meer te openen gevelopeningen te maken? De gevel ter plaatse van de voordeur is nu geheel gesloten. Is het niet wenselijk om hier een gevelopening te maken? De commissie vraagt aandacht voor het in de architectuur integreren van permanente natuurinclusieve maatregelen (nestkasten achter de gevelbekleding situeren, in de goot, in de dakpan). De commissie verwijst in dit verband naar het Handboek Natuurinclusief Bouwen van de gemeente. Daarnaast vraagt de commissie aandacht voor het in het ontwerp integreren van zaken als doorvoeren, installaties, zonnepanelen, zonwering, etc.

De commissie adviseert positief op het plan en het kan, verder uitgewerkt en met inachtneming van de gemaakt opmerkingen, als aanvraag worden ingediend.

Positief, met opmerkingen

3. Ruys de Beerenbrouckweg 1-95

  • Omschrijving: het uitvoeren van renovatiewerkzaamheden
  • Architect: KAW
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stempelwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies commissie

De commissie heeft in 2024 de eerste fase van dit renovatieproject beoordeeld (Nolensweg, Aalbersestraat, Ruys de Beerenbrouckweg). Uit de stukken blijkt dat de nu ter beoordeling voorliggende aanvraag hierop zal aansluiten. De commissie adviseert positief over het plan.

De commissie vraagt aandacht voor het treffen van natuurinclusieve maatregelen, en verwijst in dit verband naar het Handboek Natuurinclusief Bouwen van de gemeente. Ook kan er contact worden opgenomen met de stadsecoloog.

Positief


4. Wielddrechtse Zeedijk 42

  • Omschrijving: woning
  • Architect: Symbiose
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Dijklinten
  • Welstandsniveau: Regulier

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond, en licht de achtergrond van de wijziging toe. Het is de wens om op het terrein nog een schuur te realiseren.

Advies commissie

Op 20 januari 2025 heeft de commissie het plan als aanvraag beoordeeld. De commissie gaf aan dat het voorgestelde volume past binnen de hier geldende stedenbouwkundige en planologische kaders. Naar aanleiding van de eerdere adviezen van de commissie is het plan aangepast en verder uitgewerkt. De commissie gaf op 20 januari 2025 aan dat, omdat in het ontwerp wordt aangesloten op karakteristieke kenmerken van bebouwing aan dijken, het plan past binnen de hier geldende welstandscriteria. De getoonde bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik (baksteen, dakpan, kleurgebruik) was akkoord. De commissie adviseerde op 20 januari 2025 positief, met als aanbeveling om het platte vlak bovenaan de dijk zo beperkt mogelijk te houden. Dit omdat het ‘uitvlakken’ van een dijktalud onwenselijk is.

De aanvraag is sindsdien gewijzigd. Voorgesteld wordt om de woning op een andere plek op de kavel te bouwen. Het op de voorgestelde plek situeren van het vergunde woningontwerp is voorstelbaar. De invulling/inrichting van de rest van de kavel blijkt niet uit de nu voorgelegde stukken. De commissie verondersteld daarom (naast de eerder beoordeelde oprit) een verder leeg kavel, en eventuele bebouwing zal moeten worden aangevraagd. Kenmerkend voor het dijklint is het enigszins informele karakter daarvan. Het wellicht behouden van een leuke oude schuur zou daaraan bijdragen. De commissie herhaalt de aanbeveling om het platte vlak bovenaan de dijk zo beperkt mogelijk te houden. Dit omdat het ‘uitvlakken’ van een dijktalud onwenselijk is.

De commissie merkt op dat de eerder beoordeelde te treffen natuurinclusieve maatregelen nu niet op de stukken worden aangegeven. Het plan is akkoord, mits (voorwaarde) de te treffen natuurinclusieve maatregelen worden uitgevoerd.

Positief met voorwaarde en aanbeveling


5. Nieuwe Haven 45 RM (SH)

  • Omschrijving: Realisatie aanbouw en interne wijzigingen
  • Architect: Lugten Malschaert Architecten
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het realiseren van een substantiële tweelaagse aanbouw en een garage aan de achterzijde van het monument betreft. Om de aanbouw op de begane grond en verdieping te verbinden met het monument worden ook intern enkele wijzigingen voorgesteld, zoals de realisatie van een lift.

De voorgestelde nieuwe aanbouw heeft een substantiële massa ten opzichte van het monument. De dubbele bouwlaag is dermate fors dat deze aan de achterzijde qua bouwhoogte bijna even hoog wordt als de achterzijde van het monument. Wel merkt het vakteam op dat er aan deze zijde eveneens forse bebouwing aanwezig is van het buurpand links (tweelaags met kap) waarop aangesloten worden. De Welstandsnota stelt dat maat en schaal moet passen binnen de context. Bij een monument betekent dit geregeld dat nieuwe bouwvolumes onderschikt moeten blijven aan het monument. Het vakteam is niet van mening dat daar nog echt sprake van is in de voorgenomen situatie, maar denkt wel dat een dergelijk volume ingepast zou kunnen worden op deze voorgenomen locatie, mede gelet op de bouwmassa en blinde gevel van het buurpand.

In de impressiebeelden is zichtbaar dat de aanbouw minimalistisch wordt gedetailleerd in een staalconstructie met vliesgevels. Het dak wordt losgehouden van het monument met een lichtstraat en de bouwhoogte blijft onder dat van het platte dak van het monument. Het vakteam ziet hierin een haalbaar volume, maar daagt de architect uit om het volume daadwerkelijk als visueel losstaand te ontwerpen en om de achtergevel van het monument zoveel als mogelijk intact en visueel waarneembaar te houden.

Naast het volume van de extensie wordt ook voorgesteld een garage toe te voegen. Daarmee wordt het perceel verder volgebouwd en de – vermoedelijk hoog monumentale – tuinmuur aangetast. Het plan zou aan kwaliteit winnen door het volume van de garage te laten vervallen. Dit geeft de extensie meer lucht en zorgt ervoor dat het groene karakter van de tuin beter behouden kan blijven. Juist dit soort onbebouwde groene achtertuinen in het Rijksbeschermde stadsgezicht zijn belangrijk voor de leefbaarheid van mens en dier, en vertellen ook iets over de historische groei en het gebruik van de stad. Mocht een autoparkeerplaats noodzakelijk zijn, dan dient nader onderzoek uitgevoerd te worden naar de monumentale waarde van de tuinmuur. Het verdient de voorkeur om deze muur vanuit de Hoge Nieuwstraat intact te houden, zeker ook omdat er anders weinig van overblijft. Ook een inrit heeft zodoende niet de voorkeur.

Ook inpandig wordt het nodige gewijzigd. Zo wordt onder andere voorgesteld om een lift te realiseren. Hoewel de voorgestelde locatie kansrijk is en de aantastingen aan het monument vermoedelijk te overzien zijn, vraagt het vakteam zich wel af of dergelijke voorzieningen niet in de aanbouw opgenomen kunnen worden. Hier wordt immers niet voor niets een dubbelhoog bouwvolume met nieuwe trap gerealiseerd, het zou dan ook een logische keuze zijn om hier eveneens de lift te realiseren zodat het monument niet aangetast hoeft te worden.

Op de verdiepingen worden een aantal interne wijzigingen voorgesteld zoals het maken van een deuropening ten behoeve van een inloopkast (vermoedelijk), het plaatsen van een deur in de gang, het verwijderen van een binnenmuur, het vergroten van een badkamer, etc. Tezamen vormen dit toch een behoorlijk aantal ingrepen die niet altijd voldoende rekening houden met de monumentwaarden. Gevraagd wordt om nog eens goed naar de waarderingstekeningen te kijken en om te komen tot een betere afstemming van nut en noodzaak.

In het algemeen concludeert het vakteam dat een goede eerste aanzet is gedaan tot het realiseren van een aanbouw en enkele inpandige wijzigingen. De voorgestelde aanbouw is kansrijk, maar er liggen kansen om deze verder uit te ontwerpen als visueel losstaand, zodat de aantasting aan het monument – zowel visueel als fysiek – beperkt blijft. Het vakteam vindt de garage minder kansrijk, enerzijds omdat deze afbreuk doet aan de nieuwe extensie en anderzijds omdat de bebouwingsdichtheid dan wel erg fors wordt. Het vakteam adviseert dan ook om de garage te laten vervallen zodat dit het ontwerp en de omliggende bebouwing letterlijk 'lucht' geeft. Ook een inrit vindt het vakteam niet kansrijk, maar om deze mogelijkheid überhaupt te onderzoeken dient eerst inzicht gegeven te worden in de monumentwaarden van de tuinmuur. Intern in het monument dient goed nagedacht te worden over de nut en noodzaak van ingrepen, hier is een optimalisatie noodzakelijk. Daarnaast wordt gevraagd om de lift in de nieuwe extensie te integreren zodat het monument verder wordt ontlast. 

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond. De architect licht toe dat het oorspronkelijk twee panden waren; de centrale gang is daar het restant van. De bestaande trap is zeer steil. In plaats van het vervangen van die trap, wordt er in de aanbouw een nieuwe trap gemaakt. In het monument wordt, in verband met de toekomstbestendigheid van de woning, een lift gemaakt. Daarnaast wordt voorgesteld om de berging te vergroten tot garage. Ter plaatse van de aansluiting van de aanbouw op het monument komt een glasstrook.

Advies commissie

De commissie is positief over het ontwerp en over hier maken van een aanbouw. De commissie heeft waardering voor de compositie en het volume van de aanbouw, voor het materiaalgebruik (zoals de fraaie kozijnprofielen) en voor de inpassing van groen in het ontwerp van de aanbouw. Uit het bouwhistorisch rapport blijkt dat het monument gefaseerd tot stand is gekomen, en met dit plan wordt daar weer een nieuwe tijdslaag aan toegevoegd.

De eveneens voorgestelde garage is niet denkbaar. Dit is een te zwaar programma voor dit in beschermd stadsgezicht gesitueerde tuingebied. Het is ook niet wenselijk om in de tuinmuur (een monumentale muur met muurankers) een dergelijke grote doorgang te maken.

De aanpassingen in het interieur van het monument lijken redelijk beperkt te zijn. De commissie vraagt desalniettemin om nog eens goed te bekijken of en zo ja welke ingrepen in het monument noodzakelijk zijn, dan wel de plattegrond te accepteren zoals die is. De commissie geeft de aanbeveling mee om de lift in te passen in de aanbouw.

De commissie vraagt om nog eens naar het ontwerp van het dakranddetail te kijken. Dit lijkt op twee gedachten te hinken. Wellicht is één gebaar sterker dan een dubbele dakrand zoals voorgesteld. De commissie vraagt aandacht voor de exacte kleurkeuze gelet op de esthetische duurzaamheid van de voorgestelde lichte kleur (vervuiling). De dichte wand ter plaatse van de aansluiting op de garage is erg hoog. Het is beter om deze wand te laten vervallen, of in ieder geval lager uit voeren.

De commissie is blij met het groendak, en het is mooi dat er groen terugkomt. De commissie vraagt aandacht voor de verdere invulling van de te treffen natuurinclusieve maatregelen. De commissie verwijst in dit verband naar het Handboek Natuurinclusief Bouwen van de gemeente. In het bijzonder noemde de commissie de samenhang tussen de te treffen maatregelen (het maken van ‘stepping stones’)

De commissie ziet het plan graag in een volgende vergadering verder uitgewerkt als aanvraag terug, mits de garage komt te vervallen.

Positief (m.u.v. garage)


6. Voorstraat 258 GM BS (SH)

  • Omschrijving: wijziging bouwplan herontwikkeling V&D locatie
  • Architect: TconcepT
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat er in 2023 een omgevingsvergunning is verleend voor de renovatie en nieuwbouw op de V&D-locatie. In 2024 is er een wijzigingsvergunning verleend, die te maken had met de entree en de traforuimte. Nu is er een wijzigingsvergunning ingediend voor vier onderdelen:

-Wijziging vluchttrap binnengebied

-Aanpassen warmte- en koudeopwekking transformatiedeel

-Aanpassing draairichting entreedeuren Voorstraat / Scheffersplein

-Opnemen van een optionele reinwaterkelder in het binnenterrein

Het vakteam is akkoord met de voorgestelde planwijzigingen. Voldoende is aangetoond dat de groter(e) installaties op het dak visueel niet zichtbaar zullen zijn vanaf de Groenmarkt-zijde.

De aanvrager en de architect hebben de vergadering bijgewoond. De aanvrager geeft aan dat een behuizing om de installaties niet nodig is, maar hier nog wel over te twijfelen. De architect geeft aan dat de vormgeving van de trap past bij de vormgeving van het binnengebied.

Advies commissie

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed en adviseert positief op de voorgestelde aanpassingen. Als aanbeveling geeft de commissie mee om de installaties in te pakken met een behuizing gelet op het zicht op de installaties vanuit de omringende bebouwing.

Positief met aanbeveling
 

7. Visstraat 50 GM (SH)

  • Omschrijving: Transformatie tot winkel- en appartementencomplex
  • Architect: MCK architectuur
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan naar aanleiding van de eerder door de commissie gemaakte opmerkingen is aangepast / aangevuld. De belangrijkste opmerkingen tijdens de vorige behandeling richtten zich op de voorgevel (beplating; glas-in-lood; reclame; etc.), de uitwerking van de rode loper, uitwerking van het groenplan en de spanten. Het vakteam is van mening dat er een heel overtuigend plan voorligt, en dat het plan naar aanleiding van de gemaakte opmerkingen – hoewel slechts op hoofdlijnen – uitgewerkt is.

Voorgevel

In de voorgevel boven de nieuwe winkelpui werd eerder voorgesteld om aluminium ribben toe te passen. Het vakteam begreep deze keuze niet en de commissie gaf aan dat een traditioneel materiaalgebruik wellicht het best passend is. Voorgesteld worden nu drie opties van vezelcementplaten met/of zonder textuur en de eerder gepresenteerde aluminium ribben. Het vakteam ziet hierin geen passende oplossingen voor het monument, immers staat het teveel af van het historische materiaalgebruik, en ziet eigenlijk alleen een afwerking met een beplating van travertijn als haalbaar. Verzocht wordt de stukken hierop aan te passen en het materiaal in de uitvoering te bemonsteren op kleur en textuur, eventueel ter beoordeling voor het vakteam (voorwaarde).

Gevraagd is naar de omgang met het glas-in-lood. Aangegeven wordt dat de lichtdoorlatendheid nu niet te bepalen valt, maar dat in de daglichtberekeningen rekening is gehouden met een verminderde daglichttoetreding. Betekent dit dat het glas-in-lood onveranderd aanwezig blijft? Daar kan het vakteam zich in vinden, maar ziet wel graag voorafgaand aan de uitvoering een werkplan voor het restaureren en opnieuw verloden mocht dit mogelijk blijken (voorwaarde).

Voor het energetisch verduurzamen van het glas-in-lood en de beglazing wordt voorgesteld om met achterzetramen te werken. Het gootste deel van deze achterzetramen zullen vast uitgevoerd worden, waarbij slechts enkele te openen zijn zodat de ramen in de gevelkozijnen geopend kunnen worden om te spuien. Voor de ramen op de derde verdieping wordt in verband met de vloer voorgesteld het raam van draairaam te veranderen in een kiepraam (detail V8). In dit verband vindt het vakteam dit een voorstelbare wijziging zodat de monumentale ramen niet verloren gaan, maar er toch tot een energetische verbetering gekomen kan worden. In het algemeen merkt het vakteam op dat bij sommige details (details V5, V6 & V7) de achterzetkozijnen erg dit op de historische kozijnen staan, wat onderhoud bemoeilijkt. Geadviseerd wordt om te onderzoeken of het mogelijk is om deze afstand te vergroten.

Eerder heeft het vakteam gevraagd om het opstellen van een restauratiebestek, een technische tekening van de borstweringen en één complete kleur- en materialenstaat. Deze zaken ontbreken nog.

Als laatste is het jammer dat er geen opwaardering zal plaats vinden van de garage gevel naast de nieuwe woningentree, zeker ook omdat de commissie hier tijdens de behandelingen meermaals om had gevraagd en dit als voorwaarde had benoemd gelet op de realisatie van de woningentree in de zijgevel. In deze gevel wordt wel het bellentableau geplaatst, maar ook de uitwerking hiervan ontbreekt (voorwaarde).

Rode loper

Voor de rode loper is in de stukken aangegeven dat bij de keuze voor materialen en kleuren inspiratie zal worden gehaald uit materialen, vormen en verlichting. Terrazzo vloeren, rode wanden en thematische verlichting worden als voorbeeld gegeven. Dit is wat betreft het vakteam voorstelbaar, waarbij zij vraag om dit op te nemen in de kleur- en materialenstaat en deze in combinatie met bemonstering op een later moment aan de commissie voor te leggen (voorwaarde).

Zonnepanelen en vergroening

Op de daktekening wordt duidelijk dat hier zonnepanelen geplaatst worden in rijen op een frame rug-aan-rug. Dit betreft een rustig en verzorgd legplan die vanuit het beschermde stadsgezicht niet of nauwelijks zichtbaar zal zijn. Zodoende kan het vakteam zich hierin vinden.

Op detailniveau zijn de nestkasten, de groene gevel en het groen rondom het daklicht schematisch weergeven. In tegenstelling tot bij de vorige behandeling gevraagd, ontbreekt een vegetatieplan. Wellicht dat het vegetatieplan opgenomen kan worden bij de kleur- en materialenstaat.

Spanten

Nog steeds ontbreekt enige omgang met de spanten. Het vakteam vindt het spijtig dat de spanten op geen enkele wijze meer terugkomen in het plan, zelfs niet als sfeerbepalend element. Gelet op de adviesgeschiedenis van commissie en vakteam zijn de spanten keer op keer een belangrijk discussiepunt geweest. Het is jammer dat het erop uit lijkt te draaien dat elke vorm van gherebruik vervalt en dat ze volledig gesaneerd zullen worden.

De projectarchitect heeft de vergadering bijgewoond en licht toe dat er twee details zijn aangeleverd wat betreft de groen-toevoegingen. Een beplantingsplan zal later worden opgesteld. De uitgangspunten/ideeën wat betreft het kleur- en materiaalgebruik van de rode loper / entree zijn aangegeven, en moeten nog verder worden uitgewerkt. De gevel van de garage blijft ongewijzigd; hier worden alleen de noodzakelijke openingen toegevoegd.

Ter plaatse van de voorgevel wordt een vezelcementplaat in de kleur van de gevel voorgesteld, geen aluminium. Er is nu geen sprake van natuursteen, vandaar dat dit niet wordt voorgesteld. Het glas-in-lood kan pas in het werk goed worden bekeken. Uitgangspunt is alles restaureren / herstellen en behouden. Het achterzetraam achter het glas-in-lood wordt per situatie toegelicht. Het is optie 4 geworden. Op één plek is er sprake van een uitzondering.

Advies commissie

De commissie complimenteert de architect en de aanvrager wat betreft het doorlopen (ontwerp)proces, en wat betreft de in dit complexe project voorgestelde oplossingen. Het zal een prachtig project worden voor Dordrecht, en een goed voorbeeld van hergebruik. Bij de beoordeling van het plan als vooroverleg gaf de commissie aan dat zij heel positief was over de opzet van het plan, de aanpak die daaruit blijkt, en over de (door)ontwikkeling van het ontwerp gedurende het vooroverleg. Het plan getuigt van realistische uitgangspunten die maken dat het plan in de verdere uitwerking kansrijk zal zijn. De commissie waardeerde het gedurende dit vooroverleg getoonde ontwerponderzoek, waardoor de commissie steeds goed is meegenomen in de overwegingen die aan ontwerpkeuzes ten grondslag liggen.

De commissie was bij de laatste behandeling van het plan als vooroverleg van mening dat er sprake was van een goede balans tussen het behoud van monumentale waarden enerzijds, en de sloop / het verwijderen van onderdelen daarvan in verband met de transformatie van het pand anderzijds. Er was zichtbaar veel moeite was gestoken in het op een lastige locatie ontwerpen van een goed plan met goede woningen, waarbij zoveel mogelijk rekening is gehouden met monumentenwaarden. Gelet daarop, en gezien de beoogde restauratieve aanpak van de voorgevel, adviseerde de commissie positief op het plan als vooroverleg.

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed ten aanzien van het nu als aanvraag ter beoordeling voorliggende plan, en de daarin genoemde punten. Volledigheidshalve verwijst de commissie naar dit advies. Ter aanvulling / onderstreping daarvan benoemt de commissie de volgende punten:

-Wat betreft de afwerking van de voorgevel is géén van de nu ter beoordeling voorgelegde varianten akkoord. Goed denkbaar is een afwerking in natuursteen conform bestaand. Een en ander moet nog nader worden bekeken wat betreft de precieze kleurstelling en de detaillering (hoekaansluitingen).

-Herstel en behoud glas-in-lood: zet een en ander helder in de tekeningenset, zonder (overwogen/onderzochte, maar afgevallen) opties. Aanbeveling: alle nieuwe kozijnen zouden te openen moeten zijn in verband met onderhoud. Een oplossing ten aanzien van het mogelijke conflict dat dit kan opleveren is om de nieuwe raamsparingen groter te maken dan de gevelopeningen. Ter plaatse van één kozijn is er sprake van een andere uitvoering. Dit is problematisch, en zal in de praktijk zichtbaar zijn. Het detail overtuigt de commissie niet. Dit is niet akkoord. De commissie vraagt om in overleg met het vakteam Erfgoed te zoeken naar een oplossing, bijvoorbeeld door de plafondhoogte aan te passen.

- De commissie vraagt om reclame-uitingen (concrete en te beoordelen reclame-uitingen, maar in ieder geval de gemaatvoerde positie op de gevel en de maximale afmetingen van de reclame) vast te leggen op de tekeningen.

-aanleveren restauratiebestek, kleur- en materiaalstaat

-het niet hergebruiken van de spanten is akkoord omdat uit het ontwerponderzoek bleek dat het niet mogelijk was om de spanten in zijn geheel te herplaatsen in het project. Mogelijk kan er desalniettemin door de architect een invulling worden gegeven aan het hergebruik van de spanten

-natuurinclusieve maatregelen: zorg voor een voldoende diepe substraatlaag. Deze zal aanzienlijk dieper moeten zijn dan de minimale laag die nu wordt voorgesteld. Aandacht voor het maken van faunaverblijven die permanent zijn (geen hout, maar pas een duurzaam materiaal toe) , voor de onderlinge afstand van de faunaverblijven en het groen mag niet conflicteren met de faunaverblijven. Kies soorten die iets bijdragen qua natuurinclusieve maatregelen.

-De commissie doet de oproep om de naastgelegen gevel van de parkeergarage op te waarderen. Het opwaarderen van deze gevel draagt bij aan de woonkwaliteit en van de kwaliteit van het hele plan

De commissie vraagt om het plan op de genoemde punten aan te vullen / aan te passen en houdt het plan aan.

Aanhouden


8. Groenmarkt 10 RM (SH)

  • Omschrijving: Transformatie van kantoor naar appartementen
  • Vooroverleg, 3e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht het plan toe. Naar aanleiding van het eerdere advies van de commissie is het plan aangepast en het ruimteboek verder uitgewerkt. Tijdens de vorige behandeling kwam naar voren dat op de verdiepingen een voorstelbaar plan voorligt. Op de begane grond echter zag zowel de commissie als het vakteam bezwaren gelet op de omgang met de middenruimte waarin de badkamer en hal was/is gerealiseerd. De commissie vroeg om deze vierkante ruimte daadwerkelijk terug te brengen in de oorspronkelijke staat, evenals de naastliggende lichtstraat. Gestreefd is om te komen tot een meer heldere plattegrond door de muren rondom de toilet te verwijderen zodat toilet en badkamer één is. Ook is de doorloop van de hal verkleind. Nog steeds echter betekent dit dat er een verdeling zal zijn in deze ruimte. Het plafond mag dan vrijgehouden worden zodat het historisch dichtgezette daklicht volledig beleefbaar blijft, dat betreft niet de ruimte zelf. Hiermee is nog niet voldoende tegemoet gekomen aan de opmerking van de commissie. Wellicht kan er een ruimtelijk element ontworpen worden – zoals een meubel / kast of iets dergelijks – die vrij natuurlijk een onderscheid maakt tussen hal en badkamer, zonder dat de ruimte daadwerkelijk onderverdeeld wordt.

Bij het daklicht boven de keuken wordt voorgesteld om de beglazing weer in het zicht te brengen en hier verlichting in op te nemen. Dat vindt het vakteam jammer; de kwaliteit van een daklicht zit immers in natuurlijk licht. Tegelijkertijd begrijpt het vakteam dit wel gelet op bovenliggende buitenruimte. Is bijvoorbeeld beloopbaar glas overwogen?

Nog steeds wordt een balkon op de tweede verdieping voorgesteld. De commissie heeft aangegeven een balkon op deze locatie nier voorstelbaar te vinden. Beter voorstelbaar is een frans balkon.

Naast de hiervoor genoemde punten blijven er tal van uitwerkingen open staan. Het vakteam is van mening dat het plan nu op een niveau is dat het richting een vergunningsaanvraag kan, tegelijkertijd voorziet het wel uitdagingen in het goed uitwerken van zaken. Speciale aandacht dient uit te gaan naar het isolatieplan, installatieplan, brandwerendheid, brievenbussen en kleurgebruik, allen rekening houdend met de monumentwaarden.

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond.

Advies commissie

De commissie is blij met de gezette stappen, maar concludeert evenwel dat het nu voorgelegde plan nog niet akkoord is. De commissie verwijst volledigheidshalve naar het eerdere advies en naar het advies van het vakteam Erfgoed. De grootste punten:

-doorgang in badkamer: een (‘kastachtig’) meubel is wellicht voorstelbaar als oplossing, wanneer de monumentale waarden van de vierkante ruimte hierbij niet worden aangetast. Voorstelbaar is om het daklicht/legraam ter plaatse van de keuken uit te voeren met beloopbaar transparant glas (niet ter plaatse van de badkamer).

-balkon op de 2e verdieping is niet akkoord.

Verder vraagt de commissie aandacht voor zaken als het in het ontwerp integreren van brievenbussen en bellentableaus, de lambrisering etc. Een plan dat op die punten is aangepast conform de opmerkingen van de commissie c.q. het vakteam Erfgoed (voorwaarde), kan als aanvraag worden ingediend.

Positief, met voorwaarde


9. Cornelis de Wittstraat 12 GM (WM)

  • Omschrijving: transformatie en restauratie vakwerkloods
  • Architect: MulderBlauw
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het herbestemmen en restaureren van de vakwerkloods betreft. Vakteam Erfgoed is positief over deze ver uitgewerkte planaanpassing voor de loods. Er is goed gebruik gemaakt van de kwaliteiten van de loods. Er is ook goed gecommuniceerd met omwonenden over de voorgestelde invulling en wijzigingen. Er wordt nog aandacht gevraagd voor de technische uitwerking van de nieuwe kozijnen, de verlaging van de vloer en het toe te passen isolatiemateriaal. Daarbij mag deze 'nieuwe laag' een eigen uitstraling krijgen.

De architect licht het plan toe. Er zal dampopen worden gebouwd. De fundering zal proefondervindelijk ter plaatse worden bekeken. Een en ander lijkt destijds minimaal gemaakt te zijn.

De gevel heeft al veel wijzigingen ondergaan. Daar waar een hotelkamer of fitnessruimte komt, wordt binnen het stalen kader van de gevel, een groter en lager raam gemaakt in verband met het zicht naar buiten. Een en ander past goed bij karakter gebouw.

Advies commissie

De commissie is blij met het plan voor het hergebruik van de vakwerkloods, en is op hoofdlijnen positief over het plan. Er wordt een overtuigend beeld en verhaal gepresenteerd, dat goed is onderbouwd. Als vrijstaand object, zoals nu wordt voorgesteld, komt de vakwerkloods veel meer tot z’n recht. Het voorgestelde kleurgebruik, de voorgestelde functies en de beleving van de ruimte en de spanten zijn goed voorstelbare ingrepen.

De commissie vraagt om meer meegenomen te worden in de logica van het gevelontwerp / de beoogde omgang met kozijnen. De commissie vraagt om een en ander uiteen te zetten in een systematische weergave van de ontwerpbeslissingen die hebben geleid tot dit gevelontwerp. Wat zit waar, wat komt waar en waarom?

De commissie uit haar zorgen wat betreft het verlagen van de vloer, met name wanneer het detail zoals nu getekend daadwerkelijk klopt. De commissie vraagt om een en ander goed uit te zoeken. Als aanbeveling geeft de commissie mee om in overleg met een constructeur een proefgat te maken en vervolgens een plan op te stellen.

Het pand wordt gekenmerkt door een bepaalde utilitaire rauwheid. Is er straks niet sprake van een te strak afgewerkt interieur? De commissie vraagt om in het ontwerp meer aandacht te hebben voor het in het interieur behouden van de rauwe / industriële sfeer, want dit heeft ook waarde. De commissie moet hier nog meer van worden overtuigd.

De commissie vraagt om de te treffen natuurinclusieve maatregelen zichtbaar/beoordeelbaar te maken in de verdere uitwerking. De terreininrichting / omgeving van het monument is kansrijk wat betreft het treffen van natuurinclusieve maatregelen. Wellicht kan er in dit kader ook een kleine toevoeging aan het monument worden gedaan, wanneer dit niet leidt tot een aantasting van monumentale waarden.

De commissie adviseert positief en ziet het plan graag, verder uitgewerkt en met inachtneming van de gemaakte opmerkingen, als aanvraag in een volgende vergadering terug.

Positief, met opmerkingen

Rondvraag                                                                                                                                                        

Grote commissie ​​​​​​| Verslag 7 juli 2025

Aanvang:     13.30 u. – 18.45 u.
Locatie:        Stadskantoor, vergaderkamer 3
Aanwezig:    Mevr. E. Marcusse (voorzitter), dhr. J. Baijense, dhr. S. van der Spuij, mevr. A. Riel, mevr. A. Kruisinga, mevr. V. Herzberg, dhr. D. Smit (secretaris)

1. Grafelijkheidsweg 82

  • Omschrijving: zorgwoningen
  • Architect: I.A.A. Architecten
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerfwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies commissie

Het hier maken van zorgwoningen, ter vervanging van het bestaande gebouw, is op zichzelf beschouwd goed denkbaar. Het plan roept evenwel vragen op bij de commissie. De commissie vraagt zich af of het gebouwontwerp goed is afgestemd op het hier beoogde zorgprogramma. Zo lijken de bij een zorgprogramma horende voorzieningen nog in het ontwerp te ontbreken, zoals een lift en een intern trappenhuis. De bovenverdieping kan alleen via de uit het gebouwvolume stekende trappen worden bereikt. Op de bovenverdieping ontbreken buitenruimtes die direct aan de woonkamer grenzen. Een en ander zal gevolgen hebben voor het beeld van het gebouw. De commissie maakt daarnaast de volgende opmerkingen:

-maak het gebouw niet te symmetrisch / niet te formeel.

-de aan de voor- en achterzijde uit het volume stekende trappen leveren een merkwaardig beeld op.

Dit overtuigt de commissie niet. Voldoet een dergelijke toegang aan de wet- en regelgeving wat betreft het bieden van een regenvrije toegang?

-de alzijdigheid van het gebouw is belangrijk.

-wat is nu de entree van het gebouw, en hoe kom je er?

-de kopgevels en de trappen zijn nog wat karig vormgegeven

-Het fietspad is een belangrijke openbare route waar sociale controle nodig is: bij voorkeur het programma met de niet-slaapfuncties aan deze zijde situeren.

-de noordwesthoek is vanaf het fietspad nu een geaccentueerde beeldbepalende hoek. Het zou goed voorstelbaar zijn om hier in de nieuwbouw ook een accent te maken.

-het aan de zijde van het water en het fietspad situeren van bergingen is niet goed denkbaar. Een andere plek op het terrein, daar waar je het gebouw benadert en uit het zicht van fietspad, is wellicht denkbaar.

-de commissie is benieuwd naar het beoogde kleur- en materiaalgebruik, en naar de detaillering. Een bepaalde eenvoud is denkbaar, mits dit voldoende zorgvuldig wordt uitgewerkt. Hierbij kan worden gedacht aan de neggediepte.

-aandacht voor de installaties op het dak. Ontwerp deze mee, en ontwikkel hier een realistisch voorstel voor.

-de vormgeving van de terrasjes oogt formeel. Maak hier een meer informele / ongedwongen zitplek van. En maak de heg aan de zijde van het water en leg de terrasjes achter de haag, in plaats van ervoor.

-het terrein oogt in de huidige situatie heel versteend. Wordt dit in de nieuwe situatie helemaal vergroend, zoals de situatietekening suggereert? Laat de haag ter afscherming van parkeerplaatsen aan noordoostzijde staan

-aandacht voor natuurinclusief bouwen, en voor de samenhang van de te treffen natuurinclusieve maatregelen. De commissie verwijst naar het Handboek Natuurinclusief Bouwen van de gemeente.

Ook kan er contact worden opgenomen met de stadsecoloog. Het fietspad is wellicht ook een vleermuisroute, waarop kan worden aangesloten wat betreft de te treffen maatregelen. De commissie houdt het plan aan.

Aanhouden

2. Cornelis Trompweg ong.

  • Omschrijving: modulaire woningen (15 jaar)
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stempelwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

De stedenbouwkundige licht toe dat het hier gaat om een lastig te ontwikkelen plek, vanwege de in de loop van de jaren ontstane eigendomssituatie. De parkeerplaats is van de VvE van het appartementencomplex. Het hier maken van tijdelijke woningen is een kans om, voor de duur dat deze woningen hier staan, het bouwblok af te maken. Gegeven die omstandigheden, is het plan stedenbouwkundig akkoord. Belangrijk is de samenhang van dit blok met de architectuur en het kleur bijvoorbeeld denkbaar. Met een hoge gemetselde tuinmuur worden het appartementencomplex en deze woningen met elkaar verbonden, en is er geen zicht op het parkeerterrein.

De projectleider licht de achtergrond van het plan toe. De architect licht het ontwerp toe. Het is passen en meten is geweest om de woningen hier in te passen. Het plan betreft grondgebonden woningen, met een hoge tuinmuur. Het kleur- en materiaalgebruik wordt toegelicht. De (blinde) achtergevel wordt in hout uitgevoerd, in combinatie met vergroening. De overige gevels worden in metselwerk uitgevoerd (gebakken steenstrips). In de kopgevels komen ramen.

Advies commissie

De commissie heeft begrip voor de urgentie en voor de complexiteit van de opgave. De commissie is blij dat het plan, ondanks dat het hier gaat om bouwwerken met een tijdelijke instandhoudingstermijn, aan de commissie wordt voorgelegd. De commissie geeft een aantal opmerkingen mee:

-De commissie begrijpt de achtergrond van de stedenbouwkundige situering na de uitleg hierover door de stedenbouwkundige. Evenwel uit de commissie haar zorg ten aanzien van de stedenbouwkundige situering van de woningen, ook vanwege de woonkwaliteit. Het hier introduceren van een voorzone zou zowel voor de aanblik van de woningen vanuit de openbare ruimte als voor de woonkwaliteit van de woningen zelf goed zijn. Direct aan de straat grenzende woonruimtes zijn bij voorkeur een keuken of een woonkamer.

-Het betreft modulair bouwen. Stel daarom goed vast wat de daaraan te stellen kwaliteitseisen zijn, en leg helder vast waar de grenzen liggen (wat is nog acceptabel als een gelijkwaardig alternatief en wat niet). Leg bijvoorbeeld vast dat het materiaalgebruik een gebakken steenstrip moet zijn. Dit om zodoende daadwerkelijk te bereiken wat er hier wordt beoogd in het ontwerp.

-kleur- en materiaalgebruik / steenkeuze exterieur is nog onderwerp van nadere studie

-Maak de puien in de woningen niet te breed en niet te hoog, omdat dit anders vanwege de compactheid van de woningen kan leiden tot een rommelig beeld. De voorgestelde pui op de begane grond (glas tot op de grond, direct aan de straat) maakt het lastig om hier bijvoorbeeld een bankje neer te zetten.

-de tuinmuur is een mooi gegeven en het maken hiervan is cruciaal. De commissie vraagt om te onderzoeken hoe de muur meer transparant zou kunnen worden uitgevoerd, en zodoende de ruimtelijke kwaliteit van het gebied erachter als gevolg van het plan (de achterliggende parkeerplaats) niet te verslechteren. Wellicht ook in samenhang met de te treffen natuurinclusieve maatregelen.

-De woningen en de tuinmuur worden uitgevoerd in metselwerk. De fietsenstalling is nu een ‘incident’ in hout. Uitvoering van de fietsenberging in metselwerk is goed denkbaar. 

-Onderzoek of er ramen kunnen worden toegevoegd in de blinde achtergevel.

-Zijn de woningen demontabel en/of re-montabel?

-Bekijk welke natuurinclusieve maatregelen in het project zouden kunnen worden toegepast. De commissie verwijst naar het Handboek Natuurinclusief Bouwen van de gemeente.

Positief met opmerkingen

3. Cornelis Evertsenstraat ong.

  • Omschrijving: modulaire woningen (15 jaar)
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stempelwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

De stedenbouwkundige licht toe dat de locatie om twee voorkanten vraagt. Door hier rug-aan-rug woningen te maken is er sprake van een alzijdig ontwerp. Alle woningen krijgen een eigen voortuin. De bij beide blokken te hanteren kleur moet worden afgestemd op het nabijgelegen project Tromptuinen.

De architect licht toe dat het plan rug-aan-rugwoningen betreft. Het ontwerp is verwant aan het ontwerp van de woningen aan de Cornelis Trompweg.

Advies commissie

De commissie is positief over de ontwikkeling, en over wat het bijdraagt aan de huidige situatie. Het is een goede inpassing en een goede invulling van de stedenbouwkundige opzet. De commissie is blij dat het plan, ondanks dat het hier gaat om bouwwerken met een tijdelijke instandhoudingstermijn, aan de commissie wordt voorgelegd. De commissie maakt een paar opmerkingen:

-Het betreft modulair bouwen. Stel daarom goed vast wat de daaraan te stellen kwaliteitseisen zijn, en leg helder vast waar de grenzen liggen (wat is nog acceptabel als een gelijkwaardig alternatief en wat niet). Leg bijvoorbeeld vast dat het materiaalgebruik een gebakken steenstrip moet zijn. Dit om zodoende daadwerkelijk te bereiken wat er hier wordt beoogd in het ontwerp.

-kleur- en materiaalgebruik / steenkeuze exterieur is nog onderwerp van nadere studie

-De woningen worden uitgevoerd in metselwerk. De fietsenstalling is nu een ‘incident’ in hout, en is bovendien op de hoek gesitueerd; dat is jammer. Uitvoering van de fietsenberging in metselwerk is goed denkbaar. Een uitvoering in hout is alleen denkbaar wanneer de houten gevel en de gemetselde gevel niet in één lijn liggen

-Maak de puien in de woningen niet te breed en niet te hoog, omdat dit anders vanwege de compactheid van de woningen kan leiden tot een rommelig beeld.

-Zijn de woningen demontabel en/of re-montabel?

- Bekijk welke natuurinclusieve maatregelen in het project zouden kunnen worden toegepast.

Er liggen hier heel veel kansen wat betreft het treffen van natuurinclusieve maatregelen, zeker gezien het groen in de omgeving en de ligging naast de groenstrook. Gedacht kan worden aan groen op het dak, groene erfafscheidingen, het toepassen van een bloemmengsel, etc. De kansen liggen met name in de groene inrichting van het terrein wanneer er weinig mogelijkheden zijn om natuurinclusieve maatregelen in te passen in de gevel. De commissie verwijst naar het Handboek Natuurinclusief Bouwen van de gemeente.

Positief met opmerkingen

4. Van Leeuwenhoekweg 21

  • Omschrijving: het realiseren van een nieuwbouw kantoor
  • Architect: RoosRos
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Ontwikkelgebieden
  • Welstandsniveau: Ontwikkeling

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond. De architect licht het plan toe, en hoe de opzet en de situering van de gebouwen verband houdt met het gebruik van het terrein / de logistiek. De gevel bestaat uit een cortenstalen grid, de constructie zal worden gemaakt in hout. Overal wordt dezelfde maatsystematiek toegepast. Het dakterras wordt een echt groen dak. Het weegkantoor wordt wellicht circulair gebouwd.

Advies commissie

De commissie vindt het een sympathiek en overtuigend plan, en complimenteert de architect en de opdrachtgever met dit mooie en ambitieuze ontwerp. De commissie onderschrijft het advies van het Q team van het HBR waarin aandacht wordt gevraagd voor de materialisatie en de kleur van de wanden in verband met het bereiken van een uniform beeld, en voor het herzien van het hekwerk langs de gevel om loze ruimte te voorkomen.

De commissie geeft ten aanzien van de verdere uitwerking een aantal aanbevelingen mee:

- met nadruk vraagt de commissie om te bekijken wat/waar er circulair zou kunnen worden gebouwd / hergebruikt materiaal kan worden toegepast. Dit versterkt het verhaal , en past goed bij het bedrijf. In verband daarmee noemde de commissie dat het interieur in dit kader wellicht kansen biedt.

-het ontwerp bestaat uit een compositie van opgetilde volumes. Onder het ene volume staan kolommen, onder een andere een wandstructuur. De commissie vraagt om nog eens te kijken naar hoe de volumes het maaiveld raken, en hoe het hekwerk zich hiertoe verhoudt. Het plan zal aan zeggingskracht winnen wanneer dit meer 'familie' van elkaar wordt gemaakt.

- de commissie vraagt om daar waar mogelijk te vergroenen. Aandacht voor voldoende diepte ter plaatse van de op het dakterras voorgestelde bomen. Gelet op de onderlinge samenhang van natuurinclusieve maatregelen, vraagt de commissie om te kijken waar het mogelijk zou kunnen zijn om gevelgroen toe te passen, als 'stepping stone' naar het dakterras. De commissie verwijst naar het Handboek Natuurinclusief Bouwen van de gemeente.

De commissie adviseert positief en ziet een verdere uitwerking van het plan als aanvraag met vertrouwen tegemoet in een volgende vergadering.

Positief, met aanbevelingen

5. Hoge Nieuwstraat 83 GM (DR)

  • Omschrijving: verbouwing, woning splitsen en maken van een dakopbouw met terras op dak
  • Architect: Stijl architectuur
  • Vooroverleg, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat de nu in de stukken aangegeven situatie overeenkomt met de uitkomst van het ten tijde van de vorige eigenaren doorlopen legalisatie-onderzoek. Het plan is aangepast naar aanleiding van de door de commissie gemaakte opmerkingen, en het is verder uitgewerkt. Er worden diverse opties ten aanzien van het ontwerp van de balustrade voorgelegd. Ook de uitvoering van het dak is aangepast. Dit is beter passend is in het dakenlandschap. Verder is de aansluiting op het belendende pand goed inzichtelijk gemaakt. Duidelijk is dat de dakopbouw onder de gootlijn van het aangrenzende pand zal blijven. Het voorliggende plan is wat betreft het vakteam erfgoed op hoofdlijnen voorstelbaar.

De aanvragers hebben de vergadering bijgewoond. De architect licht het plan toe. Wat betreft de uitkomst van het door de vorige eigenaren doorlopen legalisatie-traject, is nu het goede uitgangspunt gehanteerd. Er worden twee woningen ontworpen, één op de begane grond en één op de verdieping. Daardoor is er een minimaal aantal ingrepen nodig. Het ontwerp van de dakopbouw is aangepast naar aanleiding van de opmerkingen van de commissie. De daklijn is vereenvoudigd, evenals het volume van de dakopbouw, en de ritmiek van de kozijnindeling is aangepast. Wat betreft afmetingen is de dakopbouw nu iets kleiner. Ten aanzien van de balustrade zijn verschillende varianten en samenstellingen ontwerpend onderzocht. De voorkeur is om als balustrade een recht spijlenhekwerk toe te passen, in combinatie met een plantenbak.Op één plek wordt zonwering in de vorm van lamellen voorgesteld.

Advies commissie

De commissie is positief over het plan. Bij de eerste beoordeling van het plan op 14 april 2025 gaf de commissie aan dat een transformatie van het pand naar maximaal twee woningen en het maken van een dakopbouw op zichzelf beschouwd voorstelbaar is. De commissie gaf aan dat het per verdieping splitsen van het pand heel positief en goed denkbaar is, zowel bezien vanuit (de aantasting van) monumentale waarden als gelet op de bij woningen horende voorzieningen zoals (fietsen)bergingen en buitenruimtes (gemeentelijk beleid). Wat betreft de vormgeving van de dakopbouw maakte de commissie nog een voorbehoud en plaatste zij een aantal opmerkingen.

Als gevolg van de gemaakte aanpassingen is het plan rustiger en krachtiger geworden, en is het flink verbeterd. De commissie vindt het mooi en weloverwogen ontwerp. De keuze ten aanzien van het als balustrade toepassen van een recht spijlenhekwerk in combinatie met een plantenbak is akkoord. Ten aanzien van de verdere uitwerking geeft de commissie de volgende aandachtspunten mee:

- het voorgestelde lamellensysteem is nu een uitzondering in het ontwerp. Dit overtuigt de commissie nog onvoldoende. De commissie vraagt in het algemeen om te kijken naar een goede oplossing ten aanzien van zonwering, en dit mee te nemen in het ontwerp.

-aandacht voor de mogelijke opklimbaarheid (in verband met veiligheid) van de balustrade bestaande uit een plantenbak en een hekwerk

-sterke aanbeveling om het dak en het dakterras een groene invulling te geven. Dit voegt esthetische kwaliteit en gebruikskwaliteit toe.

Positief met aanbevelingen

6. Grotekerksbuurt 16 RM (SH)

  • Omschrijving: Transformatie en renovatie
  • Architect: Stijl architectuur
  • Vooroverleg, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat de architect een verdere aanzet heeft gegeven voor een plan met meerdere complexe facetten. Feitelijk kan het plan opgesplitst worden in twee delen; het herstellen van de funderings- en constructie schades die zijn opgetreden door jarenlange verloedering en funderingsproblematiek en het architectonisch plan tot transformatie van het symfoniegebouw tot appartementencomplex. Beide onderdelen kunnen min of meer los gezien worden, maar hebben desondanks een duidelijke samenhang. Het loskoppelen van de restauratie en casco renovatie ten opzichte van het casco plan is daarmee moeilijk, maar voor de instandhouding van het gebouw wel noodzakelijk.

De architect heeft in korte tijd grote stappen gezet om tot een substantiële verbetering van het ontwerp te komen. Het behouden van de vrije hoogte van de zaal door middel van maisonnette appartementen met een vide is een goede oplossing. Ook het appartement op de begane grond heeft door het samenvoegen van de fietsenstalling aan kwaliteit gewonnen. Het verhogen van de kapconstructie is – mede gelet op de massastudie – op hoofdlijnen voorstelbaar, mits bij de uitwerking aangetoond wordt dat dit technisch mogelijk is en dat de kap technisch in zijn geheel niet te behouden valt. Het maken van een extra atrium is voorstelbaar gelet op de beperkte aantasting van het monument en de 'lucht' die hierdoor in het ontwerp ontstaat. Het is dan wel van belang dat de verdere kapvorm zonder veel extra voorzieningen intact blijft en gerespecteerd wordt.

Het vakteam maakt tenslotte nogmaals een groot compliment aan de ontwikkelaar wat betreft het initiatief om dit zeer moeilijke pand te restaureren, renoveren en herontwikkelen. De wijze waarop de ontwikkelaar en de architect het plan nu oppakken, moet hierin benadrukt te worden. De architect licht toe dat sinds de eerdere behandeling in de commissie er is gewerkt aan het ontwikkelen van een (restauratie)visie, het inzichtelijk maken van de ingreep ter plaatse van het dak, er een tweede lichthof is geïntroduceerd en dat er is kritisch gekeken naar de woningen.

Als gevolg hiervan is nu een deel van de woningen levensloopbestendig, en een deel niet. De (restauratie)visie gaat uit van respect voor de oorspronkelijke structuur, het zichtbaar maken van de historische gelaagdheid van het pand en van toekomstbestendigheid. De symmetrie van het patriciërshuis wordt hersteld. Ruimtes met een dubbele hoogte behouden deze. Aan de voorzijde wordt het dak verhoogd, en de gevolgen hiervan zijn inzichtelijk gemaakt. De buitenruimte van het penthouse zal onder de kap en aan het lichthof worden gesitueerd. Het lichthof wordt mogelijk afgedekt.

Advies commissie

De commissie had bij de eerdere planbehandeling op 23 juni 2025 aangegeven dat er vanuit de commissie heel veel waardering en respect is voor de opdrachtgever en de architect om hier iets moois tot stand te brengen. Uit de heldere presentatie spreekt veel aandacht voor het materiaal en de bouwhistorie van dit bijzondere gebouw, en dit wordt gewaardeerd. Wat betreft het faseringsvraagstuk merkte de commissie op dat dit globaal op zichzelf beschouwd voorstelbaar is vanuit het oogpunt van de conservering van monumentale waarden. Tegelijkertijd stelde de commissie vast dat de voorgestelde fasering in het plan samenhangt met ontwerpingrepen zoals het verhogen van de kap; ingrepen die niet (alleen) gericht zijn op conservering van monumentale waarden. De commissie vroeg om een visie te ontwikkelen ten aanzien van de hoofdonderwerpen, waarbij goed inzichtelijk moet wordt gemaakt wat hierin de pijnpunten zijn / wat de gevolgen zijn voor monumentale waarden.

De commissie is positief over hetgeen nu ter beoordeling voorligt en de visie die eruit spreekt, en denkt dat het tot een mooi project kan gaan leiden. De woningen zijn op een goede manier ingepast. De nieuwe opzet biedt veel potentie om op een goede manier verder te worden uitgewerkt. Wat betreft het verhogen van de kap merkt de commissie op dat het wijzigen van een kap, bezien over de gehele geschiedenis van de stad, wel vaker is uitgevoerd. Binnen zo’n tijdlijn is een dergelijke ingreep niet ondenkbaar. De voorgestelde dakophoging is in principe akkoord, met als voorwaarde dat er naast de twee nu aangegeven zware ingrepen in het dakvlak, de verdere ingrepen die een aantasting van het dakvlak tot gevolg hebben tot een minimum worden beperkt. De commissie heeft behoefte aan een onderbouwing van de staat van de kap, en vraagt om hier onafhankelijk onderzoek naar te laten uitvoeren.

De commissie maakt daarnaast de volgende opmerkingen:

-aandacht in de uitwerking voor de talloze (detail)zaken die samenhangen met het behoud van monumentale waarden bij de transformatie van een monument. Wat is er bijvoorbeeld nodig qua brandveiligheid?

- interieuraspecten die er nog zijn betekenisvol terugbrengen in de woningen. Behoedzaam omgaan met wat er nog is. Maak inzichtelijk hoe de verschillende tijdslagen in de appartementen zichtbaar zullen worden gemaakt.

-lichthoven: essentieel is om die goed te laten functioneren wat betreft privacy, daglicht, etc.

-positief is dat de ruimten die aan de straat liggen, nu tot de woningplattegrond behoren en dat hier niet langer een fietsenstalling wordt voorgesteld. Juist vanwege de in die ruimten aanwezige balken.

-hoe wordt de buitenruimte van het penthouse opgelost?

De commissie is benieuwd naar de verdere uitwerking, en adviseert positief.

Positief

7. Groenmarkt 84-86 RM (SH)

  • Omschrijving: Transformatie en renovatie
  • Architect: Stijl architectuur
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan twee panden betreft. Geconstateerd is er reeds was begonnen met sloopwerkzaamheden. Deze sloopwerkzaamheden zijn stilgelegd, en er is nader bouwhistorisch onderzoek uitgevoerd. Het nu voorliggende plan kan worden gezien als een eerste verkenning naar wat hier de meest logische indeling in appartementen zou zijn, met de meeste kwaliteit. Het hierbij respecteren van de monumentale waarden / de gebouwstructuur is van groot belang. Overwegend voegt de voorgestelde indeling zich vrij goed en natuurlijk in het monument. Het deels opnemen van appartement 1 in het rechterbouwdeel oogt daarentegen wat onnatuurlijk. De uitgangspunten voor het behoud van zaken als geornamenteerde stucplafonds, de kamer-en-suite, etc. moeten inzichtelijk worden gemaakt. Ten aanzien van de voorgestelde buitenruimtes is het bieden van voldoende privacy een aandachtspunt. Voorkomen moet worden dat hier hoge schuttingen zouden komen. Wellicht kan de toepassing van groen(structuren) tot een kwalitatief hoogwaardige oplossing leiden.

Er is plaatselijk, aan de achterzijde in het linkerdeel, sprake van grote schades die vermoedelijk duiden op een gebrekkige funderingsconstructie. In de bouwmuren zijn grote scheuren aanwezig in combinatie met behoorlijke scheefstanden van de vloerconstructies. Bij een vervolgbehandeling zullen de in dit verband noodzakelijke herstelwerkzaamheden aan de orde moeten komen. Ook wordt gevraagd om de problematiek verder in kaart te brengen, in combinatie met de bouwtechnische staat. De architect licht het plan toe. Gezocht is naar een werkbare verdeling in appartementen; appartementen die niet te groot zijn. Gestreefd is naar het hierbij zoveel mogelijk behouden van het bestaande. Er is gekeken naar de constructieve uitdagingen, maar nog niet naar de fundering. In appartement 3 wordt een vide voorgesteld, met dakramen in de kap. Ter plaatse van de voorgestelde vide zullen de balken blijven zitten en gaan alleen vloerdelen weg. Ter plaatse van de aansluiting van de kappen wordt een plat dak voorgesteld. Bij de privé buitenruimten zullen erfafscheidingen worden mee-ontworpen.

Advies commissie

De commissie is op hoofdlijnen positief over deze ontwikkeling. Het is positief dat het pand aangepakt gaat worden en wordt getransformeerd naar wonen, en het moet goed mogelijk zijn om meerdere woningen in te passen in de bestaande monumentale structuur.

De voorgestelde indeling van het monument in appartementen oogt op de verdiepingen logisch in relatie tot de bestaande structuur, maar op de begane grond niet. Op de begane grond roept de voorgestelde indeling vragen op. De commissie is niet blij met een fietsenberging die is gesitueerd in een aan de straat gelegen ruimte. Beter denkbaar is bijvoorbeeld om in totaal vier woningen te maken, met wellicht een commerciële ruimte op de begane grond. Hierdoor zou het plan aan helderheid kunnen winnen, en dit zou ook veel opleveren voor wat betreft de kwaliteit en uitstraling van de aan de straat gelegen ruimtes.

In het algemeen vraagt de commissie om zoveel mogelijk van het historische materiaal mee te nemen in het ontwerp. De commissie vraagt om goed inzichtelijk te maken wat de consequenties zijn ten aanzien van het behoud van monumentale waarden, als gevolg van het plan. De commissie noemde hierbij als een voorbeeld het maken van de voorgestelde vide en het daklicht. De commissie vraagt om inzichtelijk te maken waar wat zit qua interieurelementen/-afwerkingen, en hoe daarmee wordt omgegaan in het plan. Uitgangspunt is het zoveel mogelijk behouden van interieurelementen/-afwerkingen. Wat gebeurt er met de kelder? Kan de kelder wellicht aan een woning worden toegekend?

De commissie maakt een voorbehoud voor wat betreft de aan de achterzijde voorgestelde buitenruimtes. Dit is een zwaarwegend aspect. Hoe borg je hier de kwaliteit? De commissie vraagt om goed inzichtelijk te maken (bijvoorbeeld door middel van 3d impressies) welk totaalbeeld dit oplevert (gevel, terrassen en balkon, erfafscheidingen). Op voorhand geeft de commissie aan dat het balkon vrij fors lijkt. Gestreefd moet worden naar een rustig beeld en naar een kwalitatief hoogwaardige oplossing aan de achterkant.

De commissie ziet het plan graag in een volgende vergadering als vooroverleg terug, en houdt het plan aan.

Aanhouden

8. Zuidendijk 331-331A GM (SH)

  • Omschrijving: Uitbreiden woonhuis in schuur
  • Architect: Van der Padt & Partners
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Landgoederen en buitenplaatsen
  • Welstandsniveau: Regulier

Een erfgoedadviseur licht toe dat in het plan een goede eerste aanzet wordt gegeven tot het uitbreiden van de woning in de schuur, het vervangen van de dakbedekking en het intern wijzigen van het voorhuis. Op hoofdlijnen passen de voorgenomen ingrepen bij het monument. De uitdaging hierin zit nog wel in het vinden van een goede balans tussen de gesloten utilitaire boerenschuur met dominant houtskelet, en de nieuwe voorzieningen die hierin geplaatst worden die vragen om daglichttoetreding en een interne verdeling. Een duidelijke visie van de architect kan hierin bijdragen om te komen tot een gebalanceerd ontwerp. Het vakteam is enthousiast over het bundelen van grote ingrepen in gevel en dak aan één zijde die reeds aangetast zijn, maar ziet nog een ontwerpopgave om hier de balans te vinden tussen monument en vernieuwing. Ook in het interieur ligt de uitdaging om het houtskelet en de vrije hoogte zoveel als mogelijk visueel en beleefbaar te houden.

De opdrachtgever heeft de vergadering bijgewoond en licht (de achtergrond van) het plan toe. Ondanks dat het pand formeel nog geen monumentenstatus heeft, is er goed contact met het vakteam Erfgoed. Er is gekozen voor dit architectenbureau vanwege hun ervaring met boerderijen. De architecten lichten het plan toe. De hele schuur krijgt in de nieuwe situatie een woonprogramma. De rieten kap die het pand had zal worden teruggebracht. De constructie blijft intact en in het zicht. De voorgestelde ingrepen ter plaatse van de schuur bestaat daarnaast uit het maken van een aantal grote ‘gaten’ door over de gevel en het dakvlak doorlopen. Deels komen hier lamellen. Deze ingrepen zijn gesitueerd aan de meest private zijde van het pand. In de gevel van de woning aan de voorkant wordt een nieuwe ‘achterdeur’ voorgesteld.

Advies commissie

De commissie is op hoofdlijnen positief over de aanpak. Het is een voorstelbaar nieuw programma. Het wijzigen van de dakbedekking in een rieten kap is denkbaar en mogelijk. Wel worden er nu forse ingrepen ter plaatse van de schuur voorgesteld. De commissie vraagt om hier nog eens goed naar te kijken. Met name wat betreft elementen zoals gevels en het dakvlak moet er sprake zijn van een goed evenwicht tussen behoud en vernieuwing. Reductie (het niet toepassen van een veelvoud aan zware ingrepen, materialen en vormen) is hierbij de weg naar het bereiken van een mooie oplossing. De commissie maakt daarnaast de volgende opmerkingen:

-De kwaliteiten van de schuur zijn de grote open ruimte en de constructie ervan. Die kwaliteiten moeten in voldoende mate ervaarbaar en beleefbaar blijven. Veel van die kwaliteiten lijken verloren te gaan als gevolg van het plan. De commissie vraagt om beter inzichtelijk te maken wat er nog van die kwaliteiten over is met het nieuwe programma, en om te bezien hoe kan dit worden geoptimaliseerd. De zwembadruimte leent zich goed voor optimalisatie.

-de voorgestelde nieuwe indeling van het woonhuis aan de voorkant lijkt voorstelbaar

-De commissie is niet akkoord wat betreft het toevoegen van de deur in de gevel van het woonhuis aan de voorzijde. Wat dit aspect betreft adviseert de commissie negatief. Deze gevel is nu nog intact en moet behouden blijven.

-Neem het bestaande als uitgangspunt bij het ontwerp van de gevel in de nieuwe situatie, bezie dit als een nieuwe (tijd)laag.

-De commissie doet een oproep om de twee stalraampjes te behouden en goed in te passen in het gevelontwerp

-Installaties mee-ontwerpen, maak een installatieontwerp dat recht doet aan het gebouw en laat de inpassing hiervan niet aan het toeval over. Het is zonde dat de airco op de gevel behouden blijft.

Het is een prachtige opgave, en de commissie is benieuwd naar de verdere uitwerking. De commissie ziet het plan graag als vooroverleg in een volgende vergadering terug, en houdt het plan aan.

Aanhouden

9. Wijnstraat 56 RM (SH)

  • Omschrijving: renovatie en restauratie
  • Architect: DAR Bouwadvies
  • Vooroverleg, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat na de laatste planbehandeling in de commissie de bouwhistorische waarden zijn aangevuld en per vertrek en verdieping beschreven en gewaardeerd. Geconcludeerd is dat de vloerconstructies een hoge monumentwaarden krijgen vanwege de oude balklagen. De betonvloer op de begane grond valt hier echter buiten en heeft een indifferente waarde gekregen. Het platte dak bezit eveneens weinig monumentwaarde en is indifferent gewaardeerd. De schuifvensters hebben daarentegen een hoge monumentwaarden gekregen, deels vanwege de ouderdom en de relatieve ouderdom en samenhang van de reconstructie.

De omgang met de schuifvensters is hetgeen nu voorligt als bespreekpunt. Gesteld wordt dat na uitgebreide inventarisatie is gebleken dat de kozijnen gerestaureerd kunnen worden en dat de ramen van de voorgevel vervangen moeten worden. Ook wordt gesteld dat de huidige indeling detoneert in het straatbeeld, dat die gekenmerkt wordt door een meer eigentijdse indeling, en dat door de voorgenomen wijziging een betere aansluiting gevonden wordt.

De ramen hebben een hoge monumentwaarden toebedeeld gekregen, wat betekent dat deze behouden dienen te worden. Een algeheel slechte staat kan betekenen dat andere keuzes gemaakt moeten worden. Ondanks dat het vakteam schades erkent en erkent dat de ramen niet overal meer goed zijn, kan niet gesteld worden dat deze dermate slecht zijn dat de enige optie vernieuwing is. Dat de indeling detoneert in de straat, daar is het vakteam het niet mee eens gelet op de vele andere patriciërshuizen in de straat en in stad die patatsnijders hebben.

Het vakteam kan zich zodoende niet vinden in het voorstel om de ramen met patatsnijders te verwijderen en te vervangen door een herziene indeling. Het uitgangspunt bij een monument is immers dat behoud gaat voor vernieuwing.Verder is document aangeleverd met daarin de uitgangspunten tot verduurzaming van het monument.

Het daarin voorgestelde dampopen isolatiesysteem is een goed uitgangspunt passend bij een monument en de vele moeilijke aansluitingen die vaak aanwezig zijn. Het vakteam ziet dit bij de aanvraag graag uitgewerkt.

De aanvragers hebben de vergadering bijgewoond en lichten toe dat de kozijnen behouden kunnen blijven, maar dat de ramen in een bouwtechnisch te slechte staat zijn en moeten worden vervangen. Het is volgens de aanvragers niet mogelijk om in de roeden van de patatsnijders monumentenglas in te passen. Een restauratie-architect is bij de planvorming betrokken en deze heeft geconcludeerd dat het behoud van de ramen economisch niet verantwoord is. De nu aanwezige patatsnijders is volgens de restauratie-architect een bepaalde (restauratie)visie, en de architect stelt als vervanging hiervan een andere indeling voor.

Advies commissie

De commissie heeft bij de eerdere beoordeling van het plan op 3 maart 2025 aangegeven positief te zijn over het feit dat het pand zal worden aangepakt en dat het weer een woonhuis zal worden. De commissie complimenteerde de aanvrager en de ontwerper met de planvorming. De omgang met de schuifvensters is hetgeen nu voorligt als bespreekpunt. Het advies van de commissie betreft daarom alleen betrekking op de omgang met de schuifvensters. De commissie maakte op 3 maart 2025 een voorbehoud wat betreft de voorgestelde vervanging en nieuwe indeling van de vensters in de voorgevel. De commissie vroeg allereerst om het hier toepassen van achterzetbeglazing te onderzoeken. Alleen wanneer het toepassen van achterzetbeglazing niet mogelijk is, en goed wordt onderbouwd / aangetoond dat de staat van de bestaande vensters heel slecht is, is vervanging denkbaar. Wanneer de uitkomst van deze nadere onderzoeken het vervangen van de vensters is, dan is een andere kozijnindeling niet ondenkbaar. Het op 3 maart 2025 voorgelegde voorstel, het wijzigen van de patatsnijders in Empire-vensters, vond de commissie nog onvoldoende overtuigend omdat op oude foto's een andere kozijnindeling zichtbaar is. In het ontwerp van de vensters in de achtergevel leek te worden teruggegrepen op de situatie van 1945. De commissie vroeg om die keuze beter te onderbouwen.

De commissie vraagt om een representatief en onafhankelijk onderzoek waarin de staat van de ramen goed in beeld komt. Deze onderbouwing is noodzakelijk voor de commissie om een goed gefundeerd advies uit te kunnen brengen. Wanneer uit de onderzoek blijkt dat de bouwtechnische staat te slecht is voor restauratie, dan is vervanging denkbaar. In het geval dat vervanging noodzakelijk is, zijn er wat betreft de commissie twee opties denkbaar:

-indeling patatsnijders aanhouden

-reconstructie van de indeling van voor de fase met de patatsnijders. Hier zijn historische foto's van. De commissie vraagt om daar onderzoek naar te doen, en om een voorstel goed te onderbouwen met historisch materiaal.

Ten aanzien van het toepassen van biobased materialen en damp-open bouwen merkt de commissie op dat dit goede uitgangspunten zijn. 

Aanhouden

10. Bagijnhof 48-52 BS (SH)

  • Omschrijving: Het toevoegen van appartementen op de verdiepingen
  • Architect: Stijl architectuur
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan is aangepast naar aanleiding van de door de commissie gemaakte opmerkingen. Er wordt nu een andere invulling van de gevelopeningen voorgesteld, en er zijn groenvoorzieningen toegevoegd. De nu voorgestelde invulling van de kozijnen kan worden omschreven als eenvoudig en passend. Er zou qua invulling enig onderscheid gemaakt kunnen worden tussen beide panden, maar dit zou ook door middel van de kleurstelling verkregen kunnen worden. In beginsel is deze invulling passend, waarbij het vakteam opmerkt dat draaikiepvensters niet akkoord zijn in het beschermde stadsgezicht, en dat een volledige set detailtekeningen ontbreekt. Het vakteam komt tot de conclusie dat plan is verbeterd , maar er had in het ontwerp meer rekening kunnen worden gehouden met het maken van een gevelbeeld dat passend is bij de nieuwe functie, en dat het daarmee een positieve bijdrage levert aan deze (toekomstige) woonstraat. Het schuifhek, waar geen vergunning voor is verleend, maakt nog steeds onderdeel uit van het plan.

Het behoud van het schuifhek resulteert niet in een kwalitatieve verbetering. Dat het schuifhek voor de bergingdeur wegschuift lijkt daarnaast geen wenselijke of veilige situatie. Ten aanzien van het schuifhekwerk is het vakteam niet positief. De architect licht het plan toe en geeft aan dat vanuit de gebruikers de wens bestaat om hier een hekwerk te hebben. Dit kan ook een vouwpoort zijn.

Advies commissie

De commissie had op 26 mei 2025 aangegeven heel positief te zijn over de hier beoogde ontwikkeling, wonen boven winkels. De Het is positief dat er woningen worden toegevoegd. De impact op de historische omgeving is beperkt. Heel positief is ook dat het beeld van het rechterpand intact blijft, en dat de woningen binnen de bestaande contouren worden gerealiseerd. De commissie gaf op 26 mei 2025 aan dat de achterzijde, de Lenghengang, kansen biedt om aan te sluiten bij / mee te gaan met de transformatie van deze straat naar een woonstraat. De commissie gaf in dit verband de sterke aanbeveling om kennis te nemen van de hier ontwikkelde plannen. De commissie vroeg om een (ontwerp)visie op de achtergevel te ontwikkelen, en gaf aan dat hier nog een ontwerpslag nodig is. Dit kan een nieuwe tijdlaag zijn, maar ook een meer traditionele vormgeving is wellicht denkbaar. De commissie vroeg om na te gaan wat er nog aan oorspronkelijk/origineel materiaal in deze gevel aanwezig is. De commissie vroeg om in plaats van het voorgestelde schuifhek, een draaihek te maken. Tenslotte vroeg de commissie om te bekijken waar het mogelijk is om vergroening toe te passen.

Hierop is het plan aangepast. In hoofdzaak is er een goede invulling gegeven aan de door de commissie gemaakte opmerkingen. De commissie is op hoofdlijnen akkoord met het plan in de nu voorgelegde vorm. De commissie vindt het jammer dat het plan niet is aangegrepen als kans om aan de Lenghengang een bijdrage te leveren aan de transformatie van deze straat naar een woonstraat.

De achtergevel is evenwel nu op zichzelf beschouwd meer samenhangend vormgegeven en daarom is het plan akkoord, mits (voorwaarden):

-er geen draaikiepramen worden toegepast. Dit levert een voor het beschermde stadsgezicht wezensvreemd beeld op, en dit is niet akkoord

-er een in beschermd stadsgezicht passend hekwerk wordt ontworpen, dat niet voor de gevel schuift.

Het aanwezige (niet-vergunde) schuifhekwerk is niet akkoord. De commissie vraagt om het plan hierop aan te passen, en houdt het plan aan. Een hierop aangepast plan kan ambtelijk worden beoordeeld.

Aanhouden

Rondvraag

Grote commissie | Verslag 23 juni 2025

Aanvang: 13.30 u. – 19.45 u.

Locatie: Stadskantoor, vergaderkamer 3

Aanwezig: Mevr. E. Marcusse (voorzitter), dhr. J. Baijense, mevr. A. Riel, mevr. A. Kruisinga (m.u.v. agendapunt 7, Karel Doormanweg ong), mevr. V. Herzberg, dhr. D. Smit (secretaris)

Afwezig: dhr. S. van der Spuij (geraadpleegd)

1. Laan van Barcelona ong.

  • Omschrijving: nieuwbouw shortstay appartementen
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Ontwikkelgebieden
  • Welstandsniveau: Ontwikkeling
  • Beeldkwaliteitsplan Amstelwijck

De architect heeft de vergadering bijgewoond en licht het ontwerp toe. Sinds de laatste keer dat de commissie het plan heeft beoordeeld, heeft het gebouwontwerp een extra bouwlaag gekregen. Verder sluit het ontwerp aan op hetgeen de commissie eerder heeft beoordeeld. Het dak zal worden uitgevoerd als sedumdak, en op het terrein komt groen.

Advies commissie

Op 28 september 2020 heeft de commissie een plan beoordeeld voor een met dit gebouw vergelijkbaar gebouw, op deze plek. De commissie gaf destijds aan dat dat plan een verdere uitwerking betrof van het eerder als vooroverleg aan de commissie voorgelegde plan. De door de commissie tijdens het vooroverleg benoemde punten waren in het plan verwerkt. De commissie adviseerde in 2020 positief, met als aandachtspunt de stedenbouwkundige / landschappelijke inpassing. De commissie vroeg om hierover contact op te nemen met de stedenbouwkundige. Wat betreft het ontwerp van de stedenbouwkundige / landschappelijke inpassing, en aspecten als het groene karakter van de buitenruimte, klimaatadaptie en verlichting, gaf de commissie aan hier kansen voor verbetering te zien.

Het nu ter beoordeling voorgelegde gebouwontwerp is in architectonisch opzicht op hoofdlijnen gelijk aan het eerder beoordeelde plan, met uitzondering van het aantal bouwlagen (één bouwlaag meer). De commissie is op hoofdlijnen positief over het plan in de huidige vorm. De massa verbetert door de extra bouwlaag. Om de installaties komt een scherm met strekmetaal. De commissie vraagt aandacht voor het ontwerp van de entreepartij en van de luifel. De commissie vraagt in dit verband aandacht voor de logica van de kozijnindeling van deze pui, op zichzelf beschouwd en in relatie tot de luifel. De luifel lijkt daarnaast wat fors / dik. Aangezien er sprake zal zijn van meerdere gebruikers, vraagt de commissie om (in ieder geval de plek en het formaat van) de reclame / signing mee te ontwerpen. De commissie verwijst volledigheidshalve naar de hier geldende welstandscriteria ten aanzien van reclame. De terreininrichting vraagt aandacht. Het gebouw en de (nu versteende) omgeving van het gebouw zijn kansrijk wat betreft vergroening en het treffen van natuurinclusieve maatregelen. De commissie verwijst in dit verband naar het Handboek Natuurinclusief Bouwen van de gemeente en er kan contact worden opgenomen met de stadsecolooog.

De commissie adviseert positief en ziet het plan graag als aanvraag (inclusief bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik) in een volgende vergadering terug, met inachtneming van de gemaakte opmerkingen.

Positief met opmerkingen

2. Keerweer ong.

  • Omschrijving: het realiseren van bedrijfsunits met kantoren (Westview Business Park)
  • Architect: Van Es architecten
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
  • Welstandsniveau: Regulier

De architect en de aanvrager hebben de vergadering bijgewoond. De bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik wordt ter beoordeling voorgelegd.

Advies commissie

De commissie heeft het plan eerder als vooroverleg beoordeeld. De commissie gaf tijdens het vooroverleg aan dat de kop van het project de potentie heeft om te gaan fungeren als ‘uithangbord’ van de ambitie om hier een duurzaam bedrijventerrein te maken, door hier van met elkaar samenhangende natuurinclusieve maatregelen te treffen. De gevel zou hierbij als ‘stepping stone’ naar het dak kunnen gaan fungeren. Ook gaf de commissie aan dat het daadwerkelijk realiseren van de getekende landschappelijke invulling van de buitenruimte goed moet worden geborgd, en dat een en ander met de gemeente / de stedenbouwkundige moet worden afgestemd.

De commissie is positief over het nu als aanvraag ter beoordeling voorliggende plan. De commissie is positief over de voorgestelde natuurinclusieve maatregelen, en de commissie is positief over hoe de eerder hierover gemaakte opmerkingen zijn opgepakt en uitgewerkt. Hierin zijn goede keuzes gemaakt, bijvoorbeeld wat betreft het maken van ‘stepping stones’. De commissie geeft ten aanzien van de verdere uitwerking twee aanbevelingen mee:

-de commissie vraagt om nog eens naar (de detaillering van) de hoeken te kijken. Kan dit bijvoorbeeld overhoeks in glas worden uitgevoerd, in plaats van metalen zetwerk, door de kozijnstijlen iets anders te verdelen? Hierdoor zal het ontwerp aan zeggingskracht winnen.

-ter plaatse van de watergangen, wanneer het hier gaat om natuurvriendelijke oevers: pas dan een dotterbloemmengsel toe in plaats van gras. De commissie merkt op dat alles wat in beheer komt bij gemeente, ook nog door gemeente zal moeten worden beoordeeld. De commissie vraagt om de (uitwerking van) de inrichting van de openbare ruimte met de gemeente / de stedenbouwkundige af te stemmen.

De commissie adviseert positief, met als voorwaarde dat het volledige kleur- en materiaalgebruik nog ter beoordeling wordt voorgelegd (voorwaarde). Het kleur- en materiaalgebruik is in hoofdzaak akkoord, behoudens de (niet bemonsterde) gevelbeplating met houtmotief. Pas hier echt hout toe, of een gevelmateriaal in kleur (zonder houtmotief). De beoordeling van de invulling van deze aan het advies verbonden voorwaarde kan plaatsvinden in de kleine commissie.

Concluderend adviseert de commissie adviseert positief over het plan, met twee aanbevelingen en één voorwaarde.

Positief met voorwaarde en aanbevelingen

3. Prinses Julianaweg e.o.

Omschrijving: verduurzamen 228 appartementen Prinsessenstraten

  • Architect: Stijl architectuur
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond en licht de achtergrond van het plan toe. Mogelijk krijgen de schuren een groendak. De architect licht toe dat deze buurt vroeger het einde van de stad vormde. De blokken zijn gebouwd in Korrelbeton; hergebruikt Rotterdams puin. Kenmerken van de oorspronkelijke architectuur zijn soms verloren gegaan bij renovaties. De verduurzaming van de blokken is aangegrepen als kans om het oorspronkelijke beeld weer te herstellen, bijvoorbeeld wat betreft de kozijnindeling. De bestaande balkonhekken, voordeuren, ronde ramen en schoorstenen blijven behouden, evenals het schuine overstek van de kap ter plaatse van de kopgevels. In plaats van de verschillende kleuren die nu in de blokken worden gebruikt, zal er straks sprake zijn van dezelfde kleur. Wel worden de entrees herkenbaar gemaakt. Er zullen kunststof kozijnen worden toegepast. Naast verduurzaming is er hier ook een ecologische opgave, die in het ontwerp is geïntegreerd.

Advies commissie
De commissie is heel positief over het feit dat deze buurt met karakteristieke en optimistische Wederopbouwarchitectuur wordt verduurzaamd, en niet wordt gesloopt. Heel positief is dat uit het nu voorgelegde ontwerp blijkt dat wordt nagestreefd om het oorspronkelijke architectonische beeld te behouden of (wanneer het oorspronkelijke ontwerp door een renovatie verloren is gegaan) weer te herstellen, zoals wat betreft de kozijnindeling. De commissie heeft waardering voor de aanpak die uit het plan blijkt, en complimenteert de architect en de aanvrager.

De commissie maakt de volgende opmerkingen:

-de commissie vraagt om de kruisindeling van de vensters ter plaatse van de kopgevels terug te brengen. In het algemeen is het beter om de oorspronkelijke kozijnindeling aan te houden

-de commissie vraagt om het dakranddetail te verfijnen, bijvoorbeeld door het dakranddetail een profiel te geven zodat het aanzicht van het dikkere dakpakket wordt verzacht

-ten aanzien van de verdere uitwerking wordt aandacht gevraagd voor het neggedetail, de kaders om de entrees, de vensters en voor de aansluiting van het te behouden balkonhekwerk op het dikkere gevelpakket

-de commissie vraagt aandacht voor de kwetsbaarheid (kans op beschadigingen) van het gevelmateriaal ter plaatse van de plint, in verband met de esthetische duurzaamheid van de gevel

-wellicht is het mogelijk om ter plaatse van de kopgevel begroeiing toe te passen

De commissie is benieuwd naar de verdere uitwerking van het plan. De commissie ziet het plan graag, verder uitgewerkt en met inachtneming van de gemaakte opmerkingen, als aanvraag in een volgende vergadering terug.

Positief, met opmerkingen

4. Troelstraweg ong.

Omschrijving: renovatie 4 portiekblokken

  • Architect: KAW
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Wederopbouw - stempelwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

De architect licht het plan toe, en de omgang met de door de commissie tijdens het vooroverleg gemaakte opmerkingen. In het bijzonder betreft dit de toepassing van minerale gevelstrips. In de nieuwe situatie krijgen de blokken van een afstand bezien de kenmerken van Wederopbouw (baksteen)architectuur, maar eenmaal dichtbij is zichtbaar dat het hier gaat om een nieuw (gevel)materiaal met verschillende (en ten opzichte van metselwerk afwijkende) formaten en texturen. De monsterborden hiervan zijn nog in productie.

Het hekwerk van het balkon lijnt nu uit met de borstwering van de kozijnen. Het patroon in het hekwerk en in de geperforeerde panelen verwijst naar de structuur van de wijk. Op het dak komen geen grote installaties. De zonwering wordt verholen aangebracht, ventilatieroosters zijn zichtbaar en krijgen daarom een donkergrijze kleur. Hierdoor zullen deze niet dominant zijn in het beeld.

Er komen meer nestkasten in de gevels, en ter plaatse van het maaiveld komen insectenstenen. Een en ander is afgestemd met het bij het plan betrokken ecologische adviesbureau. De nestkasten zijn soms verholen opgenomen in de gevels (in gevels met veel gevelopeningen), en zijn soms in het zicht.

Advies commissie
De commissie heeft het plan eerder als vooroverleg beoordeeld. Bij het vooroverleg gaf de commissie aan waardering te hebben voor het ontwerp van de renovatie van deze blokken. De waardering van de commissie betrof onder andere de analyse van de bestaande architectuur, die het vertrekpunt vormde voor het ontwerp, de gevelcompositie en -proporties, en de in het ontwerp bereikte verbetering van de woonkwaliteit zoals blijkt uit de ruimere balkons.

De commissie is positief over het nu als aanvraag ter beoordeling voorliggende plan, en hoe in het plan is omgegaan met de door de commissie tijdens het vooroverleg gemaakte opmerkingen. In het bijzonder benoemt de commissie de nu voorgestelde toepassing van minerale gevelstrips. Het is heel erg positief dat er is gezocht naar patronen/texturen die geen imitatie zijn van metselwerk, en waarbij het architectuurbeeld evengoed tegelijkertijd nog verwijst naar Wederopbouwarchitectuur. De commissie is benieuwd naar de bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik, en verbindt het ter beoordeling voorleggen daarvan als voorwaarde aan haar advies. De commissie vraagt aandacht voor de kwetsbaarheid (kans op beschadigingen) van het gevelmateriaal ter plaatse van de plint, in verband met de esthetische duurzaamheid van de gevel. Denkbaar is bijvoorbeeld het creëren van afstand tot de gevel. De commissie is positief over de voorgestelde te treffen natuurinclusieve voorzieningen, en vraagt om nog op tekening te zetten

De entreepartijen zijn op zichzelf beschouwd akkoord, maar niet akkoord is de wijze waarop deze nu aansluiten op de openbare ruimte. Het is enerzijds belangrijk dat de entreepartijen identiek zijn, anderzijds is het belangrijk dat er sprake is van een goede aansluiting op de openbare ruimte. Dat vraagt ter plaatse van één entreepartij nog om een aanpassing van de openbare ruimte. De commissie vraagt om hierover in overleg te gaan met het vakteam stedenbouw om tot een goede oplossing te komen (voorwaarde).

Concluderend is het plan akkoord, mits (voorwaarden):

-de bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik nog ter beoordeling wordt voorgelegd.

-de aansluiting op / inrichting van de openbare ruimte ter plaatse van de entreepartijen in overleg met het vakteam stedenbouw wordt bepaald

Positief met voorwaarden

5. Singel 207 GM (SH)

  • Omschrijving: Algehele restauratie en renovatie
  • Architect: FOAM Architecten
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan, mede naar aanleiding van de tijdens het vooroverleg door de commissie gemaakte opmerkingen, verder is uitgewerkt en als aanvraag is ingediend. Het vakteam is van mening dat er een bijzonder goed uitgewerkt en zorgvuldig plan voorligt. De erfgoedadviseur neemt puntsgewijs / thematisch de meest relevante aspecten van het plan door.

Stijlkamer begane grond

De belangrijkste resterende ingrepen in de stijlkamer betreffen de doorbraak naar de keuken en het toepassen van een verlaagd plafond tussen de moerbinten, om de kinderbinten aan het zicht te onttrekken.

De breedte van de doorbraak is nu beperkt tot drie panelen, waarbij de hoogte aansluit op de naastgelegen binnendeur. Een nieuwe latei zal de constructie opvangen en deze zal bekleed worden met een architraaf aan de keuken-zijde. Dit is goed voorstelbaar en uitgewerkt conform de opmerkingen van de commissie. Het verlaagde plafond tussen de moerbinten zal met rekwerk tegen het plafond worden gemonteerd. Uitgangspunt moet zijn dat het verlaagde plafond reversibel is, maar hoe reversibel is deze gelet op de te maken schade? Het vakteam kan zich voorstellen dat het zorgvuldig bevestigen van regelwerk tegen de kinderbinten tot schades leidt die naderhand beter te repareren zijn. Wel is het maar de vraag of deze extra belasting kunnen dragen.

Als laatste is aangegeven dat het houtwerk in dit vertrek opnieuw wordt geschilderd. Het vakteam gaat er vanuit dat het dan gaat om het opnieuw in de blanke lak zetten van de houten gelakte delen. Klopt dit?

Keuken begane grond

In de keuken wordt een schacht naast de achterdeur en een schacht naast het rookkanaal verwijderd. Deze hebben een indifferente waarden, hoewel het wel opvallend is dat het tegelwerk op de schacht naast het rookkanaal doorloopt. Vermoedelijk is het tegelwerk later aangeheeld. Wellicht dat het nu opnieuw gebruikt kan worden om tegelwerkschades te herstellen. Wat betekent het verwijderen van de schachten verder voor het plafond? Wordt het aangeheeld? Het aanwezige historische keukenblokje, die als het ware de koekoek vormt voor de kelder, blijft behouden en hier wordt een overzetkast overheen geplaatst. Deze is nog niet uitgewerkt, maar zolang deze reversibel is en zonder schade te verwijderen valt is dit voorstelbaar. Gevraagd wordt de uitwerking tijdens uitvoering af te stemmen met het vakteam Erfgoed (voorwaarde).

Keuken eerste verdieping

Deze keuken zal ontmanteld worden, waarbij het keukenblokje herplaatst zal worden. Het vakteam vraagt om dit specifiek te maken.

Toiletten

Het monument kent meerdere historische toiletten. Eerder is duidelijk geworden dat het personeelstoilet geheel onveranderd behouden blijft. Bij de overige toiletten blijft het wandtegelwerk behouden evenals de fonteintje(s), maar wordt de toiletpot en het vloertegelwerk vervangen. Hoewel voorstelbaar, benadrukt het vakteam dat veel van het vloertegelwerk gereinigd en geseald kan worden. Mocht vervanging echt noodzakelijk blijken, dan ziet het vakteam het vloertegelwerk graag bemonsterd in overeenstemming met de bestaande situatie (voorwaarde).

Badkamer eerste verdieping

De badkamer op de eerste verdieping zal feitelijk worden opgeofferd zodat de badkamer op de tweede verdieping behouden kan blijven. De ingrepen op de eerste verdieping rondom deze (nieuwe) badkamer zijn stevig. Deze beginnen allereerst met het oplossen van een constructieve problematiek. In de wand tussen de master-bedroom en badkamer zit behoorlijke scheurvorming. De architect heeft de verwachting dat de muur niet (voldoende) ondersteund wordt en stelt voor om de wand te verwijderen, een stalen ligger in de vloer aan te brengen, en om de vloer opnieuw op te bouwen. Aangezien dit een doorlopende wand is tot en met de tweede verdieping, maakt het vakteam zich zorgen over gevolgschade bij het verwijderen van deze wand. Daarnaast zou de scheurvorming ook nog verband kunnen houden met de funderingsproblematieken die een decennia geleden hersteld zijn.

Het vakteam zou willen voorstellen om eerst onderzoek te doen naar de onderliggende constructie, door van bovenaf de vloer open te leggen. Het vakteam vindt het namelijk onwaarschijnlijk dat deze wand niet deugdelijk opgevangen zou worden. Mocht blijken dat de bestaande constructie niet deugt, dan is plan op dit punt voorstelbaar. Het zou echter beter zijn om de bestaande wandstructuur te sparen, niet alleen vanwege het behoud van materiaal, maar ook om gevolgschade van bovenliggend muurdeel (met tegelwerk) en geornamenteerd stucplafond te voorkomen (voorwaarde).

Als laatste is het vakteam benieuwd wat met het verdere te verwijderen sanitair zal gebeuren? Is nagedacht over het zoveel mogelijk herplaatsen? Het schrobgootsteentje zou bijvoorbeeld in de kelder of het washok een uitstekende opstelplaats kunnen krijgen.

Badkamer tweede verdieping

De badkamer op de tweede verdieping krijgt een restauratieve aanpak, waarbij zowel het tegelwerk als sanitair blijft behouden. In de kast zal een douche worden geplaatst en de gescheurde wastafel zal vervangen worden door één van de exemplaren die in de rest van het huis vrijkomt. Het vakteam kan zich nog steeds vinden in deze aanpak. De installatietekening lijkt erop te wijzen dat de riolering vervangen wordt. Dat zal vermoedelijk lukken gelet op het gegeven dat het plafond van onderliggende badkamer verwijderd wordt, maar dit mag niet leiden tot een aantasting van het onderliggende geornamenteerde stucplafond en/of te behouden tegelwerk (voorwaarde).

Ten aanzien van de vloerafwerking wordt voorgesteld om het vloerbeschot te verwijderen en een cementdekvloer met Lewisplaat aan te brengen. Hoewel dit op de eerste verdieping voorstelbaar is, adviseert het vakteam daar in deze situatie negatief op. Het vakteam voorziet een substantiële verhoging waardoor de aansluiting met het bad en tegelwerk niet goed en/of passend gemaakt kan worden. Het vakteam adviseert om te kijken naar bijvoorbeeld een elastische gietvloer of een zeer dunne opbouw met tegelwerk. Verder wordt gevraagd het afzuigingpunt onzichtbaar weg te werken, bijvoorbeeld door gebruik te maken van het bestaande rooster.

Glas & isolatie

Voorgenomen wordt glasverbetering van het enkele glas en het glas-in-lood. Hiervoor zijn verschillende benaderingswijzen doorgevoerd. Bij de schuiframen met bovenlichten in glas-in-lood wordt een achterzetraam met schuifmechanisme toegepast. Als voorbeeld wordt 'Metaglas Metaplus Comfort Schuif' benoemd. Deze schuiframen worden aan de binnenzijde in de dagkant geplaatst. Het vakteam vindt dit een uitstekend uitgangspunt, maar merkt wel op dat niet alle dagkanten vermoedelijk voldoende ruimte bieden. Alternatieve mogelijkheden zijn bijvoorbeeld de volglazen achterzetramen van Ramengilde type BB41 of de houten achterzet-schuiframen van Allframe. Het vakteam denkt graag mee mocht dit gewenst zijn.

Voor de enkele beglazing in vaste of draaiende delen wordt DaVinci glas voorgesteld (vacuüm beglazing) met een indicatieve dikte tussen de 6 en 8 millimeter. Welk merk uiteindelijk wordt toegepast maakt minder uit, hoewel het vakteam wel adviseert om goed te kijken naar de hoogte van de randafdichting en garantietermijn, deze kunnen namelijk tussen individuele merken sterk verschillen. De geringe dikte zorgt ervoor dat infrezen niet nodig is en dat de beglazing direct in de sponning past. Het vakteam vindt ook dit een uitstekend uitgangspunt.

Bij de resterende glas-in-lood ramen worden achterzetramen aan de binnenzijde voorgesteld, bijvoorbeeld door achterzetramen van Metaglas Metaplus. Ook dit is weer en uitstekend uitgangspunt. Wel merkt het vakteam op dat het toepassen van verschillende type beglazingen in verschillende reflecties en kleurbelevingen van het glas kan leiden. Geadviseerd wordt om in de achterzetkozijnen en achterzetramen eenzelfde glas toe te passen om deze verschillen te voorkomen.

Als laatste wordt voorgesteld de kap aan de binnenzijde te isoleren door middel van 120 mm PIR isolatie. Dit is niet onvoorstelbaar zoals gedetailleerd, maar een dampopen isolatie verdient de voorkeur.

Leidingverloop en elektrische installatie

Op de installatietekeningen is het leidingverloop aangegeven. Door gebruik te maken van de bestaande voorzieningen en hier ten dele de kelder voor in te zetten, past dit binnen het monument. Op de eerste verdieping zal het verloop in de vloer uitgebreid en herzien worden. Ook daar worden weinig problemen voorzien, maar het vakteam vraagt wel speciale aandacht voor de uitvoering gelet op onderliggende stijlkamer. Op de tweede verdieping ontbreken de installatietekeningen ten aanzien van het leidingverloop vooralsnog.

Ten aanzien van de elektra is aangegeven dat er sleuven in de wanden worden gefreesd om de nieuwe elektrische installaties aan te leggen. Het vakteam merkt hierbij op dat er in het monument op meerdere plekken spanbehang aanwezig is. Tussen behang en muur moet dan voldoende ruimte zijn voor de elektra, bovendien zal hier opvulling voor nodig zijn. Het vakteam vraag om hier nog kritisch naar te kijken.

Het bestaande schakelmateriaal zal vervangen worden door nieuw, wit bakelieten schakelmateriaal. Op de begane grond zit op dit moment voornamelijk schakelmateriaal met zwart bakelieten schakelaars en glasplaatjes terwijl het op de verdieping een combinatie is van wit- en zwart bakeliet. Op de begane grond wil het vakteam vragen om alle belknopjes van het bellenbord te behouden, ondanks dat deze niet meer zullen werken. Hierop aansluiten met zwart bakeliet is dan eveneens voorstelbaar.

Concluderend complimenteert het vakteam de architect voor het zo zorgvuldig in kaart brengen en uitwerken van het renovatieplan voor deze woning. De mate van uitwerking en aandachtigheid is voorbeeldig, en geeft veel vertrouwen in de uitvoering. Het vakteam hoopt dan ook dat de architect bij de uitvoering betrokken blijft. Gelet op de hoge monumentwaarden van vrijwel alles – van indeling tot behang en van badkamer tot stopcontact – is het vakteam van mening dat er nu een plan ligt met een goede balans tussen behoud en vernieuwing. Het plan kent nog een beperkt aantal aandachtspunten zoals de badkamerwand, leidingverloop, elektra, badkamervloer, overzetkast keuken, de opbouw van het verlaagde plafond in de stijlkamer en het tuinschuurtje. De beoordeling van de invulling van deze aandachtspunten kan mogelijk ambtelijk afgedaan worden.

De architect heeft de vergadering bijgewoond en licht toe dat het plan technisch verder is uitgewerkt. Het plan wordt per ruimte / ingreep toegelicht.

Advies commissie

De commissie heeft het plan eerder als vooroverleg beoordeeld en heeft ten tijde van het vooroverleg het pand bezocht. De commissie gaf aan dat uit het plan bleek dat hetgeen werd voorgesteld, heel erg vanuit het monument was ontworpen. Ook had de commissie waardering voor de zeer heldere en voorbeeldige wijze waarop het plan in de stukken uiteen wordt gezet.

De commissie is heel positief over het nu als aanvraag ter beoordeling voorliggende plan, en complimenteert de architect en de aanvrager met het daarin bereikte resultaat. Er is sprake van een goede balans tussen het behoud van monumentwaarden enerzijds, en daar waar nodig een moderniseringsslag anderzijds. Als dringende aanbeveling geeft de commissie mee dat het belangrijk is dat de architect betrokken blijft bij de verdere uitwerking en de uitvoering, om zodoende het hier beoogde eindresultaat ook daadwerkelijk te bereiken.

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed en de daarin genoemde voorwaarden:

Stijlkamer begane grond:

-uitvoering verlaagd plafond (reversibele ingreep, of de extra belasting gedragen kan worden)

-(de kleur van) het schilderwerk van het houtwerk afstemmen met het vakteam Erfgoed

Keuken begane grond:

-mogelijke gevolgen verwijderen schachten afstemmen met het vakteam Erfgoed

-uitwerking overzetkast afstemmen met het vakteam Erfgoed

Keuken eerste verdieping

-herplaatsing keukenblokje specificeren

Toiletten

-wanneer vervanging van het vloertegelwerk noodzakelijk is, en dit niet gereinigd en geseald kan worden, moet bemonstering van het vloertegelwerk (dat in overeenstemming is met de bestaande situatie) ter beoordeling worden voorgelegd

Badkamer eerste verdieping

- onderzoek naar de onderliggende constructie. Wanneer blijkt dat de bestaande constructie niet deugdelijk is, dan is plan op dit punt voorstelbaar. Het zou echter beter zijn om de bestaande wandstructuur te sparen, niet alleen vanwege het behoud van materiaal, maar ook om gevolgschade van bovenliggend muurdeel (met tegelwerk) en geornamenteerd stucplafond te voorkomen

-omgang met het te verwijderen sanitair afstemmen met het vakteam Erfgoed

Badkamer tweede verdieping

-vervanging riolering mag niet leiden tot een aantasting van het onderliggende geornamenteerde stucplafond en/of te behouden tegelwerk

-dunnere vloerafwerking toepassen

- afzuigingpunt onzichtbaar wegwerken

Glas & isolatie

-nagaan of de dagkanten voldoende ruimte bieden voor de voorgestelde oplossing, en het vakteam Erfgoed betrekken bij hierin te maken keuzes.

-aandacht voor de mogelijk onderling verschillende reflectiewaarden en kleur(beleving) van het toe te passen typen glas, in het bijzonder wanneer er verschillende typen en/of merken beglazing zouden worden toegepast. Het toepassen van eenzelfde type en merk glas voorkomt deze verschillen.

Leidingverloop en elektrische installatie

-aandacht voor de uitvoering gelet op onderliggende stijlkamer.

-ontbrekende installatietekeningen aanvullen

-bekijk of het mogelijk is om leidingwerk tussen muur en spanbehang te situeren

-belknopjes van het bellenbord behouden

-omgang met het tuinschuurtje afstemmen met het vakteam Erfgoed

Ter aanvulling / onderstreping daarvan maakt de commissie de volgende opmerkingen:

-ten aanzien van de constructie adviseert de commissie om een ‘monumenten’constructeur bij het plan te betrekken, die kan adviseren op de constructieve aspecten van het plan zoals de gescheurde badkamerwand en het draagvermogen moerbalken in verband met het extra plafond).

-na-isolatie van de kap met een dampdichtsysteem: er wordt nu gekozen voor het aftapen van de pirplaten en geen dampremmend folie. Van belang is dat het aftapen plaatsvindt bij alle naden, dus niet alleen tussen de pirplaten maar ook waar deze de gevel, gordingen of spanten raken.

-badkamer: zoek naar een dunne vloerafwerking zodat het bad kan blijven staan.

-het is de moeite waard om de kleurstelling van het originele schilderwerk van het exterieur na te gaan/te onderzoeken, en deze originele kleuren vervolgens toe te passen

-de kleuren van het schilderwerk van de stijlkamer moeten goed op de stukken/tekeningen worden aangeven

-behang moet worden gedocumenteerd

-waardevol bouwhistorisch materiaal dat vrijkomt op locatie opslaan (bijvoorbeeld in de kelder). Mogelijk kan dit later worden hergebruikt.

De commissie adviseert positief over het plan, met de genoemde punten als voorwaarden. Het vakteam Erfgoed kan de invulling van deze voorwaarden beoordelen.

Positief met voorwaarden

6. Oranjelaan 14

  • Omschrijving: dakopbouw
  • Architect: Studio Huis Arrest
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw – Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

De architect licht (de achtergrond van) het plan toe. Beoogd is om ter plaatse van de kap bruikbare ruimtes te maken, in de vorm van een architectonisch vormgegeven dakkapel met ranke aluminium kozijnprofielen en zonder te openen ramen.

Advies commissie

De commissie begrijpt de achtergrond van het voorstel, het bruikbaar willen maken van de kapverdieping. Op het nu voorliggende plan adviseert de commissie negatief. De dakkapel voldoet niet aan de welstandscriteria ten aanzien van dakkapellen. De dakkapel is te fors in relatie tot de maat en schaal van het huis, het volume van de uitbreiding loopt van voor naar achter door en steekt boven de nok uit, en het voorstel is ook wat betreft compositie onvoldoende passend.

Op zichzelf beschouwd is het bruikbaar maken van de kapverdieping door middel van een ingreep ter plaatse van de kap hier niet ondenkbaar, maar dit vraagt om een maatwerkoplossing. De commissie vraagt om ontwerpend en schetsmatig te onderzoeken op welke wijze(n) dit zou kunnen worden gerealiseerd, en vraagt om de commissie in dit proces mee te nemen (oplossingsrichting). De commissie ziet een hierop aangepast plan graag in een volgende vergadering als vooroverleg terug.

Negatief, met oplossingsrichting

7. Karel Doormanweg ong.

  • Omschrijving: woningbouw Kompaslocatie (28 appartementen en 10 grondgebonden woningen)
  • Architect: RoosRos (bouwkundige uitwerking door FORMHET en 6D Wonen)
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Wederopbouw – stempelwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Het burgerlid van de commissie treedt tijdens de behandeling van dit plan terug uit de commissie, gezien de betrokkenheid van het commissielid bij het plan.

De ontwikkelaar licht toe hoe in de nu ter beoordeling voorliggende aanvraag is omgegaan met de door de commissie tijdens het vooroverleg gemaakte opmerkingen. De in het project toe te passen steen is gelijk aan de steen van de naastgelegen school. De voorzone voor de woningen ligt iets hoger dan de straat. In combinatie met de gemetselde plantenbak onder het raam en de luifel wordt de voorzone vormgegeven. De bestaande bomen blijven behouden, er komt een groene binnentuin en er komen groene erfafscheidingen aan de binnenzijde. Privaatrechtelijk zal het behoud van het groen worden geborgd. De trafo is inpandig gesitueerd en een en ander voldoet aan de daaraan gestelde eisen. Op de traforuimte komt een sedumdak.

Advies commissie

De door de commissie ten tijde van het vooroverleg gemaakte opmerking zijn overwegend goed in het plan verwerkt. De gemaakte aanpassingen ter plaatse van de entree van het appartementengebouw zijn positief. De commissie is blij met de voorgestelde natuurinclusieve maatregelen. Wellicht kunnen er in de blinde gevels nog nestkasten worden ingebouwd. De commissie vraagt om nog te bezien hoe de voorgestelde, te treffen natuurinclusieve maatregelen een zo groot mogelijk meerwaarde zouden kunnen hebben. In dit verband verwijst de commissie naar het gemeentelijke Handboek Natuurinclusief Bouwen, en er kan contact worden opgenomen met de stadsecoloog.

Concluderend adviseert de commissie positief op het plan onder de volgende voorwaarden:

-het ter beoordeling voorleggen van de bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik. Dit betreft onder andere het metselwerk en de materialen ter plaatse van de entree (luifel en gevelmateriaal) .

-dilatatievoegen in het metselwerk moeten worden mee-ontworpen. Wanneer deze op verkeerde plekken in het metselwerk worden aangebracht, kunnen deze het gevelontwerp onderuit halen.

-het ter beoordeling voorleggen van een tekening van de gevel met de transformatorruimte, inclusief het kleur- en materiaalgebruik van gevel en van deuren, en inclusief de symbolen die op de deur zullen komen. Een tekening die vergelijkbaar is met de tekening van de tuinmuren is denkbaar.

-voorzone: het belang van een goed ontworpen, herkenbare en bruikbare voorzone, waardoor het complex ‘landt’ op deze plek, heeft de commissie tijdens vooroverleg steeds benadrukt. Het huidige voorstel ten aanzien van de voorzone is hier nog geen goed antwoord op, en is niet akkoord. Als oplossingsrichting geeft de commissie mee dat wanneer de gemetselde bloembakken een slag zouden worden gedraaid en op de erfgrens worden gesitueerd, dit een meerwaarde zal hebben wat betreft zowel de gebruikswaarde van de voorzone voor de bewoners, als wat betreft de ruimtelijke / architectonische definiëring van de voorzone. De commissie vraagt om het plan hierop aan te passen en om de aansluiting op openbaar gebied goed af te stemmen met het vakteam stedenbouw.

Positief met voorwaarden

8. Zuidendijk 585

  • Omschrijving: verbouwen agrarische bedrijfsruimte tot woning
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Dijklinten, Buitengebied
  • Welstandsniveau: Regulier

De bouwkundig adviseur licht toe dat het pand in slechte staat is, en dat er weinig het behouden waard is. Dit met uitzondering van de fundering / de onderste bouwlaag. Op het te behouden deel van het bestaande pand wordt een nieuw bouwvolume voorgesteld. Hierbij wordt, in een nieuw gebouw, het volume van de bestaande schuur over het gehele grondvlak doorgetrokken. Ook ter plaatse het bestaande (ten opzichte van de schuur lagere) woonhuis. Het nieuwe pand zal gaan dienen als woonboerderij / familiehuis. Het gevelontwerp wordt toegelicht. Het dak zal worden uitgevoerd in aluminium dakplaten. De omloop vormt ook de vluchtroute.

De aanvragers hebben de vergadering bijgewoond. In het plan zal aandacht worden besteed aan ecologie, biodiversiteit en natuurinclusiviteit. Zonnepanelen komen wellicht op de loods, of als een strook aan de bovenzijde van het dak.

Advies commissie
Het gaat om een woning op een mooie, prominent zichtbare en kansrijke locatie. De commissie is positief over feit dat er hier een verbouwing plaats zal gaan vinden. Ook de keuze om het souterrain van het bestaande pand te behouden is positief; dit is typisch en karakteristiek voor dijkbebouwing / een dijksituatie. Het hierop bouwen van een nieuwe volume met een lichte (gevel)opbouw is eveneens voorstelbaar. De commissie is blij dat ecologie en biodiversiteit belangrijk zullen zijn in het plan.

Evenwel stelt de commissie vast dat een ontwerpvisie op de opgave en de locatie nu nog ontbreekt. Het nieuwe pand moet goed passen in de omgeving. De commissie vraagt daarom om een ontwerpvisie op de opgave en de locatie te ontwikkelen. De wensen van de opdrachtgever spelen hierin een rol, en hierin moet onder andere de schaal en maat van de omgeving in relatie tot het nieuwe volume worden meegenomen, de volume-opbouw, het gevelontwerp, keuzes ten aanzien van kleur- en materiaalgebruik, etc. Volledigheidshalve verwijst de commissie naar de hier geldende gebiedsgerichte welstandscriteria, en naar de basiscriteria. Ten aanzien van het plan in de huidige vorm adviseert de commissie negatief. De gekozen ontwerprichting acht de commissie niet kansrijk om tot een positief advies te komen.

Vooruitlopend op een nog te ontwikkelen ontwerpvisie op de opgave en de locatie geeft de commissie daarnaast een aantal zaken mee:

-het ontwerp moet voldoende samenhang hebben, en beeldrust

-kies voor minder materiaalwisselingen, vooral in de kopgevels. Laat de omloop niet om de hoek doorgaan. Dit doet afbreuk aan dat de woning in de dijk wordt gebouwd; hierdoor lijkt het alsof de dijk wordt uitgevlakt.

-langsgevel: plaats dakkapellen in het dakvlak, los van de gevel en onderbreek de goot / de dakvoet niet. Maak dakkapellen niet te fors.

-langsgevel aan de dijk: heroverweeg de getoogde kozijnen, deze hebben geen relatie met het de rest van het ontwerp

-goot en dak: een blank gelakte houten goot is erg kwetsbaar. Kies voor een gebiedseigen detaillering en materialisering. Heroverweeg de toepassing van aluminium dakplaten; dit is hier niet goed denkbaar. Dakpannen lijken hier de meest passende keuze te zijn.

-plattegronden: aanbeveling om die rustiger te herontwerpen

De commissie houdt het plan aan.

Aanhouden (negatief op het plan in de huidige vorm)

9. Visstraat 50 GM (SH)

  • Omschrijving: Transformatie tot winkel- en appartementencomplex
  • Architect: MCK architectuur
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan, sinds de laatste behandeling van het plan als vooroverleg, verder is uitgewerkt tot aanvraag omgevingsvergunning.

Op de begane grond wordt nog steeds een ruime entree voorgesteld, waarbij de fietsenstalling en de berging in een aparte ruimte zijn ondergebracht. De entree is overtuigend vormgegeven. De hier beoogde 'rode loper', die het verleden van het gebouw zal representeren, behoeft nog een verdere uitwerking en specificering. Zal de nu voorgestelde situering van de afvalberging ook in het dagelijkse gebruik goed kunnen functioneren?

Op de verdiepingen wordt in het midden nog steeds de buitenruimte met atrium gerealiseerd. Het daklicht wordt omsloten door wat een groenstrook lijkt te zijn. Hoe ziet de detaillering van deze groenstrook met daklicht eruit, en hoe wordt gegarandeerd dat dit duurzaam groen blijft? Een beplatingsplan lijkt hier eveneens op zijn plaats. Datzelfde geldt voor de groene zijmuur waar tijdens de eerdere besprekingen sprake van was, maar wat niet naar voren komt in de planvorming. Wat betreft de omgang met de spanten is de eerder voorgestelde optie om de spanten rondom de daklicht te positioneren voorstelbaar, of voor dan wel achter de borstweringen. Op het dak komen zonnepanelen , maar deze staan niet in de doorsnedetekeningen. Staan deze onder een hoek en wat is de zichtbaarheid hiervan? Is er nagedacht over het maken van een groen dak?

Voor de voorgevel wordt in de slooptekeningen voldoende duidelijk gemaakt dat de pui in de plint in combinatie met de beplating verwijderd en vernieuwd wordt, terwijl de gevel op de verdiepingen een meer restauratieve aanpak krijgt. Zo worden de betonnen dorpels hersteld en het glas-in-lood gerestaureerd. Wat dat concreet betekent, blijft echter in de planvorming wat onduidelijk. Zodoende ontbreekt nog een zorgvuldige uitwerking van de restauratieve werkzaamheden aan de voorgevel. Deze zijn weliswaar benoemd, maar niet nader gespecificeerd. Het aan de aanvraag toevoegen van een restauratiebestek is hier van belang. Wel is duidelijk dat voor de bestaande kozijnen en ramen wordt voorgesteld deze naar binnen toe op te dikken, en het bestaande glas-in-lood voor of tussen het dubbele glas te plaatsen. Dit is geen aanpak die passend is bij een monument, bovendien maakt het vakteam zich in deze situatie zorgen over condensatie tussen het dubbele glas en het glas in lood. Ook hier geldt dat een meer restauratieve b

Boven de winkelpui worden aluminium lamellen voorgesteld, die niet op de geveltekeningen zichtbaar zijn. Wat is de gedachte hierachter, en past dit bij het te realiseren beoogde beeld? Een afwerking in bijvoorbeeld natuursteen lijkt passender. Bij de nieuwe vensteropeningen worden de kozijnen gematerialiseerd in aluminium en zoveel mogelijk achter de gevel geplaatst. Bij de nieuwe entree van de appartementen wordt een elektrische schuifdeur voorgesteld. Normaliter is dit niet of minder passend bij het monument en in het beschermde stadsgezicht. Omdat het echter overduidelijk een moderne toevoeging is, zou dit in deze specifieke situatie niet ondenkbaar zijn. Wel vraagt het vakteam zich af of – zeker voor de nieuwe kozijnen op de verdieping – of deze ook in Engels Bruin uitgevoerd moeten worden zoals de houten kozijnen, of dat een wat meer gedempte kleur niet passender is. Gaat het bij deze inzagingen om een zuivere zaagsnede, of wordt er metselwerk ingeboet? Eerder is aangegeven dat het realiseren van een entree in de zijgevel passend is, mits tot een kwaliteitsverbetering gekomen wordt van de garage entree-gevel. Het is onduidelijk of en wat hier gebeurt. Dat er iets zal moeten gebeuren is duidelijk, al is het maar omdat het bellentableau en de brievenbussen in deze gevel verwerkt zullen worden. Ten aanzien van de voorgevel ontbreekt verder een plan/uitwerking voor signage op de gevel in combinatie met eventuele zonneschermen. Deze staan wel weergeven op de impressietekening, maar niet op de gevelbeelden. Mocht het de wens zijn om dit mee te nemen in de planvorming dan dient dit nader uitgewerkt te worden.

In de nieuwbouw wordt nog steeds vezelcementplaat in zandkleur als gevelmateriaal voorgesteld. Deze lijkt blind bevestigd te worden, maar dit wordt niet specifiek vermeld. De nieuwe aluminium kozijnen worden eveneens in Donker Brons uitgevoerd, als de plint van de voorgevel, met de ventilatieroosters weg gedetailleerd in de spouw. Op een aantal plekken zijn vleermuiskasten en gierzwaluwkasten geïntegreerd in de detaillering, wat overtuigt.

In het algemeen merkt het vakteam op dat een losse kleur- en materialenstaat ontbreekt. Gevraagd wordt deze op te stellen en om de materialen te bemonsteren. Verder is eerder ruim aandacht geweest voor de borstweringen, zeker die boven de monumentale voorgevel. Gevraagd wordt om hier ook een technische tekening van aan te leveren.

Concluderend is het vakteam van mening dat er nu een heel overtuigend plan voorligt. Het vakteam complimenteert de architect dat het gelukt is om het plan vanuit het vooroverleg uit te werken tot een haalbaar definitief ontwerp. Op een aantal punten moet het plan nog nader uitgewerkt worden, met name wat betreft de restauratieve omgang met de voorgevel, de uitwerking en kwaliteit van de rode loper, het groenplan en de herplaatsing van de spanten.

De architecten hebben de vergadering bijgewoond en lichten het plan toe. Er zal een dampopen na-isolatiesysteem worden toegepast.

Advies commissie

De commissie complimenteert de architect en de aanvrager wat betreft het doorlopen (ontwerp)proces, en wat betreft de in dit complexe project voorgestelde oplossingen.

Het zal een prachtig project worden voor Dordrecht, en een goed voorbeeld van hergebruik.

Bij de beoordeling van het plan als vooroverleg gaf de commissie aan dat zij heel positief was over de opzet van het plan, de aanpak die daaruit blijkt, en over de (door)ontwikkeling van het ontwerp gedurende het vooroverleg. Het plan getuigt van realistische uitgangspunten die maken dat het plan in de verdere uitwerking kansrijk zal zijn. De commissie waardeerde het gedurende dit vooroverleg getoonde ontwerponderzoek, waardoor de commissie steeds goed is meegenomen in de overwegingen die aan ontwerpkeuzes ten grondslag liggen.

De commissie was bij de laatste behandeling van het plan als vooroverleg van mening dat er sprake was van een goede balans tussen het behoud van monumentale waarden enerzijds, en de sloop / het verwijderen van onderdelen daarvan in verband met de transformatie van het pand anderzijds. Er was zichtbaar veel moeite was gestoken in het op een lastige locatie ontwerpen van een goed plan met goede woningen, waarbij zoveel mogelijk rekening is gehouden met monumentenwaarden. Gelet daarop, en gezien de beoogde restauratieve aanpak van de voorgevel, adviseerde de commissie positief op het plan als vooroverleg.

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed ten aanzien van het nu als aanvraag ter beoordeling voorliggende plan, en de daarin genoemde punten. Volledigheidshalve verwijst de commissie naar dit advies, en de daarin genoemde zaken/aspecten waarop het plan nog moet worden aangepast en/of aangevuld /opgehelderd. De commissie vraagt om een en ander goed met vakteam Erfgoed af te stemmen.

Ter aanvulling / onderstreping daarvan benoemt de commissie dat de omgang met de voorgevel vraagt om de nodige aandacht en zorgvuldigheid in relatie tot het behoud van monumentale waarden. Dit betreft bijvoorbeeld de omgang met het glas-in-lood, een onderdeel met hoge monumentwaarde. Het zou goed zijn om alle voorgestelde ingrepen ter plaatse van de voorgevel nog eens langs te lopen en een en ander goed in de stukken vast te leggen. De commissie vraagt om reclame-uitingen (concrete en te beoordelen reclame-uitingen, maar in ieder geval de positie op de gevel en de maximale afmetingen van de reclame) vast te leggen op de tekeningen. De voorgestelde 'rode loper' vraagt nog om een slag in de uitwerking, evenals het voorgestelde groen. De te treffen natuurinclusieve maatregelen zijn goed voorstelbaar. Het hergebruik van de spanten rond het daklicht lijkt het meest passend. Het in beschermd stadsgezicht toepassen van zichtbare ventilatieroosters is in beginsel niet denkbaar. De commissie houdt het plan aan, en z

Aanhouden

10. Grotekerksbuurt 16 RM (SH)

  • Omschrijving: Transformatie en renovatie
  • Architect: Stijl architectuur
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht (de achtergrond) van het plan en de situatie toe. Het monument is op dit moment stabiel, maar daarmee (nog) niet gered. Het vakteam waardeert dat de ontwikkelaar zijn nek uitsteekt om dit zeer moeilijke pand te restaureren, renoveren en herontwikkelen; daar is behoorlijk wat durf en lef voor nodig. In overleg met de ontwikkelaar en de architect is een strategie besproken waarvan deze eerste behandeling van het vooroverleg het startpunt vormt. Hoofdvraag is of de adviescommissie zich in het voorgestelde traject kan vinden en of zij de planvorming, zoals deze nu voorligt in deze fase, voorstelbaar vindt.

Het plan zou opgesplitst kunnen worden in twee delen; een deel met daarin het herstellen van de funderings- en constructie schades die zijn opgetreden door jarenlange verloedering en funderingsproblematiek en daarnaast een tweede deel betreffende het architectonisch plan tot transformatie van het symfoniegebouw tot appartementencomplex. Beide onderdelen kunnen min of meer los gezien worden, maar hebben desondanks een duidelijke samenhang. Het loskoppelen is daarmee moeilijk, maar voor de instandhouding van het gebouw wel noodzakelijk.

De projectontwikkelaar heeft de vergadering bijgewoond. De architect licht het plan toe. De beoogde doelgroep voor de woningen zijn vitale senioren. Het is mogelijk om vanaf het maaiveld gelijkvloers binnen te komen. De voorgestelde as vormt de ruimtelijke drager van het plan. Ter plaatse van de hoek waar de instorting heeft plaatsgevonden, worden buitenruimtes voorgesteld. Ter plaatse van de achtergevel worden een aantal aanpassingen voorgesteld, die qua ontwerp nog in ontwikkeling zijn. Belangrijk voor de haalbaarheid van het plan is het goed kunnen benutten van de zolder. In dat verband wordt een verhoging van de kap voorgesteld, waarmee veel zaken kunnen worden opgelost. Voornaamste vraag nu is of het denkbaar is de vergunning in twee lijnen op te splitsen: één die in hoofdzaak betrekking heeft op herstel en conservering, en één die betrekking heeft op de voorgestelde transformatie naar appartementen.

Advies commissie

Er is vanuit de commissie heel veel waardering en respect voor de opdrachtgever en de architect om hier iets moois tot stand te brengen. Uit de heldere presentatie spreekt veel aandacht voor het materiaal en de bouwhistorie van dit bijzondere gebouw, en dit wordt gewaardeerd.

Een aantal van de voorgestelde ontwerpingrepen acht de commissie voorstelbaar, zoals het maken van een lichthof, de wijze waarop de buitenruimtes zijn ingepast en de voorgestelde middenas. Dit zijn positieve ingrediënten van het plan. Is er een visie om een specifieke bouwperiode te reconstrueren? Of vormt de gelaagdheid van het pand het uitgangspunt? Een restauratieve aanpak van de voorgevel is goed voorstelbaar. Het zou mooi zijn wanneer de hoogte van de zaal nog ervaarbaar zou kunnen zijn. Aandacht wordt gevraagd voor voldoende daglicht in de appartementen, gezien de diepte van 12 meter. Is de woonkwaliteit voldoende wanneer de vloerniveaus op het voorgestelde niveau komen? Bezien kan worden welke natuurinclusieve maatregelen zouden kunnen worden geïntegreerd in het plan.

Wat betreft het faseringsvraagstuk merkt de commissie op dat dit globaal op zichzelf beschouwd voorstelbaar is vanuit het oogpunt van de conservering van monumentale waarden. Tegelijkertijd hangt de voorgestelde fasering in het plan samen met ontwerpingrepen zoals het verhogen van de kap; ingrepen die niet (alleen) gericht zijn op conservering van monumentale waarden. Daarnaast spelen zaken als de vloerniveaus in relatie tot de woonkwaliteit en de woningtypologieën.

Een vervolgoverleg, met een visie ten aanzien van de hoofdonderwerpen en waarbij goed inzichtelijk wordt gemaakt wat hierin de pijnpunten zijn / wat de gevolgen zijn voor monumentale waarden, is goed voorstelbaar. De commissie houdt het plan aan.

Aanhouden

11. Kuipershaven 155 GM (SH)

  • Omschrijving: Realisatie liftkoker
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat sinds de vorige behandeling het plan zodanig is aangepast, dat voor het achterste dakdeel nu een afgeknotte kap wordt voorgesteld. Hierdoor valt het nieuwe dak feitelijk uiteen in twee delen: één groot deel aan de voorzijde en een klein afgeknot deel aan de achterzijde. In het kleine afgeknotte deel ontstaat nu voldoende ruimte voor de nieuwe voorgestelde liftkoker.

Dit deel van de kap betreft een nieuwe uitbreiding, en levert geen aantasting op van het monument. Het plan is beoordeeld op basis van kaders van het Rijksbeschermde stadsgezicht in de Welstandsnota en het beeldkwaliteitsplan. Bij het eerdere voorstel betrof het een ‘dakdoosje’, die gezien kon worden als een uitbreiding. In het beeldkwaliteitsplan staat heel duidelijk dat een dakopbouw een ondergeschikte toevoeging moet zijn aan het dakvlak. Daar was eerder geen sprake van. De dakvorm is nu zodanig veranderd, dat de opbouw is geïntegreerd in de dakvorm.

In het nu voorliggende voorstel wordt een nieuwe kapvorm geïntroduceerd in twee delen. Conform de basiscriteria in de Welstandsnota wat betreft ruimtelijke inpassing en verschijningsvorm, moet volume, maat, schaal en verschijningsvorm een positieve bijdrage leveren aan de omgeving. Ook moet er een evenwicht gevonden worden tussen identiteit van het gebouw en de samenhang van het gebouw in zijn omgeving. De compositie van een gebouw moet evenwichtig zijn met een goede verhouding en duidelijke, begrijpelijke ordening.

De voorgestelde nieuwe dakvorm is een verslechtering ten opzichte van de huidige, gerealiseerde dakvorm uit 2019/2020. Tijdens de behandeling van dat plan in 2014 is duidelijk aangegeven dat de uitbreiding onderscheidend en herkenbaar moest zijn. Door de voorgestelde ingreep valt deze uitbreiding enigszins uiteen en ontstaat er een beperkte verslechtering van het dakenlandschap. Het zou beter zijn om vast te houden aan het oorspronkelijke ontwerp zodat de nieuwe kapvorm niet aan eenduidigheid verliest.

De architect en de aanvrager hebben de vergadering bijgewoond en lichten (de achtergrond van) het huidige voorstel toe.

Advies commissie

De commissie gaf eerder al aan het dilemma te zien, en heeft oog voor de pogingen die zijn gedaan om dit op te lossen. Alhoewel de impact relatief gering lijkt te zijn, past het voorstel niet binnen de hier geldende welstandscriteria.

De commissie heeft begrip voor de zoektocht naar het inpassen van de nieuwe liftopbouw, in verband met het verhogen van het wooncomfort die dit type lift biedt. Over het plan in de huidige vorm is de commissie niet eensluidend positief. Als gevolg van de (ten opzichte van de verleende vergunning) nu aan de lift gestelde hogere eisen, ontstaat er als dakvorm een dermate veelvormig object dat het geheel uit elkaar valt. Dit is binnen beschermd stadsgezicht geen wenselijke ontwikkeling, en is niet akkoord.

Mogelijk leidt het geheel apart beschouwen van de dakvorm ter plaatse van de beoogde nieuwe lift tot een overtuigend ontwerp. Op het plan in de nu voorliggende vorm adviseert de commissie negatief, met het verzoek om de zoektocht naar een passende oplossing voort te zetten.

Negatief, met oplossingsrichting

Rondvraag

Grote commissie | Verslag 11 juni 2025

Aanvang:    13.30 u. -19.00 u.
Locatie:    Stadskantoor, vergaderkamer 1
Aanwezig:   Mevr. E. Marcusse (voorzitter), dhr. S. van der Spuij, mevr. A. Riel, mevr. A. Kruisinga, mevr. V. Herzberg, dhr. D. Smit (secretaris)
Afwezig:     Dhr. J. Baijense


1.    Damiatebolwerk 3 BS (WM)

  • Omschrijving: Vernieuwen van het dak/verduurzaming 
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het vernieuwen/veranderen en verduurzamen van het dak / de kap betreft, van dit in de jaren ’70 (als onderdeel van een groter complex) gerealiseerde pand. Het complex is gesitueerd op een prominente plek in het beschermde stadsgezicht, op de punt van het Nieuwe Werk aan de Oude Maas. Binnen dit complex gaat het om het pand naast het pand op de punt. Het betreffende pand heeft het een (ten opzichte van het pand op de punt) iets terugliggende kap. 

Voorgesteld wordt om het dak / de kap te isoleren, en om de bestaande dakpannen te vervangen door zonneleien. De dakschilden van het pand zijn nu aan de voor- en achterzijde gedekt met een gesmoorde (keramische) opnieuw verbeterde hollepan. Daartussen bevindt zich een plat dak. Het aanbrengen van zonnepanelen op het platte dak is goed mogelijk; deze zijn niet zichtbaar. Bij panden in beschermd stadsgezicht die geen monument zijn, is behoud van materiaal niet het uitgangspunt. Het vervangen van de pannen is daarom op zichzelf beschouwd denkbaar. Natuurleien komen voor op panden in de omgeving. De voorgestelde zonneleien hebben echter wel een andere uitstraling dan de natuurleien op panden in de omgeving. De meegestuurde referentiebeelden zijn niet goed vergelijkbaar met deze situatie.  De kleinere variant van de zonnelei past hier beter, omdat de zonnelei in dit formaat de afmetingen van een keramische pan lijkt te benaderen. Er zijn geen details aangeleverd van de aansluiting op het buurpand. Wel kan uit de stukken worden opgemaakt dat de top van het dakvlak wat hoger uitkomt dan de aansluiting met het linkerpand. In de tekst staat dat er hier een verholen goot zal worden toegepast. Detailaansluitingen moeten nog nader worden bestudeerd.

Concluderend is het vakteam van mening dat verduurzaming hier goed denkbaar is. De uitstraling van de zonnelei is weliswaar anders dan de bestaande dakpan, maar omdat de zonnelei aan beide zijden wordt toegepast en het om een relatief modern pand gaat is deze wijziging denkbaar. Het pand maakt onderdeel uit van een complex/ensemble, maar het betreft hier een apart dakvlak en dit dakvlak ligt terug. Vanuit beschermd stadsgezicht gezien is het plan daarom voorstelbaar wat betreft het vakteam. 

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond en geeft aan dat het dak van het buurpand is verhoogd en een andere kleur dakpan heeft gekregen. De aanvrager licht (de achtergrond van) het plan toe, ook wat betreft de onderzochte alternatieven. De zonnelei kent verschillende afmetingen, waarbij het toepassen van het grotere formaat de voorkeur heeft. 

Advies commissie
Het is goed en positief dat het pand wordt verduurzaamd. Het pand is onderdeel van een complex dat is gelegen op een prachtige, prominente locatie in het beschermde stadsgezicht van de binnenstad. Bij panden in beschermd stadsgezicht die geen monument zijn, is behoud van materiaal niet het uitgangspunt. Het vervangen van de dakpannen is daarom op zichzelf beschouwd denkbaar, mede gezien de veranderingen van het complex in de loop van de jaren. 

Het voorgestelde materiaal voldoet echter in beginsel niet aan de in beschermd stadsgezicht geldende welstandscriteria. Maar, gegeven deze specifieke situatie/situering (het betreft een relatief nieuw complex, het complex is in de loop van de jaren gewijzigd, het betreft een ten opzichte van de buurpanden terugliggend dakvlak), omdat het gaat om een integrale oplossing voor het gehele dakvlak, en omdat het gaat om een niet-reflecterend materiaal, is het plan voor het op deze wijze verduurzamen van het pand in principe op hoofdlijnen denkbaar. 

Het hierbij toepassen van de kleinere maat zonnelei heeft in beginsel de voorkeur, omdat dit formaat de afmetingen van een keramische pan lijkt te benaderen. Het toepassen van de grotere lei is evenwel ook denkbaar. De commissie vraagt om bemonstering van de lei in het beoogde formaat ter beoordeling voor te leggen.

Een ophoging aan één zijde is niet akkoord. Dit vanwege het wat merkwaardige beeld dat dit zal opleveren, in samenhang met de zorg die de commissie heeft wat betreft de te maken bouwkundige aansluitingen (het beeld daarvan in de praktijk, en de esthetische duurzaamheid). De commissie is er nog niet van overtuigd dat dit tot een goed en in beschermd stadsgezicht passend eindresultaat zal leiden. 

Concluderend: onder andere omdat het een integrale oplossing betreft, is de commissie in beginsel op hoofdlijnen positief over het voorstel ten aanzien van het hier toepassen van zonneleien. Een en ander moet nog wel goed worden uitgezocht, uitgewerkt en gedetailleerd (onder andere aandacht voor de aansluitdetails) in bouwkundige stukken. 

Positief op hoofdlijnen


2.    Loswalweg 2 GM (WM)

  • Omschrijving: berging 
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling 
  • Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
  • Welstandsniveau: Regulier

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan een berging betreft, op het terrein van een gemeentelijke monument. De berging wordt in een uithoek van het perceel, ver weg van de bebouwing, tegen de dijk geplaatst. De berging is goed ingepast in zijn omgeving. Om te voorkomen dat er alsnog zaken als containers naast het gebouw worden geplaatst, zou het overstek aan de linkerzijde (met tegels naar de deur in de zijgevel) kunnen komen te vervallen, en zou er in plaats van de deur in de zijgevel een loopdeur in de overheaddeur kunnen worden gerealiseerd. Om de impact op het groen/milieu zo klein mogelijk te houden, moet de mate van verharding van het terrein worden geminimaliseerd. Het is niet duidelijk waarom de berging wordt uitgevoerd als een zware betonnen constructie met isolatie en palen. Aanbevolen wordt (om de impact van het bouwwerk op het landschap en de natuur zo minimaal mogelijk te laten zijn) om hier een zo klein en eenvoudig mogelijk bouwwerk te maken, met een zo licht mogelijke constructie.

De architect licht toe dat, om losse opslag op het terrein van zaken als de grasmaaier en containers te voorkomen, deze berging is bedacht. In overleg met stedenbouw en erfgoed is de berging achterop het terrein gepositioneerd en geïntegreerd in de dijk. In verband met de positionering in de dijk wordt de berging uitgevoerd in beton. Het gebouwtje heeft om esthetische redenen, en in verband met de voorgestelde deur, een overstek gekregen. Dit zou mogelijk ook een loopdeur in de overheaddeur kunnen zijn, en dan kan het overstek aan één zijde wellicht achterwege blijven. Op dak komt 20 cm grond, met gras conform het dijktalud. 

Advies commissie
Het advies van de commissie heeft uitsluitend betrekking op de schuur, niet op eventuele andere zaken die op tekening staan. De commissie vindt het een goed voorstelbaar plan en een op deze locatie passend ontwerp. De commissie adviseert positief over het plan, met een aantal aanbevelingen: 
-een iets gedraaide positionering ten opzichte van de achtergrens (bij een gelijkblijvend volume) zou logischer zijn 
-laat het overstek achterwege. Zonder overstek is het ontwerp al overtuigend genoeg
-geen Trespa boeiboord toepassen. Het toepassen van dit materiaal doet afbreuk aan het ontwerp. 
- een eventuele balustrade/hekwerk op het bouwwerk zou afbreuk aan het ontwerp en het ontwerpconcept. Voorkom dat dit noodzakelijk is. 
-aandacht voor de overgang van de rabatdelen op het dijklichaam, in verband met de esthetische duurzaamheid van de gevelbekleding. De houten rabatdelen lopen nu rechtstreeks door in het dijklichaam; dit is geen duurzame oplossing. 
-het is mooi dat het dak wordt uitgevoerd als groendak, en het is mooi dat het grondpakket 20 cm is. De commissie vraagt aandacht voor het onderhoud hiervan (maaien gras). Wanneer er een bloemrijk mengsel wordt ingezaaid, komt het gras vanzelf. 

Positief met aanbevelingen


3.    Overkampweg 115

  • Omschrijving:.woningbouw, het realiseren van een zorgwoningcomplex (gewijzigd plan)
  • Architect: Stijl architectuur
  • Herziening aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg en als aanvraag)
  • Gebiedstype: Ontwikkelgebieden
  • Welstandsniveau: Ontwikkeling
  • Beeldkwaliteitplan Gezondheidspark

De architect licht het plan toe, onder andere wat betreft de detaillering (zoals de nu toegepaste neggemaat), het kleur- en materiaalgebruik (in hoofdzaak een okerkleurige wasserstrich steen, vooruitstekende delen in een donkere strengperssteen), en hoe de aansluiting op het naastgelegen bestaande gebouw is vormgegeven en gematerialiseerd. Uitgezocht is welke steen hier destijds is toegepast, en hoe er op een goede manier een aansluiting kan worden gemaakt. Het bestaande metselwerk van het buurpand is op locatie bekeken wat betreft hoogte, detaillering en uitvoering van het metselwerk. In het plan wordt daarop aangesloten door het metselwerk van de direct aangrenzende gevel identiek uit te voeren, en door dezelfde steen toe te passen. 
Een en ander heeft geleid tot een aantal aanpassingen van het ontwerp rondom entree, en tot aanpassingen van de wijze waarop de donkere plint aansluit op de parkeergarage. De entree is nu beschouwd en ontworpen als een ‘voeg’ tussen de gebouwdelen, met een groot balkon als luifel. 
De haalbaarheid van de op het dakterras voorgestelde boom is nog niet onderzocht. Er zal inheemse beplanting worden toegepast. 

Advies commissie
De commissie heeft bij de beoordeling van het plan op 25 november 2024 aangegeven dat het plan verbeterd was ten opzichte van de eerdere behandeling in de commissie, zowel wat betreft het gebouwontwerp als het groenplan. De commissie gaf ten aanzien van de verdere uitwerking van het plan nog een aantal opmerkingen mee. 

De commissie is positief over het nu ter beoordeling voorgelegde gewijzigde plan. Gelet op de mate van repetitie in het plan had de commissie aandacht gevraagd voor voldoende kwaliteit en voldoende verfijning in de verdere uitwerking en detaillering. De nu voorgelegde detaillering is overtuigend en is akkoord. De commissie is daarnaast blij met de aansluiting op het buurcomplex, waarbij het metselwerk dezelfde uitvoering krijgt en er dezelfde steen wordt toegepast. 
Ten aanzien van het lichtplan wordt als aanbeveling meegegeven om de verlichting niet op de bomen te richten; dit is gelet op de fauna niet wenselijk. Wat betreft de haalbaarheid van de voorgestelde boom op het dakterras is het goed om dit te beschouwen in relatie tot de constructie en het grondpakket, en het is belangrijk dat die wordt gevoed als onderdeel van het onderhoudssyteem en ook bewatering krijgt.
De commissie begrijpt de zoektocht naar het ter plaatse van de entree maken van een accent, maar dit is in de nu voorgelegde vorm nog niet akkoord.

Concluderend adviseert de commissie positief, met de aanpassing / verdere uitwerking van de entree als voorwaarde: 
-maak het ontwerp van de entree en de daarboven gelegen balkons simpeler, zodat de entree meer wordt benadrukt. Alleen hier steken balkons uit, en op dit punt is het plan niet overtuigend 
-het onderste balkon met een volglazen balustrade: dit is zowel vanuit architectonische opzicht, als gezien de op deze plek (boven de entree) te verwachten en begrijpelijke wensen wat betreft het borgen van privacy, niet goed denkbaar. Voorkomen moet worden dat dit later alsnog provisorisch moet worden opgelost. Beter denkbaar is bijvoorbeeld een uitvoering als drie gemetselde balkons in een gele steen (suggestie), die terugliggen
-aandacht voor de afwerking van het plafond van de entree, en voor de verlichting en de mogelijke (gebouwnaam)signing ter plaatse van de entree
Een hierop aangepast plan, als invulling van deze voorwaarde, kan ambtelijk worden beoordeeld.

Positief met voorwaarde

4.    Van Oldenbarneveltplein e.o.

  • Omschrijving: gevelsigning winkelcentrum Crabbehof
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw – Stempelwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies commissie
De commissie vraagt om de voorgestelde reclame ter plaatse van de plint inzichtelijk / beoordeelbaar te maken in relatie tot (de verandering van) het gevelbeeld als geheel. Nu is alleen de verandering van (delen van) de pui op de begane grond inzichtelijk gemaakt. De commissie vraagt om de voorgestelde reclame goed af te stemmen op de situatie (de huidige situatie met al dan niet dichtgestickerde gevels en de plek/betekenis van de desbetreffende gevel binnen de stedenbouwkundige hiërarchie van de wijk) en op het gevelbeeld als geheel. 

Het voorstel is nu nog te druk en oogt nog teveel als een reclamefolder die is getransformeerd naar reclame op de gevel. Dat is niet akkoord. De commissie vraagt om een en ander meer terughoudend vorm te geven, en om het aantal toegepaste kleuren te verminderen (kies voor ten hoogste drie a vier kleuren). Het plan zal daardoor winnen aan beeldrust en aan zeggingskracht. 

De commissie houdt het plan aan en ziet een conform de gemaakte opmerkingen aangepast plan graag in een volgende vergadering terug. 

Aanhouden

5.    Laan Van Riga ong. (Amstelwijck Businesspark)

  • Omschrijving: het realiseren van gestapelde wooneenheden (15 jaar)
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Ontwikkelgebieden
  • Welstandsniveau: Ontwikkeling
  • Beeldkwaliteitsplan Amstelwijck 

De aanvragers hebben de vergadering bijgewoond en lichten het plan toe. Overleg met de stedenbouwkundige heeft geleid tot een getrapte opzet van het gebouwvolume. De gevel wordt in twee kleuren uitgevoerd: de plint in een zwarte kleur gelet op de omringende gebouwen, en daarboven een zandkleur. In verband met geluidwering zullen er ter plaatse van beide blokken Silent Air gevelschermen worden toegepast. Mogelijk moet er tussen de blokken een scherm worden geplaatst. De bemonstering van het gevelmateriaal wordt getoond. 

Advies commissie
De commissie heeft begrip voor de urgentie van de opgave. De commissie is blij dat het plan, ondanks dat het hier gaat om een bouwwerk met een tijdelijke instandhoudingstermijn, aan de commissie wordt voorgelegd. De commissie is op hoofdlijnen positief over het plan en geeft een aantal opmerkingen / aanbevelingen mee:
-de afstand van het gebouw tot de naastgelegen bestaande woning, in samenhang met de beginhoogte van het gebouw aan die zijde: de wijze waarop een en ander hier op elkaar aansluit moet goed inzichtelijk worden gemaakt. Van belang is om hier een voldoende / maximale onderlinge afstand aan te houden. De massaliteit van het complex vraagt om een robuuste afstand. Het behouden van een groene buffer is essentieel. Het laten vervallen van het deel met drie bouwlagen (het rode blokje op de situatietekening) kan mogelijk essentieel zijn wat betreft het bereiken van een goede oplossing. De commissie raadt aan om een en ander nader af te stemmen met de stedenbouwkundige. 
-aandacht voor het treffen van natuurinclusieve maatregelen. Hierbij merkt de commissie op dat het toepassen van groen/begroeiing hier de grootste meerwaarde zal hebben, met gelet op de verhoging van de kwaliteit van de woonomgeving die dit tot gevolg zal hebben. Met hele simpele middelen zoals gevelgroen en de aanleg van een goede binnentuin kan het gebouw worden ‘verzacht’. Het zou mooi zijn wanneer er kwalitatief hoogwaardig / volwaardig groen komt, dat ook (woon)kwaliteit toevoegt: verticaal groen op de blinde (kop)gevels, bloeiende bomen in de binnentuin (toe te passen soorten afstemmen op verhogen kwaliteit woonomgeving), de fietsenstalling laten begroeien. De commissie verwijst in dit verband naar het Handboek Natuurinclusief Bouwen van de gemeente, en er kan contact op worden genomen met de stadsecoloog. 


-de ruimte tussen de twee bouwvolumes is nu een restruimte. De commissie vraagt om te bekijken of hier een uitnodigende entree kan worden gemaakt. 
-noodtrap aan het binnenterrein situeren (1 stramien verder op het hart van de bouwmuur van stramien M) 
-bemonstering kleur- en materiaalgebruik gevel: het getoonde gevelmateriaal is te hard en te glimmend. De bemonstering laat (in tegenstelling tot wat op de geveltekeningen als kleur wordt aangegeven) een te groot onderling contrast zien. De lichte gevelplating is te wit. De commissie vraagt om de keuzes wat betreft de gevelbekleding (materiaal, glans en kleur) te heroverwegen. Hierbij merkt de commissie op dat alles wat er aan (architectonische) verfijning (aan het gevelbeeld en het kleur- en materiaalgebruik daarvan) wordt toegevoegd, een positieve bijdrage zal leveren aan de kwaliteit van het gebouw als woonomgeving. Een denkbaar alternatief is bijvoorbeeld cementgebonden gevelbeplating of houten gevelbekleding. Een en ander moet niet glimmend zijn, en moet een passende kleur hebben. 

Positief, met opmerkingen / aanbevelingen


6.    Hoge Nieuwstraat 19 RM (DR)

  • Omschrijving: Vervangen van kozijnen en kleuromslag voorgevel (legalisatie)
  • Architect: Stijl architectuur 
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat de aanvraag het vervangen van de kozijnen/ramen en de voordeur ter plaatse van de begane grond betreft, en tevens het vernieuwen van de afdekking van de pui en een kleuromslag in de voorgevel.  Deze werkzaamheden zijn reeds uitgevoerd zonder de benodigde omgevingsvergunning. Een bouwkundige opname ontbreekt waardoor de kwaliteit van het oorspronkelijke houtwerk niet bekend is. Op enkele overzichtsfoto’s is wel zichtbaar dat het houtwerk, nabij de aansluiting met het muurwerk, plaatselijk is ingerot. De noodzaak tot volledige vervanging is hiermee echter niet aangetoond. 
Het vakteam merkt op dat het voorstel niet alleen afwijkt ten opzichte van de oorspronkelijke situatie, maar ook van de zonder vergunning uitgevoerde werkzaamheden. Zo is geconstateerd dat er triple beglazing met zwarte kaders is toegepast, en dat de reeds aangebrachte kleurstelling afwijkt van de voorgestelde kleurstelling. Dit roept de vraag op of de op tekening aangegeven maatvoering van het kozijn-/ en raamhout klopt met hetgeen is uitgevoerd. 

Oorspronkelijk was de pui/lateibalk, aansluitend aan het muurwerk, aan de bovenzijde afgewerkt met bladlood. Voorgesteld wordt om dit bladlood te vervangen door een zinken afdekking met aan de voorzijde een kraal. De detaillering is hierdoor gewijzigd. Deze relatief geringe wijziging is wat betreft het vakteam voorstelbaar. 

Het voorstel wat betreft de nieuwe kozijnen/ ramen en de voordeur ter plaatse van de begane grond wijkt op nagenoeg alle punten af van de oorspronkelijke situatie. Zo waren er hier oorspronkelijk twee schuiframen aanwezig, was er een natuurstenen onderdorpel nabij de voordeur en zaten er natuurstenen neuten onderaan de deurstijlen. Voorgesteld wordt om het nieuwe rechterraam uit te voeren als draaikiepraam, en om het linkerraam vast uit te voeren. Het bij een Rijksmonument vervangen van schuiframen door een draaikiepraam is niet akkoord.  Tevens krijgen beide ramen aan de buitenzijde een weldorpel. De natuurstenen onderdorpel nabij de deur wordt vervangen door een Easy-Ent onderdorpel Alu-Stone. Ook zijn diverse details in de nieuwe situatie anders uitgevoerd dan oorspronkelijk. Dit betreft onder andere de onder- en bovendorpel van de pui, onderdorpels van de ramen, de maatvoering van het raam- en kozijnhout, de hoogtematen van de bovenramen en de maatvoering van de panelen in de voordeur.  De enkele beglazing wordt in de nieuwe ramen vervangen door een dubbele isolerende beglazing.  

De voorgestelde kleuromslag van de voorgevel zal er erg uit gaan springen. Het vakteam vraagt om een beter passend kleurvoorstel te ontwikkelen, dat beter is afgestemd (terughoudender) op de meer terughoudende kleurstelling van de buurpanden. 

Concluderend zijn de voorgestelde wijzigingen ten aanzien van ramen, kozijnen, de voordeur en de beglazing niet akkoord. Dit dient beter te worden afgestemd op / worden uitgevoerd conform de oorspronkelijke situatie. De kleuromslag van de voorgevel dient beter afgestemd te worden op de aangrenzende panden. Het vervangen van de loodbekleding boven de pui/lateibalk door een zinkbekleding is denkbaar. 

Advies commissie
De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. Een en ander is niet als legalisatie-onderzoek aan de commissie voorgelegd. De commissie stelt vast dat het op tekening aangegeven voorstel niet correspondeert met de zonder vergunning uitgevoerde werkzaamheden. Zowel het niet (in eerste instantie) als legalisatie-onderzoek aan de commissie voorleggen van de ontstane situatie, als dat het voorstel niet correspondeert met de zonder vergunning uitgevoerde werkzaamheden, maken de beoordeling door de commissie nodeloos ingewikkeld. 

Het is betreurenswaardig dat origineel materiaal van het Rijksmonument verwijderd is, en ook dat dit is vervangen door kozijnen/ramen die qua ontwerp, indeling en materiaal niet gelijkwaardig zijn aan de oorspronkelijke situatie. Monumentale waarden zijn hierdoor aangetast en de noodzaak tot volledige vervanging is niet aangetoond. Zaken als het in kozijnen/ramen van een Rijksmonument inpassen van HR++ of triple glas, het toepassen van een aluminium onderdorpel en het toepassen van een draaikiepraam zijn bij een Rijksmonument niet denkbaar en niet akkoord. 

De toegepaste zinken afdekking met kraal is akkoord. De voorgestelde kleuromslag is niet akkoord.  De commissie vraagt om in overleg met het vakteam Erfgoed een kleurvoorstel te ontwikkelen, dat beter is afgestemd op de meer terughoudende kleurstelling van de buurpanden.

Als oplossingsrichting geeft de commissie mee om oorspronkelijk (bouw)materiaal terug te plaatsen. In tweede instantie is reconstructie conform de oorspronkelijke situatie denkbaar. Het daarbij toepassen van zaken als HR++ of triple glas, draaikiepramen, etc, is niet denkbaar bij een Rijksmonument. 

De commissie houdt het plan aan.

Aanhouden

7.    Keizershof 14 RM (SH)

  • Omschrijving: Transformatie tot appartementencomplex
  • Architect: Lakerveld Ingenieurs & Architecten
  • Vooroverleg, 1e behandeling 
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad 
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan de voormalige sigarenfabriek aan de Kalkhaven betreft. De transparante gevel van het pand, die welhaast als een vliesgevel zou kunnen worden gezien, is prominent aanwezig in het stadsbeeld. Het vakteam is blij dat wordt voorgesteld om het pand te transformeren naar een kleinschalig appartementencomplex met vier appartementen. Het initiatief sluit aan bij de trend dat de industrie uit het centrum vertrekt, en er rond de Kalkhaven meer en meer gewoond wordt. 

Het plan kan worden omschreven als een vlekkenplan, waarin per bouwlaag schetsmatig is aangegeven wat waar zou moeten komen. In deze fase van de planontwikkeling is dat op zichzelf beschouwd een goed startpunt, maar tegelijkertijd worden er al (niet onderbouwde) keuzes gemaakt waarbij monumentwaarden verloren gaan. 

Het realiseren van één appartement per bouwlaag sluit uitstekend aan bij het monument. Functies kunnen boven elkaar worden gesitueerd, schachten kunnen op een goede manier op elkaar aansluiten en er kunnen goed bruikbare plattegronden worden gerealiseerd waarbij gebruik kan worden gemaakt van de kwaliteiten van het monument.

Het wonen is aan de voorzijde gesitueerd, met buitenruimtes in de vorm van loggia's aan de achterzijde. Hoewel op het eerste oog begrijpelijke ontwerpkeuzes, roept het ook vragen op. De situering van woonvertrekken aan de voorzijde is passend vanwege de grote glasoppervlakten. De situering van loggia's aan de achterzijde is dat echter minder vanzelfsprekend, vanwege de grotere geslotenheid van deze gevel. Een geveltekening van de achtergevel in de nieuwe situatie ontbreekt, waardoor het niet geheel inzichtelijk is wat er hier aan ingrepen wordt voorgesteld. Vermoedelijk gaat het om het maken van grote gevelopeningen in de achtergevel en het hier aanbrengen van lamellen in het kader van privacy. Hoe dit zich verhoudt tot de bestaande gevelopeningen, en waarom er niet gekozen is om hier meer aansluiting bij te vinden, is onduidelijk. Bovendien zijn de aanwezige gevelopeningen in de achtergevel niet (goed) op de plattegrondtekeningen aangegeven, waardoor hier eigenlijk nog niet over geadviseerd kan worden. Het vakteam vraagt om de bestaande situatie goed in kaart te brengen en om bij de nieuwe situatie uit te gaan van de aanwezige mogelijkheden van het monument. Daarnaast moet ook goed nagedacht worden over de gebruikskwaliteit die de ingreep oplevert: wat is de gebruikskwaliteit van een buitenruimte die geheel is afgesloten door lamellen?

Het trappenhuis in de rechterachterhoek gesitueerd. Hier komt een combinatie van trap en lift die door het pand geheel zal doorlopen. Het vakteam kan zich in beginsel vinden in deze locatie, omdat deze verband houdt met de oorspronkelijke situering. Zodanig zelfs, dat het vakteam zich afvraagt of de historische raveling nog aanwezig is en of deze ingezet kan worden. Dit voorkomt immers een verdere aantasting van het monument en versterkt de afleesbaarheid. Er moet dan wel gekeken worden naar de plaatsing en de omvang van de nieuwe lift. Het vakteam is er nog niet van overtuigd dat dit de beste positionering is. Is de bestaande liftschacht eventueel inzetbaar voor een nieuwe lift?

In het interieur van het monument zijn maar beperkte monumentwaarden aanwezig. Het bouwhistorisch onderzoek benoemt enkele betimmeringen en plafondafwerkingen die voortkomen uit de eerste bouwfase. Het is nu nog niet duidelijk of er bij de ontmanteling nog meer aan het licht zal komen, maar wellicht kan verder destructief onderzoek hier meer inzicht in geven. Gevraagd wordt om interieuronderdelen met monumentwaarden goed in kaart te brengen, zodat hier op een goede manier mee omgegaan kan worden tijdens de verdere planontwikkeling. Opvallend in de voorgestelde indeling op de begane grond is dat een hoog monumentale tussenmuur vrijwel geheel verwijderd zal worden. Dat mag niet het uitgangspunt zijn en lijkt ook niet noodzakelijk gelet op de voorgenomen indeling. 

De vensters in de voor- en achtergevel hebben conform het bouwhistorisch onderzoek hoge monumentwaarden en behoren toe tot de eerste bouwfase. Uitgaande van de slooptekeningen worden deze allemaal volledig vervangen. Dat mag bij een monument niet het uitgangspunt zijn, immers gaat behoud voor vernieuwing. Het vakteam vraagt een bouwtechnische rapportage waaruit de staat van alle individuele vensters (kozijnen, deuren en ramen) blijkt. Deze rapportage kan vervolgens uitgewerkt worden tot een herstelplan per venster. In 2022 is het vakteam op locatie geweest en heeft toen geconstateerd dat grotendeel kan worden volstaan met het vernieuwen van de onderdorpels van de gevelkozijnen en ramen en het aanscherven van de kozijnstijlen. 

Verder wordt voorgesteld om in de voorgevel op de begane grond alle voordeuren en de roldeur te verwijderen. De voordeuren hebben positieve monumentwaarden en het vakteam ziet – gelet op deze initiële plannen – geen reden om deze te vernieuwen. Ten aanzien van de roldeur kan het vakteam zich voorstellen dat hier een verbetering en/of reconstructie plaats vindt. Het herstellen van het oorspronkelijke beeld zou hier op zijn plaats zijn, maar tegelijkertijd biedt het wellicht voor dit appartement ook de kans om een (al dan niet af te sluiten) buitenruimte aan de voorzijde te realiseren. Ook omdat de achtergevel op de begane grond overwegend een gesloten karakter heeft, en er hier daardoor lastig een buitenruimte kan worden gemaakt. 

Tenslotte wordt voorgesteld om op de zijgevel van het monument verticale zonnepanelen te plaatsen. Deze panelen zullen een grafische opdruk krijgen met een voorstelling over de geschiedenis van het pand. Alhoewel het positief is dat hiermee een integratie van zonnepanelen met architectuur lijkt te worden beoogd, verdwijnt de historische reclame op de zijgevel hierdoor deels uit het zicht. Het dak biedt mogelijkheden voor het uit het zicht plaatsen van zonnepanelen. Het vakteam adviseert om de mogelijkheden hiertoe eerst uit te zoeken. 

Concluderen is het vakteam blij dat het in deze vroege fase betrokken is bij de planvorming. Het vakteam ziet het plan in de huidige vorm als een eerste schetsontwerp, en heeft hier de nodige opmerkingen over. Hoewel het realiseren van één appartement per bouwlaag heel passend is, moet er wel kritisch worden gekeken naar de omgang met het monument. Gezocht moet worden naar een goede balans tussen woonkwaliteit enerzijds en de instandhouding monument / aantasting van monumentenwaarden anderzijds. 

De architect licht toe dat wordt voorgesteld om van het pand een woongebouw te maken. De voorgestelde lamellen houden verband met de op de erfgrens gesitueerde gevel en het bieden van voldoende privacy. Een belangrijke vraag aan de commissie is of aanpassingen aan de achtergevel denkbaar zijn. 

Advies commissie
De commissie is heel positief over de voorgestelde herbestemming van dit bijzondere pand.
De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed en de daarin genoemde aandachtspunten, en verwijst volledigheidshalve naar dit advies. 

Een belangrijk ontwerpvraagstuk is hoe hier op een goede wijze woningen met volwaardige en kwalitatief hoogwaardige buitenruimten kunnen worden ingepast, in relatie tot de aantasting van monumentale waarden die een en ander tot gevolg heeft. Alhoewel het voorstel om het pand per verdieping te splitsen logisch lijkt, overtuigt het huidige voorstel de commissie nog niet. Er worden stevige ingrepen ter plaatse van de achtergevel voorgesteld, en de woonkwaliteit die deze aantasting van monumentwaarden oplevert weegt hier onvoldoende tegenop. De commissie vraagt daarom om mogelijke alternatieve ontwerpoplossingen te onderzoeken, waarbij de achtergevel zou kunnen worden ontzien. In dit verband noemt de commissie het onderzoeken van de mogelijkheid om het pand verticaal te splitsen in drie woningen, al dan niet met een topappartement. Dan kunnen buitenruimten op de begane grond worden georganiseerd. De commissie vraagt daarnaast om te onderzoeken of het maken van een verticale ‘lichtschacht’ mogelijk is, waarbij de balkenstructuren behouden zouden kunnen blijven. Het is de moeite waard om een en ander te onderzoeken, om zodoende te komen tot een plan waarbij er sprake is van een goed evenwicht tussen enerzijds het behoud c.q. de aantasting van monumentale waarden, en anderzijds de woonkwaliteit. 

Ter onderstreping / aanvulling op de bovengenoemde punten en op de punten in het advies van het vakteam Erfgoed maakt de commissie de volgende opmerkingen: 
-Van belang is om zo zorgvuldig mogelijk om te gaan met de structuur / monumentale waarden. In dit verband noemde de commissie ook de vensters, en het goed inventariseren (van de staat) daarvan
-conform het bouwhistorische rapport hebben de gevels en het casco hoge monumentwaarden. De commissie vraagt om nog onderzoek te doen naar de vloeren, zowel vanuit bouwhistorisch oogpunt als vanwege het onderzoek naar de bouwkundige staat van de vloeren en de balkkoppen
-de commissie vraagt om een kleuronderzoek uit laten voeren 
-het op de zijgevel plaatsen van PV panelen is niet denkbaar, zowel op zichzelf beschouwd als vanwege het (deels) aan het zicht ontnemen van de reclame en de aantasting van monumentwaarden die dit tot gevolg heeft.  De commissie vraagt om te onderzoeken wat er wat betreft het plaatsen van PV panelen mogelijk is op hoofddak.

De commissie ziet het plan graag in een volgende vergadering als vooroverleg terug en houdt het plan aan. 

Aanhouden

8.    Burgemeester de Raadtsingel 97 GM (SH)

  • Omschrijving: Reconstructie schoorsteen 
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling 
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het terugbrengen van de schoorsteen op het gebouw ‘De Holland van 1859’ betreft. In dit door architect Sybold van Ravesteyn ontworpen gebouw is nu het Onderwijsmuseum gehuisvest. Het exterieur en delen van het interieur zijn in de periode 2012-’14 terug gerestaureerd tot het oorspronkelijk uitgevoerde ontwerp. Een belangrijk onderdeel van het oorspronkelijke architectonische ontwerp is de schoorsteen: de architectonische bekroning van het gebouw. 

In 2012 bestond ook al de wens tot het terugbrengen van de schoorsteen. De commissie noemde destijds in haar advies het terugplaatsen van de schoorsteen essentieel, en noemde de schoorsteen een essentieel deel van het oorspronkelijke ontwerp. De middelen om het reconstrueren van de schoorsteen uit te voeren ontbraken destijds, en de schoorsteen is toen nog niet op detailniveau uitgewerkt. De constructie die nodig is om de schoorsteen in de oorspronkelijke uitvoering/materialisering te dragen, is niet meer aanwezig. Wel zijn er destijds voorzieningen aangebracht die het mogelijk maken om een in staal uitgevoerde toren te plaatsen.

Het vakteam is zeer positief dat nu alsnog de aanvraag en de technische uitwerking volgt om de schoorsteen terug te brengen op De Holland. Een en ander is gebaseerd op de eerder opgestelde (constructie)tekeningen en -details. Het ontwerp is indertijd gebaseerd op archieftekeningen en op historisch beeldmateriaal. Qua beeld en uitstraling komt hetgeen wordt voorgesteld in hoge mate overeen met de oorspronkelijke toren, en met hetgeen reeds eerder positief is beoordeeld en akkoord is bevonden. 

De schoorsteen zal worden opgebouwd uit een holle buis waarop halfronde ribben worden gelast, om zodoende de vormgeving te imiteren van de in het verleden aanwezige steenachtige (betonnen) toren. De schoorsteen zal gepoedercoat worden in de kleur van de gevels, RAL1002. Het vakteam vindt het hierbij belangrijk dat er wel een matte, stenige structuur wordt bereikt overeenkomend met het 'articon gevelstucwerk'. 

De letters zullen in plaatstaat worden gerealiseerd. Vanwege onderhoud en uit kostenoverwegingen is besloten om hier geen neonbuizen te realiseren, in de oorspronkelijke situatie centraal in de letters, maar ronde RVS buisprofielen. Voorgesteld wordt om deze in één kleur uit te voeren, overeenkomend met de kleur van de kozijnen (RAL1015). Volgens het bestek was dit indertijd kleurcode F6.05.70. Het vakteam kan zich in beginsel vinden in deze herinterpretatie. Dat het neon komt te vervallen is wellicht spijtig, maar niet onvoorstelbaar. Er zijn twee ontwerpen voor de belettering uitgewerkt, waarbij er één recent is uitgewerkt en één eerder (vermoedelijk rond 2012). Gekeken naar het historische fotomateriaal lijkt de meest recente uitwerking bijzonder goed overeen te komen met de oorspronkelijke situatie. De kroon bovenop de toren en de letters worden door Dordtse studenten gemaakt. 

Concluderend is het vakteam bijzonder positief over het plan. Het vakteam vraagt om de kleurstellingen en de afwerkingen nader op locatie te bemonsteren, zodat kan worden beoordeeld of het eindresultaat ook daadwerkelijk het oorspronkelijke beeld zal benaderen. 

De architect en de bij het project betrokken grafisch ontwerper hebben de vergadering bijgewoond, en lichten (de achtergrond van) het plan toe. Tevens tonen zij maquettes / schaalmodellen van het project. 

Advies commissie
De commissie is heel positief over het plan en complimenteert de initiatiefnemers met dit mooie en leuke project. De commissie waardeert de betrokkenheid van een Dordtse architect en grafisch ontwerper, en zij waardeert dat er studenten betrokken zijn bij de uitvoering. 

De commissie adviseert positief, mits (voorwaarde) kleur- en materiaalgebruik voorafgaand aan de werkzaamheden op locatie ter beoordeling wordt voorgelegd aan het vakteam Erfgoed. 

Positief met voorwaarde


9.    Voorstraat 143 RM (SH) / Taankade 104

  • Omschrijving: Nieuwbouw achterzijde en splitsing
  • Architect: Stijl architectuur
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad 
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht het plan toe. In de afgelopen jaren zijn er meerdere plannen geweest voor de renovatie van dit Rijksmonument. Dit plan omvat het splitsen van het monument in twee appartementen: één op de begane grond en één op de eerste verdieping. Daarnaast wordt nieuwbouw in drie lagen op het achterterrein voorgesteld, waarbij eveneens twee woningen zullen worden gerealiseerd. 

Monument
Het monument kent een lange periode van leegstand en verwaarlozing. Het inzetten van een kwalitatieve transformatie waarbij de begane grond ontwikkeld wordt tot een woning evenals de verdiepingen tot één woning is in beginsel passend. De ingrepen die hiervoor noodzakelijk zijn, zijn relatief beperkt en deze beperken zich vooral tot gebouwdelen met een indifferente monumentwaarden. 

Plattegronden
De belangrijkste ingreep op de begane grond is zondermeer het deels verwijderen van het dak van de aanbouw, om hier twee trapravelingen te kunnen maken. Bij de plaatsing is rekening gehouden met behoud van de moerbint. Dat is een goed uitgangspunt, maar is ook rekening gehouden met de kinderbinten? In de constructietekeningen komt het behouden van deze constructie nog te weinig naar voren. Op deze tekening is de moerbint niet duidelijk zichtbaar. Gevraagd wordt om de constructietekeningen hierop aan te vullen. Verdere aantastingen van het monument op de begane grond zijn beperkt, maar het vakteam vraagt zich wel af of al onderzoek gedaan is naar de constructie boven het huidige verlaagde plafond. Wat zit hier, en wat betekent dit voor het plan?

Op de eerste verdieping vinden twee (grote) ingrepen plaats aan het monument. Allereerst het verlagen van de borstwering in de achtergevel, zodat het nieuw te realiseren terras betreden kan worden. Deze ingreep is te overzien, waarbij het uitgangspunt wel moet zijn om het bestaande kozijn aan te scherven zodat deze behouden kan blijven. Een tweede (grote) ingreep is het realiseren van een nieuwe trap met bovenliggende raveling. De bestaande steektrap is bijzonder stijl en zodoende niet meer wenselijk om te gebruiken. De trap zal niet meer gebruikt worden, maar volledig behouden blijven als bergkast. Daar kan het vakteam zich in vinden. Ten aanzien van de nieuwe raveling in de tweede verdiepingsvloer wil het vakteam vragen om de raveling tijdens uitvoering af te stemmen met het vakteam zodat zoveel mogelijk van de balklagen behouden kunnen blijven (voorwaarde).  

Op de tweede verdieping blijft de indeling – los van de nieuwe trapraveling – intact. 

Gevels
Onderdeel van de ontwikkeling is het renoveren van de voorgevel van het monument. De pui is op dit moment visueel aangetast, maar onder de panelen en provisorische aanpassingen zit eigenlijk nog een intacte 19e-eeuwse winkelpui. Dat deze gerestaureerd wordt is een uitstekend uitgangspunt en de wijze voorgesteld is passend. Feitelijk wordt terug gegaan naar de situatie zoals deze omstreeks 1964 nog intact was. Het voorstel evenals het voorgestelde kleurgebruik is heel passend. Geadviseerd wordt kleurhistorisch onderzoek te doen naar historische kleurlagen. Verder wordt aandacht gevraagd voor de HWA van het buurpand die langs de pui loopt. Deze uitvoeren in zink en deze volledig verticaal de grond in laten gaan verdient de voorkeur. De huidige HWA doet immers sterk afbreuk aan de gevel. 

De verdere kleurstelling van de voorgevel is passend, waarbij wel gevraagd wordt om de kozijnen in Bentheimer Donker (9) uit te voeren en de kroonlijst in dezelfde kleur als de kozijnen. Bijvoorbeeld Bentheimer (7) voor de kozijnen en Cronenburch (62) voor de ramen. De kroonlijst dient in dezelfde kleur als de kozijnen geschilderd te worden. 

De kleurstelling ten aanzien van de voorgevel kan overgenomen worden voor de achtergevel van het monument. De zinken muurafdekker is in dit verband gelet op de gestucte gevel voorstelbaar, waarbij wel geadviseerd wordt om druipranden toe te passen. Wordt deze aan de bovenzijde aangesloten met lood? 

Details
In de voorgevelpui wordt de tussendorpel teruggebracht naar de oorspronkelijke hoogte. Dat is geheel voorstelbaar, maar op detailniveau wordt toch een wat vlakke profilering voorgesteld. De bestaande tussendorpel mag dan wel zijn verplaatst, maar is wel passend geprofileerd. De bestaande en nieuwe situatie dienen herzien te worden. Daarnaast is het vakteam niet overtuigd dat de deur dieper in de gevel ligt dat de beglazing. Deze detailleringen verdienen nadere aandacht. Vervangen van de beglazing is passend. 

De voorgevelkozijnen op de verdiepingen zullen uitgerust worden met isolerend monumentglas, hiervoor moet de sponning iets ingefreesd worden. Dat is in beginsel passend. Ook passend is het toepassen van een isolerende voorzetwand. Wat voor type isolatie wordt toegepast en is een dampopen systeem overwogen? Geadviseerd wordt verder om de belegstukken vrij te houden. 

De uitgangspunten in de achtergevel zijn hetzelfde. Bij de achterdeur echter wordt voorgesteld het gehele kozijn te vernieuwen. Uitgangspunt moet echter zijn om het bestaande kozijn zoveel mogelijk te behouden door deze aan te scherven en niet door deze geheel te vervangen (voorwaarde). Details van het te vervangen kozijn met stolpramen ontbreken. 

In de verdere detaillering van de verdiepingsvloer wordt duidelijk dat nieuwe vrijdragende verlaagde plafonds worden voorgesteld met akoestische isolatie en dekvloer. Dit zijn passende uitgangspunten voor het monument. Het toepassen van dampopen isolatie blijft hierbij de voorkeur hebben. 

Ten aanzien van de dakconstructie wordt voorgesteld tussen de sporen te isoleren. Het betreft hier een kapconstructie met een substantiële oudheid, in één van de oudste delen van de stad. Gelet op de ouderdom en ronde sporen komt het type isolatiemateriaal en plaatsing nauw. Isoleren aan de buitenzijde heeft de voorkeur, maar mocht overwogen worden om aan de binnenzijde te isoleren, dan is dampopen isoleren in de geval een pré om toekomstige schades te voorkomen. De dakdetails dienen hierop aangepast te worden. 

Nieuwbouw
Voorgesteld wordt om een nieuw achterhuis te realiseren in een eigentijdse architectuur met drie bouwlagen en een kap. Het achterste deel van het perceel is langer dan een eeuw onbebouwd geweest, maar uit het bouwhistorisch onderzoek en uit bouwsporen blijkt dat hier ver in het verleden zeker bebouwing heeft gestaan. 

In de nieuwbouw zullen appartementen worden gerealiseerd. Het appartement op de begane grond en eerste verdieping krijgt een buitenruimte op het tussenliggende bouwdeel, terwijl het appartement op de tweede verdieping en in de kap een inpandige loggia krijgt. Een nieuwe steeg ontsluit de woningen vanaf de Taankade. 

De bouwmassa van drie bouwlagen met een kap past bij het archetype van panden in het beschermde stadsgezicht. Gelet op de buurpanden vormt het pand een hoogteaccent, maar dit is niet ongebruikelijk in de verdere straatwand. De voorgestelde massa is zodoende afzonderlijk herkenbaar, en past binnen het grotere geheel. Een daktekening en aanzichten van de zijdakvlakken ontbreken echter nog om dit goed te kunnen beoordelen. 

De plint is afwijkend vormgegeven ten opzichte van de opgaande gevel, mede als gevolg van het voorgestelde geaccentueerde stalen portaal. Een dergelijke verbijzondering past bij een (historische) gevelindeling. Daarnaast heeft de transparantie van dit deel van de gevel een positieve uitstraling naar de openbare ruimte. Is het hier situeren van een slaapvertrek de meest voor de hand liggende keuze? 

De poort vormt in feite de nieuwe hoofdentree van het woningcomplex. Door deze iets terug te leggen ontstaat de mogelijkheid om het bellentableau en brievenbussen te integreren, wat passend is. Het vakteam vraagt zich wel af of er niet meer kwaliteit gevonden kan worden in de poort; dit is nu slechts een verticaal spijlenhek. Een passende verbijzondering, zodat dit een uitnodigende en representatieve entree wordt, is wenselijk. 

Op de eerste verdieping komen twee vensters met een verticale geleding en met balustraden (frans balkon). Op de tweede verdieping betreft het echter één grote gevelopening met balustraden voor de achterliggende loggia. Loggia's in het beschermde stadsgezicht zijn doorgaans ongewenst conform het beeldkwaliteitsplan. Daarnaast doet het teveel afbreuk aan de gevelritmiek. Is gekeken naar alternatieve oplossingen? Wellicht in het dakvlak, gericht naar de binnenplaats? Dit overtuigt het vakteam nog niet. 

Op detailniveau wordt passend materiaalgebruik voorgesteld, met keramische pannen en metselwerk. Zijn zichtbare geveldragers echt noodzakelijk of kan dit ook anders worden opgelost? Geadviseerd wordt om nog eens kritisch te kijken naar het gootdetail en de waterlijn. Ook wordt hier op geveltekeningen een kraal aangegeven, terwijl het op detailtekeningen een hoektrim betreft.

Er wordt een vrij subtiel materiaal- en kleurpalet voorgesteld. Kleurcodes van de stalen constructie en de balustraden ontbreken, zodat hierover nog niet kan worden geadviseerd. In het algemeen lijkt de materialisering en het kleurpalet op hoofdlijnen passend, maar dient het nog wel gespecificeerd en bemonsterd te worden.

Concluderend is het vakteam van mening dat er een overtuigend plan is neergelegd voor de renovatie van het rijksmonument en de voorgestelde nieuwbouw aan de achterzijde. De twee te realiseren appartementen zijn passend en tasten het monument maar beperkt aan. De nieuwbouw aan de achterzijde sluit aan bij het beschermde stadsgezicht en kan een mooie toevoeging worden. Op detailniveau ontbreekt het nog aan enige uitwerking, waardoor het plan niet volledig beoordeeld kan worden. Zeker de isolerende maatregelen bij het monument, de loggia en het dak van de nieuwbouw verdienen wat dit betreft aandacht. 

De architect licht toe dat er in het Rijksmonument één woning wordt gemaakt, en dat er daarnaast een B&B appartement zal worden gerealiseerd. Het maken van één appartement was niet haalbaar. De annex is geïntegreerd in het ontwerp, hetgeen leidde tot een ‘3d puzzel’. Daar waar de kinderbinten in slechte staat zijn, zijn deze komen te vervallen en wordt een trap gemaakt. De positionering / situering van de buitenruimten van de nieuwbouw is gekozen in verband met het behoud van monumentale waarden enerzijds en in verband met het voldoen aan de regels van het gemeentelijke woonbeleid anderzijds. 

Advies commissie 
De commissie is op hoofdlijnen positief en enthousiast over het plan. Positief is bijvoorbeeld dat dat er behoudend met monument wordt omgegaan. Wat betreft zaken als buitenruimten, onder andere in relatie tot het bieden van privacy, is het plan nog wat imperfect maar de kwaliteit die uit het plan als geheel spreekt gaat die imperfecties te boven. 

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed en verwijst volledigheidshalve naar dit advies en de daarin genoemde punten. Ter aanvulling / onderstreping hiervan maakt de commissie de volgende opmerkingen: 
-het is jammer dat de commissie het tussenliggende (ontwerp)proces heeft gemist, maar het maken van één woning in het monument is positief 
-in het algemeen vraagt de commissie aandacht voor de consequenties van de na-isolatie voor in het zicht zijnde monumentale onderdelen. In dit verband noemde de commissie het herplaatsen van afdeklatten. 
-na-isolatie dak: zorg voor voldoende ruimte voor het in het zicht houden van de constructie. 
-aandacht voor de constructie / (plek / positie van) ravelingen. Een en ander in overleg met het vakteam Erfgoed te bepalen
-detaillering winkelpui: maak er meer een winkelpui van, met een wat uitbundiger detaillering
-gevel Taankade: De pui aan de Taankade is een leuk ontwerp. De puibalk oog nu nog wat mager, en mag wel iets meer ‘body’ krijgen. De commissie vraagt om dit ook in relatie tot de bovenliggende metselwerkrand rand te bezien, zodat het totaal steviger/robuuster oogt. 
-aandacht voor het meer verfijnd ontwerpen van hekwerken en balustraden 
-loggia: de voorgestelde gevelopening ter plaatse van de loggia is strijdig met de hier geldende welstandscriteria. De loggia / een buitenruimte op een andere plek in het plan situeren zal vermoedelijk lastig realiseerbaar zijn. De commissie vraagt om de gevelopening aan te passen, zodat beter wordt aangesloten bij de hier geldende welstandscriteria. Denkbaar (oplossingsrichting) is om hier een middenpenant te maken, zodat de grootte van de gevelopening wordt beperkt
- uitvoering in overleg met het vakteam Erfgoed.

De commissie houdt het plan aan en ziet een conform de gemaakte opmerkingen aangepast / aangevuld plan graag terug in de kleine commissie. 

Aanhouden 


10.    Groenmarkt 10 RM (SH)

  • Omschrijving: Transformatie van kantoor naar appartementen 
  • Vooroverleg, 2e behandeling 
  • Gebiedstype: Historische binnenstad 
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat er naar aanleiding van het advies van de commissie een uitgebreid ruimteboek is gemaakt. Hierin is de visie opgenomen, met aansluitend de beschrijvingen en (voorgenomen) werkzaamheden in het exterieur en interieur. 

Visie
Binnen de visie wordt aangegeven dat de situatie van de laatste bekende bouwtekening uit 1906 – waarbij het pand vergroot werd tot één voornaam kantoorpand met kunstzaal – als referentiekader wordt genomen voor de ontwikkeling. Het vakteam denk dat dit een goede basis vormt voor het verdere plan, waarbij het vakteam benadrukt dat deze historische ruimtelijke structuur (met hoogwaardige afwerkingen) dan ook intact moet blijven. Dat geldt zeker ten aanzien van de begane grond, waar toch de meest substantiële ingrepen zijn doorgevoerd. 

Exterieur
Ten aanzien van het exterieur is de belangrijkste wijziging het toevoegen van een dakkapel en balkon. Reeds eerder door het vakteam aangegeven en nu ook vermeld in het ruimteboek, is dat deze qua uitvoering en bouwkwaliteit niet te verenigen zijn met het monument. Hoewel een dakkapel en balkon op deze locatie mogelijk voorstelbaar is, dienen deze zorgvuldig en rekening houdend met het monument uitgewerkt te worden. Deze uitwerking ontbreekt, maar daar is in een latere fase bij de behandeling van de omgevingsvergunning nog tijd en aandacht voor. Een eigentijdse vormgeving van beide gebouwdelen valt te adviseren.

Dat de lichtstraat verwijderd is en dat daarmee de onderliggende legramen in het plafond van de begane grond in onbruik zijn geraakt, daar kan het vakteam zich niet in vinden. De lichtstraat en de beleving van daglichttoetreding maakt integraal onderdeel uit van het monumentale interieur op de begane grond. Wellicht dat een reconstructie niet noodzakelijk is, maar dat ook gedacht kan worden aan beloopbaar glas zodat de functie van dakterras niet gehinderd wordt. 

Fietsenstalling
De commissie heeft tijdens de vorige behandeling geadviseerd dat het voorgenomen programma hoogstwaarschijnlijk te zwaar is voor het monument. Zeker het stallen van fietsen en het daarvoor opofferen van hoog monumentale vertrekken stuitte bij het vakteam op weerstand. Ook zag het vakteam niet in hoe hier op een goede manier een bruikbare voorziening gerealiseerd kon worden zonder de structuur van het monument stevig aan te tasten, juist daar waar de belangrijkste interieurwaarden zijn vertegenwoordigd. De aanvrager heeft het pand aan de Groenmarkt 4 verworven. Dit pand heeft geen rijk interieur (zoals hier wel het geval is) en heeft bovendien een ruim souterrain. Hoewel ongebruikelijk, kan dit mogelijk een oplossing zijn om het programma in dit monument te verlichten. Het betekent wel dat inzicht gegeven moet gaan worden of en in hoe verre dit haalbaar is. Mogelijk door middel van een secundair vergunningstraject voor het buurpand. 

Begane grond
Het laten vervallen van de fietsenstalling op de begane grond verlicht het programma zodanig dat de structuur op de begane grond beter intact kan blijven. Vooral ten aanzien van het vertrek rechtsachter, wat gelet op de glas-in-lood ramen, de schouw en het plafond een monumentaal vertrek betreft. De grootste bezwaren in de indeling op de begane grond zijn gericht op de middenruimte waar eerder een keuken zat, maar waar nu de badkamer en toilet zijn gesitueerd. Gelet op de oude situatie voor de illegale verbouwing was het vanzelfsprekender geweest om de toilet en natte ruimte op de positie te houden als waar deze al zaten, tegelijkertijd was dit ook al een wat merkwaardige inbouw gelet op het daklicht. Eigenlijk is het vertrek linksachter mede gelet op de historische plattegronden, het meest voor de hand liggend voor de realisatie van toilet en natte ruimte. Het afwerkniveau is hier ook zodanig dat dit het monument niet tot weinig aantast. Belangrijk is in ieder geval dat de middenruimte in de plattegrond weer herkenbaar wordt en dat dichtgezette glasdeuren en ramen weer geopend en zichtbaar worden.

Het plaatsen van een vaste steektrap met luik wat leidt naar een dakterras is beter voorstelbaar dan het eerdere voorstel.

Eerste verdieping
Verreweg het belangrijkste vertrek op de eerste verdieping is de schilderijenkamer aan de voorzijde, vertrek nummer 1.02. Het getoogde stucplafond met schilderingen was ten tijde van de verkoop beschadigd, dit heeft de huidige eigenaar laten restaureren. Het vakteam complimenteert de eigenaar hiervoor, maar merkt wel op dat de lambrisering hier deels verwijderd is. Deze dient hersteld te worden. 

Het bestaande trappenhuis zal ingezet worden om de centrale ontsluiting te kunnen maken. Ook dit is een goed uitgangspunt, waarbij het vakteam wel opmerkt dat de trap van de eerste naar de tweede verdieping wel erg steil is. Ook opent de deur naar het topappartement de overloop in. Het vakteam vraagt zich af of beide aspecten niet bezwaarlijk zijn ten aanzien van de vluchtweg. 

Tweede & derde verdieping
Het pand kent een tussenverdieping alvorens men de kap betreed. Ook de kap bestaat uit twee delen, die ieder op een andere hoogte liggen. In de kappen waren ten tijde van aankoop reeds (illegale) studio-appartementen gerealiseerd met de noodzakelijke voorzieningen. Van deze voorzieningen wordt gebruik gemaakt om in de kap één appartement te realiseren. Dit is een passende insteek waarbij de aantasting van het monument tot een minimum beperkt blijft.

Wel merkt het vakteam hierbij op dat er een buitenruimte is gerealiseerd en een dakkapel. Een dakkapel en een balkon is op deze locatie wellicht mogelijk. Immers kan een dakkapel ondergeschikt aan het dak gerealiseerd worden en kan er een klein balkon boven het onderliggende dakterras aangebracht worden. Reeds aangegeven is dat de bestaande uitvoering niet te verenigen is met het monument, maar dat een eigentijdse hoogwaardig uitgewerkte invulling wellicht denkbaar zou kunnen zijn. 

Detaillering
Op detailniveau heeft het vakteam op verschillende aspecten vraagtekens over de kwaliteit van uitvoeren en aansluitingen op detailniveau. Hoe zijn rioleringen aangelegd? Hoe worden brandscheidingen uitgevoerd? Hoe sluiten constructies aan? Het vakteam adviseert om dit op detailniveau in kaart te gaan brengen en te controleren of voldaan wordt aan bouwregelgeving. 

Concluderend is het vakteam van mening dat  er een stap is gezet richting een haalbaar plan. Het ontlasten van het monument door het elders oplossen van de fietsparkeeroplossing lijkt nou juist dat wat het programma nodig heeft om tot een haalbare situatie te komen. Desondanks zijn er nog wel de nodige bezwaren met betrekking tot de indeling van de begane grond, waarop het plan aangepast moet worden. De middenruimte met historische (dichtgezet) daklicht moet als zodanig weer waarneembaar worden, wat vermoedelijk betekent dat de badkamer en toilet (deels) verplaatst moeten worden. Op de verdiepingen vormen de indelingen zich veel natuurlijker binnen de mogelijkheden van het monument zonder deze substantieel aan te tasten. 

Daarnaast geeft het plan nog te weinig inzicht in aspecten die ook komen kijken bij een transformatie, zoals brandscheidingen (vloerconstructies en deuren); verduurzaming (isolatie en beglazing); en instandhouding (onderhoudsachterstanden). Hiermee wordt dan ook tegemoet gekomen met de eerder gemaakte opmerkingen van de RCE. Geadviseerd wordt om ten aanzien van de indeling op de begane grond nog één keer terug te komen in het kader van een vooroverleg. 

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond en licht het plan toe. Met de verplaatsing van de cv is in de ogen van de aanvrager ten aanzien van de badkamer een goede oplossing gevonden. Bij het plafond kunnen de gipsplaten worden verwijderd. Door het achter de glasplaat met roeden aanbrengen van ledverlichting, lijkt de situatie op daglicht en kan het dakterras blijven. 

Advies commissie
De commissie waardeert de pogingen om een en ander alsnog vlot te trekken, maar zij is tijdens het locatiebezoek geschrokken van hetgeen er hier aan monumentale waarden verloren is gegaan. De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed, en verwijst volledigheidshalve naar dit advies. Ter onderstreping / aanvulling daarvan maakt de commissie de volgende opmerkingen: 


-ter plaatse van de begane grond zijn ingrijpend wijzingen gerealiseerd. De commissie benadrukt het grote belang van de monumentale waarden ter plaatse van de begane grond
-betrek bij het ontwerpen van plattegronden de afweging wat er past. 
-de commissie vraagt om in het plan daadwerkelijk het herstel van de situatie in 1906 na te streven. Er is nog een slag te maken om een en ander beter te reconstrueren dan nu in het ruimteboek wordt aangegeven. Helder moet zijn hoe het was en wat er wordt voorgesteld
-de vierkante ruimte ook echt terugbrengen in de oorspronkelijke staat. De vormgeving/kenmerken van de middelste ruimte, het glazen dak en de glazen pui, houden verband met elkaar en brengen veel licht in het hart van het pand. Dit is nu helemaal tenietgedaan, en dat is niet acceptabel. Denkbaar (oplossingsrichting) is om meer terug te gaan naar de originele situatie (geen toiletinbouw en muren en deuren, maar een vierkante ruimte). Het terugbrengen van de ruimte van de keuken en het dak is belangrijk voor het monument
-een dakterras is voorstelbaar, maar een uitkragend balkon op de tweede verdieping is niet denkbaar. In plaats van een uitkragend balkon is een dakkapel met frans balkon wel denkbaar. 
-een doorgang in de kunstkamer op de 1e verdieping is acceptabel. Wel moet hier de lambrisering worden hersteld. Een uitwerking hiervan ontbreekt.  
-naast de genoemde punten zijn er tal van onderwerpen en (detail)aspecten die nog nader moeten worden uitgewerkt. In dit verband noemde de commissie verduurzaming(sdetails), vloeren die zijn opgehoogd, het kleurenpalet dat is verdwenen en het goed inpassen van voor woningen noodzakelijke voorzieningen als brievenbussen en een bellentableau. 

De commissie houdt het plan aan. 

Aanhouden


11.    Stadswerven C2 (vlek C oost) 

  • Omschrijving: het bouwen van 93 woningen 
  • Architect: Lugten Malschaert architecten 
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling (beoordeling invulling voorwaarden advies d.d. 26 mei 2025, eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Ontwikkelgebieden 
  • Welstandsniveau: Ontwikkeling 
  • Beeldkwaliteitplan Stadswerven

De architect heeft de vergadering bijgewoond en licht toe dat de in het complex toe te passen zon- en windwering zal worden vastgelegd in het reglement van de VvE. Op de indieningstekening worden de door de kopers mogelijk te kiezen en aan de voorzijde gesitueerde erkers niet aangegeven. De artists impressions geven een mogelijk beeld. Naar aanleiding van de nog door de kopers te maken keuzes, zal dit op tekening worden verwerkt. De erkers zijn zodanig ontworpen dat deze zich goed verhouden tot het totale gevelbeeld. De te treffen natuurinclusieve maatregelen, en de onderlinge samenhang daarvan, wordt toegelicht. 

Advies commissie
Op 31 maart 2025 heeft de commissie het plan als vooroverleg beoordeeld, en op 26 mei 2025 als aanvraag. De commissie gaf aan veel waardering te hebben voor het plan, zowel wat betreft de stedenbouwkundige opzet als de architectonisch uitwerking. Dit biedt kansen voor het maken van een mooie, groene (woon)omgeving. De commissie hoopte dat de door de landschapsarchitect beoogde vergroening van de (royale) binnenruimte, ook daadwerkelijk gestalte krijgt. De dakkapellen van de stadswoningen voldoen niet aan de welstandscriteria voor dakkapellen. Echter, gelet op de maat en schaal van de omgeving, het feit dat de dakkapellen integraal onderdeel uitmaken van het architectonische ontwerp en het feit dat de dakkapellen geen kopersoptie zijn maar tijdens de bouw worden gerealiseerd, is dit bij uitzondering akkoord. 

De commissie gaf ten tijde van het vooroverleg op 31 maart 2025 een aantal opmerkingen mee in het kader van de verder uitwerking van het plan. Uit de aanvraag blijkt dat de door de commissie gemaakte opmerkingen goed in het plan zijn verwerkt. De commissie adviseerde op 26 mei 2025 positief met drie voorwaarden: 
-het borgen van de regie op het totale gevelbeeld, als gevolg van de koperskeuze wat betreft het al dan niet aan de voorzijde maken van erkers 
- overzIcht natuurinclusieve maatregelen (waar zit wat, en wat is de onderlinge samenhang van de te treffen natuurinclusieve maatregelen)
- type, kleur en uitvoering wind- en zonwering goed vastleggen. 
Uit de nu ter beoordeling voorgelegde stukken en nadere toelichting door de architect blijkt dat aan deze voorwaarden is voldaan. De commissie adviseert positief (voldaan aan voorwaarden advies 26 mei 2025)

Positief 

Rondvraag
Commissielid Van der Spuij is op 23 juni afwezig

Grote commissie ​​​​​​| Verslag 26 mei 2025

Aanvang:         13.30 u. – 19.30 u.

Locatie:           Stadskantoor, vergaderkamer 1

Aanwezig:       Mevr. E. Marcusse (voorzitter), dhr. J. Baijense, dhr. S. van der Spuij, mevr. A. Riel, mevr. A. Kruisinga, mevr. V. Herzberg, dhr. D. Smit (secretaris)

  1. M.H. Trompweg / Witte de Withstraat

Omschrijving: nieuwbouw woongebouw 39 appartementen
Architect: Wubben Chan
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)

Gebiedstype: Wederopbou​​​​w - Stempelwijken
Welstandsniveau: Regulier
Beeldkwaliteitplan Herstructurering Wielwijk

De aanvrager licht toe hoe in de nu voorliggende aanvraag is omgegaan met de door de commissie gemaakte opmerkingen. Het zichtbeton zal worden gepigmenteerd. Het plafond en de rand van de geluidwering onder de balkons zal worden uitgevoerd in de kleur van de balkons. Aanvankelijk zouden er balkonhekwerken in drie verschillende hoogtes worden toegepast. Dit worden er nu twee, 1,20m en 1,50 m. Op de begane grond zijn de neggen verdiept, op de verdiepingen zijn deze iets verdiept. Screen zullen worden uitgevoerd in het type en in de kleur zoals vastgelegd op tekening. In overleg met de bij het plan betrokken ecoloog zijn de te treffen natuurinclusieve maatregelen bepaald. De inrichting van het terrein rondom zal in overleg met de hovenier nog nader worden ingevuld. De architect heeft de esthetische controle op de verdere uitwerking, zoals ten aanzien van het bepalen van (de plek van) de dilataties.

Advies commissie
De commissie heeft het plan op 16 december 2024 beoordeeld als vooroverleg. De commissie gaf aan heel positief te zijn over het plan, en gaf een aantal volgende opmerkingen / aandachtspunten mee in het kader van de verdere uitwerking van het plan.

Het plan wordt nu als aanvraag ter beoordeling voorgelegd. De commissie is van mening dat de door de commissie ten tijde van het vooroverleg gemaakte opmerkingen op een goede manier in het plan zijn verwerkt. De commissie adviseert positief met als voorwaarden:

-het (in overleg met het vakteam stedenbouw) nog indienen en ter beoordeling voorleggen van de situatietekening en het beplantingsplan

-de te treffen natuurinclusieve maatregelen duidelijk aangeven op de bouwkundige stukken.

Positief met voorwaarden

 

  1. Amstelwijck Dordts Buiten kavel H02 H20

Omschrijving: bouw 2 woningen
Architect: Brummelhuis
Vooroverleg, 2e behandeling

Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
​​​​​Welstandsniveau: Regulier

De gemachtigde licht toe dat het plan is gewijzigd naar aanleiding van de door de commissie gemaakte opmerkingen. Tijdens de vergadering toont de gemachtigde een (ten opzichte van de ingediende stukken) nieuwe schets van de tweede woning, waarbij er meer hout in de gevel wordt toegepast. De gemachtigde toont de bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik. De houten gevelbekleding zal per woning verticaal of horizontaal worden toegepast. Wellicht wordt er ook per woning een andere steensoort toegepast. Waar en hoe er natuurinclusieve maatregelen getroffen worden is nu nog niet bepaald, wel zijn er mogelijkheden om deze te treffen. Installaties volgen nog.

Advies commissie
De commissie heeft dit plan voor twee woningen eerder, op 3 februari 2025, beoordeeld. De commissie gaf op 3 februari 2025 onder andere aan dat de gevelcompositie van beide woningen nog een kwaliteitsslag zou moeten krijgen, en dat meer onderscheid tussen de twee woningen (bijvoorbeeld de kleur en de richting van de houten gevelbekleding) wenselijk is. Hierop is het plan aangepast. Het plan is hierdoor verbeterd.

Het gevelontwerp van woning 1 is in hoofdzaak akkoord. Wel vraagt de commissie om hier minder verschillende formaten gevelopeningen toe te passen (bijvoorbeeld max. 3 of 4 ). Hierdoor wint het ontwerp aan beeldrust. De commissie vraagt om geen horizontale regel toe te passen.

Het gevelontwerp van woning 2 vraagt meer aandacht. De commissie vraagt om minder verschillende formaten gevelopeningen toe te passen (streef naar meer eenvoud / beeldrust en geef gevelopeningen dezelfde hoogte en formaat: geen dubbelhoge gevelopeningen en geen smalle gevelopeningen toepassen). De tijdens de vergadering door de gemachtigde getoonde schets is een goede voorzet.

De commissie merkt op dat, naast het per woning verticaal of horizontaal toepassen van de gevelbekleding, ook het per woning toepassen van een andere plankbreedte zou kunnen bijdragen aan het onderscheid tussen de twee woningen. In combinatie met het per woning toepassen van een andere baksteen, kan een en ander net voldoende onderling onderscheid zijn. Verder kan kleur in de uitwerking ook bijdragen aan dit onderscheid. Als aanbeveling wordt meegegeven om te kiezen voor een ‘warme’ kleur donkergrijs / antraciet, en niet voor RAL 7016 in verband met de veroudering (verkleuring) van die kleur.

De commissie vraagt aandacht voor de te treffen natuurinclusieve maatregelen (wat, waar, hoe en waarom). De commissie verwijst in dit verband naar het Handboek Natuurinclusief Bouwen van de gemeente. Bij voorkeur worden er inbouw nestkasten toegepast (geen losse nestkasten), wellicht in de gevel of door de dakpannen te benutten als natuurinclusieve voorziening. De commissie vraagt aandacht voor de samenhang tussen de te treffen natuurinclusieve maatregelen.

De commissie adviseert positief en ziet het plan graag verder uitgewerkt en met inachtneming van de gemaakte opmerkingen in een volgende vergadering als aanvraag terug.

Positief met opmerkingen

  1. Dordts Buiten fase 3

Omschrijving: fase 3 Plegt Vos
Architect: Beltman architecten (stedenbouwkundig plan: Atelier Dutch)

Vooroverleg, 1e behandeling
Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
Welstandsniveau: Regulier

De architect licht het plan toe, mede aan de hand van de verschillen en overeenkomsten van deze fase met de eerdere fase. Wat betreft beukmaat is er bijvoorbeeld een onderling verschil, en er is een kleine aanpassing in de kleurstelling gemaakt (toepassing grijswit metselwerk). Het gebied is verdeeld in de deelgebieden Aan de lanen, Tussen de velden en Op de eilanden. Het ontwerp daarvan wordt per deelgebied toegelicht. Ter plaatse van blok 8 is een verbijzondering ontworpen in de vorm van een woning met dwarskap en een omkering van de kleurstelling. Er worden volle gebakken stenen toegepast.

Advies commissie
De commissie onderschrijft het advies van de stedenbouwkundige en de daarin genoemde punten (materialisering Op de Eilanden laten aansluiten op materialisering P.O. kavels, vormgeving van de 'special' op de zuidwest hoek van het eiland conform het beeldkwaliteitsplan, positie aanbouwen in blok 6 (naar voren), aantal parkeerplaatsen op De Eilanden). Ter aanvulling daarop / onderstreping daarvan maakt de commissie de volgende opmerkingen:

-richt de ontwerpen goed op de karakters van de bebouwing zoals die zijn voorgeschreven in het beeldkwaliteitsplan

-beschouw een en ander in samenhang met wat er in de voorgaande fases is ontworpen, en hoe dit deelplan daaraan bijdraagt. In het bijzonder noemde de commissie de mate van repetitie ter plaatse van Aan de landen (dit deelplan in relatie tot het plan als geheel) en Op de eilanden (het beeld in dit deelplan in relatie tot het beeld ter plaatse van de P.O. kavels)

-sluit in het woningontwerp aan op de kwaliteiten die de (bijzondere) buitenruimtes in deze wijk hebben

-verbijzondering Aan de Lanen: de wijze waarop de verbijzondering nu is vormgegeven, overtuigt de commissie niet. Het is nu een te grote uitzondering in het plan als geheel. De commissie vraagt om te bekijken hoe hier een verbijzondering kan worden gemaakt.

-Maak de veranda's tot een integraal onderdeel van de architectuur van de desbetreffende woningen (deze lijken nu los ‘aangeplakt’), met aandacht voor de (gebruiks)kwaliteit

-deelgebied Op de eilanden: houd de intentie aan van de in dit deelgebied geldende beeldkwaliteitscriteria, en laat dit aansluiten op het beeld ter plaatse van de vergelijkbare deelgebieden met P.O. kavels. Maak een heldere ontwerpkeuze tussen onderling uitgelijnde gevelopeningen of 'willekeurig' / 'over de gevel 'gestrooide' gevelopeningen.

-Tussen de velden: maak de toepassing van hout in de gevel betekenisvol voor het architectuurbeeld, en niet cosmetisch. In dit verband noemt de commissie hout ter plaatse van de zichtbare zijgevels. Aandacht voor het hier toepassen van een voldoende hoog percentage houten gevelbekleding conform het beeldkwaliteitsplan.

-Aan de lanen: de commissie vraagt om nog eens te kijken naar het incidenteel toegepaste lichtgrijze gevelvlakje, in relatie tot het gevelbeeld als geheel

-de commissie is benieuwd naar de te treffen natuurinclusieve maatregelen, en vraagt hier aandacht voor. De commissie verwijst in dit verband naar het Handboek Natuurinclusief Bouwen van de gemeente, en er kan contact over worden opgenomen met de stadsecoloog. Wat betreft nestkasten vraagt de commissie om ook naar de positie / situering daarvan te kijken. Bekijk waar het mogelijk is om gevelgroen toe te passen. Kunnen de aanbouwen een groendak krijgen?

-vermijd daar waar mogelijk blinde kopgevels

-aandacht voor het goed in het ontwerp inpassen van zonnepanelen, installaties, etc.

De commissie ziet het plan graag in een volgende vergadering als vooroverleg terug, en houdt het plan aan.

Aanhouden

  1. Stadswerven C2 (vlek C oost)

Omschrijving: het bouwen van 93 woningen
Architect: Lugten Malschaert architecten
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)

Gebiedstype: Ontwikkelgebieden
Welstandsniveau: Ontwikkeling
Beeldkwaliteitplan Stadswerven

De architect licht het plan toe en licht toe hoe er is omgegaan met de door de commissie tijdens het vooroverleg gemaakte opmerkingen. De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond en licht de te treffen natuurinclusieve maatregelen toe.

Advies commissie
Op 31 maart 2025 heeft de commissie het plan als vooroverleg beoordeeld. De commissie gaf aan veel waardering te hebben voor het plan, zowel wat betreft de stedenbouwkundige opzet als de architectonisch uitwerking. Dit biedt kansen voor het maken van een mooie, groene (woon)omgeving. De commissie hoopte dat de door de landschapsarchitect beoogde vergroening van de (royale) binnenruimte, ook daadwerkelijk gestalte krijgt. De dakkapellen van de stadswoningen voldoen niet aan de welstandscriteria voor dakkapellen. Echter, gelet op de maat en schaal van de omgeving, het feit dat de dakkapellen integraal onderdeel uitmaken van het architectonische ontwerp en het feit dat de dakkapellen geen kopersoptie zijn maar tijdens de bouw worden gerealiseerd, is dit bij uitzondering akkoord.

De commissie gaf op 31 maart 2025 een aantal opmerkingen mee in het kader van de verder uitwerking van het plan. Uit de nu ter beoordeling voorliggende aanvraag blijkt dat de door de commissie gemaakte opmerkingen goed in het plan zijn verwerkt. De commissie adviseert positief met drie voorwaarden:

- het borgen van de regie op het totale gevelbeeld, als gevolg van de koperskeuze wat betreft het al dan niet aan de voorzijde maken van erkers

- overzIcht natuurinclusieve maatregelen (waar zit wat, en wat is de onderlinge samenhang van de te treffen natuurinclusieve maatregelen)

- type, kleur en uitvoering wind- en zonwering goed vastleggen.

Positief met voorwaarden

  1. Loswalweg 20

Omschrijving: het realiseren van een nieuwbouwwoning
Architect: Arend Groenewegen Architect
Vooroverleg, 1e behandeling

Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
Welstandsniveau: Regulier

De stedenbouwkundige licht het stedenbouwkundige advies toe. De aanvragers hebben de vergadering bijgewoond. De architect licht het plan toe.

Advies commissie
Wat betreft architectuurrichting en volumeopbouw (en alles wat daarmee samenhangt zoals de terrassen) geeft de commissie aan dat het belangrijk is dat de woning zich goed gaat verhouden tot de omgeving. Dit vanwege de bijzondere positie van het gebouw (en het zicht erop), en omdat het direct naast lintbebouwing ligt. Het ontwerp in de huidige vorm verhoudt zich nog onvoldoende goed tot de omgeving. Het is van belang om het vertrekpunt wat betreft de situering van de inrit (en de situering van het parkeren) helder te maken / krijgen. De commissie vraagt om dit af te stemmen met de stedenbouwkundige.

Belangrijk is hoe er wordt aangesloten bij het karakter van de omgeving. Een volledig kubistisch en wit volume dat is opgetild, is te hard. Maak het ontwerp ‘zachter’ in toon, en vermijd te grote contrasten. Qua vorm / massaopbouw en kleur- en materiaalgebruik moet beter worden aangesloten op de omgeving. Dit kan een kap zijn, maar dit hoeft wat betreft de commissie niet per se. Niet ondenkbaar is bijvoorbeeld het door middel van het volume / de massaopbouw en het materiaal- en kleurgebruik meer ondergeschikt maken van de bovenste laag.  Ook aanbouwen zouden wat betreft kleur- en materiaalgebruik kunnen afwijken van het hoofdvolume. Een en ander hangt ook samen met de terreininrichting / het landschapsontwerp.

Het landschapsontwerp en de te treffen natuurinclusieve maatregelen zijn belangrijke ingrediënten voor het ontwerp. Het gebouwontwerp en het landschapsontwerp moeten elkaar wederzijds beïnvloeden. Gezien de grootte van het perceel kan er door middel van het landschapsontwerp heel erg gestuurd worden op kwaliteit / op een goede inpassing. Aandacht voor het zo min mogelijk verharden van het terrein. Het is mooi dat er een groendak wordt voorgesteld. Wat betreft de te treffen natuurinclusieve maatregelen verwijst de commissie naar het Handboek Natuurinclusief Bouwen van de gemeente.

De commissie ziet het plan graag in een volgende vergadering als vooroverleg terug, en houdt het plan aan.

Aanhouden

  1. Bagijnhof 48-52 BS (SH)

Omschrijving: Het toevoegen van appartementen op de verdiepingen
Architect: Stijl architectuur
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Historische Binnenstad
Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht het plan toe. In het algemeen is het toevoegen van woningen binnen de bestaande gebouwvoorraad heel passend, vooral ook op de wijze waarop dit voorgesteld wordt. Het beoordelen van het plan gelet op de kaders van het beschermde stadsgezicht bleek eerder moeilijk wegens de ontbreken van (overzichtelijke) geveltekeningen en detailleringen. De complexiteit en stedenbouwkundige situering maken het moeilijk om het plan te doorgronden, belangrijk hierin is om te begrijpen dat het pand in de achtergevels verspringt en versmalt ten opzichte van de voorgevels. Aan de Lenghengang – wat van oudsher een expeditiestraat is, maar die in transitie is naar een woonstraat – is een behoorlijk achterterrein aanwezig.

In de voorgevel wordt ter plaatse van de middenentree brievenbussen en een bellentableau toegevoegd. Het vakteam vraagt zich af of het mogelijk is om de brievenbussen te integreren in de zijgevel. Tegelijkertijd is deze entree terug gelegen waardoor het ondergeschikt zichtbaar zal zijn. Verder is men voornemens tot het plaatsen van achterzetramen. Dit is voorstelbaar, waarbij wel geadviseerd wordt om de gewichtkasten bereikbaar te houden mocht hier ooit eens onderdelen vervangen moeten worden. Ook zal de enkele beglazing vervangen worden door isolerende beglazing wat op basis van de detailleringen goed voorstelbaar is.

Door de verschillende gebouwmassa's kent het pand aan de achterzijde meerdere achter- en zijgevels. In principe liggen alleen de achtergevel gericht op het beschermde stadsgezicht ter beoordeling. In de achtergevels- en zijgevel worden de in het verleden dichtgezette gevelopeningen weer geopend. Hierin wordt een historiserende indeling teruggebracht met bij de linkerachtergevel schuiframen en bij de rechtergevel een fijne roedeverdeling. Het is opvallend dat bij beide gevels op de tweede verdieping een empire venster wordt voorgesteld, wat geen relatie heeft met hetgeen daaronder plaats vindt. Ook valt het op dat de dichtgezette openingen op de begane grond afgezien van de deuropening, dicht blijven. Hoewel hierachter slechts bergingen komen, moet het toch mogelijk zijn om ook hier een kwaliteitsimpuls door te voeren. In zekere zin ontbreekt voor het vakteam aan integrale visie hoe om te gaan met deze zij- en achtergevels. Het doorvoeren van een eenduidig tijdsbeeld – gebaseerd op archiefinformatie of ingegeven vanuit de architectuur – resulteert vermoedelijk in een meer kwalitatieve uitstraling.

Verder opvallend is de nieuwe entree naar het binnenterrein met een gesloten deur en brievenbussen met bellentableau. Hier wordt een dichte deur voorgesteld naast een wat inferieur hekwerk. Voor dit hekwerk is geen vergunning bekend. Deze doet bovendien teveel afbreuk aan het beschermde stadsgezicht en het veranderende karakter van het Lenghenhof. Wellicht is het mogelijk om voor zowel de entree als dit hekwerk een kwalitatief gezamenlijk ontwerp te maken die meer past in een kwalitatieve woonomgeving. Wat gebeurt bovendien met dit binnenterrein, is vergroening hier mogelijk?

Als laatste worden meerdere dakramen voorgesteld. Deze zijn gelijk van omvang en dermate ondergeschikt aan het dak dat deze voorstelbar zijn. Daar is het vakteam dan ook mee akkoord. 

Omdat het hier panden betreffen met slechts de status van beschermd stadsgezicht adviseert het vakteam in principe niet over interne wijzigingen. Wel heeft het vakteam vragen over het betreden van de bergingen op de begane grond met fietsen en de veiligheid van de gezamenlijke trap die opklapt met daaronder een fietsenstalling.

De architect licht toe dat aansluiten bij de ontwikkeling van de Lenghengang als woonstraat sluit aan bij de ambities van het plan. Er is nu in het ontwerp voortgeborduurd op archieftekeningen. Buitenruimtes kunnen wellicht worden vergroend.

Advies commissie
De commissie is heel positief over de hier beoogde ontwikkeling, wonen boven winkels. Het is positief dat er woningen worden toegevoegd. De impact op de historische omgeving is beperkt. Heel positief is ook dat het beeld van het rechterpand intact blijft, en dat de woningen binnen de bestaande contouren worden gerealiseerd.

De achterzijde, de Lenghengang, biedt kansen om aan te sluiten bij / mee te gaan met de transformatie van deze straat naar een woonstraat. De commissie geeft in dit verband de sterke aanbeveling om kennis te nemen van de hier ontwikkelde plannen.

De commissie vraagt om een (ontwerp)visie op de achtergevel te ontwikkelen. Hier is nog een ontwerpslag nodig. Dit kan een nieuwe tijdlaag zijn, maar ook een meer traditionele vormgeving is wellicht denkbaar. De commissie vraagt om na te gaan wat er nog aan oorspronkelijk/origineel materiaal in deze gevel aanwezig is.

Maak in plaats van het voorgestelde schuifhek, een draaihek. Bekijk waar het mogelijk is om vergroening toe te passen. De commissie houdt het plan aan.

Aanhouden (positief op hoofdlijnen)

  1. Slikveld 1 t/m 45 GM (SH)

Omschrijving: Transformatie tot woonzorgcomplex
Architect: Stijl architectuur
Vooroverleg, 1e behandeling

Gebiedstype: Historische Binnenstad
Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het diaconessenhuis, ofwel het voormalige ziekenhuis, aan het Slikveld betreft. Voorgesteld wordt om het monument te transformeren naar een woonzorglocatie. Dit betekent dat het pand ingedeeld zal worden in verschillende kleine woningen met beperkte voorzieningen. In het souterrain komen gezamenlijke ruimtes ontsloten rondom een hof. De hoofdentree van het pand zal verlegd worden naar de Slikveld-zijde, en er zal een extra dakopbouw gerealiseerd worden. In beginsel is het vakteam enthousiast over deze functie. Een woonzorgfunctie sluit immers goed aan bij de historische functie van het monument, garandeert de blijvende eenheid van het gebouw en kan goed gebruikmaken van de bestaande structuur.

Het pand is een voor Dordtse begrippen bijzonder en afwijkend monument als restant van de vele gezondheidszorgfuncties die zich in de vorige eeuw in en rondom het centrum bevonden. Het gebouw was onderdeel van een veel grotere complex en werd in verschillende bouwfasen gerealiseerd. Hiervan resteert nu alleen het deel aan het Slikveld. Dit deel, uitgevoerd met een hoektoren en met doorlopende stalen vensters en vliesgevels, is prominent aanwezig en herkenbaar in het stadsbeeld. Tegelijkertijd is het een bouwrestant met de nodige bouwsporen waar in de afgelopen decennia weinig tot geen aandacht aan is besteed.

In het interieur is de indeling van een begin 20e-eeuws ziekenhuis nog goed herkenbaar, met doorlopende betegelde gangstructuren en aan één zijde vertrekken. Verschillende ruimtes met vliesgevels maken duidelijk dat hier laboratoria en operatiezalen hebben gezeten, afgewisseld met patiëntenkamers. Afgezien van tegelwerk op vloer en wanden in de gangen, zijn er weinig tot geen interieurafwerkingen bewaard gebleven. Noemenswaardig zijn wel de trappenhuizen uitgevoerd met tegelwerk, gemarmerde treden en doorlopende stalen borstweringen in buisprofiel. Dit zijn in het interieur dan ook de belangrijkste restanten die laten zien hoe het er ten tijden van het ziekenhuis uit moet hebben gezien.

Voorgestelde indeling

De gangstructuren blijven behouden en worden zelf hersteld daar waar ze in het verleden onderbroken zijn. Dit komt het monument en de afleesbaarheid van de historische functie ten goede. De ondersteunende ruimtes in de oksel van de gangstructuur met hoog monumentale wandstructuren blijven behouden en worden opnieuw ingezet als berging. Daarmee blijven ook de tegelvloeren geheel te behouden. Dat er in het souterrain rolstoeltoegankelijke toiletten komen op deze plek, waarvoor indifferent gewaardeerde wandstructuren aangetast worden, is passend.

Aan de andere kant van de gangstructuur komen de individuele woningen. In 1981 zijn deze vertrekken reeds ontmanteld en ingericht als (jongeren)woning. Het opnieuw inrichten en indelen van deze ruimtes als woonruimte voorziet dan ook niet in bezwaren gelet op het monument. Wel adviseert het vakteam om na te denken over standleidingen van de riolering e.d. en hoe en waar deze uitkomen. Dit kan gevolgen hebben voor bijvoorbeeld het souterrain.

Souterrain

In het souterrain is de historische indeling overwegend nog volledig intact. Tegelijkertijd wordt hier inpandig de grootste ingreep voorgesteld, namelijk het deels wegzagen van de begane grondvloer zodat hier een ruimte ontstaat met een dubbele verdiepingshoogte. Daarmee kan hier de centrale ruimte voor de woonzorgfunctie gerealiseerd worden. De hoog monumentale structuur blijft desondanks – zelfs zonder enige verdere doorbraak – intact. Gelet op het gegeven dat deze structuur intact blijft en de te verwijderen begane grondvloer zich vormt naar deze structuur en daarmee herkenbaar blijft, kan het vakteam zich in deze grote ingreep vinden zodat de verblijfskwaliteit van het souterrain vergroot wordt. Overwogen zou kunnen worden om niet de gehele vloer weg te zagen, maar en deel te behouden zodat er een soort balkon overblijft om de afleesbaarheid verder te verhogen. Bovendien zou dit een interessante tussenruimte kunnen opleveren.

De verder voorgestelde indeling vormt zich vrij natuurlijk aan de bestaande structuur van het souterrain. Het grootste deel zal ingezet worden als gemeenschapsruimten met zit- en kookmogelijkheden. Ruimtes zonder daglichttoetreding worden ingezet voor de ondersteunende functies, zoals een berging of personeelskamer. De ruimtes die toegankelijk zijn via een buitenentree worden ingezet voor de fietsen- en scootmobielstalling. Daarvoor zal wel de hellingbaan aangepast moeten worden, daarvoor zal nog een uitwerking dienen te volgen.

Entree

Een tweede grote ingreep is de realisatie van een nieuwe entree en het verlagen van het binnenhof. De huidige hoofdentree van het complex is gelegen aan de achterzijde. De toegankelijkheid en herkenbaarheid van deze entree is slecht, gelet op de plaatsing en toegankelijkheid via een buitentrap. In die zin heeft de huidige hoofdentree meer de uitstraling van een personeelsingang; dit is van oudsher primair ook geweest, waarbij de hoofdentree aan de Prinsenstraat was gesitueerd. In het voorstel zal weer een secundaire entree worden.

Voorgesteld wordt om de nieuwe entree te realiseren via het binnenhof. Deze buitenruimte is in de bestaande situatie slecht toegankelijk, en vervallen. De bestaande entree in de tuinmuur zal vergroot worden en meer transparant worden gemaakt, waarachter een nieuwe trap komt met plateaulift. De locatie van deze voorgestelde entree gelegen op de hoek van het Slikveld en de Suikerstraat is goed passend voor een hoofdentree van een dergelijk complex. De aantasting in de tuinmuur is zodanig dat deze afleesbaar blijft. Dat bezoekers en bewoners het complex zullen gaan betreden via een groen binnenhof is bovendien een kwaliteit. In het algemeen vindt het vakteam dit dan ook een weldoordachte en passende keuze. Wel vraagt het vakteam zich af of het wenselijk is dat bewoners het pand alleen kunnen betreden via een lift. Daarnaast adviseert het vakteam om nog eens te onderzoeken of de nieuwe hoofdentree herkenbaar zou kunnen worden gemaakt zonder de tuinmuur te doorbreken.

Dakopbouw

op het dakterras van de tweede verdieping wordt een uitbreiding in de vorm van een dakopbouw voorgesteld. Het uitbreiden van dit pand met dakopbouwen en extensies past in beginsel bij de bestaande, organisch ontstane, verschijningsvorm van het monument. Meermaals kwam men ruimte tekort in het ziekenhuis en werd weer een stukje aangebouwd. In die zin hoeft een dakopbouw de bestaande gevelcompositie niet aan te tasten, maar kan het meedoen in het geheel.

In massa en uitvoering wordt aangesloten op het beeld van een bestaande opbouw aan de Suikerstraat. De opbouw wordt iets teruggelegd, zodat de fraaie balustrade en de aanzet van een balkon behouden blijven. Het vakteam kan zich in beginsel in de voorgestelde dakopbouw vinden. Er is nu gekozen om harmonieus aan te sluiten op het bestaande gebouw, en dit is passend. Wellicht kan– bijvoorbeeld met een afwijkend metselwerkverband – subtiel zichtbaar worden gemaakt dat het hier om een nieuwe toevoeging gaat. Daarnaast adviseert het vakteam om nog eens te kijken naar de vensterindeling; een verdeling met een groot onderraam en een kleine bovenraam is vanzelfsprekender gelet op het verdere pand.

Terrein

Er wordt een nieuwe indeling van de buitenruimten voorgesteld. Vrijwel alle omliggende buitenruimten zijn niet gelegen op het eigen perceel, maar op gemeentegrond. Desondanks vraagt een kwaliteitsimpuls van het pand ook om een kwaliteitsimpuls van de buitenruimte. Het vakteam is in beginsel dan ook positief over de voorgestelde herinrichting. Het zou mooi zijn wanneer deze herinrichting ook bij kan dragen aan ecologie en klimaatadaptatie, en dat omwonenden en bewoners daar gebruik van kunnen maken. Rolstoeltoegankelijkheid is dan cruciaal, iets wat nu wellicht nog niet geheel het geval lijkt. De ontwikkelaar is reeds in gesprek met de gemeente over deze mogelijke herinrichting op gemeentegrond.

Details

Op detailniveau zijn principedetails opgesteld hoe om te gaan met de restauratie van de stalen vensters. Het grootste deel van de stalen vensters is nog in een behoorlijke goede en vaak functionerende staat. Restauratieve werkzaamheden zijn vanzelfsprekend wel nodig, maar behoud is wat betreft het vakteam voor het overgrote deel goed mogelijk. Dat voorgesteld wordt hierop in te zetten is dan ook bijzonder positief. Het vormt een mooi startpunt voor de verdere restauratieve uitwerking van de gevels.

Concluderend complimenteert het vakteam zowel de architect als ontwikkelaar voor dit zorgvuldig uitgewerkte plan. Het vakteam is bijzonder positief over de omgang met het monument en hoe de voorgenomen functie aansluit op het historisch gebruik. Er worden enkele grote ingrepen voorgesteld, die zorgvuldig zijn overwogen en op hoofdlijnen zijn uitgewerkt. In detail kunnen ze bij een volgende fase verder uitgediept worden. Verder is een aanzet gegeven ten aanzien van de restauratie van de gevels, maar dit verdient nog nadere aandacht. Het pand kent een aantal rare afbrekingen van verdwenen historische bouwdelen; er ligt nu een kans om dit zorgvuldig te herstellen. Verder dient uitgewerkt te worden hoe omgegaan wordt met de historische afwerkingen van tegels en natuursteen. Wat is hier de staat van en hoe wordt dit gerestaureerd? In een vervolgoverleg ziet het vakteam vooral graag op deze aspecten en ten aanzien van de grootste ingrepen, een nadere uitwerking. Verder vraagt het vakteam om alvast onderzoek te doen naar schachten en standleidingen. 

 

De architect licht de achtergrond van de verlaagde entree toe. De hellingbaan aan de andere zijde is op gemeentegrond gesitueerd. Natuurinclusieve maatregelen kunnen worden getroffen door het vergroenen van het buitenterrein, en wellicht op de platte daken. Mogelijk kan ook het torentje hier een rol in spelen; er wordt sowieso nog nagedacht over het gebruik van het torentje.

 

Advies commissie

De commissie is heel positief over het voorgestelde hergebruik van dit complex, en op hoofdlijnen over de getoonde aanpak. De commissie heeft veel waardering voor het plan en complimenteert de architect. Het is een prachtige opgave en de commissie is benieuwd naar de verdere uitwerking. De commissie onderschrijft op hoofdlijnen het advies van het vakteam erfgoed. De commissie benoemt een aantal aandachtspunten / kansen:

-maak bouwsporen zichtbaar. Het verwijderen van de vloer is denkbaar, waarbij het mooi zou zijn om de afgezaagde vloerrand zichtbaar te laten.

-het is voorstelbaar om de dakopbouw in een bepaalde mate iets afwijkend vorm te geven, als een nieuwe tijdlaag die aan het complex wordt toegevoegd

-de commissie vraagt om meer inzicht te geven in de vele verschillende tijdslagen van het complex. In dit verband noemt de commissie bijvoorbeeld de historische afwerkingen aan de binnenzijde. Tevens vraagt de commissie om hierop een visie te formuleren hoe hier in het plan mee wordt omgegaan

-de voorgestelde restauratie van de gevels is positief. Dit moet verder worden uitgewerkt.

-neem installaties in een vroegtijdig stadium mee in het ontwerp, zodat dit goed in het ontwerp kan worden geïntegreerd / ingepast

-neem zonwering (de mate van bezonning van de gevels) in een vroegtijdig stadium mee in het ontwerp, zodat dit goed in het ontwerp kan worden geïntegreerd

-de commissie vraagt om in overleg met het vakteam Erfgoed te bepalen welke waarde moet worden gehecht aan het

-kleurhistorisch onderzoek: hoe verhoudt dit zich tot deze ontwikkeling / welke waarde moet daaraan worden gehecht? Dit vraagt aandacht en de commissie vraagt om hier in overleg met Erfgoed nog eens naar te kijken

-de nieuwe hoofdentree is een mooie aanzet tot een goede oplossing. Dit biedt in potentie de kans om het pand hiermee een nieuw gezicht te geven.

-entree aan de achterzijde volwaardig vormgegeven

-de royale maat van de verkeersruimtes biedt veel kansen qua programma / potentieel gebruik voor/door de bewoners. Maar hier gebruik van, en maak er meer van dan alleen verkeersruimtes.

-suggestie gebruik torentje: dit zou een perfecte plek zijn voor het treffen van natuurinclusieve maatregelen (bijvoorbeeld voor vleermuizen of een kerkuil). Gezien de beperkte maat van het groen, geeft de commissie als aanbeveling mee om hier geen siergrassen toe te passen aangezien de meerwaarde hiervan klein is.

De commissie ziet het plan graag in een volgende vergadering terug, en houdt het plan aan (positieve grondhouding).

Aanhouden (positieve grondhouding)

  1. Kuipershaven 155 GM (SH)

Omschrijving: Realisatie liftkoker
Architect: Van Es architecten
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Historische Binnenstad
Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan één van de historische pakhuizen in het havengebied betreft. Het complex is tussen 2017 en 2018 grootschalig gerestaureerd, gerenoveerd en verbouwd tot woonhuis. Een onderdeel van deze verbouwing was de realisatie van een nieuw trappenhuis met lift aan de linkerzijde van het pand. In verband daarmee werd het dak naar achteren toe uitgebreid met een dakopbouw / kap.  

De indertijd vergunde lift is nooit gerealiseerd. De wens is om nu alsnog een lift te plaatsen, maar dan een ander type lift. Een gevolg van deze keuze voor een ander type lift is dat hiervoor een uitloop door het dakvlak van de dakopbouw / kap noodzakelijk is. Deze uitloop zal enigszins zichtbaar zijn vanuit de openbare ruimte.

Als gevolg van het plan worden er geen monumentale waarden aangetast. De uitloop is echter niet ondergeschikt aan de kapvorm en de kap wordt als gevolg van de ingreep teveel aangetast. Op basis de welstandscriteria die gelden binnen beschermd stadsgezicht adviseert het vakteam negatief. Geadviseerd wordt om naar een type lift te zoeken die passend is bij het vergunde plan.

De gemachtigde heeft de vergadering bijgewoond en licht de achtergrond van het plan toe.

Advies commissie
De commissie ziet het dilemma en heeft oog voor de pogingen die zijn gedaan om dit op te lossen. Alhoewel de impact relatief gering lijkt te zijn, past het voorstel niet binnen de hier geldende welstandscriteria. Als gevolg van de ingreep ontstaat er een merkwaardige object, een merkwaardige veelvormige dakvorm. Dit is niet akkoord. De commissie adviseert negatief op het nu voorliggende plan.

De commissie geeft een aantal oplossingsrichtingen mee die alsnog zouden kunnen leiden tot een positief advies. Houd het bij voorkeur bij een eenvoudige oplossing, door te kiezen voor een lift die wel past binnen het volume zodat de voorgestelde aanpassingen niet noodzakelijk zijn,. Als suggestie geeft de commissie mee om te onderzoeken hoe het hele dak zodanig zou kunnen worden aanpast (dakvorm aanpassen), dat de lift 'binnendaks' blijft.

Negatief, met oplossingsrichtingen

  1. Rudyard Kipling-erf ong.

Omschrijving: Het realiseren van 4 woningen
Vooroverleg, 1e behandeling

Gebiedstype: Woonerfwijken
Welstandsniveau: Regulier

De aanvrager en de planontwikkelaar hebben de vergadering bijgewoond en lichten het plan toe. Het voorstel sluit aan op het bestaande beeld van de wijk. De gevels van de woningen worden uitgevoerd in een houten gevelbekleding, met aan de onderzijde een plint van minerale gevelstrips. De bergingen zouden kunnen worden afgewerkt in hetzelfde materiaal als de gevels van de woningen.

Advies commissie
De commissie is op hoofdlijnen positief over het plan. Het plan is wat betreft de positionering, de massa/hoofdvorm en de oriëntatie van de woningen goed voorstelbaar. Het uitvoeren van de gevels van de woningen in houten gevelbekleding is goed denkbaar, evenals de voorgestelde dakpannen op de dakvlakken. De commissie vraagt om wat betreft de houten gevelbekleding goed na te denken over de ongelijkmatige en de onderling per gevel verschillende veroudering / vergrijzing van het hout. De gevelbekleding zou bijvoorbeeld kunnen worden voorvergrijsd of er kan gekleurd hout worden toegepast. Het algehele kleurbeeld moet goed worden afgestemd op de omgeving. De commissie is benieuwd naar de detaillering; dit zal bij een volgende planbehandeling een belangrijk beoordelingsaspect zijn. De commissie vraagt om nog eens te kijken naar hoe de positie en de afmetingen van de dakramen zich verhouden tot het gevelbeeld.

De commissie vraagt om de keuze van het gevelmateriaal van de plint, minerale gevelstrips (geen baksteenstrips zoals in de stukken staat), te heroverwegen. Gelet op de esthetische duurzaamheid van de gevel is het met name ter plaatse plint / begane grond van belang dat hier wordt gekozen voor materialen die niet snel kunnen beschadigen en die fraai verouderen. Dit zowel gelet op het dagelijkse gebruik van de woningen, als omdat er een pad naast de gevel loopt. Wat betreft de commissie is het helemaal in hout uitvoeren van de gevels van de woningen ook goed denkbaar. Bovendien wordt daarmee in het gevelbeeld architectonisch uitgedrukt dat het hier gaat om in hout geconstrueerde woningen. De plint kan wellicht in een andere kleur hout worden uitgevoerd dan de rest van de gevel.

De commissie vraagt om de naar het schoolplein gerichte zijgevel niet blind uit te voeren, maar om hier een raam in te maken. Gelet op de situering / positionering van het blok in relatie tot de omringende (openbare) ruimten, vraagt de commissie aandacht voor de uitvoering van de erfafscheidingen, en voor de nog te maken keuzes ten aanzien van de bergingen. De commissie vraagt om dit en om de (landschappelijke) inpassing van de woningen af te stemmen met de stedenbouwkundige.

De commissie adviseert positief en ziet het plan graag, met inachtneming van de gemaakte opmerkingen, als aanvraag in een volgende vergadering terug.

Positief, met opmerkingen/aandachtspunten

  1. Mauritsweg 157 (Thureborgh)

Omschrijving: Plan Nieuw Thureborgh
Architect: Urban Climate Architects
Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)

Gebiedstype: Randen van de 19e-eeuwse schil - west
Welstandsniveau: Regulier

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond. De architect geeft aan dat het plan is aangepast naar aanleiding van de door de commissie gemaakte opmerkingen. De architect licht het plan toe aan de hand van een presentatie, en geeft aan dat het landschapsontwerp al bij de gemeente ligt. Ter plaatse van het basement wordt een volle baksteen toegepast. Daarboven, ter plaatse van de ‘tweede laag’, worden minerale gevelstrips toegepast waarmee wordt beoogd het uiterlijk van het metselwerk na te bootsen. Hier is op grond van architectonische overwegingen voor gekozen. De kleur van de gevelstrips lijkt niet op de kleur van het metselwerk van het basement. De architect toont de bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik.

Advies commissie
Bij de beoordeling van de aanvraag op 31 maart 2025 gaf de commissie aan dat de ten tijde van het vooroverleg gemaakte opmerkingen overwegend op een goede manier in de aanvraag waren verwerkt. Dit betrof bijvoorbeeld het tot één collectieve ruimte maken van de entree en de Wasbar. Deze ruimte vormt hierdoor nu de (van meerdere zijden toegankelijke) entree van het complex. Het gewijzigde ontwerp van de geluidsschermen, geluidsschermen zonder kader, is een goede oplossing. De bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik was akkoord, met uitzondering van de voorgestelde minerale gevelstrips en de kleur van de gevelbeplating.

De commissie gaf op 31 maart 2025 tevens aan de voorgelegde uitwerking van het plan wat betreft een aantal aspecten nog onvoldoende overtuigend te vinden. Dit betrof onder meer de aansluiting van de kopgevel op de brandtrap. Uit de presentatie blijkt dat het plan hierop is aangepast, en dat dit nu op een goede manier is verwerkt in het plan. De commissie vraagt om de aansluiting van het gebouw op het maaiveld en de terreininrichting c.q. de inrichting van de omringende (publiek toegankelijke) ruimte, af te stemmen met het vakteam stedenbouw.

Op 31 maart 2025 gaf de commissie aan dat zij ten tijde van het vooroverleg had aangegeven het voorgestelde kleur- en materiaalgebruik nog niet goed te kunnen beoordelen. Uit de stukken van de aanvraag bleek dat er, naast metselwerk op de lagere verdiepingen, werd voorgesteld om op de hogere bouwlagen minerale gevelstrips toe te passen. Beoogd wordt dat de minerale gevelstrips het uiterlijk van het metselwerk nabootsen. Uit de presentatie blijkt dat dit nog steeds de intentie is, maar dan met minerale gevelstrips in een lichtgrijze kleur. Een gevelsysteem met minerale strips is een stucwerk gevelsysteem, waarbij is gekozen voor een bekleding die poogt eruit te zien als baksteen, maar dat niet daadwerkelijk is. De veroudering van een dergelijke gevel is anders dan die van een gevel die daadwerkelijk in baksteen(strips) is uitgevoerd. Om een gebouw in de toekomst een zekere beeldkwaliteit te laten behouden moet worden gekozen voor materialen en detaillering die duurzaam zijn. Verouderingsprocessen hebben op die manier geen of weinig invloed op het beeld of komen het beeld zelfs ten goede. Stucwerk gevelsystemen met minerale gevelstrips kennen meer mogelijkheden dan het imiteren van bakstenen. De nu gekozen lichtere kleur had aanleiding kunnen zijn om het toepassen van een alternatieve gevelbekleding te onderzoeken.

De zorgen van de commissie ten aanzien van het op deze plek (aan een park, gezien de hier aanwezige fauna) toepassen van dit gevelmateriaal/gevelsysteem wat betreft de esthetische duurzaamheid zijn verminderd als gevolg van het toepassen van een hardere achterplaat.

De getoonde bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik laat een mooi en rustig beeld zien. Dit zal goed passen in de omgeving. Bij uitzondering gaat de commissie daarom akkoord met het plan onder twee voorwaarden:

- tekeningenset conform de presentatie aanleveren

-de permanente natuur-inclusieve maatregelen op tekening aangeven

Positief met voorwaarden

  1. Troelstraweg 197-199

Omschrijving: vooroverleg locatie Meubeloutlet

Architect: Stijl architectuur
Vooroverleg, 1e behandeling

Gebiedstype: Wederopbouw - Stempelwijken
Welstandsniveau: Regulier

De stedenbouwkundige licht toe dat de herontwikkeling van deze locatie met woningbouw, in de vorm van een urban villa zoals in het plan wordt voorgesteld, goed denkbaar is. Voorstelbaar is een uitgesproken gebouw, dat zich iets losmaakt van het bestaande beeld van de wijk Crabbehof. Het bouwplan zal onder andere zorgen voor meer groen op deze plek. Ook zal het nabijgelegen bruggetje Crabbeheul (in de 17e eeuw onderdeel van de verbinding Zuidendijk – landgoed Crabbehof) meer ruimte krijgen en meer onderdeel van de wijk worden.

De (mede)initiatiefnemer heeft de vergadering bijgewoond. De architect licht het plan toe. Op de begane grond worden 3 appartementen voorgesteld, en ook zijn er op de begane grond nutsfuncties en een fietsenstalling ingepast. Aan iedere gevel op de begane grond liggen verblijfsruimtes van de woningen. Op de daarboven gelegen etages komen per laag 5 appartementen, met buitenruimtes op de hoeken, en op de bovenste etage komen 4 appartementen. De architect toont het gevelbeeld. De hoofdentree en de entree aan de achterzijde worden geaccentueerd door middel van een andere kleur metselwerk. Met het ontwerp is qua kleurstelling aansluiting gezocht bij de omgeving. Over de zone om het gebouw vindt nog overleg plaats met de gemeente.

Advies commissie
De commissie is positief over deze ontwikkeling. Een kloek en alzijdig vormgegeven woongebouw in de vorm van een urban villa met inpandige voorzieningen is op deze plek goed denkbaar. De commissie maakt de volgende opmerkingen:

-de commissie vraagt aandacht voor de kleurstelling. De huidige kleurstelling overtuigt de commissie nog niet, en oogt wat flets. Als gevolg van de positie / situering van het gebouw, hoeft het gebouw zich wat betreft kleur niet te voegen in wijk. Het gebouw mag meer spreken. Eén kleur metselwerk kan hierbij voldoende zijn.

- De commissie vraagt om het gebouwontwerp, de situering/positionering van het gebouw ten opzichte van zijn omgeving en de terreininrichting in onderlinge samenhang te beschouwen en te ontwerpen. In dit verband noemde de commissie de aansluiting op / relatie van het plan tot de brug De Crabbeheul (in de stedenbouwkundige opzet van de wijk Crabbehof is rekening gehouden met de daar aanwezige cultuurhistorische waarden), de relatie van het plan tot de groene stedenbouwkundige as, de beleving van de route in relatie tot het gebouw (het mogelijk in het gebouw doorzetten van de stedenbouwkundige as als verwijzing naar het oude pad), het maken van doorzichten door het gebouw en ingangen belangrijker maken  

-De commissie merkt op dat de referentiebeelden in de voor deze locatie ontwikkelde stedenbouwkundige richtlijnen een wat uitdagender / meer ‘eigenwijs’ architectuurbeeld laten zien. Dit komt nog niet tot uiting komt in het plan, maar zou goed passend zijn aan deze groene as. Hierdoor zou het gebouw zich ook wat meer los kunnen weken van de wijk. De commissie denkt dat met beperkte / gerichte aanpassingen (en zonder grote uitkragingen zoals in de referentiebeelden) een met die referentiebeelden vergelijk beeld zou kunnen worden bereikt. De commissie vraagt om hier naar te kijken.

-de commissie vraagt aandacht voor de situering van de woningen op de begane grond. Het is mooi dat voorzieningen in het gebouwvolume zijn ingepast, maar dit zou ook op een minder zichtbare plek kunnen. Het op de hoeken situeren van woningen is een belangrijke meerwaarde. De commissie merkt hierbij op dat de woning die nu tussen voorzieningen is gesitueerd, hierdoor in de verdrukking zit. In het verlengde daarvan vraagt de commissie ook aandacht voor de hoeveelheid daglicht in deze woning en de daaraan gestelde eisen in wet- en regelgeving.

-het is mooi dat voorzieningen, ter plaatse van de plint, in het gebouwvolume zijn opgenomen. Evenwel heeft dit nu op de begane grond geleid tot een vrij gesloten beeld. de commissie vraagt om daar waar mogelijk de plint meer open / transparant vorm te geven. De fietsenstalling biedt mogelijkheden daartoe.

-Een gevolg van de gebouwopzet zijn de open hoeken. Dit is een mooi concept. Buitenruimtes met een gemetselde borstwering leveren hierbij overtuigender beeld op dan buitenruimten zonder gemetselde borstwering. De commissie vraagt derhalve om het metselwerk op de hoeken door te zetten. Dit hoeft geen gemetselde borstwering te zijn; waarschijnlijk is het op de hoeken doorzetten van het metselwerk in de vorm van een gemetselde rand al voldoende.

-Aandacht voor de hoeveelheid verschillende gevelopeningen

-aandacht voor de treffen natuurinclusieve maatregelen. Kijk hierbij goed naar de omgeving, en hoe hier wat betreft de te treffen natuurinclusieve maatregelen op kan worden aangesloten.

Op hoofdlijnen is de commissie positief over het plan. De commissie ziet het plan graag in een volgende vergadering als vooroverleg terug, en houdt het plan aan.

Aanhouden (positief op hoofdlijnen)

  1. Besloten

Rondvraag.

Kleine commissie | Verslag 28 juli 2025

Aanvang:         9.00 u. – 12.30 u

Locatie:           Stadskantoor, vergaderkamer 1

Aanwezig:       Dhr. J. Baijense, mevr. A. Riel, dhr. D. Smit (secretaris)


1. Schipbeekstraat 31

  • Omschrijving: het realiseren van een dakrenovatie
  • Architect: 2hoek architectuur
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stempelwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
​​​Het plan betreft het renoveren en isoleren van het dak. De nieuwe aansluitdetails, die het verhogen van het dak tot gevolg heeft, zijn op een nette manier vormgegeven. De commissie vraagt aandacht voor de waterlijn van het dak.

Positief, met aandachtspunt
 

2. Van Blanckenburgstraat 54

  • Omschrijving: het verwijderen van bestaande dakkapel en plaatsen van nieuwe dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Tuinwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het plan is aangepast naar aanleiding van het eerdere, namens de commissie uitgebrachte, advies. Het plan is akkoord, mits (voorwaarden):

-de dakkapel wordt uitgelijnd met de erker in de onderliggende gevel (minimale afstand tot het hart van de woningscheidende wand = 0,50 m.). Zodoende is de situering / gevelindeling van de dakkapel afgestemd op de gevelindeling van het hoofdgebouw.

-het kleurgebruik wordt afgestemd op het kleurgebruik van het woonhuis

-het gevelmateriaal niet zichtbaar wordt bevestigd

Positief met voorwaarden
 

3. Prinsenstraat 24 RM (DR SH)

  • Omschrijving: herstellen en wijzigen pui in voorgevel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het herstellen en wijzigen van de pui in de voorgevel betreft (begane grond). Een en ander is het gevolg van schade door een aanrijding. De pui is na de aanrijding verwijderd. De betreffende, rond 2011 gerealiseerde, pui bestond uit een kanteldeur met daarboven een in drie vlakken verdeeld raam. Voorgesteld wordt een dubbele deur die qua uiterlijk nagenoeg identiek is aan de kanteldeur. Dit is goed denkbaar. Wat betreft de indeling van het bovenlicht is het beter om deze uit te voeren als één raam, verdeeld in 3 vlakken. Zodoende wordt beter aangesloten op het bovenlicht boven de voordeur en blijft de eenheid van het gevelbeeld hierdoor beter behouden. Het vakteam erfgoed verondersteld dat de nieuwe pui op dezelfde wijze (schuin) in de gevel zal worden aangebracht.

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond en licht toe dat het kozijn weer schuin zal worden geplaatst.

Advies commissie
De voorgestelde kleurstelling is akkoord. De commissie is akkoord met het plan, mits (voorwaarden):

-het kozijn een gelijke detaillering krijgt als het voordeurkozijn

-het kalf van het kozijn op gelijke hoogte komt als het kalf in het voordeurkozijn

-het profiel van het kalf gelijk is aan het profiel van het kalf van het voordeurkozijn

-het bovenlicht wordt uitgevoerd als een in drie gelijke delen verdeeld raam

Positief met voorwaarden


4. Prinsenstraat 30-32 RM (DR SH)

  • Omschrijving: verbouwen en splitsen van het pand
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht het plan toe dat het plan naar van het eerdere advies van de commissie  is aangepast en aangevuld. De grootste wijziging is dat het eerder voorgestelde lichthof is komen te vervallen. Er worden verder geen werkzaamheden uitgevoerd in het kader van verduurzaming. Ook zal de kleurstelling van het exterieur ongewijzigd blijven. Er zullen geen positief gewaardeerde binnendeuren verdwijnen of verplaatst worden. Ook zullen er geen werkzaamheden aan plafonds uitgevoerd worden. De benodigde leidingen worden zoveel als mogelijk aangesloten op bestaande leidingkokers of worden zorgvuldig gepositioneerd.

Op tekening wordt aangegeven dat ter hoogte van de eerste verdieping twee tussenmuren verwijderd zullen worden. Deze tussenmuren hebben een positieve monumentenwaarde. Aangegeven wordt dat aanzetten van deze tussenmuren aan beide zijden gehandhaafd zullen blijven, zodat de oorspronkelijke locatie van deze tussenmuren zichtbaar/herleidbaar blijft. Deze wijziging is wat betreft het vakteam voorstelbaar.

Advies commissie
De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. De commissie vindt het jammer dat er geen sprake is van verduurzaming. De commissie merkt op dat het tekenwerk (bestaand en nieuw) niet klopt. Zo ontbreekt de meterkast in de hal.

Het plan is akkoord, mits (voorwaarde) de marmeren vloer op de begane grond behouden blijft en niet wordt aangetast. In dat kader geeft de commissie als aanbeveling mee om het bestaande toilet te behouden, inclusief het fonteintje. De positie van het nieuwe toilet is wat ongelukkig gekozen, zowel vanwege het leidingwerk dat deze positie tot gevolg heeft, als vanwege venster dat hierdoor verdwijnt. De commissie geeft als aanbeveling mee om een en ander te heroverwegen. Het behoud van het toilet op de bestaande plek is denkbaar, evenals de situering van het nieuwe toilet naast de keuken.

De voorgestelde doorbraak is akkoord, mits (voorwaarde) er aan weerszijden en aan de bovenzijde van de doorbraak minimaal 30 cm van de wand resteert, zodat de doorbraak herkenbaar en beleefbaar is als ‘gat in de muur’.

Positief met voorwaarden en aanbevelingen
 

5. Nieuwe Haven 9B RM (DR SH)

  • Omschrijving: het uitvoeren van vergunningplichtige onderhoudswerkzaamheden
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het uitvoeren van vergunningplichtige onderhoudswerkzaamheden betreft. De windveren en waterborden aan de achterzijde van gevel no. 8 (achterzijde dak 1-2) zijn van dusdanige kwaliteit dat deze geheel vernieuwd dienen te worden. Op de detailtekening wordt aangegeven dat maatvoering ongewijzigd blijft, en dat er na het vernieuwen van het houtwerk aan de bovenzijde een zinkafwerking aangebracht zal worden. Deze wijziging is voorstelbaar.

De zinkbekleding in de goot no. 2, 3 en 4 zal geheel vernieuwd worden. De afmetingen van de zinkbekleding blijft ongewijzigd.  Achter de voorgevel wordt een zinken verholen goot gemaakt nabij de aansluiting van de panbedekking met de doorgemetselde topgevel. 

Verder zullen de zinken vergaarbakken en afvoeren nabij de achtergevel vernieuwd worden conform bestaand.

Er wordt tevens voorgesteld om het (later aangebrachte) windscherm nabij dak no. 5, geheel te vernieuwen. De afmetingen blijven ongewijzigd. Dit houten frame met glaspanelen is op meerdere plaatsen is aangetast door houtrot. In beginsel is een dergelijke materialisering in beschermd stadsgezicht niet wenselijk, vanwege de spiegelende eigenschappen ervan. Echter, vernieuwing is bij uitzondering denkbaar omdat het windscherm vanaf openbaar toegankelijk gebied niet of nauwelijks zichtbaar is.

Advies commissie
Het herstelplan is overtuigend opgezet, en is akkoord. Het toepassen van glaspanelen is in beginsel niet akkoord in beschermd stadsgezicht, vanwege de spiegelende eigenschappen ervan. Echter, de voorgestelde vernieuwing van het windscherm is bij uitzondering denkbaar omdat het windscherm vanaf openbaar toegankelijk gebied niet of nauwelijks zichtbaar is. De commissie adviseert positief.

Positief


6. Keizershof 1 GM (SH)

  • Omschrijving: Uitbreiden balkon en vernieuwen schuur
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht het plan toe. Het plan is ten dele aangepast naar aanleiding van de door de commissie gemaakte opmerkingen bij de eerdere behandeling van de aanvraag. De breedte van het balkon benadert nu de door de commissie genoemde maat van maximaal 50% van de breedte van de gevel. De wijziging van de trap, van een trap met bordes naar een trap met bovenkwart, is een passend uitgangspunt. De nieuwe eenheid blijft hierdoor beter intact en de trap kan nu wel dicht tegen de berging geplaatst worden. Het balkon zal worden geplaatst op een aantal kolommetjes, die geïntegreerd worden in de nieuwe berging. Dit is een voorstelbaar uitgangspunt, waarbij de aantasting van het monument zeer gering is.

Wat betreft de detailaansluiting balkon-dak valt op dat er lijkt te worden voorgesteld om de onderdorpel te vervangen door een nieuwe hardstenen dorpel. Het betreft hier in de bestaande situatie echter al een hardstenen dorpel. Verzocht wordt het detail hierop aan te passen en af te stemmen met het vakteam erfgoed (voorwaarde). De balkonrand en de gevel van de berging worden onderling iets losgehouden. Gevraagd wordt om een en ander zo te detailleren dat de gevel van de berging doorloopt in de balkonrand (voorwaarde). Verder wordt verzocht een kraaltrim toe te passen in plaats van een hoektrim (voorwaarde). Qua kleurgebruik wordt voorgesteld de berging in Pakhuis groen uit te voeren met de trap in Tonzwart. Worden de balustraden ook in Tonzwart uitgevoerd? Over het algemeen vindt het vakteam dit een passende kleurstelling.

De aanvrager en de architect hebben de vergadering bijgewoond en lichten (de achtergrond van) het plan toe. Het doortrekken van de gevel van de schuur tot de onderkant van het balkon is geen probleem.

Advies commissie
Het balkon en de schuur zijn gesitueerd op een prominente en goed zichtbare plek in de binnenstad, die als een voorkant kan worden omschreven. Bij de eerdere beoordeling van de aanvraag benadrukte de commissie het belang van het integreren van aanbouw en buitenruimte, en vroeg om een ander vorm te geven als een aanbouw met dakterras. Hiervan is in het aangepaste plan nog onvoldoende sprake. De commissie vraagt derhalve om ofwel de gevel van de schuur hoger op te trekken tot de onderkant van het balkon, ofwel het balkonhekwerk naar beneden door te trekken tot de bovenkant van de gevel van de schuur (gevel schuur en voorkant balkonhekwerk liggen in beide gevallen in hetzelfde vlak). Deze aanpassing leidt ertoe dat er sprake zal zijn van één geheel omdat de voorgestelde opening tussen schuur en balkon komt te vervallen.

De commissie vraagt om het balkonhekwerk verder uit te werken en zorgvuldiger / meer verfijnd te detailleren, en om het hekwerk van de trap ‘familie’ te maken van het balkonhekwerk.

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed en vraagt om het plan hierop aan te passen:

-detailaansluiting balkon-dak: in de bestaande situatie is er al sprake van een hardstenen dorpel. Verzocht wordt het detail hierop aan te passen en af te stemmen met het vakteam erfgoed.

-toepassen kraaltrim in plaats van een hoektrim. Een hoektrim doet afbreuk aan het monument.

Concluderend vraagt de commissie om het plan op de genoemde punten aan te passen. Een hierop aangepast plan kan ambtelijk worden beoordeeld. De commissie houdt het plan aan.

Aanhouden
 

7. Kuipershaven 155 GM (SH)

  • Omschrijving: Realisatie liftkoker
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 3e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat de architect naar aanleiding van het eerdere advies van de commissie verschillende massastudies heeft onderzocht. Hieruit blijkt dat er, gelet op de wens van een hogere liftkoker en de bijkomende noodzaak tot het verhogen van de kapvorm, niet tot een goed passende oplossing gekomen kan worden. Alle oplossingen leiden tot een verstoring van het dakenlandschap. De meest subtiele en ondergeschikte oplossing blijft de variant die op 23 juni is besproken, waarbij het achterste dakvlak als een losse afgeknotte mansardekap is vormgegeven. Ondanks dat dit resulteert in een wat merkwaardige dakcompositie en dakmassa, kan deze variant niet gezien worden als een stevige inbreuk op het dakenlandschap van het Rijksbeschermde stadsgezicht. De zichtbaarheid zal zeer beperkt zijn en het gaat hier niet om een historische dakvorm. Het vakteam merkt op dat de dakrand met een rechte dakopstand afbreuk doet aan de kapvorm. Het zou beter voorstelbaar zijn om de dakopstand mee te laten lopen met de helling van de kapvorm.

De aanvrager en de architect hebben de vergadering bijgewoond en lichten de verschillende onderzochte versies toe. De conclusie van de architect is dat de variant van 23 juni 2023 de best mogelijk variant is.

Advies grote commissie

De commissie heeft begrip en waardering voor de zoektocht naar het op een goede manier inpassen van de nieuwe liftopbouw. De commissie gaf bij de eerdere behandeling aan het dilemma te zien, en zij heeft oog voor de pogingen die zijn gedaan om dit op te lossen. Alhoewel de impact relatief gering lijkt te zijn, past het voorstel niet binnen de hier geldende welstandscriteria.

De kleine commissie heeft in overleg met de secretaris besloten het plan in de grote commissie te bespreken. De grote commissie is akkoord met het voorstel van 23 juni. Van alle onderzochte varianten is dit de minst bezwaarlijke. Het betreft hier geen historische kap, de aanpassing sluit niet aan op een historische kap, de aanpassing zal nauwelijks zichtbaar zijn vanuit de openbare ruimte en de aanpassing zal lager zijn dan het hoofddak. De commissie is daarom bij uitzondering in deze specifieke situatie akkoord met het voorstel, mits (voorwaarde) de dakopstand meeloopt met het dak (geen rechte dakopstand maken).

Positief (voorstel 23 juni 2025) met voorwaarde


8. Grotekerksbuurt 35 RM (SH)

  • Omschrijving: Onderhoud zijgevel en schoorsteen
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan restauratieve werkzaamheden betreft. Er zijn er een aantal gebreken aan het licht gekomen, die nu degelijk hersteld gaan worden. Gebleken is dat het voegwerk van de schoorsteen in een matige staat verkeert, dat het loodwerk aan één zijde van de schoorsteen vervangen dient te worden en dat het loodwerk rondom de balkkoppen in de zijgevel niet goed aansluiten en dus ook vervangen dienen te worden.

Voorgesteld wordt de loszittende voegen en slechte voegen te verwijderen door middel van slijpen. Een nieuwe voeg in Traskalk wordt aangelegd en op kleur gebracht overeenkomend met de bestaande voegtype, een doorgestreken voeg.

In de zijgevel zijn er een aantal balkkoppen die doorsteken door de gevel den zijn afgewerkt met een loden kap. Deze loden kappen staan aan de bovenzijde open en voorgesteld wordt deze te vervangen. Dat is goed voorstelbaar, ervan uitgegaan dat deze rondom eveneens met een kalkvoeg afgedicht wordt.

Tenslotte worden enkele beperkte scheuren in de gevel gewapend met spiraalwapening op diepte. Daarbij wordt een cementgebonden reparatiemortel voorgesteld, maar beter is om te kiezen voor een kalkgebonden reparatiemortel gelet op de rest van de gevel. Voorgesteld wordt verder om de zijgevel te reinigen met stoomreiniging. Dit is een zachte reinigingsmethodiek die voorstelbaar is. Meer moeite heeft het vakteam met de toepassing van algenreiniger omdat onbekend is of dit schadelijk is voor de materialen. Een directe noodzaak ziet het vakteam hierin voor de volledige gevel ook niet. Geadviseerd wordt om dit slechts zeer plaatselijk toe te passen. Een aansluiting met een bitumineuze afdichtingscoating is verder vooral een 'lapmiddel', geadviseerd wordt om de aansluiting te controleren en traditioneel te herstel zo nodig, in afstemming met het vakteam.

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond. Als gevolg van doorslag zijn er wat vochtproblemen.

Advies commissie
De commissie waardeert dat uit het plan blijkt dat er goed voor het monument wordt gezorgd. De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. Het plan is akkoord, mits (voorwaarden):

-er ter plaatse van de toe te passen spiraalwapening een kalkgebonden reparatiemortel wordt toegepast, gelet op de rest van de gevel

-bij voorkeur geen algenreiniger toepassen, omdat onbekend is of dit (al dan niet op de langere termijn) schadelijk is voor de materialen. Met de voorgestelde stoomreiniging zal wat dit betreft ook al resultaat worden geboekt. Eventueel zeer plaatselijk toe te passen, waarbij voorafgaand aan de werkzaamheden de productspecificaties van de algenreiniger ter beoordeling aan het vakteam Erfgoed worden voorgelegd.

- aansluiting controleren en zo nodig traditioneel herstellen (geen bitumineuze afdichtingscoating toepassen). Een en ander in afstemming met het vakteam Erfgoed.

Positief met voorwaarden.
 

9. Wolwevershaven 41 RM (SH)

  • Omschrijving: Verplaatsen trap
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een vertegenwoordiger van de aanvrager heeft de vergadering bijgewoond en licht (de achtergrond van) het verplaatsen van de trap toe.

Een erfgoedadviseur licht toe dat het verplaatsen van de trap aan de commissie wordt voorgelegd. De bestaande trap van het souterrain naar de bel-etage is op dit moment wat merkwaardig gelegen in de kamer-en-suite op de bel-etage. Conform het bouwhistorisch onderzoek heeft deze een indifferente monumentwaarden. Gelet op de merkwaardige plaatsing en de nauw bemeten maat begrijpt het vakteam de wens tot het vernieuwen van de trap en het verplaatsen ervan naar een andere positie.

De voorgenomen positie is rechtsachter in de plattegrond. Op de bel-etage is hier eveneens de wenteltrap gepositioneerd die leidt van de bel-etage naar de verdieping. Gelet op het gebruik is die locatie logisch. Tegelijkertijd, gekeken naar de waardenstelling, valt op dat hiervoor een hoog monumentale balklaag doorbroken moet worden in verband met het realiseren van een raveling. De balklaag stamt vermoedelijk uit de 17e-eeuw en heeft hoge monumentwaarden. Ook de parketvloer, waarbij enige ouderdom verwacht mag worden, heeft hoge monumentwaarden. Het plaatsen van een nieuwe trap op deze positie tast daarmee dus hoge monumentwaarden aan, en is zodoende niet voorstelbaar.

Een andere plek, zonder aantasting van monumentwaarden, is op zichzelf beschouwd denkbaar. Geadviseerd wordt om een architect in te schakelen die kan helpen in het ontwerpen van een passende nieuwe indeling voor zowel monument als bewoner(s).  

Advies commissie
Het weghalen van de trap is akkoord. Het verplaatsen van de trap is niet ondenkbaar, mits er sprake is van een daarvoor geschikte locatie: zonder aantasting van monumentale waarden. 

Wat betreft het bepalen van de nieuwe plek van de trap vraagt de commissie om hierbij een architect te betrekken met ervaring op het gebied van monumenten. Het is daarnaast raadzaam om met het vakteam Erfgoed op locatie te bekijken wat een geschikte plek zou kunnen zijn.

Positief (verwijderen trap)
 

10. Knolhaven 46 GM (SH)

  • Omschrijving: Interne renovatie
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht de situatie en het plan toe. Hetgeen nu voorligt kan worden omschreven als een eerste aanzet tot een plan. Een aantal aandachtspunten betreffen het beter intact houden van de hoog monumentale structuur (gang begane grond; slaapkamer verdieping) en het zodoende beperken van de aantasting. Op veel aspecten is het plan nog te beperkt uitgewerkt om goed beoordeeld te kunnen worden. Speciale aandacht gaat uit naar de omgang en kadering van het geornamenteerde stucplafond, de restanten van schouwmantels en de uitwerking van het isolatieplan. Het plan dient – zeker op detailniveau – verder uitgewerkt te worden.

De aanvragers hebben de vergadering bijgewoond en lichten (de achtergrond van) het plan toe. Met de ingrepen wordt deels beoogd om constructieve gebreken te verhelpen, en deels om delen van de woning beter bereikbaar te maken.

Advies commissie
Een verbouwing van het pand is op zichzelf beschouwd voorstelbaar. De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. De tijdens de vergadering getoonde mooie nieuwe schetsen en gegeven toelichting zullen nog moeten worden beoordeeld. Ook moet worden onderzocht en beoordeeld wat de (achtergrond van de) constructieve problemen is, en wat hier een goede oplossing voor zou zijn. De onderbouwing van de ingrepen door de aanvrager overtuigt de commissie nu nog onvoldoende.

De commissie vraagt om een plan te ontwikkelen waarbij rekening wordt gehouden met / monumentale waarden en dat zich voegt naar het monument. De commissie adviseert om hierbij een architect te betrekken met ervaring op het gebied van monumenten. De commissie houdt het plan aan.

Aanhouden


11. Sint Jacobsplein 60 GM (SH)

  • Omschrijving: Toepassen isolerende beglazing Sint Jacobskapel
  • Collegiaal vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht de situatie toe. Wat betreft het vakteam leidt het voorstel, en dan vooral het raamdetail, niet tot een technisch goede oplossing. Evenwel zijn er alternatieven denkbaar.

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond en licht toe dat het doel van het plan is om beter isolerend glas te hebben dan nu het geval is.

Advies commissie
Het toepassen van isolerende beglazing, de wens van de aanvrager, acht de commissie op zichzelf beschouwd goed mogelijk. De aangeleverde details overtuigen de commissie evenwel niet. De commissie benadrukt het belang van het inschakelen van deskundigheid wat betreft het tekenwerk. Er is nu nog geen sprake van beoordeelbaar bouwkundig tekenwerk dat voldoende inzicht geeft en dat getuigt van een (technisch) goede oplossing.

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed, en de daarin genoemde en geschetste oplossingsrichtingen. De commissie vraagt om het plan daarop aan te passen.

Voor de vensters in de zijgevel geldt dat zoveel mogelijk materiaal behouden dient te blijven. Dat betekent dat het vervangen van de brugstaven niet wenselijk is. Een inpassing van dun dubbel glas in de bestaande profielen is voorstelbaar. De detaillering van het naar buiten draaiende kiepraam overtuigt de commissie niet. De oplossingsrichting van het vakteam lijkt een plausibele oplossingsrichting.

Wat betreft het rozetvenster boven de entree is het onduidelijk of het isolatieglas aan de binnen- of aan de buitenzijde komt. Het is aan te raden om de verdeling van de taartpunten af te stemmen op het rozetvenster, dat is nu niet het geval. Er is geen bouwkundige detail op schaal met een duidelijk profiel en ook geen detail waaruit blijkt hoe de segmenten gekoppeld worden. Dit onderdeel is daarom niet beoordeeld.

12. Kromhout 101 BS (SH)

  • Omschrijving: het realiseren van 3 woningen op de begane grond
  • Architect: Stijl architectuur
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat de begane grond onderdeel is van een groter complex met bovenwoningen. De begane grond moet tot voor kort in gebruik zijn geweest als (zaag)werkplaats. Het is een voorbeeld van een industriefunctie zoals deze aan het begin van de 20e-eeuw aan de randen van het centrum vaak voorkwam. Vele van deze functies zijn verdwenen naar industrieterreinen langs de randen van de gemeente. Hierdoor ontstaan mooie ontwikkellocaties waar, binnen bestaande bouwstructuren, verdicht kan worden. Het verdichten van het centrum op deze wijze is dan ook passend. Het behouden van de industriële uitstraling valt te adviseren, immers geeft dit eigenheid aan een ontwikkeling en hoort deze uitstraling ook binnen het beschermde stadsgezicht.

De transformatie heeft in beperkte mate veranderingen van het beschermde stadsgezicht tot gevolg. Aan de straatzijde worden de werkplaatsdeuren meer transparant gemaakt (vervangen beglazing). Het vakteam is bijzonder positief dat de deuren op deze wijze behouden kunnen blijven. In de gevel aan de waterzijde wordt één raamopening doorgezaagd, en worden twee balkons gerealiseerd die over het water hangen. Het maken van balkons die zijn uitgelijnd met de gevelcompositie, en die qua maat onderling vergelijkbaar zijn, is goed voorstelbaar. Tussen de individuele balkons en tussen de balkons en buurpanden moet voldoende afstand aanwezig zijn zodat het geheel niet aan elkaar klontert. De industriële architectuur van het pand nodigt uit tot een industriële en utilitaire vormgeving. Het vakteam vraagt om hier rekening mee te houden bij de detailuitwerking. Aandacht voor eventueel noodzakelijke dakuitlopen en/of schoorstenen. Het vakteam is positief over het plan als vooroverleg, en kijkt uit naar de detailuitwerking in het kader van de vergunningsaanvraag.

In het stedenbouwkundige advies wordt aangegeven dat de voorgestelde balkons te lang zijn, en daardoor zorgen voor een optische versmalling van het openbare water. Dat is vanuit landschappelijk oogpunt niet gewenst. Twee balkons met een oppervlakte van 1,5x 3,0 meter zijn wel denkbaar. Hierdoor blijven de balkons ondergeschikt aan de gevel en blijft de breedte van het water optisch in stand.

Advies commissie
Het plan is een passende transformatie van deze voormalige werkplaats. De commissie onderschrijft het advies van het vakteam stedenbouw, en op hoofdlijnen het advies van het vakteam erfgoed. Het plan is op hoofdlijnen akkoord, mits (voorwaarde) de twee balkons conform het advies van het vakteam stedenbouw worden verkleind en zodoende meer ondergeschikt zijn aan de gevel, en de breedte van het water beter ervaarbaar en beleefbaar blijft.

Wat betreft de opzet van het plan geeft de commissie de aanbeveling mee om te onderzoeken om hier een lichthof / patio te maken. Dit gelet op de geboden woonkwaliteit, de te maken buitenruimtes, en de bouwregelgeving.

Positief met voorwaarde en aanbeveling
 

13. Keerweer ong.

  • Omschrijving: het realiseren van bedrijfsunits met kantoren (Westview Business Park)
  • Architect: Van Es architecten
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling (beoordeling volledige bemonstering, eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
  • Welstandsniveau: Regulier

De aanvrager en de architect hebben de vergadering bijgewoond en leggen de volledige bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik ter beoordeling voor. Getoond wordt onder andere de aluminium gevelbeplating met houtmotief.

Advies commissie
De commissie heeft het plan op 23 juni 2025 beoordeeld als aanvraag omgevingsvergunning, en daarvoor als vooroverleg. De commissie gaf tijdens het vooroverleg aan dat de kop van het project de potentie heeft om te gaan fungeren als ‘uithangbord’ van de ambitie om hier een duurzaam bedrijventerrein te maken, door hier met elkaar samenhangende natuurinclusieve maatregelen te treffen. De gevel zou hierbij als ‘stepping stone’ naar het dak kunnen gaan fungeren. Ook gaf de commissie aan dat het daadwerkelijk realiseren van de getekende landschappelijke invulling van de buitenruimte goed moet worden geborgd, en dat een en ander met de gemeente / de stedenbouwkundige moet worden afgestemd.

De commissie gaf op 23 juni 2025 aan positief te zijn over het als aanvraag ter beoordeling voorliggende plan. De commissie is positief over de voorgestelde natuurinclusieve maatregelen, en de commissie is positief over hoe de eerder hierover gemaakte opmerkingen zijn opgepakt en uitgewerkt. Hierin zijn goede keuzes gemaakt, bijvoorbeeld wat betreft het maken van ‘stepping stones’.

De commissie gaf ten aanzien van de verdere uitwerking twee aanbevelingen mee:

-de commissie vraagt om nog eens naar (de detaillering van) de hoeken te kijken. Kan dit bijvoorbeeld overhoeks in glas worden uitgevoerd, in plaats van metalen zetwerk, door de kozijnstijlen iets anders te verdelen? Hierdoor zal het ontwerp aan zeggingskracht winnen.

-ter plaatse van de watergangen, wanneer het hier gaat om natuurvriendelijke oevers: pas dan een dotterbloemmengsel toe in plaats van gras. De commissie merkt op dat alles wat in beheer komt bij gemeente, ook nog door gemeente zal moeten worden beoordeeld. De commissie vraagt om de (uitwerking van) de inrichting van de openbare ruimte met de gemeente / de stedenbouwkundige af te stemmen.

Op 23 juni 2025 adviseerde de commissie positief, met de genoemde aanbevelingen en met als voorwaarde dat het volledige kleur- en materiaalgebruik nog ter beoordeling wordt voorgelegd. Aan deze aan het advies verbonden voorwaarde is voldaan. De bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik is akkoord, met uitzondering van het getoonde aluminium paneel met houtprint. Het is goed denkbaar om deze geprofileerde aluminium gevelbeplating toe te passen, in een kleur die de kleur van het materiaalmonster benaderd (zonder houtmotief).

Concluderend adviseert de commissie positief over het plan, met twee aanbevelingen.  

Positief met aanbevelingen


14. Admiraalsplein 68-70

  • Omschrijving: reclame
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Woonwijken na 1990
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
In het eerdere advies is aangegeven dat het op de gevel aanbrengen van reclame op zichzelf beschouwd goed voorstelbaar is. Het gaat om een net uitgewerkt voorstel, en dit wordt gewaardeerd. Het plan voldeed echter nog niet aan de welstandscriteria voor reclame. Hierop is het plan aangepast.

Het voorgestelde logo en de naam boven de in- en uitgang is akkoord. Het aantal logo's op de gevel is verminderd, en deze hebben nu allemaal dezelfde afmetingen. De eerder voorgestelde rode horizontale lijn, die een verstoring zou vormen van de bestaande architectuur, is komen te vervallen. Er wordt nog steeds voorgesteld om puien dicht te stickeren.

De hoeveelheid en de visuele impact van de reclame moet zich goed verhouden tot het gebouw en de omgeving, en moet het beeld van de bestaande architectuur niet teveel verstoren. Gelet op de gemaakte aanpassingen is er nu geen sprake meer van een overdaad aan reclame. Wel is het jammer dat er puien worden dichtgestickerd. Concluderend is het plan in deze vorm akkoord, met als sterke aanbeveling om puien niet dicht te stickeren.

Positief, met sterke aanbeveling


15. Bagijnhof 48-52 BS (SH)

  • Omschrijving: Het toevoegen van appartementen op de verdiepingen
  • Architect: Stijl architectuur
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 3e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Advies

De commissie heeft het plan op 26 mei en op 7 juli 2025 beoordeeld. De commissie had op 26 mei 2025 aangegeven heel positief te zijn over de hier beoogde ontwikkeling, wonen boven winkels. Het is positief dat er woningen worden toegevoegd. De impact op de historische omgeving is beperkt. Heel positief is ook dat het beeld van het rechterpand intact blijft, en dat de woningen binnen de bestaande contouren worden gerealiseerd.

De commissie gaf op 26 mei 2025 aan dat de achterzijde, de Lenghengang, kansen biedt om aan te sluiten bij / mee te gaan met de transformatie van deze straat naar een woonstraat. De commissie gaf in dit verband de sterke aanbeveling om kennis te nemen van de hier ontwikkelde plannen. De commissie vroeg om een (ontwerp)visie op de achtergevel te ontwikkelen, en gaf aan dat hier nog een ontwerpslag nodig is. Dit kon wat betreft de commissie worden vormgegeven als een nieuwe tijdlaag, maar dit zou ook een meer traditionele vormgeving kunnen zijn. De commissie vroeg om na te gaan wat er nog aan oorspronkelijk/origineel materiaal in deze gevel aanwezig is. De commissie vroeg om in plaats van het voorgestelde schuifhek, een draaihek te maken. Tenslotte vroeg de commissie om te bekijken waar het mogelijk is om vergroening toe te passen.

Het hierop aangepaste plan is op 7 juli 2025 door de commissie beoordeeld. De commissie gaf aan dat er in hoofdzaak een goede invulling was gegeven aan de door de commissie gemaakte opmerkingen. De commissie was op hoofdlijnen akkoord met het plan in de op 7 juli voorgelegde vorm. De commissie vond het jammer dat het plan niet is aangegrepen als kans om aan de Lenghengang een bijdrage te leveren aan de transformatie van deze straat naar een woonstraat. Omdat de achtergevel evenwel op zichzelf beschouwd meer samenhangend was vormgegeven, adviseerde de commissie positief onder de volgende voorwaarden:

-er geen draaikiepramen worden toegepast. Dit levert een voor het beschermde stadsgezicht wezensvreemd beeld op, en dit is niet akkoord

-er een in beschermd stadsgezicht passend hekwerk wordt ontworpen, dat niet voor de gevel schuift. Het aanwezige (niet-vergunde) schuifhekwerk is niet akkoord.

Uit het nu ter beoordeling voorliggende aangepaste plan blijkt dat er alleen draairamen worden voorgesteld, en geen draaikiepramen. Hiermee is aan deze voorwaarde voldaan.

Het schuifhek is komen te vervallen, en hier wordt een vouwpoort voorgesteld. De vouwpoort bestaat uit vier delen met onderpanelen en spijlen. Dit is een passende oplossing, zowel vanwege de gekozen afmetingen en de vierdeling van de poort (wat zorgt voor een beter in de omgeving passende maat en schaal) als vanwege de kleur (passend bij het beeld van de achtergevel). Daarmee is ook voldaan aan deze voorwaarde.

Ten aanzien van de kleurstelling in de achtergevel wordt voorgesteld om deuren, kozijnen, ramen en de poort in de kleur Wantij uit te voeren. Alhoewel dit op zichzelf beschouwd een passende kleur is bij deze 20e-eeuwse gevels, en er hierdoor een duidelijk onderscheid wordt gemaakt met de buurpanden, is het wel belangrijk dat er onderscheid wordt gemaakt tussen kozijn en raam. Bijvoorbeeld door het uitvoeren van de ramen in de kleur Wantij en de kozijnen in de kleur Itz Wit. Daarnaast is het beter passend om het linker- en rechterpand in een onderling afwijkende complementaire kleur uit te voeren - bijvoorbeeld ter plaatse van één pand Rutten Groen in plaats van Wantij- om een zodoende een duidelijk onderscheid te maken tussen de beide panden.

Concluderend is het plan, mede gelet op het advies van het vakteam Erfgoed, akkoord mits (voorwaarde) er in het kleurvoorstel onderscheid wordt gemaakt tussen de kleur van het kozijn en de kleur van het raam. Goed denkbaar is om de ramen in de kleur Wantij te schilderen, en de kozijnen in de kleur Itz Wit. Daarnaast wordt als aanbeveling meegegeven om het linker- en rechterpand in onderling afwijkende complementaire kleuren uit te voeren. Denkbaar is het ter plaatse van één pand toepassen van Rutten Groen in plaats van Wantij, om een zodoende een duidelijk onderscheid te maken tussen de panden.

Positief met voorwaarde en aanbeveling        


16. Balistraat 30

  • Omschrijving: Nokverhoging aan de achterzijde
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Regulier

Niet beoordeeld
 

17. Binnen Walevest 10 BS (DR)

  • Omschrijving: het realiseren van een dakterras op de aanbouw naast de woning
  • Architect: Stijl architectuur
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Advies
De commissie heeft het plan beoordeeld als vooroverleg, en vervolgens op 28 april 2025 als aanvraag. De commissie gaf aan op hoofdlijnen het advies van het vakteam Erfgoed te onderschrijven. Conform het beeldkwaliteitsplan binnenstad moet een dakterras minimaal twee meter uit de gevel zijn gesitueerd. De commissie maakte in dit specifieke geval, gezien de situatie, een uitzondering ten aanzien van de positie van het hekwerk ten opzichte van de onderliggende gevel. Dit omdat deze gevel ten opzichte van de rooilijn sterk terug ligt. De voorgestelde positie van het hekwerk is akkoord.

De commissie vroeg om het plan op een aantal punten aan te vullen c.q. aan te passen. Hierop is het plan aangepast:

- sprong topgevel – dakopbouw is op alle tekeningen gezet

-ter plaatse van de topgevel wordt een zinken afdekkap toepassen, in plaats van de eerder voorgestelde aluminium afdekkap.

- het plan is aangevuld wat betreft gegevens / tekenwerk ten aanzien van het hekwerk

- in de stukken wordt aangegeven dat nok- en hoekkepervorsten op dezelfde wijze worden aangebracht als nu het geval is (in de mortel, Dordtse nok).

- de totale hoogte van de dakopbouw is op tekening aangeven.

- de openslaande deuren hebben een passende detaillering

- er is aandacht besteed aan de hemelwaterafvoer in de nieuwe situatie, zowel op zichzelf beschouwd als in relatie tot de gevolgen hiervan voor de buurpanden.

Concluderend is het plan op een goede manier aangepast / aangevuld. Het plan is akkoord.

Positief      
 

18. Boogschutter 1

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerfwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
De aanvraag is opnieuw ter beoordeling gelegd. De gemaakte opmerkingen zijn verwerkt. Het plan voldoet nu aan de criteria en is daarom akkoord.

Positief


19. Couperusstraat 19

  • Omschrijving: het vergroten van de woning over 2 verdiepingen aan de achterzijde van de woning
  • Architect: Buro Rotter
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw – Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
De commissie heeft het plan op 23 juni 2025 beoordeeld. De commissie gaf aan het doorzetten van de doorsnede van de bestaande woning in een nieuw houten volume een mooi ontwerpconcept te vinden, en het ontwerp van de woninguitbreiding is van hoge kwaliteit. Op hoofdlijnen was de commissie positief over het plan.

De commissie vond het echter jammer dat er werd voorgesteld om de uitbreiding te materialiseren in een composiet met houtprint. De commissie gaf aan twijfels te hebben over de esthetische duurzaamheid van dit materiaal. De toepassing van dit materiaal doet afbreuk aan de ontwerpintenties, en dit doet het project tekort. Goed voorstelbaar (oplossingsrichting) is een uitvoering in verduurzaamd hout. Er zijn verduurzaamde houtsoorten die ca. 25 jaar meegaan.

De commissie merkte daarnaast op dat werd voorgesteld om de gevelrand in een ander materiaal uit te voeren dan de gevel en het dakvlak. De commissie gaf aan het binnen het ontwerpconcept helderder zou zijn om de voorkant en de onderkant van de dakrand ook in hout uit te voeren, met dezelfde plankbreedte als de gevel en het dak. Hierdoor zal het ontwerp aan zeggingskracht winnen.

De commissie gaf tenslotte aan dat de kleur van de kozijnen van het nieuwe deel een andere kleur kan zijn dan de bestaande woning. Een driehoekig raam zal lastig te onderhouden zijn; goed om hier rekening mee te houden. Ten aanzien van het schilderen van de bestaande woning vroeg de commissie om aandacht te besteden de keuze van het verfsysteem, en om dit goed te specificeren. Dit moet een daarvoor geschikte minerale verf zijn (geen latex). Kies daarnaast voor een goede kleur, en maak het wit niet te wit.

Naar aanleiding van het advies is het plan aangepast, en verder uitgewerkt. Als materiaal voor de gevel en het dak wordt nu Platowood (silver grey) voorgesteld. De voorkant en de onderkant van de dakrand worden ook dezelfde houtsoort uitgevoerd, met dezelfde plankbreedte als de gevel en het dak. Concluderend zijn de door de commissie gemaakte opmerkingen op een goede manier ingevuld. Het plan heeft hierdoor aan zeggingskracht gewonnen. Er wordt positief geadviseerd. De commissie is benieuwd naar het eindresultaat.

Positief


20. Dubbeldamseweg Zuid 136

  • Omschrijving: het splitsen van het pand in twee woningen (wijzigen van de voorgevel)
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het advies is beperkt tot de wijziging van de voorgevel. Op zichzelf beschouwd is het hier maken van twee voordeuren denkbaar. Vermoedelijk is dit de oorspronkelijke situatie.

Opgemerkt dat de gevels van de bestaande en de nieuwe situatie niet correct zijn getekend. Echter, architectonische kenmerken zoals gevelbogen en sluitstenen, voor de architectuur van het pand wezenlijke onderdelen, zijn wel getekend. De wijziging van het gevelbeeld is hierdoor beter inzichtelijk gemaakt. Uit het tekenwerk kan worden afgeleid dat wordt voorgesteld om binnen de bestaande gevelopening van het voordeurkozijn (en rekening houdend met de voor de architectuur van het pand wezenlijke onderdelen zoals gevelbogen) een nieuw voordeurkozijn te maken met twee voordeuren. Hiermee wordt de oorspronkelijke situatie weer hersteld, die nog zichtbaar is bij het buurpand (nr 140 -142). De gevelwijziging leidt niet tot een verstoring van de samenhang en ritmiek van de gevel op zichzelf beschouwd, en van de straatwanden. Het op de voorgestelde wijze maken van de twee voordeuren is akkoord.

Positief


21. Frans Naereboutstraat 2

  • Omschrijving: het realiseren van een poort aan de zijkant van het achtererf
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 3e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stempelwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het plan is op hoofdlijnen denkbaar. Van belang is dat de poort onopvallend uitgevoerd wordt, en goed aansluit op de bestaande materialisering/uitvoering van de erfafscheiding (tuinmuur met hekwerk). Het plan is aangevuld wat betreft het toe te passen kleur- en materiaalgebruik en de (detaillering van de) aansluiting op de tuinmuur. Uit het tekenwerk d.d. 18-06-2025 blijkt dat het uiterlijk van de poort zal aansluiten op het kleur- en materiaalgebruik en de detaillering van het bestaande hekwerk. Ook blijkt uit het tekenwerk dat de poort niet in één lijn zal komen te liggen met het bestaande hekwerk. Het plan is akkoord, met als aanbeveling om de poort zo te situeren dat deze in één lijn komt te liggen met het bestaande hekwerk.

Positief met aanbeveling


22. Hendrik Triplaan Noord 14

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
De aanvraag voor het plaatsen van een dakkapel aan de voorzijde van de woning is voorstelbaar.

De aanvraag voldoet op hoogtelijnen aan het precedent binnen Amstelwijck. Echter wijkt de hoogte af van het gestelde precedent. Gevraagd wordt om de hoogte aan te passen conform het precedent.

Aanhouden         


23. Hendrik Triplaan Noord 14

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het plan is aangepast naar aanleiding van de eerder gemaakte opmerkingen over de voorgestelde hoogte. De hoogte is nu aangepast en het plan voldoet aan de welstandsnota en de hoogte conform de precedent.

Positief    


24. Herman Hesse-erf 51

  • Omschrijving: het realiseren van een dakopbouw
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerfwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
In verband met het behoud van de eenheid en de samenhang van het straat- en bebouwingsbeeld, is een eerder op het dakvlak van een blok gerealiseerde dakopbouw het na te volgen precedent. Op dit blok zijn reeds meerdere dakopbouwen gerealiseerd. Conform de welstandscriteria voor dakopbouwen moet een dakopbouw identiek zijn aan een eerder op hetzelfde bouwblok geplaatste dakopbouw. Het plan wijkt hier van af, onder andere wat betreft de situering van de dakopbouw op het dakvlak (aan de voorkant in plaats van de achterkant) en het volume (dakschild ontbreekt). Dit is niet akkoord. Gevraagd wordt het plan hierop aan te passen. Een dakopbouw conform de eerder op dit bouwblok gerealiseerde dakopbouwen, is goed denkbaar (oplossingsrichting). Het plan wordt aangehouden.

Aanhouden


25. Kromhout 43 t/m 73B BS (DR)

  • Omschrijving: zonwering VvE Kromhout aan het Water
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Intensief

Advies
Op 11 juni 2025 heeft de commissie het plan beoordeeld. De commissie gaf aan positief te zijn over het initiatief om voor de drie blokken waaruit dit complex bestaat, te zoeken naar een uniforme oplossing wat betreft zonwering. De voorgestelde kleuren en voorgelegde keuzes zijn in de basis goed voorstelbaar.

De commissie gaf aan dat het belangrijk is dat dat de zonwering netjes op de kozijnen worden geplaatst. Voldoende inzichtelijk / beoordeelbaar moet zijn hoe en dat de zonwering netjes op de kozijnen zal worden geplaatst. De commissie vroeg in dit verband om gevel- en detailtekeningen van de voorgevel aan de aanvraag toe te voegen, waaruit blijkt welke oplossing waar wordt voorgesteld. Een en ander is dan goed inzichtelijk / beoordeelbaar, en is goed vastgelegd. Ook wordt dan duidelijk waar het wel uitvoerbaar is, en waar niet. Waar kom je in de knoop (bijvoorbeeld als gevolg van de ventilatieroosters) en waar niet? De zonneschermen aan de achterzijde zijn goed voorstelbaar en zijn akkoord.

Het plan is hierop aangevuld / aangepast. Een en ander is nu per gevel goed inzichtelijk gemaakt, en per gevel is aangegeven hoe de screens worden aangebracht. Uit onder andere productinformatie van de screens blijkt de wijze van bevestigen. De zonneschermen met knik-arm (achterzijde complex) worden uitgevoerd in de kleur Orchestra Fauve Piqué, fabrikant Dickson. De kleur van de cassette en de geleiders zal worden afgestemd op de kleur van de kozijnen.

Concluderend is het plan akkoord, mits (voorwaarde) de eventueel benodigde leidingen uit het zicht aangebracht worden.

Positief met voorwaarde
 

26. Krommedijk 16

  • Omschrijving: het realiseren van een 2-laagse uitbouw aan de achterzijde van de bestaande benedenwoning
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Advies
De commissie heeft het plan voor het maken van een tweelaagse aanbouw aan de achterzijde van het pand op 26 mei 2025 als vooroverleg beoordeeld. De commissie gaf aan dat de vormgeving van de aanbouw passend is, evenals het kleur- en materiaalgebruik. De commissie onderschreef het advies van de stedenbouwkundige, en vroeg om het plan goed af te stemmen met de eigenaren / bewoners van buurpanden. Het pand heeft de aanduiding ‘cultuurhistorische waarden’. De commissie vroeg om de invulling hiervan, de documentatie van de (bouw)historie van het pand, af te stemmen met het vakteam Erfgoed.

De commissie gaf een aantal opmerkingen mee ten aanzien van de verdere uitwerking van het plan.

Uit de nu ter beoordeling voorliggende aanvraag (tekeningen d.d. 06-06-2025) blijkt dat er een verticale rollaag wordt toegepast boven de gevelopeningen. Achtergevels van panden met deze architectuur zijn veelal eenvoudiger / minder ‘rijk’ vormgegeven dan voorgevels. Het toepassen van een verticale rollaag boven de gevelopeningen past goed bij het karakter van de architectuur van de achtergevel. Ook is de borstwering ter plaatse van de verdieping iets hoger is gemaakt, even hoog als de gevel boven de pui op de eerste verdieping. Dit heeft een verbetering van het gevelbeeld opgeleverd. Tevens biedt dit meer privacy voor de achterliggende ruimte, zodat voorkomen wordt dat het bieden van voldoende privacy alsnog in een later stadium provisorisch moet worden opgelost. De pui op de eerste verdieping heeft te openen ramen gekregen.

Concluderend is het plan in lijn met het vooroverleg verder uitgewerkt, en wordt er positief geadviseerd over het plan.

Positief
 

27. Nabij Kuipershaven 141 RM BS (DR WM)

  • Omschrijving: het maken van een poort ter plaatse van de doorbraak in de tuinmuur
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling (eerder behandeld als legalisatieonderzoek)
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Advies
De doorbraak in de tuinmuur is op 25 november 2025 als legalisatie-onderzoek door de commissie beoordeeld. De commissie gaf aan het jammer te vinden dat de ingreep al was uitgevoerd, waardoor het niet meer mogelijk was om het te slopen deel van de tuinmuur te documenteren. Bezien vanuit monumentwaarden, was het wat betreft de commissie denkbaar om een doorgang in de tuinmuur te maken. De gerealiseerde doorgang heeft de afmetingen van een reguliere deur, en de ingreep is ondergeschikt aan de omvang van de muur. De commissie concludeerde dat de doorbraak in de tuinmuur legaliseerbaar is. Opgemerkt werd dat privaatrechtelijke aspecten geen onderdeel uitmaken van de beoordeling door de commissie.

Op het tekenwerk in de nu ter beoordeling voorliggende aanvraag voor het maken van een poort ter plaatse van de doorbraak is maatvoering, materialisering en detaillering aangegeven. Een en ander is goed inzichtelijk en beoordeelbaar. De ingreep is voorstelbaar. Mede gelet op het positieve advies van het vakteam Erfgoed is het plan akkoord, en wordt er positief geadviseerd.

Positief


28. Lariksstraat 39

  • Omschrijving: het realiseren van een aanbouw aan de zijkant
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
De zijgevel is in de bestaande en de nieuwe situatie niet geheel correct getekend. De betonband en het raam ontbreken. Dit raam komt vermoedelijk te vervallen als gevolg van de aanbouw, en het metselwerk zal hier moeten worden aangeheeld. Gevraagd wordt een en ander correct te tekenen en inzichtelijk/beoordeelbaar te maken.

De aanbouw is ondergeschikt aan de hoofdmassa, en wat betreft kleur- en materiaalgebruik wordt aangesloten op het kleur- en materiaalgebruik van het hoofdgebouw. De aanbouw krijgt een kap, met dezelfde dakhelling en uitvoering als de kap van het hoofdgebouw. De goot- en nokhoogte van de kap van aanbouw zij beide meer dan 2m lager dan de goot- en nokhoogte van het hoofdgebouw.

Het plan voldoet op hoofdlijnen aan de welstandscriteria voor aanbouwen, met uitzondering van het criterium dat de in de erfgrens gebouwde en naar openbaar gebied gerichte gevels van de aanbouw zijn voorzien van ten minste 20% aan gevelopeningen. Gevraagd wordt het plan hierop aan te passen.

Het plan wordt aangehouden.

Aanhouden
 

29. Makoré 30

  • Omschrijving: het plaatsen van een kozijn
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonwijken na 1990
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het plan betreft het op de begane grond, in de vanuit openbaar gebied zichtbare zijgevel, maken van een nieuwe gevelopening. In deze zijgevel is nu (ook op de begane grond) één gevelopening aanwezig. Als gevolg van de verandering wordt het bestaande gevel- en straatbeeld niet verstoord. Op hoofdlijnen is het plan denkbaar.

Een bouwkundige uitwerking ontbreekt, evenals bouwkundige details. Van belang is dat zo goed mogelijk wordt aangesloten bij de vormgeving en detaillering van de bestaande gevelopening en het bestaande kozijn. Het plan is akkoord, mits (voorwaarde) het nieuwe kozijn / de nieuwe gevelopening goed aansluit bij het bestaande kozijn en de bestaande gevelopening wat betreft:

-neggemaat

-onder- boven- en zijaansluiting

-profielmaten van het kozijn

-kleur- en materiaalgebruik

Positief met voorwaarde                   


30. Matena'spad 77 BS (DR)

  • Omschrijving: verbouwing
  • Architect: Stijl architectuur
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Intensief

Advies
De commissie heeft het plan op 23 juni 2025 beoordeeld en gaf aan dat het plan op hoofdlijnen akkoord is. Op één punt overtuigde het plan nog niet: de wijze waarop werd voorgesteld de vensters dicht te zetten. De commissie vroeg om dit op een zo consequent (overal in het plan op dezelfde wijze), reversibel (later makkelijk weer aan te passen) en goed bereikbaar mogelijke manier te doen. Gevelopeningen hierbij niet dichtmetselen, maar de desbetreffende kozijnen behouden en aan de binnenzijde dichtzetten. Als oplossingsrichting noemde de commissie het bijvoorbeeld toepassen van een luik / uitneembaar paneel. Opgemerkt werd dat reclame geen onderdeel uitmaakt van deze aanvraag, en daarom niet is beoordeeld.

Hierop is het plan aangepast. Uit het aangepaste plan (detailboekje d.d. 09-07-2025) blijkt dat er een verwijderbare multiplex plaat voorzien van een sponninglat zal worden toegepast. Dit is akkoord, mits (voorwaarde) de panelen aan de naar de openbare ruimte gerichte zijde een passende kleur krijgen, aangezien deze panelen (door het glas van de te behouden kozijnen) zichtbaar zullen zijn vanuit de openbare ruimte.

De commissie gaf tevens aan dat gevelopeningen niet moeten worden dichtgemetseld, maar dat de desbetreffende kozijnen behouden moeten blijven (desbetreffende kozijnen behouden en aan de binnenzijde dichtzetten). Uit het aangepaste tekeningenboekje d.d. 23-07-2025 blijkt dat er geen gevelopeningen meer worden dichtgemetseld, en dat de kozijnen behouden blijven.

Concluderend is hiermee een goede invulling gegeven aan de door de commissie gemaakte opmerkingen. Er wordt positief geadviseerd met als voorwaarde dat de panelen een passende kleur krijgen aan de naar de openbare ruimte gerichte zijde, aangezien deze panelen (door het glas van de te behouden kozijnen) zichtbaar zullen zijn vanuit de openbare ruimte.

Positief met voorwaarde


31. Mauritsweg 157 (Thureborgh)

  • Omschrijving: Plan Nieuw Thureborgh
  • Architect: Urban Climate Architects
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 3e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Randen van de 19e-eeuwse schil - west
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
De commissie heeft het plan op 26 mei 2025 als aanvraag beoordeeld. Bij de daaraan voorafgaande beoordeling van de aanvraag op 31 maart 2025 gaf de commissie aan dat de ten tijde van het vooroverleg gemaakte opmerkingen overwegend op een goede manier in de aanvraag waren verwerkt. Dit betrof bijvoorbeeld het tot één collectieve ruimte maken van de entree en de Wasbar. Deze ruimte vormt hierdoor nu de (van meerdere zijden toegankelijke) entree van het complex. Het gewijzigde ontwerp van de geluidsschermen, geluidsschermen zonder kader, is een goede oplossing. De bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik was akkoord, met uitzondering van de voorgestelde minerale gevelstrips en de kleur van de gevelbeplating.

De commissie gaf op 31 maart 2025 tevens aan de voorgelegde uitwerking van het plan wat betreft een aantal aspecten nog onvoldoende overtuigend te vinden. Dit betrof onder meer de aansluiting van de kopgevel op de brandtrap. Uit de presentatie blijkt dat het plan hierop is aangepast, en dat dit nu op een goede manier is verwerkt in het plan. De commissie vraagt om de aansluiting van het gebouw op het maaiveld en de terreininrichting c.q. de inrichting van de omringende (publiek toegankelijke) ruimte, af te stemmen met het vakteam stedenbouw.

Op 31 maart 2025 gaf de commissie aan dat zij ten tijde van het vooroverleg had aangegeven het voorgestelde kleur- en materiaalgebruik nog niet goed te kunnen beoordelen. Uit de stukken van de aanvraag bleek dat er, naast metselwerk op de lagere verdiepingen, werd voorgesteld om op de hogere bouwlagen minerale gevelstrips toe te passen. Beoogd wordt dat de minerale gevelstrips het uiterlijk van het metselwerk nabootsen. Uit de presentatie blijkt dat dit nog steeds de intentie is, maar dan met minerale gevelstrips in een lichtgrijze kleur. Een gevelsysteem met minerale strips is een stucwerk gevelsysteem, waarbij is gekozen voor een bekleding die poogt eruit te zien als baksteen, maar dat niet daadwerkelijk is. De veroudering van een dergelijke gevel is anders dan die van een gevel die daadwerkelijk in baksteen(strips) is uitgevoerd. Om een gebouw in de toekomst een zekere beeldkwaliteit te laten behouden moet worden gekozen voor materialen en detaillering die duurzaam zijn. Verouderingsprocessen hebben op die manier geen of weinig invloed op het beeld of komen het beeld zelfs ten goede. Stucwerk gevelsystemen met minerale gevelstrips kennen meer mogelijkheden dan het imiteren van bakstenen. De nu gekozen lichtere kleur had aanleiding kunnen zijn om het toepassen van een alternatieve gevelbekleding te onderzoeken.

De zorgen van de commissie ten aanzien van het op deze plek (aan een park, gezien de hier aanwezige fauna) toepassen van dit gevelmateriaal/gevelsysteem wat betreft de esthetische duurzaamheid zijn verminderd als gevolg van het toepassen van een hardere achterplaat.

De getoonde bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik laat een mooi en rustig beeld zien. Dit zal goed passen in de omgeving. Bij uitzondering ging de commissie daarom akkoord met het plan onder twee voorwaarden:

- tekeningenset conform de presentatie aanleveren

-de permanente natuur-inclusieve maatregelen op tekening aangeven

Uit de stukken en de tekeningset d.d. 27-05-2025 blijkt dat aan deze voorwaarden is voldaan. Er wordt positief geadviseerd.

Positief


32. Meidoornlaan 37

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
De aanvraag voor het plaatsen van de dakkapel voldoet aan de welstandscriteria en is daarom akkoord.

Positief
 

33. Noordendijk 819

  • Omschrijving: het realiseren van een aanbouw en lift
  • Architect: Stijl architectuur
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonwijken na 1990
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
De bouwwerken zijn vanuit de openbare ruimte niet / nauwelijks zichtbaar. De architectonische vormgeving van zowel de aanbouw als de opbouw ten behoeve van de lift sluiten aan op het beeld van de bestaande architectuur. Over het plan is stedenbouwkundig positief geadviseerd.

Van belang is dat de aanbouw en de opbouw ten behoeve van de lift in voldoende mate ondergeschikt zijn aan het hoofdgebouw. De opbouw ten behoeve van de lift blijft ruim onder de nok van het hoofdgebouw, en heeft als grondvlak een beperkte breedte en diepte. Het volume is daardoor een relatief ondergeschikte toevoeging aan het hoofdgebouw.

De zijgevels van de aanbouw liggen enigszins terug ten opzichte van de zijgevels van het hoofdgebouw, maar de aanbouw krijgt een forse kroonlijst die uitsteekt ten opzichte van de zijgevels van het hoofdgebouw. Het ten opzichte van de zijgevels van het hoofdgebouw laten uitsteken van de aanbouw is niet akkoord. Hierop moet het plan worden aangepast (voorwaarde). Denkbaar is bijvoorbeeld het toepassen van een meer eenvoudige kroonlijst (passend bij een ondergeschikt bouwdeel als een aanbouw), of het volume van de aanbouw ten opzichte van de zijgevels van het hoofdgebouw iets meer terug te leggen.

Positief met voorwaarde


34. Piersonstraat 183

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakopbouw
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonwijken na 1990
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Vergelijkbare dakopbouwen zijn eerder gerealiseerd bij woningen met deze architectuur. Op hoofdlijnen is het plan denkbaar. Het plan is akkoord, mits (voorwaarden):

-goot- en nokhoogte identiek is aan de eerdere gerealiseerde dakopbouwen

-kleur- en materiaalgebruik identiek is aan de eerdere gerealiseerde dakopbouwen

Positief met voorwaarden


35. Reeweg Zuid 44

  • Omschrijving: uitbreiding woning
  • Architect: Marc. de Roover Architect
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische Linten en Kernen
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het plan betreft het aan de achterzijde met 2,5 m doortrekken van de kap, over de bestaande aanbouw. Vergelijkbare uitbreidingen zijn bij woningen met deze architectuur eerder gerealiseerd. Vanuit de openbare ruimte is de uitbreiding beperkt zichtbaar. Uit het plan blijkt dat zorgvuldig wordt aangesloten op de bestaande architectuur, en dat het kleur- en materiaalgebruik passend is. Gelet op het gevelbeeld is het wenselijk dat de optioneel uit te voeren gevelopening in de achtergevel van de uitbreiding, ook daadwerkelijk wordt gerealiseerd. Het plan is akkoord.

Positief


36. Saturnuslaan 13

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel aan de voorzijde van de woning
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
De aanvraag is aangepast naar aanleiding van de gemaakte opmerkingen. De hoogte van de dakkapel is aangepast conform de eerder geplaatste dakkapellen. De dakkapel is nu identiek aan de eerder geplaatste dakkapellen in de nabije omgeving. Het plan is akkoord.

Positief
 

37. Schuilenburg 78

  • Omschrijving: het realiseren van een dakopbouw met balkon
  • Vooroverleg, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerfwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Uit het plan blijkt dat het de intentie is om de dakopbouw aan te laten sluiten op de bestaande architectuur van de Legowoningen van architectenbureau Environmental Design. Dit is een goed voorstelbaar uitgangspunt. Op hoofdlijnen wordt positief geadviseerd.

Ten aanzien van de verdere uitwerking van het plan wordt aandacht gevraagd voor het kleur- en materiaalgebruik, de detaillering, het aanleveren tekeningen van alle gevels (bestaand en nieuw) en voor de onderlinge samenhang van stukken (ontvankelijkheid). Enkele voorbeelden hiervan: de doorsnede nieuw correspondeert nu niet met de doorsnede bestaand, de bestaande toestand van de oost- en zuidgevel ontbreekt, bij de oost- en zuidgevel is niet aangegeven welk deel van deze gevel betrekking heeft op deze woning, de in de oost- en zuidgevel getekende gevelopeningen zijn niet getekend in de plattegrond.

Positief (hoofdlijnen)
 

38. Spieghelstraat 13

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel en nokverhoging
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Tuinwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
De aanvraag voor het plaatsen van een dakkapel en nokverhoging is voorstelbaar. Op dit blok zijn meerdere nokverhogingen gerealiseerd. Daarom is het van belang dat de nokhoogte overeen komt met de nokhoogte van de aangrenzende buren nr. 11 (voorwaarde) eveneens dient de achtergevel in lijn te liggen met de achtergevel van de aangrenzende buren (voorwaarde).

Positief met voorwaarden


39. Suze Groeneweg-erf 428

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerfwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het plaatsen van de dakkapel aan de voorzijde van de woning is voorstelbaar. De woning betreft een 4- onder 1 kap. De aanvraag voor de dakkapel voldoet niet aan de criteria. De dakkapel is te breed. Echter hebben de buren nr. 429 ook een dakkapel die breder is dan de welstandnota. Om de eenheid op hetzelfde dakvlak te handhaven wordt voorgesteld om de aanvraag aan te passen. De breedte van de dakkapel dient afgestemd te worden op de breedte van de buren zodat deze dakkapellen identiek zijn. Het plan wordt daarom aangehouden.

Aanhouden         

Kleine commissie | Verslag 7 juli 2025

Aanvang: 9.30 u. – 12.30 u.

Locatie: Stadskantoor, vergaderkamer 5

Aanwezig: Dhr. J. Baijense, mevr. A. Riel, dhr. D. Smit (secretaris)

1. Meidoornlaan 37

  • Omschrijving: dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw – Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

De aanvragers hebben de vergadering bijgewoond en lichten het plan toe.

Advies commissie

De commissie stelt vast dat het plan niet voldoet aan de welstandscriteria voor dakkapellen. In het eerdere, namens de commissie uitgebrachte, advies ten aanzien van het plan is gevraagd om het plan hierop aan te passen. De commissie hecht waarde aan de consistentie van de welstandsadvisering. Uitgangspunt is dat plannen aan de welstandscriteria moeten voldoen, tenzij er sprake is van een situatie die afwijken van de welstandscriteria zou kunnen rechtvaardigen.

Het betreft hier de eerste dakkapel op het voordakvlak van dit blok; het dakvlak is dus nog ‘ongeschonden’. De commissie komt daarom tot de conclusie dat er geen aanleiding is om af te wijken van de welstandscriteria. De commissie vraagt om het plan aan te passen aan de welstandscriteria voor dakkapellen, en houdt het plan aan. Een hierop aangepast plan kan ambtelijk worden beoordeeld.

Aanhouden

2. Kilweg 1a

  • Omschrijving: het vervangen van een schakelstation
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies commissie

De commissie is positief over het plan. Het is heel positief dat er biobased materialen worden toegepast, en dat er nestgelegenheden in het ontwerp zijn geïntegreerd. De commissie onderschrijft het advies van de stedenbouwkundige. Het plan is akkoord, mits (voorwaarden):

-de kleur van het hekwerk wordt afgestemd op de kleur van het geluidscherm (RAL 6012)

-het hekwerk wordt begroeid met hetzelfde type planten als het geluidscherm (winterjasmijn, clematis vitalba en lonicera henry)

Positief met voorwaarden

3. Merwekade 75 RM (DR) zijde Riedijk

  • Omschrijving: het vervangen van voegwerk
  • Architect: Elzinga architecten
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het vervangen van het voegwerk aan de Riedijk-zijde van het pand betreft. Hier heeft het pand een trapgevel van gele ijsselsteentjes.

Het voegwerk in deze gevel is in het verleden in zijn geheel met een te harde cementmortel vernieuwd. Dit voegwerk is platvol uitgevoerd en vertoont op diverse plaatsen gebreken. Om verdere vervolgschade aan het metselwerk te voorkomen wordt voorgesteld om dit voegwerk geheel te vervangen door een voegmortel die is aangepast op de hardheid van de metselmortel en de bakstenen. Na het verwijderen van het oude voegwerk zal het muurwerk onder lage druk (met warm water) gereinigd worden, zodat de bakstenen hierbij niet beschadigd worden. De werkzaamheden zullen ook door het betrokken architectenbureau begeleid/gecontroleerd worden.

De exacte samenstelling van het nieuw aan te brengen voegmortel is nog niet bekend. Deze zal, na het verwijderen van het nu aanwezige voegwerk, door middel van het aanbrengen van enkele proefmonsters worden bepaald zodat ook de juiste kleur van het nieuwe voegwerk vastgesteld kan worden. Het oorspronkelijke type voegwerk is niet vast te stellen, omdat het voegwerk in het verleden geheel is vernieuwd. Voorgesteld wordt het nieuw aan te brengen voegwerk uit te voeren als een gesneden voeg, wat volgens de architect beter passend is bij het monument.

Mede gezien de kwaliteit van het nu aanwezige voegwerk is het vakteam positief over het plan, met als voorwaarde dat voor het aanbrengen van het nieuwe voegwerk de definitieve kleur- en samenstelling van de voeg in overleg met het vakteam erfgoed wordt bepaald.

Advies commissie

De commissie onderschrijft op hoofdlijnen het advies van het vakteam Erfgoed. Het vervangen van de voegen is op zichzelf beschouwd akkoord. Het plan is akkoord, mits (voorwaarden):

-er geen gesneden voeg wordt toegepast. Een gesneden voeg is niet passend bij de architectuur van deze trapgevel. De commissie vraagt om meer onderzoek te doen naar de oorspronkelijke voeg. De nieuwe voeg moet niet te sprekend zijn, en de voeg moet niet platvol maar iets terugliggend worden uitgevoerd. Een en ander moet voorafgaand aan de werkzaamheden in overleg met het vakteam Erfgoed definitief worden bepaald

-Kleur en samenstelling van de voeg voorafgaand aan de werkzaamheden in overleg met het vakteam erfgoed bepalen. Let bij het vaststellen van het recept van de voegmortel op dat deze zachter is dan de steen en is afgestemd op de legmortel. Een zachte kalkvoeg lijkt hier het meest voor de hand liggend.

Positief met voorwaarden

4. Wolwevershaven 36-37 RM (DR)

  • Omschrijving: het vervangen van twee balkons met trap nabij achtergevel
  • Architect: Abrahamse De Kock Architecten
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht het plan toe. Het vervangen van de balkons en de trap aan de achtergevel, in de voorgestelde uitvoering in staal, is voorstelbaar en dit is een verbetering ten opzichte van de huidige situatie. De afmetingen van de nieuw te plaatsen balkons zouden beter afgestemd kunnen worden op de nu aanwezige balkons, om deze meer ondergeschikt te houden aan de achtergevel. Het toepassen van glazen panelen aan de binnenzijde van de balustrade is niet wenselijk.

De architect licht toe dat deze gevel van het Rijksmonument het resultaat is van een verbouwing uit 1988. De uitvoering ging destijds gepaard met financiële problemen. De gevel is uiterst schraal uitgevoerd en gematerialiseerd. De houten balkons aan deze gevel moeten worden vernieuwd. Aanvankelijk is er studie verricht naar het vernieuwen van de balkons in combinatie met het vernieuwen/verbeteren van de achtergevel. De nu ingediende aanvraag betreft alleen de balkons.

Gezocht is naar een ontwerp dat een verbetering is ten opzichte van de bestaande situatie, en die een passende moderne toevoeging aan het pakhuis vormt. De balkons liggen sterk verdiept ten opzichte van de rivier, en liggen ingeklemd tussen bebouwing. In het detail wordt het verschil gemaakt; de balkons zijn verder ingetogen en fragiel vormgegeven. Onder andere vanwege de windbelasting wordt glas achter de balustrade voorgesteld. De gebogen vorm maakt het geheel ‘zachter’, en vermindert de spiegeling van het glas.

Advies commissie

De commissie is akkoord met het plan. De balkons worden groter (dieper) gemaakt dan in de huidige situatie. Gezien de ruime tuin is dit voorstelbaar. De hiërarchische opbouw van de balkons (boven kleiner dan beneden) is een passende oplossing. Een en ander is fraai vormgegeven. Er is zichtbaar veel zorg en aandacht aan de detaillering besteed, en ten opzichte van de bestaande situatie is het plan een grote verbetering. In beginsel is het toepassen van glas als balustrade onwenselijk in beschermd stadsgezicht en bij een monument. Deze specifieke balkons liggen echter sterk terug. Vanwege de ligging en de beperkte zichtbaarheid, vanwege de te verwachten windbelasting (en het hiermee voorkomen van geïmproviseerde oplossingen achteraf) en omdat het plan een verbetering is ten opzichte van de bestaande situatie (verbetering jaren ’80 gevel van het Rijksmonument), is het toepassen van glas achter de stalen balustrade bij uitzondering in deze specifieke situatie voorstelbaar. De commissie adviseert positief.

Positief

5. Voorstraat 419 RM (DR)

  • Omschrijving: slopen van een rietplafond
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht het plan toe dat het plan het verwijderen van plafonds betreft, waardoor de achterliggende houten balken weer zichtbaar zullen worden, evenals het plaatselijk aanwezige (restant van) een houten cassetteplafond. Een en ander blijft in het zicht. Het vakteam geeft aan dat het, gezien de staat en de vermoedelijke datering van de te verwijderen plafonds, het voorstelbaar is dat deze worden gesloopt zodat de onderliggende constructie/afwerking weer in het zicht komt. Het stucplafond nabij de voorgevel zal worden behouden. Aangegeven wordt dat deze te zijner tijd zal worden gerestaureerd. Ook wordt aangegeven dat, doordat de verlaagde plafonds zijn verwijderd, het bovenste ontbrekende gedeelte van het stucwerk tegen de gevels (aansluiting tot tegen de houten vloerdelen/balken, ongeveer 25 cm) opnieuw aangebracht zal worden. Dit is voorstelbaar.

Tenslotte wordt in de stukken genoemd dat tegen de linkerzijgevel, nabij de oplegging van de moerbalk, een stalen kolom aangebracht zal worden. Volgens de omschrijving heeft deze moerbalk ter plaatse een minimale oplegging. Omdat deze ingreep geen onderdeel uitmaakt van hetgeen is aangevraagd, en er geen nadere gegevens ter beoordeling aangeleverd, is deze ingreep niet beoordeeld en maakt deze ingreep geen onderdeel uit van de op basis van deze aanvraag te verlenen vergunning.

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond en geeft aan dat de stalen kolom reeds is geplaatst.

Advies commissie

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. Het verwijderen van het stuc-op-riet plafond is in dit geval akkoord. Als gevolg van de sloop worden oudere bouwdelen weer zichtbaar gemaakt. De commissie adviseert positief met als voorwaarde dat wanneer de houten vloerdelen/balken en/of het cassetteplafond opnieuw geschilderd worden, dit in overleg moet worden gedaan met het vakteam erfgoed en er voorafgaand een kleuronderzoek wordt uitgevoerd.

De commissie geeft aan dat het plaatsen van een stalen kolom niet beoordeeld is.

Positief met voorwaarde

6. Voorstraat 386 RM (DR)

  • Omschrijving: herstellen van een moerbalk
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan betreft het herstellen van een rotte moerbalk betreft. De aanvrager en de architect hebben de vergadering bijgewoond.

Advies commissie

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. De commissie is akkoord met de voorgestelde werkzaamheden en de werkwijze. De commissie adviseert positief.

Positief

7. Reeweg Oost 123F RM (SH)

  • Omschrijving: pergola's en privacyschermen ter plaatse van het dakterras
  • Legalisatieonderzoek, 1e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht de situatie toe. De Ambachtschool aan de Reeweg Oost is tussen 2016 en 2018 is getransformeerd tot appartementencomplex. Onderdeel hiervan is de realisatie van dakterrassen voor de appartementen op de bovenste bouwlaag. Dakopbouwen geven toegang tot deze dakterrassen Bij één van deze dakterrassen, het dakterras gelegen op een dominant zichtbare hoek, is nu een vrij massieve dubbele pergola gerealiseerd met meerdere privacyschermen. Het betreft hier feitelijk twee aan elkaar gekoppelde pergola's die verbonden zijn aan de dakopbouw, met privacyschermen. De uitvoering is vrij zwaar. Vanwege de situering op het dakvlak zijn de bouwwerken goed zichtbaar. De voorzieningen vormen daarmee conform de Welstandsnota geen ondergeschikte toevoeging aan het dakenlandschap en domineren daarentegen juist in het beeld van het dak. De voorzieningen zijn daarmee zoals op dit moment aanwezig wat betreft het vakteam Erfgoed niet te legaliseren. Vooral de profielafmetingen en de gesloten panelen zijn het

Advies commissie

De commissie heeft beoordeeld of hetgeen hier is gerealiseerd, legaliseerbaar is. Het pand is een Rijksmonument en de gerealiseerde bouwwerken zijn zichtbaar. De pergola’s en schermen zijn niet eenduidig vormgegeven, en zijn ook veel te ‘zwaar’ vormgegeven. Het domineert het dakenlandschap. De commissie concludeert dat de bouwwerken in de huidige vorm niet legaliseerbaar zijn.

Niet legaliseerbaar (geen zicht op legalisatie)

8. Vest 97 GM (SH)

Omschrijving: Interne wijzigingen indeling

Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Historische Binnenstad

Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht het plan toe. Er is aantasting van bruinrot in één van de vloerbalken onder de trap en in één van de vloerbalken van de begane grondvloer geconstateerd. Deze balken zijn deels aangetast, waarbij herstel noodzakelijk is om te komen tot een (constructief) veilige situatie. De werkzaamheden zijn dermate beperkt van omvang dat dit vermoedelijk vergunningsvrij kan worden uitgevoerd in het kader van onderhoud aan het monument. De uiteindelijke uitvoeringswijze van het herstel moet worden afgestemd met het vakteam Erfgoed. Een tweede ingreep is het versmallen van de inbouwkast op de eerste verdieping en het realiseren van een raam van 1 m x 1 m tussen kast en overloop. De indeling op de eerste verdieping stamt tenminste van na 1946, vermoedelijk uit de jaren '50. Daarmee heeft deze structuur dus enige monumentwaarden, vermoedelijk een positieve monumentwaarde. Beperkte ingrepen in deze structuur zijn voorstelbaar. Het behouden van de inbouwkast door deze te versmallen en het realiseren van

De aanvragers hebben de vergadering bijgewoond en geven aan dat er mogelijk ook werkzaamheden aan het dak zullen plaatsvinden. De erfgoedadviseur geeft aan dat dit wellicht vergunningvrij kan zijn.

Advies commissie

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. Het betreft hier dermate bescheiden ingrepen, dat deze niet leiden tot aantasting van monumentale waarden. Het plan is akkoord, mits (voorwaarde) de uitvoeringswijze van het herstel van de door bruinrot aangetaste vloerbalken wordt afgestemd met het vakteam Erfgoed.

Positief met voorwaarde

9. Toulonselaan 105-107 GM (SH)

  • Omschrijving: Herstellen van het dak
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan dakwerkzaamheden betreft. Slecht uitgevoerde werkzaamheden in het verleden hebben inwatering tot gevolg gehad, met de nodige schade.

Het in een romantische chaletstijl opgetrokken blok, waar de woning onderdeel van uitmaakt, is uniek in het oeuvre van de architecten J.N. Reus en H.A. Reus. Veel van de kenmerkende details van het blok bevinden zich rondom de kap. Dit betreft bijvoorbeeld de segmentbogen, de gedecoreerde gootklossen en gedecoreerde boeiboorden. Het intact houden van deze elementen is cruciaal omdat zodoende het bouwblok als eenheid waarneembaar blijft, en omdat deze elementen voor een belangrijk deel de waarde in het exterieur van het monument vertegenwoordigen.

Het vakteam is pas in een laat stadium op locatie geweest toen een belangrijk deel van de werkzaamheden al waren uitgevoerd. Zodoende heeft het vakteam de slechte staat slechts vanaf foto's kunnen beoordelen. Op foto's zijn verschillende schadepatronen zichtbaar zoals houtrot in de gootklossen, houtrot in het dakbeschot, breuk in de dakpannen en slecht aansluitende nokvorsten. Het vakteam concludeert op basis van het fotomateriaal dat er een noodzaak was tot herstel- en renovatiewerkzaamheden. Ook op de tijdens de ontmanteling gemaakte foto's is zichtbaar dat er schade was van de houten delen van de gootbak en de klossen. De balkkop van de kapconstructie lijkt nog goed, of in ieder geval voldoende, te zijn geweest. Er lijkt ook aantasting te zijn geweest van de voegen, zodanig dat stenen zijn verwijderd. Jaren van vochtimpregnatie kan resulteren in een poreuze voeg, waardoor de bakstenen vrijwel geheel los komen te liggen. Dit is een bekend schadepatroon.

Tijdens demontage is eveneens een in het verleden verwijderde schoorsteen teruggevonden. De wijze van verwijdering in het verleden roept vragen op over de kwaliteit van uitvoering. Ook is te zien dat de bestaande nog aanwezige schoorsteen in het verleden is hersteld met een slecht passende restauratiesteen, vermoedelijk omdat de schoorsteen van het dak was gewaaid. De schoorsteen is tot de restauratiesteen ontmanteld, en daarop is een RVS kap gezet met afvoer. Dit verdient niet de voorkeur, maar gelet op de eerdere aantasting is ontmanteling vanuit het vakteam niet noodzakelijk.

Bij de verdere herstelwerkzaamheden is traditioneel en passend materiaalgebruik toegepast. De in slechte staat zijnde kruispannen zijn vervangen door nieuwe, gebruikte exemplaren. Er is een aansluitende driekant-vorst toegepast op een nieuwe ruiter. De gootbakken zijn hersteld met behoud van zoveel mogelijk historisch materiaal, wat eveneens geldt voor de gootklossen. De gootbakken zijn, daar waar herstel nodig was, opnieuw met kraaldelen uitgevoerd. De boeiboorden zijn voor een groot deel vernieuwd, rekening houdend met het kenmerkende halfronde uitstulpende detail. Hierbij is de ornamentiek die eerder verdwenen was, weer gereconstrueerd. Het vakteam is bijzonder positief over de kwaliteit van uitvoering. Zowel visueel als uit de aangeleverde foto's blijkt aandacht en ambacht van de uitvoerende partij. Dat deels een aanvullende dampopen folie is aangebracht is positief voor de instandhouding van het monument.

Bezwaarlijk is de toepassing van EPDM in de gootbak, in plaats van zink. Er is een kraaltrim toegepast waardoor dit niet resulteert in een visuele aantasting, maar EPDM is geen historisch passend materiaalgebruik. Echter, omdat het niet leidt tot een visuele aantasting en er op andere plaatsen reconstructie van kenmerkende details heeft plaatsgevonden, vindt het vakteam dit acceptabel.

De toepassing van de hoekkepers en nokvorsten met ondervorst is niet akkoord. Bij het buurpand is recentelijk een vergunning verleend waarbij voorgesteld was deze in de specie te leggen, overeenkomend met de historische situatie. Het vakteam stelt dit als voorwaarde.

Het vakteam twijfelt over de toepassing van een bladvanger in de goot. Hoewel een dergelijke voorziening voorstelbaar is gelet op de vele omliggende bomen en de slechte bereikbaarheid van het dak, werkt een dergelijke voorziening alleen goed als deze bij alle dakgoten wordt doorgezet. Omdat de bladvanger nagelvast is gemonteerd kan deze bij onderhoud ook niet gemakkelijk opgetild worden. Het vakteam adviseert zodoende om de bladvanger bij toepassing of geheel door te zetten en demontabel te maken, of een bladafscheider onderdaan de hwa toe te passen, of om deze niet toe te passen.

Ten aanzien van de kleurstelling is bij het buurpand (101-103) eerder geadviseerd om terug te gaan naar de historische groene kleurstelling, die overeenkomt met Reus Groen (64). Het verdient de voorkeur om ook bij dit pand aansluiting te vinden op de kleurstelling in de achtergevel van het buurpand met o.a. ramen en kozijnhout in Reus Groen (64) conform het kleurhistorisch onderzoek.

Advies commissie

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. De noodzaak van het uitvoeren van de voorgestelde werkzaamheden is voldoende aannemelijk gemaakt. Een en ander wordt zorgvuldig uitgevoerd. Bij een monument is de toepassing van EPDM in beginsel niet denkbaar. Bij hoge uitzondering is dit in deze specifieke situatie acceptabel en akkoord. De commissie geeft als sterke aanbeveling mee om een zinken goot toe te passen. Het plan is akkoord, mits (voorwaarden):

-De toepassing van de hoekkepers en nokvorsten met ondervorst is niet akkoord. Deze moeten in de specie worden gelegd, conform de historische situatie.

- bladvanger niet toepassen, of geheel door zetten en demontabel te maken, of een bladafscheider onderdaan de hwa toepassen.

-kleurstelling overeen laten komen met de kleurstelling in de achtergevel van het buurpand met o.a. ramen en kozijnhout in Reus Groen, conform het kleurhistorisch onderzoek.

Positief met voorwaarden

10. Lange Breestraat 8 BS (SH)

  • Omschrijving: het gedeeltelijk slopen en opnieuw opbouwen van de achtergevel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het pand onderdeel is van een plan voor de panden Lange Breestraat 8-22, waar in 2022-'23 vergunning voor is verleend. Het indertijd uitgevoerde bouwhistorische onderzoek naar deze panden, beschrijft deze achtergevel als mogelijk 16e eeuws. De vensters op de verdieping zijn uitgevoerd met twee steens korfbogen, uitgevoerd in helderrode bakstenen en voorzien van zandstenen sluitstenen. Een vergelijkbare korfboog is zichtbaar ter plaatse van de zolder. Vermoedelijk zullen de oorspronkelijke gevelopeningen met kruiskozijnen zijn uitgevoerd, nu zijn dit overwegend 9-ruits schuifvensters uit vermoedelijk de late 18e eeuw of begin 19e eeuw.

In afwijking van die verleende vergunning wordt nu voorgesteld om deze achtergevel geheel te slopen, en om deze opnieuw op te bouwen als een stucwerkgevel met nieuwe kozijnen. De detaillering van de nieuwe situatie is summier en details van de bestaande situatie ontbreken. Qua kleurstelling wordt aangesloten bij hetgeen eerder is vergund.

De bescherming van de cultuurhistorische waarden van deze gevel is beperkt. Het betreft hier geen monument, de achtergevel is niet zichtbaar vanuit het beschermde stadsgezicht, de contour, de maat en de verhouding worden niet gewijzigd, het plan leidt niet tot een aantasting van het dakenlandschap. Gelet daarop worden de cultuurhistorische waarden van het beschermde stadsgezicht niet aangetast als gevolg van het plan. Wel dient op grond van het Omgevingsplan de achtergevel volledig en op detailniveau bouwhistorisch te worden gedocumenteerd conform de bouwhistorische richtlijnen. Afstemming hierover kan plaatsvinden met de gemeentelijke bouwhistoricus.

Advies commissie

De commissie heeft kennisgenomen van het plan. Het plan betreft een mogelijk 16e eeuwse achtergevel, die nog goed bewaard is gebleven. De commissie hecht er waarde aan om te bepleiten de gevel alsnog te behouden. Mogelijk kan het plan voor de sloop van deze achtergevel worden heroverwogen, en kan de gevel alsnog behouden blijven en worden gerestaureerd.

Evenwel stelt de commissie vast dat de juridische bescherming van de cultuurhistorische waarden van deze gevel beperkt is. De achtergevel is niet zichtbaar vanuit het beschermde stadsgezicht en het plan leidt niet tot een aantasting van de cultuurhistorische waarden van het beschermde stadsgezicht. Het plan is akkoord, mits (voorwaarde) de bestaande achtergevel volledig en op detailniveau bouwhistorisch wordt gedocumenteerd conform de bouwhistorische richtlijnen. Een en ander dient te worden afgestemd met de bouwhistoricus van het vakteam Erfgoed.

Positief met voorwaarde

11. Voorstraat 439 BS (SH)

  • Omschrijving: detaillering aansluiting onderpan op de gootconstructie
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht de situatie toe. Het aan de buitenzijde isoleren van het dak maakte aanvankelijk onderdeel uit van een eerder (2023 – '24) beoordeelde aanvraag ten aanzien van dit pand. De commissie had destijds aangegeven dat de stukken ten aanzien van het isoleren van de hellende- en platte daken niet voldoende bouwkundig waren uitgewerkt. Deze werkzaamheden zijn vervolgens uit de aanvraag gehaald.

Eerder dit jaar is echter geconstateerd dat het dak aan de buitenzijde zonder vergunning is geïsoleerd. De uitvoering hiervan is, zowel op technisch als op esthetisch (detail)niveau, niet optimaal. Aan de voorzijde van het pand hangt op dit moment een slabbe (spinvliesfolie?) zichtbaar over de gevel, terwijl aan de achterzijde een hoge opstand zichtbaar is, die is afgewerkt met EPDM. Dit zorgt voor een onwenselijk en historisch niet passend beeld, zeker niet gelet op de zichtlocatie tegenover de Grote Kerk.

Op detailniveau is de problematiek zichtbaar. Door het opdikken van het dak met een fors isolatieproduct komt men bij de goot niet goed uit. Hier is de isolatie plaatselijk verjongd. Door dit detail is aan de onderzijde van het dakvlak een hoge opstaande zwarte rand ontstaan, die zichtbaar is vanuit de openbare ruimte. In de stukken wordt aangegeven dat deze rand is afgewerkt met een EPDM folie. Het vakteam vraagt zich af of dit niet een spinvliesfolie is, want het toepassen van een EPDM folie onder dakbedekking is een ongebruikelijke en geen vanzelfsprekende toepassing van dit materiaal.

Er worden drie oplossingsrichtingen geschetst om tot een esthetisch beter beeld te komen. Het vakteam merkt allereerst op dat de waterlijn in alle scenario's niet goed in de goot afwatert. Met hevige regenval leidt dit tot problemen, zoals een hoge waterdruk op de gevel. Weliswaar is het een relatief klein dakvlak, maar bouwtechnisch is het detail twijfelachtig.

Vanuit het beschermde stadsgezicht is de belangrijkste eis dat er sprake is van een duurzame detaillering, passend bij de historische context en het karakter van het gebouw. Een visueel nette aansluiting van de dakpannen op de dakgoot is dan de wenselijke situatie. Bij optie 1, 3 en 4 blijft het esthetisch onwenselijke beeld onveranderd, waardoor deze opties niet akkoord zijn. Optie 2, de optie die bestaat uit het onderaan toevoegen van een extra rij dakpannen, is de meest voor de hand liggende optie. De knik die hierdoor ontstaat aan de onderzijde doorbreekt echter het dakvlak. Het detail kan op de voorgestelde wijze (bouw)technisch niet zo worden uitgevoerd. Onder een panlat ligt altijd een tengel zodat doorslaand vocht afgevoerd kan worden. Aan de onderzijde sluit een pan dan aan op een staande panlat. Bouwtechnisch gezien klopt dit detail niet. Bovendien is het nog maar de vraag, wanneer het detail wel goed uitgevoerd wordt, of er uitgekomen wordt met een volle pan en in de waterlijn. Het is raadzaam een

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond en licht de situatie toe. Het dak was in slechte staat en je kon door het dak naar buiten kijken. De uitgevoerde werkzaamheden hebben erin geresulteerd dat het dak niet meer lekt en dat er geen sprake meer is van tocht. Er is alleen isolatie toegevoegd, verder is alles hetzelfde gebleven. De platte delen van het dak zijn afgewerkt met EPDM folie. Deels zijn er nieuwe dakpannen toegepast. Er past nog een dakpan onder. De wens is om hier een mooie oplossing te bereiken. De aanvrager toont een aantal mogelijke oplossingen.

Advies commissie

De commissie heeft ten tijde van de beoordeling van de eerdere aanvraag (2023-'24) aangegeven dat zij heel positief was over de intenties die uit het plan spreken, maar ook dat het plan bouwkundig nog niet zodanig was uitgewerkt dat er door de commissie over het plan kon worden geadviseerd. Wat en of er wat zou wijzigen werd niet inzichtelijk gemaakt. Dit gold onder andere voor de destijds voorgestelde dakisolatie. De commissie gaf als sterke aanbeveling mee om hier deskundigheid voor in te schakelen, bijvoorbeeld een architect of een goed bouwkundig adviesbureau.

Hierop zijn ingrepen zoals de dakisolatie komen te vervallen en uit de in 2023-'24 beoordeelde aanvraag gehaald. Deze ingrepen blijken nu alsnog te zijn uitgevoerd. Een en ander is niet als legalisatie-onderzoek aan de commissie voorgelegd. Een gevolg van het op deze wijze aanbrengen van dakisolatie met deze dikte, is dat het dakvlak wordt opgetild / omhoog komt. Hier gaat het mis, en dat is duidelijk te zien aan de gevel aan de zijde van de Pottenkade. De commissie uit haar zorg wat betreft de gevolgen voor de beeldkwaliteit waar dit toe heeft geleid, en zij uit haar zorgen over de (bouw)technisch kwaliteit van de detaillering. Er is nu geen sprake van een (bouw)technisch goede oplossing en de commissie verwacht dat hier problemen uit voortkomen. De commissie heeft daarnaast twijfels over de uitvoerbaarheid van hetgeen wordt voorgesteld. De commissie geeft wederom als sterke aanbeveling mee om hier deskundigheid voor in te schakelen, bijvoorbeeld een architect of een goed bouwkundig adviesbureau.

De commissie stelt vast dat de aanvraag uitsluitend betrekking heeft op de detaillering van de aansluiting van de onderpan op de gootconstructie. Het advies van de commissie is derhalve ook beperkt tot de detaillering van de aansluiting van de onderpan op de gootconstructie. Alle getoonde opties leiden tot een beeld dat in deze omgeving wezensvreemd is. De minst bezwaarlijke oplossing is de optie die bestaat uit het toevoegen van een rij dakpannen.

Concluderend is de commissie wat betreft de detaillering van de aansluiting van de onderpan op de gootconstructie akkoord met het voorstel waarbij er aan de onderzijde van het dakvlak een rij dakpannen worden toegevoegd, onder de voorwaarden dat de nokvorsten doorlopen (nokvorsten ter plaatse van de toe te voegen rij dakpannen plaatsen) en dat de nokvorsten in de specie worden gelegd.

Positief met voorwaarden

12. Admiraalsplein 68 – 70

  • Omschrijving: reclame
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Woonwijken na 1990
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het op de gevel aanbrengen van reclame is goed voorstelbaar. Het is een net uitgewerkt voorstel, en dit wordt gewaardeerd. Het plan voldoet echter niet aan de volgende welstandscriteria voor reclame:

-de reclame is onvoldoende ondergeschikt aan de omgeving en aan het gebouw waarop het is aangebracht.

-reclame op of aan een gebouw is bij voorkeur mee ontworpen, zodat het er qua kleur, materiaal en

vormgeving bij past. Hier is nog onvoldoende sprake van.

-Herhaling van een reclame-uiting aan één gevel, bijvoorbeeld meer dan twee maal dezelfde tekst, is niet toegestaan.

-De totale oppervlakte van de reclame staat niet in een goede verhouding tot de schaal en maat van de gevel waarop de reclame is aangebracht. Hierbij moet op winkelpanden worden gedacht aan maximaal 8% van het geveloppervlak, eventueel te verdelen over max. 3 reclames. Hieraan voldoet het voorstel niet.

Het geheel van alle voorgestelde reclame-uitingen levert een overdaad aan reclame op en dit verstoort het beeld van de bestaande architectuur teveel. De hoeveelheid en de visuele impact van de reclame moet zich goed verhouden tot het gebouw en de omgeving. Op zichzelf beschouwd is het voorgestelde logo en de naam boven de in- en uitgang akkoord. Maar, het vervolgens op deze gevel te vaak (en bovendien in verschillende afmetingen) herhalen van het logo is niet akkoord. Eveneens niet akkoord is het dichtstickeren van puien. De voorgestelde rode horizontale lijn vormt een verstoring van de bestaande architectuur. Gevraagd wordt het plan hierop aan te passen. Het plan wordt aangehouden.

Aanhouden

13. Bakema-erf 97

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakopbouw op bestaande woning en dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonwijken na 1990
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

De woning maakt onderdeel uit van een in architectonisch opzicht samenhangend buurtje, dat bestaat uit kleinere en grotere woningtypes. Voorgesteld wordt om een dakopbouw te plaatsen op een woning van het kleinere type. Het eindresultaat daarvan is vergelijkbaar met de architectuur van het grotere woningtype.

Vergelijkbare dakopbouwen met een afgeknot zadeldak zijn eerder gerealiseerd in dit buurtje, bij woningen met deze architectuur (zoals op nummer 68). De voor- en achtergevel van de dakopbouw worden uitgevoerd in metselwerk, verbijzonderd met de voor de architectuur van dit buurtje kenmerkende speklagen. De gevel- en kozijnindeling zet op een logische manier de bestaande gevel- en kozijnindeling voort. De linkerzijgevel wordt uitgevoerd als wachtgevel met donkere gevelbeplating. Aan de rechterzijde krijgt de dakopbouw een dakvlak. De op het zijdakvlak van de dakopbouw voorgestelde dakkapel voldoet aan de criteria ten aanzien van dakkapellen, en is gesitueerd op voldoende afstand van de voorgevel.

Concluderend wordt er positief geadviseerd omdat het plan goed aansluit bij de bestaande architectuur. Aandacht wordt gevraagd voor de keuze van de bakstenen, om zodoende goed aan te sluiten op het bestaande metselwerk.

Positief, met aandachtspunt

14. De Jagerweg 160

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel aan de voorzijde van de woning
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het plaatsen van de dakkapel aan de voorzijde van de woning is voorstelbaar. De aanvraag voldoet aan de welstandsnota en is akkoord.

Positief

15. Driehoek 20

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerfwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het plaatsen van de dakkapel is voorstelbaar. De aanvraag voldoet aan de criteria en daarom akkoord.

Positief

16. Driemorgen 19

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het plan is opnieuw beoordeeld op basis van de eerder gemaakte opmerkingen. Het tekenwerk is aangepast conform het precedent. Het plan voldoet hiermee aan de criteria en is akkoord.

Positief

17. Dubbeldamseweg Noord 50 BS

  • Omschrijving: het uitbreiden van een dakterras
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Intensief

Niet beoordeeld

18. Dubbeldamseweg Zuid 136

  • Omschrijving: het splitsen van het pand in twee woningen (wijzigen van de voorgevel)
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het advies is beperkt tot de wijziging van de voorgevel. Op zichzelf beschouwd is het hier maken van twee voordeuren denkbaar. Vermoedelijk is dit de oorspronkelijke situatie. Het op de voorgestelde wijze maken van de twee voordeuren is echter niet akkoord. Als gevolg van de verandering wordt het bestaande gevel- en straatbeeld teveel verstoord. De gevelwijziging leidt tot een verstoring van de samenhang en ritmiek van de gevel op zichzelf beschouwd, en van de straatwanden. De gevelwijziging is niet in overeenstemming met de architectuur en het tijdsbeeld van de oorspronkelijke gevel, indeling en detaillering.

De gevels van de bestaande en de nieuwe situatie zijn niet correct getekend. De beeldverhouding van vensters en gevelopeningen lijkt niet correct getekend. Architectonische kenmerken zoals gevelbogen en sluitstenen, voor de architectuur van het pand wezenlijke onderdelen, ontbreken. De wijziging van het gevelbeeld is hierdoor niet goed inzichtelijk gemaakt. Gevraagd wordt om kloppend tekenwerk aan te leveren zodat het plan kan worden beoordeeld. Detaillering, waaruit zou kunnen worden opgemaakt dat de diepte van de oorspronkelijke negge niet of nauwelijks verandert, ontbreekt. Gevraagd wordt om dit aan te leveren.

Hierbij wordt meegegeven dat het voorstelbaar is om binnen de bestaande gevelopening van het voordeurkozijn, en rekening houdend met de voor de architectuur van het pand wezenlijke onderdelen zoals gevelbogen, een nieuw voordeurkozijn met twee voordeuren te maken. Hiermee wordt de oorspronkelijke situatie weer hersteld, die nog zichtbaar is bij het buurpand (nr 140 -142). Het plan wordt aangehouden.

Aanhouden

19. Esdoornlaan 27

  • Omschrijving: Het realiseren van een aanbouw en een nokverhoging
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het plaatsen van de nokverhoging en een aanbouw aan de achterzijde is voorstelbaar.

  • Nokverhoging: Het plan is akkoord, mits (voorwaarde) materiaal- en kleurgebruik van de gevels, kozijnen, profielen en het dakvlak van de nokverhoging zijn afgestemd op de gevels, kozijnen, profielen en het dakvlak van het hoofdgebouw c.q. de eerder op het dakvlak van dit blok gerealiseerde nokverhogingen.
  • Aanbouw: Het plan is voorstelbaar. De aanbouw dient 1 meter achter de voorgevelrooillijn te beginnen. De aanbouw komt 95 cm achter de voorgevellijn en wijkt hier 5 cm van af. Deze afwijking is niet storend voor het straatbeeld. Het plan voldoet verder aan de criteria en is akkoord.

Positief met voorwaarden

20. Floresstraat 42

  • Omschrijving: Het plaatsen van een naar achter gerichte nokverhoging en een dakkapel aan de voorzijde op de tussenwoning
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Tuinwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het plaatsen van de nokverhoging is voorstelbaar. De nokverhoging voldoet niet aan de criteria wat betreft de ¼ dieptemaat. Echter zijn er in deze buurt meerdere identieke nokverhogingen vergund die hiervan afwijken. Een voorwaarde is dat de nokhoogte wordt afgestemd op de buren.

Positief met voorwaarde

21. Frans Naereboutstraat 2

  • Omschrijving: Het plaatsen van een poort
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stempelwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het plaatsen van de poort is voorstelbaar. Een voorwaarde is dat de poort onopvallend uitgevoerd wordt en dient op te gaan in de materialisering van de schutting.

Positief met voorwaarde

22. Heelalstraat 46

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel aan de voorzijde
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stempelwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

De dakkapel aan de voorzijde is voorstelbaar. De aanvraag voldoet aan de criteria en is akkoord.

Positief

23. Hendrik Triplaan Noord 1

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel aan de linker zijkant van een hoekwoning
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het plan voor het plaatsen van de dakkapel aan de zijkant van de woning is voorstelbaar. Wat betreft de maximaal mogelijke afmetingen en wat betreft de situering van de dakkapel op het dakvlak voldoet het plan aan de welstandscriteria voor dakkapellen.

Echter, er is in deze buurt een na te volgen precedent ten aanzien de vormgeving en detaillering van dakkapellen. Daar wijkt deze aanvraag van af. Wat betreft vormgeving, detaillering, kleur- en materiaalgebruik en kozijnindeling (breedtemaat draaiende delen precedent aanhouden) wordt gevraagd het ontwerp aan te passen conform het precedent. Het plan wordt aangehouden.

Aanhouden

24. Laan van Europa 100

Omschrijving: het plaatsen van een reclamezuil bij ingang parkeerplaats

  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Ontwikkelgebieden
  • Welstandsniveau: Ontwikkeling
  • Beeldkwaliteitsplan Amstelwijck

Advies commissie

Op 11 juni 2025 heeft de commissie het plan beoordeeld. De commissie gaf aan dat het plaatsen van een reclamezuil bij de ingang van de parkeerplaats op zichzelf beschouwd denkbaar is. Conform de hier geldende beeldkwaliteitscriteria dienen dergelijke naamsaanduidingen in heel Amstelwijck uniform te zijn. Een zuil die qua hoogte, uitvoering en kleurbeeld conform de zuil ter plaatse van het buurperceel wordt uitgevoerd, was wat betreft de commissie denkbaar.

Uit de nadere toelichting door de aanvrager blijkt dat in de omgeving reclamezuilen zijn gerealiseerd die qua hoogte en uitvoering vergelijkbaar zijn. Qua kleurbeeld wijkt de voorgestelde reclamezuil echter af. Als aanbeveling wordt daarom meegegeven om de zuil overwegend in een (licht)grijze kleur uit te voeren, en niet in een te witte kleur.

Positief met aanbeveling

25. Meivogelhof 16 BS (WM)

  • Omschrijving: het realiseren van een box en parkeervak in de voortuin
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Advies

Op 31 maart 2025 heeft de commissie het plan voor het realiseren van een opbergbox als vooroverleg beoordeeld. De commissie gaf aan dat haar advies geen betrekking heeft op het parkeervak. De commissie adviseerde dat het maken van een opbergbox op zichzelf beschouwd denkbaar is, mits er sprake is van in beschermd stadsgezicht passend kleur- en materiaalgebruik. De commissie gaf aan dat de opbergbox bij voorkeur wordt vormgegeven als een eenvoudig rechthoekig bouwwerkje met een groen dak. Als aanbeveling gaf de commissie mee om de tuin te vergroenen.

Naar aanleiding van het advies van de commissie is het plan aangepast, en is het als aanvraag ingediend. Uit de stukken blijkt dat er sprake zal zijn van een bouwwerk met een eenvoudige hoofdvorm, en van in beschermd stadsgezicht passend kleur- en materiaalgebruik. Mogelijk kan nog bekeken worden of het kan worden uitgevoerd met een flauw hellend lessenaarsdak (aanbeveling); dit zou het bouwwerkje nog meer ondergeschikt maken. Mede gelet op het advies van het vakteam Erfgoed, is het plan akkoord.

Positief, met aanbeveling

26. Rechte Zandweg 53

  • Omschrijving: het realiseren van een aanbouw aan de achterzijde van de woning
  • Architect: Stijl architectuur
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische linten en kernen
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het plan betreft een vergunningplichtige, eenlaagse en plat afgedekte aanbouw aan de achterzijde. Over het plan is een positief stedenbouwkundig advies uitgebracht. Als gevolg van het plan krijgt de bebouwing achter het hoofdgebouw meer samenhang (meer overeenkomsten, minder onderling verschillende kenmerken). De aanbouw is vanuit de openbare ruimte niet zichtbaar. Gelet hierop, is de aanbouw passend gematerialiseerd. Aandacht wordt gevraagd voor een passende kleurstelling. Het plan is akkoord, er wordt positief geadviseerd. Als aanbeveling wordt meegegeven om nog eens te kijken naar de positie in de gevel van de gevelopeningen ter plaatse van de gang; dit kan wellicht wat regelmatiger.

Positief, met aanbeveling

27. Rijksstraatweg 68 GM (DR)

  • Omschrijving: vernieuwen daken aangebouwde schuren
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 3e behandeling
  • Gebiedstype: Historische linten en kernen
  • Welstandsniveau: Intensief

Advies

De commissie heeft het plan op 28 april en 26 mei 2025 beoordeeld. De commissie gaf aan dat het vervangen van de bestaande asbesthoudende dakbeplating van beide schuren op zichzelf beschouwd denkbaar is. Het vervangen van de dakbeplating op de lagere schuur was na de gemaakte aanpassingen akkoord. De nieuwe dakbeplating benadert (het beeld van) de bestaande dakbeplating qua kleur en type.

Het vervangen van de dakbeplating op de hogere schuur, aangrenzend aan het woongedeelte, was nog niet akkoord, gelet op de aantasting van monumentale waarden die dit tot gevolg zou hebben. Het verwijderen/laten vervallen van de sporen, rachels en de nok- en hoekkepervorsten tast de monumentale waarde en detaillering van de grote schuur ernstig aan, en is niet akkoord. Geadviseerd werd om een beter passend alternatief voor te stellen, zodat er geen detailwijzingen en/of afwerkingen ernstig worden aangetast. Daarnaast merkte de commissie op dat als gevolg van het voorgestelde gootdetail, de deuren van de schuur niet meer kunnen worden geopend. De commissie vroeg om ook vanuit de praktische bruikbaarheid nog eens naar de gootdetaillering te kijken, en gaf aan dat een eenvoudige mastgoot hier wellicht beter denkbaar is.

Het plan is naar aanleiding van de advisering door de commissie aangepast. De detailtekeningen in het bestekboekje zijn aangepast. Deze zijn niet geheel aangepast conform het laatst gegeven advies van de commissie. Daarnaast is er een stuk met de naam "voorstel detailtekening" aangeleverd, waarin de opmerkingen van de commissie wel zijn verwerkt. Beide stukken hebben dezelfde wijzigingsdatum van d.d. 05-06-2025. Aangenomen wordt dat

"voorstel detailtekening" de definitieve wijziging is; op dit stuk is deze beoordeling gebaseerd.

Er wordt voorgesteld om een dunnere isolatielaag toe te passen, zodat deze rechtstreeks op de panlatten aangebracht kan worden. De detaillering van de golfbeplating bij de muurplaat en overstekken blijft ongewijzigd. Het op deze wijze aanbrengen van isolerende dakplaten is denkbaar, omdat er geen detailwijziging aan de binnen- en buitenzijde zal plaatsvinden, en omdat de panlatten gehandhaafd kunnen blijven. Wel wordt opgemerkt dat het opmerkelijk is dat de totale dikte van het pakket (105 mm) desalniettemin ongewijzigd blijft. Op tekening wordt nog tekstueel vermeld dat "het dakpaneel direct op gording aangebracht zal worden". Deze tekst dient van tekening verwijderd te worden, want in het nieuwe detail wordt aangegeven dat deze op de nu aanwezige panlatten aangebracht zullen worden.

Verder wordt nu in de aangepaste detailtekening aangegeven dat de bestaande keramische nokpannen in de mortel zullen worden aangebracht. Ook de hoekkepervorsten moeten op deze wijze aangebracht/uitgevoerd worden. Mochten er, tijdens het verwijderen van de bestaande golfbeplating, vorsten beschadigd raken, dan dienen deze aangevuld/vervangen te worden door vorsten die qua kleur en model gelijk zijn aan de nu aanwezige vorsten.

Concluderend is het plan, mede gelet op het advies van het vakteam Erfgoed, akkoord onder de volgende voorwaarden:

-vorsten in de mortel aanbrengen en wanneer er een noodzaak is tot vervanging van vorsten, dan dienen deze aangevuld/vervangen te worden door vorsten die qua kleur en model gelijk zijn aan de nu aanwezige vorsten.

-de nu aanwezige panlatten handhaven zoals op tekening "nieuwe situatie" wordt aangegeven.

Positief met voorwaarden

28. Saturnuslaan 13

  • Omschrijving: dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

De aanvraag wijkt af van de criteria van de welstandsnota. In deze buurt zijn meerdere vergelijkbare dakkapellen gerealiseerd die breder zijn dan de 50% breedtemaat en een schuindak als kapvorm. Om de eenheid op buurtniveau te behouden kan er in dit gevel worden afgeweken van de welstandnota. De aanvraag is daarom voorstelbaar. Echter zal de hoogtemaat (1,25 m) nog aangepast dienen te worden naar de hoogtemaat van de precedent (1m). Het plan wordt daarom nog aangehouden

Aanhouden

29. Seringenstraat 27

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel op het achterdakvlak
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

De aanvraag voor het plaatsen van de dakkapel aan de achterzijde van de woning is voorstelbaar. De aanvraag is niet vergunningvrij omdat de dakkapel te hoog in de nok zit. Er resteert een pan tussen de nok en de dakkapel. In de buurt zijn meerdere vergelijkbare vergunde dakkapellen. De aanvraag is daarom akkoord.

Positief

30. Spuiboulevard 267 BS (SH)

  • Omschrijving: het wijzigen van kozijnen
  • Architect: Stijl architectuur
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Advies

Op 12 mei 2025 heeft de commissie het plan beoordeeld. De commissie gaf aan dat het heel mooi is dat, als gevolg van het plan, het oorspronkelijke beeld weer enigszins wordt hersteld. De commissie vroeg om het plan op een aantal punten nog aan te vullen / aan te passen, en gaf aan dat een daarop aangepast/aangevuld plan ambtelijk zou kunnen worden beoordeeld.

Uit het nu ter beoordeling voorliggende aangevulde / gewijzigde plan blijkt dat voor de meeste vensters nu consquent draairamen worden voorgesteld. Deuren en deurkozijnen blijven behouden. Op de begane grond worden echter nog steeds draaikiepramen voorgesteld. Dit is niet akkoord. Uitgangspunt is dat overal draairamen worden toegepast, ook op de begane grond. Zodoende ontstaat er een bij het beschermde stadsgezicht passend en eenduidig beeld.

Er is een voorstel ontwikkeld ten aanzien van de kleurstelling. De kleur Itz Wit wordt voorgesteld voor de kozijnen en ramen, en de kleur Nachtblauw voor de deuren en de winkelpui. Op historische foto's valt op dat de deuren en de winkelpui inderdaad donker van kleur waren (wellicht gelakt), terwijl kozijnen en ramen licht van kleur waren. Er lijkt wel enig onderscheid te hebben gezeten tussen het lichtere raamhout en het iets donkerder kozijnhout. Wellicht kan overwogen worden om hier nog uitdrukking aan te geven in het kleurvoorstel. Maar, in het kader van het beschermde stadsgezicht is hetgeen wordt voorgesteld al een sterke verbetering. Het kleurvoorstel is daarom akkoord.

Op detailniveau is het plan overtuigend verder uitgewerkt. De aanzichtprofielen blijven gelijk met de bestaande situatie, en de kozijnen en ramen worden aan de binnenzijde beglaasd zodat glaslatten niet zichtbaar zijn vanuit het beschermde stadsgezicht. Er worden plakroeden voorgesteld, wat in beginsel niet denkbaar is. Plakroeden zijn echter in dit geval bij uitzondering voorstelbaar omdat het hier gaat om de reconstructie van de beeldwaarde, en omdat het hier niet een monument betreft. Een en ander is akkoord, mits er zwarte spacers / afstandhouders in het glas worden toegepast. Bij de vensters met een lichte kleurstelling heeft het sterk de voorkeur om witte spacers / afstandhouders toe te passen. Dit zal leiden tot een overtuigender beeld, maar ook hier is het toepassen van zwarte spacers akkoord.

Concluderend is het plan, mede gezien het advies van het vakteam Erfgoed, akkoord mits (voorwaarden):

- er ook op de begane grond draairamen worden toegepast zodat er binnen beschermde stadsgezicht passend en eenduidig beeld ontstaat

- er in het glas zwarte spacers / afstandhouders worden toegepast. Bij de vensters met een lichte kleurstelling heeft het sterk de voorkeur om witte spacers / afstandhouders toe te passen. Dit zal leiden tot een overtuigender beeld, maar ook hier is het toepassen van zwarte spacers / afstandhouders akkoord.

Positief met voorwaarden

31. Spuiweg 68

  • Omschrijving: het plaatsen van reclame op het raam en een zonnescherm aan de gevel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

De voorgestelde reclame is ondergeschikt aan de omgeving en het gebouw waarop het is aangebracht. De totale oppervlakte van de reclame staat in een goede verhouding tot de schaal en maat van de gevel waarop de reclame is aangebracht. De reclame voldoet aan de welstandscriteria voor reclame. Over het zonnescherm, dat 2 meter uitsteekt en boven de straat hangt, is stedenbouwkundig positief geadviseerd. Gelet hierop, is het zonnescherm eveneens akkoord.

Het plan is akkoord, er wordt positief geadviseerd.

Positief

32. Suze Groeneweg-erf 428

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel aan de achterzijde
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerfwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Niet beoordeeld

33. Van Blanckenburgstraat 54

  • Omschrijving: Het verwijderen van bestaande dakkapel en plaatsen van nieuwe dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Tuinwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Niet beoordeeld

34. Vissersdijk Beneden 60

  • Omschrijving: het plaatsen van reclame ten behoeve van het laadstation
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Industriegebieden en bedrijfsterreinen
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het plan betreft reclame-uitingen ten behoeve van het laadstation dat is gesitueerd op het terrein van de bouwmarkt. De reclame-uitingen zijn in strijd met het welstandscriterium dat op of aan een gebouw of op een particulier terrein alleen reclamedragers mogen worden geplaatst die een directe functionele relatie hebben met de handelsactiviteit in het gebouw of op het particuliere terrein. Dit houdt in dat alleen de naam van het bedrijf en/of het daar geproduceerde en/of verkochte hoofdproduct mag worden getoond, en bijvoorbeeld niet de naam van toeleveranciers of onderdelen van dat hoofdproduct. Op het plan wordt negatief geadviseerd.

Als oplossingsrichting wordt meegegeven dat een informatiebord van bescheiden afmetingen, mits dit geen reclame betreft en mits dit niet is gericht op de openbare weg, hier wellicht denkbaar is.

Negatief (met oplossingsrichting)

Kleine commissie | Verslag 23 juni 2025

  • Aanvang: 9.15 u. – 12.30 u.
  • Locatie: Stadskantoor, vergaderkamer 5
  • Aanwezig: Dhr. J. Baijense, mevr. A. Riel, dhr. D. Smit (secretaris)

1. Couperusstraat 19

  • Omschrijving: het vergroten van de woning over 2 verdiepingen aan de achterzijde van de woning
  • Architect: Buro Rotter
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw – Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

De architect heeft de vergadering bijgewoond en licht (de achtergrond van) het plan toe. Voorgesteld wordt om de bestaande woning te verlengen met een twee- en eenlaags 'houten' volume. De gevels van de bestaande woning zullen wit worden geverfd. In het ontwerp van de uitbreiding is ervoor gekozen om niet voort te bouwen op de bestaande architectuur. Tussen de 'houten' uitbreiding en de oorspronkelijke woning komt een overgangselement dat in zink wordt uitgevoerd en dat zal functioneren als hemelwaterafvoer. Tussen de woning en de straat komt groen. De serre aan de achterkant wordt 'ingepakt' door middel van een eenlaagse voortzetting van de uitbreiding. De gevelvlakken van de eenlaagse en de tweelaagse uitbreiding zullen 10 cm ten opzichte van elkaar verspringen, omdat de volumes anders teveel aan elkaar smelten. Als gevel- en dakmateriaal wordt een composiet voorgesteld met houtprint.

Advies commissie

Het doorzetten van de doorsnede van de bestaande woning in een nieuw houten volume is een mooi ontwerpconcept, en het ontwerp van de woninguitbreiding is van hoge kwaliteit. Op hoofdlijnen is de commissie positief over het plan.

Het is echter jammer dat er nu wordt voorgesteld om de uitbreiding te materialiseren in een composiet met houtprint. De commissie heeft twijfels over de esthetische duurzaamheid van dit materiaal. De toepassing van dit materiaal doet afbreuk aan de ontwerpintenties, en dit doet het project tekort. Goed voorstelbaar (oplossingsrichting) is een uitvoering in verduurzaamd hout. Er zijn verduurzaamde houtsoorten die ca. 25 jaar meegaan.

De gevelrand wordt voorgesteld in een ander materiaal dan de gevel en het dakvlak. Het is binnen het ontwerpconcept helderder om de voorkant en de onderkant van de dakrand ook in hout uit te voeren, met dezelfde plankbreedte als de gevel en het dak. Hierdoor zal het ontwerp aan zeggingskracht winnen. De kleur van de kozijnen van het nieuwe deel kan een andere kleur zijn dan de bestaande woning. Een driehoekig raam zal lastig te onderhouden zijn; goed om hier rekening mee te houden. Ten aanzien van het schilderen van de bestaande woning vraagt de commissie om aandacht te besteden de keuze van het verfsysteem, en om dit goed te specificeren. Dit moet een daarvoor geschikte minerale verf zijn (geen latex). Kies daarnaast voor een goede kleur, en maak het wit niet te wit.

De commissie houdt het plan aan.

Aanhouden.

2. Salvia 4

Omschrijving: nieuwbouw twee-onder-een-kap woningen

Architect: Stijl architectuur

  • Voorwaarde Omgevingsvergunning, 1e behandeling (beoordeling bemonstering)
  • Gebiedstype: Wederopbouw – stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Een architect van het bureau toont de toe te passen baksteen en de toe te passen metalen gevelbeplating. De metalen gevelbekleding met houtlook zal een mooie hoekoplossing krijgen.

Advies commissie

De commissie heeft op 24 juni 2024 positief geadviseerd over het plan, met als voorwaarde dat de bemonstering van het kleur- en materiaalgebruik nog ter beoordeling aan de commissie wordt voorgelegd. De commissie had ten aanzien van het kleur- en materiaalgebruik meegegeven dat er geen sprake zou moeten zijn van te grote contrasten, en dat het geheel niet te donker en te somber zou moeten ogen.

Met het ter beoordeling voorleggen van het kleur- en materiaalgebruik is aan deze voorwaarde voldaan. De getoonde steen is akkoord, mits er een lichtere voeg dan antraciet wordt toegepast. De commissie stelt vast dat op de geveltekeningen houten gevelbekleding wordt aangegeven (Cape Cod), terwijl er in de details een metalen gevelbekleding is getekend. Bij voorkeur wordt de gevel uitgevoerd in houten gevelbekleding (Cape Cod) zoals op de geveltekeningen is aangegeven. De geprofileerde aluminium gevelbekleding zoals getoond is daarnaast ook denkbaar, mits uitgevoerd in een passende kleur en zonder houtnerfmotief.

Geprofileerde aluminium gevelbekleding met houtnerfmotief roept twijfels op bij de commissie wat betreft de esthetische duurzaamheid (of, en zo ja hoe, er bij dit product sprake is van veroudering).

Positief (voldaan aan voorwaarde)

3. Matena'spad 77 BS (DR)

  • Omschrijving: verbouwing
  • Architect: Stijl architectuur
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht het plan toe. De voorgestelde wijzing van de voorgevel tast het uiterlijk niet aan, en is denkbaar. Wel merkt het vakteam op dat op tekening wordt aangegeven dat de tussenruimte die ontstaat bij enkele raamopeningen, gebruikt zal worden als vitrine/ruimte voor reclame. Het aanbrengen van een reclame-uiting is vergunningplichtig, maar maakt geen onderdeel uit van deze aanvraag en is daarom niet beoordeeld.

Materialisering en kleur van de voorgestelde wijziging van de achter- en rechterzijgevel is als bestaand. Ter hoogte van de eerste verdieping wordt een deuropening dichtgezet met dezelfde baksteen als bestaand. Het vakteam adviseert om dit metselwerk iets terugliggend uit te voeren (voorwaarde). Concluderend adviseert het vakteam Erfgoed onder een voorwaarde positief over het plan.

De architect licht het plan toe. In hoofdzaak betreft het een interne verbouwing. Aan de buitenkant wordt er een trap toegevoegd. Er is contact geweest met de oorspronkelijk architect, dhr. De Kock. Het pand was aanvankelijk bedoeld als schoolwoningen; een school die later op een relatief eenvoudige manier tot woningen zou kunnen worden verbouwd. De in dit kader gemaakte trapsparingen blijven behouden en worden nu slechts dichtgezet. Ook de kozijnen blijven overwegend behouden, en worden in enkele gevallen vanwege de gewijzigde indeling aan de binnenzijde dichtgezet. Het kozijn kan dan bijvoorbeeld dienen als een etalage (shadowbox). Op één plek wordt de gevelopening dichtgemetseld. Ter plaatse van de begane grond komt een uitbreiding in hetzelfde materiaal als de bestaande gevel.

Advies commissie

Het plan is op hoofdlijnen akkoord. Op één punt overtuigt het plan nog niet: de wijze waarop de vensters worden dichtgezet. De commissie vraagt om dit op een zo consequent (overal in het plan op dezelfde wijze), reversibel (later makkelijk weer aan te passen) en goed bereikbaar mogelijke manier te doen. Gevelopeningen hierbij niet dichtmetselen, maar de desbetreffende kozijnen behouden en aan de binnenzijde dichtzetten. Goed denkbaar is bijvoorbeeld een oplossing die functioneert als luik / uitneembaar paneel. De commissie vraagt om het plan hierop aan te passen. Een hierop aangepast plan kan ambtelijk worden beoordeeld.

De commissie merkt tenslotte op dat reclame geen onderdeel uitmaakt van deze aanvraag, en daarom niet is beoordeeld.

Aanhouden

4. Sint Jacobsplein 71-80 BS (DR)

  • Omschrijving: het vervangen van kozijnen
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het vervangen van kozijnen betreft, van een in beschermd stadsgezicht gelegen complex. Voorgesteld wordt om de bestaande houten kozijnen te vervangen door kunststofkozijnen met een verdiept profiel.

Binnen beschermd stadsgezicht is het gebruik van kunststof kozijnen, op grond van de hier geldende welstandscriteria, niet akkoord. Echter, het betreft hier een relatief nieuw appartementencomplex dat niet in een historische omgeving/ context is gesitueerd. Wat betreft het vakteam zou het plaatsen van kunststof kozijn in deze specifieke situatie onder voorwaarden voorstelbaar kunnen zijn, wanneer:

- de uiterlijke maatvoering en indeling overeen moet komen met het oorspronkelijke (gemaatvoerde detailtekeningen bestaande en nieuwe situatie);

- het uiterlijk van de hoekverbindingen wordt uitgevoerd als bestaand (productinformatie);

- de ventilatie toevoer voorziening, welke nu in het glasvlak is gerealiseerd, dusdanig wordt aangebracht dat deze uit het zicht wordt onttrokken.

Advies commissie

Het in beschermd stadsgezicht toepassen van kunststof kozijnen is in strijd met de hier geldende welstandscriteria, en is in beginsel daarom niet akkoord. Echter, de openbare ruimte van waaruit de kozijnen zichtbaar zullen zijn is een niet heel prominente / zichtbare plek in de binnenstad (een uitzondering binnen beschermd stadsgezicht), deze openbare ruimte is nagenoeg geheel omringd door nieuwbouw en het betreft een relatief nieuw complex. Gezien deze specifieke omstandigheden kan de commissie bij uitzondering akkoord gaan met het vervangen van houten kozijnen door kunststof kozijnen, mits:

-er kozijnen met een blokprofiel wordt toegepast

-de kozijnen haakse verbindingen krijgen (geen verstek in de hoek)

-het kozijnen betreft met een lage glansgraad (niet glimmend)

-ventilatieroosters verborgen (niet zichtbaar) zijn gedetailleerd

-de uiterlijke maatvoering en indeling overeenkomt met de oorspronkelijke situatie (gemaatvoerde (detail)tekeningen van de bestaande en de nieuwe situatie)

Een hierop aangepast / aangevuld plan kan ambtelijk worden beoordeeld. Tenslotte vraagt de commissie aandacht voor het op de voorgestelde wijze vervangen van de kozijnen. Kozijnen hebben soms een dragende functie. De commissie vraagt aandacht voor het goed nagaan van de gevolgen van het plan voor de constructieve integriteit.

Aanhouden

5. Voorstraat 453 RM (DR)

  • Omschrijving: Uitgraven van een kelder en het vervangen van een gekraakte begane grondvloer Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat de commissie in 2022 een plan heeft beoordeeld voor dit pand, als onderdeel van een aanvraag voor het renoveren, splitsen en herinrichten van 3 monumenten. Deze werkzaamheden zijn nog in uitvoering. Tijdens het uitvoeren van de werkzaamheden zijn gebreken geconstateerd aan de begane grondvloer van nummer 453. Het nu voorliggende plan betreft het vervangen van de gekraakte begane grondvloer en het uitgraven van een aanwezige kelder van nummer 453.

Het plan is nog niet definitief, omdat nog niet duidelijk is wat er zich onder de vloer bevindt. Er is, via een aan de voorzijde van het pand gemaakt inspectiegat, geconstateerd dat er onder de granitovloer (die aan de bovenzijde is afgewerkt met linoleum met daaronder een laag stampbeton) een zandlaag aanwezig is. Deze zandlaag is dusdanig verzakt/ingeklonken, dat de vloer hierdoor niet meer wordt ondersteund. Als gevolg hiervan hangt de vloer ernstig door, en is deze plaatselijk gebroken. Op ongeveer 1,60 meter onder de nu aanwezige vloer is een tegelvloer aangetroffen van een oude kelder.

Er wordt nu als eerste toestemming gevraagd om de doorhangende vloer in zijn geheel te verwijderen, om vervolgens de ruimte hieronder te ontgraven en zo de kelder zichtbaar te maken. Wanneer duidelijk in kaart kan worden gebracht wat er onder de huidige vloer aanwezig is, zal het plan verder definitief gemaakt worden. De verwachting is dat de kelder gelijk zal zijn aan de kelder van het naastliggende pand (nr. 457), waar deze op eenzelfde wijze is teruggebracht. Wanneer duidelijk is wat de afmetingen zijn van de oorspronkelijke kelder, zal een definitief plan voor de indeling en de opbouw van begane grondvloer opgesteld worden.

Voorgesteld wordt om de nieuwe begane grondvloer uit te voeren als combinatievloer. De nu aangeleverde informatie betreft enkel algemene productinformatie omdat nog niet duidelijk is hoe de onderliggende situatie, na het verwijderen van zand, in de praktijk zal zijn.

De definitieve (gemaatvoerde) (detail)tekeningen van de nieuwe vloer hadden wellicht al ter beoordeling aangeleverd kunnen worden, omdat deze verder zonder ondersteuning aangebracht kan worden. De exacte locatie van de trap naar de kelder kan later definitief vastgesteld worden wanneer duidelijk is wat de situatie onder de huidige vloer nu is.

Voor het aanbrengen van deze voorgestelde vloer zullen, zoals ook bij een houten vloer het geval zou zijn, diverse inkassingen voor de oplegging van de lateibalken gemaakt moeten worden. Maatvoering/tekenwerk hiervan ontbreekt nog.

Het is voorstelbaar dat de begane grondvloer in deze situatie in zijn geheel verwijderd zal moeten worden. De vloer hangt fors door en is reeds gebroken omdat deze onvoldoende wordt ondersteund. Op deze vloer zijn verder geen binnenwanden aanwezig. Wel ondersteunt deze vloer de verdiepingstrap, die een indifferente monumentenwaarde heeft.

Concluderend is het plan, mede gezien de conditie van de begane grondvloer, wat betreft het vakteam Erfgoed voorstelbaar. Wel moet er nog een definitief plan met de benodigde gemaatvoerde (detail)tekeningen voor de nieuwe begane grondvloer ter beoordeling worden voorgelegd. Het vakteam geeft aan dat dit verder los staat van de situatie die onder de bestaande begane grondvloer aangetroffen zal worden.

De eventuele wijziging/verplaatsing voor een trap naar de kelder kan later vastgesteld worden.

Verder moet goed worden aangegeven dat deze aanvraag enkel het ontgraven van de vermoedelijke kelder betreft, en het vernieuwen van de begane grondvloer. Verdere werkzaamheden aan en/of in de vermoedelijke kelder zal apart moeten worden bekeken en beoordeeld. Tevens mag er, vanuit het behoud van archeologisch waarden, in eerste instantie niet verder worden ontgraven dan de oorspronkelijke vloertegels van de kelder.

Advies commissie

De concrete nu voorliggende vraag is of de bestaande begane grondvloer mag worden verwijderen en of eronder mag worden afgegraven. De huidige vloer lijkt niet meer te kunnen worden hersteld. De commissie is daarom akkoord met het verwijderen van de huidige begane grondvloer, zodat er onderzoek naar de kelder kan worden gedaan en er ontgraven kan worden.

De voorgestelde nieuwe vloer is niet akkoord. Een broodjesvloer is geen geëigende oplossing voor het hier maken van een nieuwe vloer. Het tekenwerk moet aangevuld / verbeterd worden. De commissie merkt daarnaast op dat er oorspronkelijk een split level aanwezig was. De commissie houdt het plan aan.

Aanhouden (akkoord op verwijderen vloer en ontgraven)

6. Kuipershaven 3 GM (DR)

  • Omschrijving: het isoleren van wanden en plafond in keuken en vernieuwen raamkozijn
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het renoveren van de keuken en vervangen van een raamkozijn betreft. De werkzaamheden zijn grotendeels uitgevoerd.

In de keukenruimte, ter hoogte van de verdieping in de achteraanbouw, worden tegen de buitengevels geïsoleerde achterzetwanden geplaatst, en zal het plafond geïsoleerd worden.

Het raam en kozijn nabij de keuken, in de zijgevel van de aanbouw, is reeds vervangen door een kunststof venster met een draaikiepraam, dubbele beglazing, een ventilatierooster in het glasvlak en een dichtpaneel aan de onderzijde.

Het isoleren en aanbrengen van achterzetwanden tegen het buitenmuurwerk is voorstelbaar. Op de detailtekeningen wordt ook goed aangegeven dat rekening wordt gehouden met het voorkomen van een eventueel damppunt in de isolatielaag.

Het kunststof raamkozijn is niet passend is bij een monument en tast de monumentwaarden aan. Het past eveneens niet bij de kwaliteit van het beschermde stadsgezicht en het historische stadsbeeld, en het toepassen van een draaikiepraam en zichtbare ventilatievoorziening is niet akkoord. Uit aangeleverde foto’s blijkt dat de ramen en het kozijn waren uitgevoerd in hout, met twee naar buiten draaiende ramen. Niet duidelijk is hoe de oorspronkelijke situatie was aan de boven- en onderzijde van dit raamkozijn. Dit dient nader aangetoond te worden.

Concluderend is het aanbrengen van isolatie en achterzetwanden nabij de keuken wat betreft het vakteam Erfgoed voorstelbaar. Het toepassen van een kunststof raamkozijn met draaikiepraam en een ventilatievoorziening in het glasvlak is niet akkoord. Het vervangen van het raamkozijn door een raamkozijn conform de oorspronkelijke uitvoering (detaillering en materialisering) is voorstelbaar. Ten behoeve van verduurzaming zouden de nieuwe houten ramen kunnen worden voorzien van bijvoorbeeld een vacuümbeglazing

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond en geeft aan er niet van op de hoogte te zijn dat het pand een gemeentelijk monument is. De keuze voor het hier maken van een kunststof kozijn heeft deels te maken met de beperkte bereikbaarheid van het kozijn. Daarnaast is het bij een houten kozijn noodzakelijk om de gevel onder het kozijn op te metselen, bij een kunststof kozijn niet.

Advies commissie

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. De voorgestelde na-isolatie is akkoord, evenals als de voorgestelde gewijzigde keuken.

Niet akkoord is het vervangen van het houten kozijn door een kunststof kozijn. Bij monumenten is plaatsen van kunststof kozijnen niet passend en dit is daarom niet denkbaar. Eveneens niet denkbaar is een uitvoering van het kozijn met draaikiepraam en met zichtbare ventilatieroosters. Gezien de aantasting van monumentale waarden die een en ander tot gevolg heeft, is dit niet akkoord.

Het vervangen van het kozijn door een houten kozijn conform de oorspronkelijke situatie is denkbaar (oplossingsrichting). De commissie vraagt om in overleg met het vakteam Erfgoed te zoeken naar een oplossing. Opmetselen onder een kozijn is ook bij een houten kozijn niet noodzakelijk.

Negatief (kunststof kozijn), deels positief (na-isolatie en keuken)

7. Groenmarkt 78 RM (DR)

  • Omschrijving: uitvoeren van vergunningplichtige onderhoudswerkzaamheden
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het uitvoeren van vergunningplichtige onderhoudswerkzaamheden betreft: het geheel vernieuwen van het voegwerk en gevellood van de aangegeven schoorstenen, het geheel vernieuwen van het gevellood boven het platte dak nabij de voorgevel en het uitvoeren van het schilderwerk in de achtergevel waar een kleuromslag zal plaatsvinden. Plaatselijk herstel, waarbij materiaal en detaillering ongewijzigd zullen blijven, kan vergunningsvrij worden uitgevoerd (o.a. panbedekking nalopen, nokvorsten aansabelen, plaatselijk herstel houtwerk e.d.). De werkzaamheden aan het voegwerk en het gevellood zijn reeds grotendeels uitgevoerd. De kwaliteit van het oude gevellood is niet te beoordelen omdat dit niet meer aanwezig is. Het nieuwe gevellood wordt volgens de aangeleverde beschrijving uitgevoerd in 18 ponds bladlood.

Deze werkzaamheden zijn wat betreft het vakteam Erfgoed voorstelbaar. Wel wordt opgemerkt dat de wijze waarop het gevellood en de loketten worden aangebracht niet in de werkomschrijving wordt aangegeven. Het gevellood dient, in verband met krimp en rek bij temperatuurverschillen, verwerkt te worden in stroken van maximaal één meter lengte met onderlinge overlapping van minimaal 8 cm en van de weerzijde af overlappend. Tevens dient het bladlood voldoende diep (minimaal 3cm diep in de voeg) aangebracht te worden. Het reeds aangebrachte gevellood aan de achterzijde van de topgevel, boven het platte dak, voldoet niet aan deze criteria en dient dan ook opnieuw aangebracht te worden.

Het gehele voegwerk van enkele schoorstenen, nabij het platte dak gedeelte bij de voorgevel, is geheel verwijderd. In de werkomschrijving is aangegeven dat het voegwerk op enkele plaatsen plaatselijk hersteld zal worden en dat de samenstelling van dit nieuwe voegwerk bestaat uit schelpenkalk, voegmortel en een deel zand. Bij plaatselijk herstel moet het slechte voegwerk voldoende diep uitgehakt worden. De samenstelling van dit nieuwe voegwerk dient aangepast op de kleur en samenstelling van het oorspronkelijke metsel- en voegwerk en op de hardheid van de bakstenen. Om te bepalen of het nieuwe voegwerk het oorspronkelijke voegwerk zo goed mogelijk zal benaderen, moeten er eerst enkele proefmonsters worden geplaatst om deze goed op kleur te kunnen beoordelen. Het nieuwe voegwerk van de schoorstenen dient in dezelfde kleur uitgevoerd te worden als het overige voegwerk van het pand. Het reinigen van het muurwerk, door middel van enkel stoom wat het muurwerk verder niet zal aantasten, is wat betreft het vakteam

Wat betreft de kleuromslag is de volgende kleurstelling in Dordtse kleuren wat betreft het vakteam voorstelbaar:

  • Achtergevel: ramen - Wantij, kozijnen - Gele oker, windveer en dekker (plank) – Gele oker, hekwerk : Metaal of Reusgroen of Ruttengroen
  • Voorgevel: kozijnen: Bentheimer , ramen: conform bestaand

Concluderend wordt er vanuit het vakteam Erfgoed positief geadviseerd op het plan, mits:

-het bladlood op de juiste wijze wordt aangebracht

-de kleur/hardheid van het nieuwe voegwerk (na het aanbrengen en het vooraf ter beoordeling voorleggen van enkele proefmonsters) wordt afgestemd met het vakteam Erfgoed.

Advies commissie

De commissie is positief over het feit dat uit het plan blijkt dat het pand goed onderhouden wordt. De voorgestelde kleuromslag is positief, en is akkoord. De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. Het plan is akkoord, mits (voorwaarden):

-het bladlood op de juiste wijze wordt aangebracht

-de kleur/hardheid van het nieuwe voegwerk (na het aanbrengen en het vooraf ter beoordeling voorleggen van enkele proefmonsters) wordt afgestemd met het vakteam Erfgoed. Van belang bij de keuze van de voegmortel is dat deze zachter moet zijn dan de steen.

De invulling van deze voorwaarden kan door het vakteam Erfgoed worden beoordeeld.

Positief met voorwaarden

8. Stationsplein 1 t/m 4 RM (SH) (Markettenweg)

  • Omschrijving: Vervangen kabelgoten perronoverkappingen Station Dordrecht
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het vervangen van de kabelgoten betreft bij de perronoverkapping en de perronluifel van Station Dordrecht. De bestaande kabelgoten en kabelkokers bestaan uit verschillende typen van (in de loop van de tijd) verrommelde kabelgoten en kokers in staal en/of een witte kleurstelling. Vanwege de nu te beperkte omvang, en het jarenlang maken van provisorische aanpassingen, worden deze kabelgoten vervangen door nieuwe exemplaren. Zodoende kan er weer een verzorgd beeld wordt gerealiseerd, en kan er op een verantwoorde wijze verticaal transport van kabels plaatsvinden.

Op tekening is zichtbaar dat de nieuwe kabelgoten fors breder worden dan de bestaande kabelbanen en kabelkokers. Een belangrijk verschil is echter dat de nieuwe kabelgoten in de kleur van het dakbeschot of de dakconstructie worden gespoten. Hierdoor zullen de nieuwe kabelgoten in het beeld minder dominant aanwezig zijn. Door gebruik te maken van de aanwezige bevestigingspunten vindt er geen fysieke aantasting plaats van het monument.

Weliswaar is het jammer dat de kabelgoten een stuk zwaarder worden uitgevoerd dan de bestaande situatie, maar het beter verzorgde beeld dat dit oplevert, in een passende kleurstelling, is daarentegen positief. De overmaat van de nieuwe kabelgoten zorgt ervoor dat eventuele nieuwe of aangepaste installaties zouden kunnen worden ingepast, zonder dat dit onmiddellijk zou leiden tot een verrommeling van het beeld zoals nu het geval is. Het vakteam adviseert positief over het plan.

Advies commissie

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. Het vervangen van de kabelgoten tast de monumentale waarden niet aan. Het plan leidt tot een verbetering van het beeld ten opzichte van de bestaande situatie, en vanwege de overmaat in de nieuwe kabelgoot zal er ook in de toekomst geen sprake zijn van een verrommeld beeld. De commissie adviseert positief.

Positief

9. Grote Appelsteiger 2 GM (SH)

  • Omschrijving: Herziening vergunning t.a.v. interne renovatie
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische binnenstad
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat de commissie In 2024 positief heeft geadviseerd over het plan voor het splitsen, renoveren en restaureren van de panden aan de Voorstraat 243 – 247 en Grote Appelsteiger 2 – 4. Grote Appelsteiger 2 is verkocht, en de restauratie en renovatie van dit pand is ondertussen al vergevorderd.

In het algemeen kan worden gesteld dat de werkzaamheden met zorg en aandacht worden uitgevoerd. Er is regelmatig contact met het vakteam, en planwijzigingen worden netjes besproken en toegelicht. In het kader van een aantal planwijzigingen wordt nu een complete herzieningsvergunning aangevraagd zodat – vooral op detailniveau – zaken anders uitgevoerd kunnen worden dan in de vergunning voor de panden aan de Voorstraat 243 – 247 en Grote Appelsteiger 2 – 4 is vastgelegd.

Door de eigenaar is in overleg met het vakteam besloten om uit te gaan van een volledig capillair actief isolatiesysteem met Isovlas. Op deze wijze is het behoud van zowel de kapconstructie als de vloeren met moer- en kinderbinten beter gegarandeerd. Dit is van toepassing op het detail van de gootaansluiting met getimmerde goot en verholen goot.

Bij de verholen goot is in overleg met het vakteam besloten om hier EPDM toe te passen in plaats van het eerder vergunde zink. Hoewel zink altijd de voorkeur heeft, was dit op deze locatie technisch vrijwel niet uitvoerbaar. De goot heeft hier een beloopbare breedte van niet meer dan 100 millimeter die op enkele punten verder versmalt en wijkt. Daarnaast is deze goot vrijwel niet toegankelijk zonder steigerwerk, wat het inspecteren en onderhouden bemoeilijkt. Het verhogen van de goot kon door de aansluitende daken helaas niet. Het vakteam kan zich in deze uitzonderlijke situatie vinden in de toepassing van EPDM. Het risico op schade van de middeleeuwse kap en de moeilijke uitvoerbaarheid van een zinken goot maken dat dit in deze situatie te verantwoorden is.

Het pand kent verder een wat merkwaardige patio tussen twee bouwdelen in op de eerste verdieping, overdekt door het dakterras. In de eerder afgegeven vergunning was hier geen detailtekening voor aangeleverd. Voorgesteld wordt deze overeenkomend met de vergunningstekeningen van boven te isoleren met een PIR-isolatieplaat en bitumen. Dit komt overeen met de uitgangspunten van het verdere project en is voor het vakteam geen bezwaar.

Bij de vloerconstructie van de eerste verdiepingsvloer wordt – in tegenstelling tot de vergunning – een zwevende dekvloer voorgesteld, zodat de moerbinten- met kinderbinten aan de onderzijde in het zicht kunnen blijven en geen (brandwerend) plafond noodzakelijk is. De zwevende dekvloer resulteert niet in problemen met aansluitingen van vensteropeningen en/of zijn oplosbaar omdat het nieuwe invullingen betreffen. Dat de balklaag in het zicht gehouden wordt is voor het monument positief. Zodoende adviseert het vakteam hierop ook positief. Bij de vloerconstructie van de tweede verdiepingsvloer blijft de vloerconstructie eveneens gehandhaafd en aan de onderzijde in het zicht.

Op plattegrondniveau kent het plan enkele kleine wijzigingen die niet bezwaarlijk zijn voor het monument. Bijvoorbeeld het vervangen van de indifferente binnendeur in de indifferente binnenmuur voor een dubbele taatsdeur. Datzelfde geldt bijvoorbeeld voor het iets vergroten van de badkamer.

Concluderend adviseert het vakteam positief over het plan, en is het vakteam blij met de communicatie en de kwaliteit van uitvoering.

Advies commissie

De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. De voorgestelde wijzigingen ten aanzien van het pand Grote Appelsteiger 2, ten opzichte van de verleende vergunning voor het splitsen, renoveren en restaureren van de panden aan de Voorstraat 243 – 247 en Grote Appelsteiger 2 – 4, zijn akkoord. De commissie adviseert positief.

Het ter plaatse van de verholen goot toepassen van EPDM n plaats zink is in beginsel niet denkbaar. Echter, dat het maken van een zinken goot op deze locatie en in deze situatie technisch vrijwel niet uitvoerbaar is, is wat betreft de commissie voldoende aannemelijk gemaakt. Bij uitzondering is het in deze uitzonderlijke situatie daarom akkoord om EPDM toe te passen. Het risico op schade aan de middeleeuwse kap en de moeilijke uitvoerbaarheid van een zinken goot maken dat dit in deze situatie te verantwoorden is, gelet op het belang van het behoud van monumentale waarden.

Positief

10. Arentsburg 63

  • Omschrijving: Het realiseren van een uitbouw van het dak
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerfwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Voorgesteld wordt het schuine dakvlak aan de voorzijde door middel van een dakopbouw recht te trekken. Dakopbouwen met een vergelijkbare massa en opzet zijn eerder bij dit type woning (zelfde architectuur) in deze buurt gerealiseerd, zoals bijv. nr. 62 (advies in verslag d.d. 08-11-2021). Op hoofdlijnen is het plan denkbaar.

Kenmerkend voor de bestaande architectuur is de hoofdopzet met gemetselde schijven, met daartussen bandramen en gevelbetimmering. Door een bandraam toe te passen sluit het plan goed aan bij de karakteristieken van de bestaande architectuur. Het plan is akkoord, er wordt positief geadviseerd.

Positief

11. Assumburg 91

  • Omschrijving: het realiseren van een dakopbouw
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerfwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Vergelijkbare dakopbouwen zijn eerder gerealiseerd bij woningen met deze architectuur in deze buurt.

Het gevelontwerp heeft een logische relatie met de onderliggende gevel, en het kleur- en materiaalgebruik is afgestemd op de bestaande architectuur. Het plan is akkoord. Het kenmerkende gootdetail wordt in de dakopbouw overgenomen; dat is positief. Als aanbeveling wordt meegegeven om afstand te houden tot het gootdetail (linker- en rechter bovenhoek kozijn op dezelfde afstand van het gootdetail als in de bestaande gevel).

Positief met aanbeveling

12. Balsa 31

  • Omschrijving: Het realiseren van een opbouw op de huidige garage
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonwijken na 1990
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het realiseren van de een dakopbouw op de bestaande garage is voorstelbaar. De dakopbouw voldoet aan de criteria voor dakopbouwen. Een voorwaarde is dat de dakopbouw en garage een eenheid vormen in materialisatie en kleurgebruik. Daarnaast mogen er geen ramen zitten in de gevel grenzend met de buren.

Positief met voorwaarde

13. Hendrik Triplaan Noord 1

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel aan de linker zijkant van een hoekwoning
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
  • Welstandsniveau: Regulier

Niet beoordeeld

14. Kasperspad 34 BS (DR)

Omschrijving: Het plaatsen van zonnepanelen

Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

  • Gebiedstype: 19-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Intensief

Advies

Het voorliggende plan betreft het plaatsen van 11 zonnepanelen op het voordakvlak van de woning aan de Kasperspad 34 te Dordrecht, welke gelegen is in het beschermd stadsgezicht. In de nu geldende welstandsnota staat aangegeven dat zonnepanelen niet op een dakvlak mogen worden

aangebracht dat gericht is op of goed zichtbaar is vanuit de (semi-)openbare ruimte. De voorkeur gaat uit naar plaatsing van de voorziening op het achter- of zijdakvlak als deze zijde en de aan te

brengen voorzieningen niet te goed zichtbaar zijn vanaf de weg of het openbaar groen/water.

Vooruitlopend op de geplande verruiming van het welstandsbeleid zou het op deze locatie wel mogelijk zijn om zonnepanelen op het voordakvlak te plaatsen.

Vooruitlopend op deze geplande verruiming, is het plaatsen van zonnepanelen op het voordakvlak in deze situatie voorstelbaar zou zijn. Wel dienen de panelen op voldoende afstand van de dakranden geplaats te worden zoals in de welstandsnota staat aangegeven (voorwaarden):

• Tussen de nok en de bovenrand van de voorziening dient minimaal één pan te resteren.

• Tussen de goot en de onderrand van de voorziening dient minimaal één pan te resteren.

• Tussen dakkapel of schoorsteen en de randen van de voorziening dient minimaal één pan te

resteren.

• De voorziening mag niet ten koste gaan van de karakteristiek van de kapvorm.

De panelen dienen zoveel mogelijk als één gesloten vlak aangebracht moeten worden. Als suggestie wordt meegegeven dat de kleur van de zonnepanelen afgestemd zou kunnen worden op de kleur van

de dakpannen.

Positief met voorwaarden

15. Kinkelenburg 244

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerfwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

De dakkapel wordt als eerste geplaatst op dit blok en is hiermee trendsetter. De aanvraag voor deze dakkapel voldoet aan de criteria en is akkoord.

Positief

16. Noordendijk 380

Omschrijving: het realiseren van een herontwikkeling van het bestaande pand naar een zorginstelling

  • Architect: DAR Architect
  • Aanvraag omgevingsvergunning (wijz. verleende vergunning), 2e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stempelwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Op 31 maart 2025 heeft de commissie het plan beoordeeld. De commissie gaf aan op hoofdlijnen akkoord te zijn met de voorgestelde wijzigingen. De commissie waardeerde dat de wijzingen goed inzichtelijk zijn gemaakt op het tekenwerk. Ook op de nu ter beoordeling voorgelegde stukken zijn de wijzigingen goed inzichtelijk gemaakt.

Op 31 maart 2025 gaf de commissie aan niet akkoord te zijn met het (ten opzichte van de hoofdbebouwing) afwijkende gevelmateriaal van de aanbouw. De aanbouw huisvest niet een bijzonder programma, wat een dergelijk (ten opzichte van de hoofdbebouwing) afwijkend gevelmateriaal zou kunnen rechtvaardigen, maar een woonstudio. De commissie gaf aan dat het denkbaar is om deze woonstudio in hetzelfde materiaal uit te voeren als het hoofdgebouw, met als overgang van het hoofdgebouw naar de aanbouw een kleine verkenning die uitdrukt dat de aanbouw een uitzondering vormt op de hoofdmassa. Ook vroeg de commissie om te onderzoeken of de oriëntatie van deze woonstudio zou kunnen worden gedraaid. De gevelopeningen bieden nu uitzicht op de parkeerplaats, maar bij een gedraaide oriëntatie kan uitzicht op groen worden geboden. Tenslotte benoemde de commissie het op de aanbouw maken van een groendak als een kans. Dit zowel als een natuurinclusieve maatregel, als gelet op de verbetering van het uitzicht van de bewoners die zic

Hierop is het plan aangepast. De aanbouw heeft nu hetzelfde gevelmateriaal gekregen als het hoofdgebouw, en de aanbouw sluit op een zorgvuldige manier aan op het hoofdgebouw. Op de aanbouw wordt een groendak gemaakt. De gevelopening in de voorgevel ter plaatse van het souterrain is gewijzigd en lijnt uit met de daarboven gelegen gevelopeningen.

Onderzocht is of de oriëntatie van de woonstudio in de aanbouw zou kunnen worden gedraaid. Gebleken is dat een draaiing van de oriëntatie van de woonstudio niet het hiermee door de commissie beoogde uitzicht op groen zou opleveren. Het plan is daarom op dit punt niet gewijzigd.

Concluderend is met de gemaakte aanpassingen een goede invulling gegeven aan de door de commissie gemaakte opmerkingen. Het plan is akkoord. Volledigheidshalve wordt verwezen naar het advies van 16 mei 2022 ten aanzien van het oorspronkelijke plan, en de aan dat advies verbonden voorwaarde en meegegeven aanbevelingen.

Positief

17. Palissander 44

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakopbouw
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonwijken na 1990
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het plaatsen van de dakopbouw is voorstelbaar. De aanvraag voldoet aan de welstandsnota. De aanbouw wordt geplaatst naast een eerdere gerealiseerde dakopbouw. Een voorwaarde is daarom dat de hoogte wordt afgestemd op die van de buren.

Positief met voorwaarde

18. Papendrechtsestraat 1

Omschrijving: reclame en gevelwijziging

Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

  • Gebiedstype: Ontwikkelgebieden
  • Welstandsniveau: Ontwikkeling
  • Beeldkwaliteitplan Stadswerven

Advies

Het plan betreft reclame (de eerste in dit complex) en een gevelwijziging (openslaande deur vervangen door een dicht paneel) ter plaatse van een bedrijfsruimte in het door architectenbureau Klunder ontworpen complex.

Op zichzelf beschouwd is het realiseren van een reclame-uiting, wanneer die zich goed verhoudt tot het architectonische ontwerp van dit complex, voorstelbaar. De aanvraag is echter nog niet goed beoordeelbaar, zowel wat betreft de reclame als wat betreft de gevelwijziging. Niet inzichtelijk is gemaakt welk deel van het complex door dit bedrijf wordt gebruikt. De criteria ten aanzien van reclame voor gebouwen waarin meerdere bedrijven gevestigd zijn waarschijnlijk van toepassing. Ook is niet duidelijk hoe deze reclame-uitingen zich verhouden tot (de gevels van) het gehele complex. Geveltekeningen bestaand en nieuw ontbreken, waardoor een beoordeling van de reclame in relatie tot het grotere geheel nog niet mogelijk is. Op basis van de aangeleverde informatie lijkt er sprake van een overdaad aan reclame. Ook verhoudt het ontwerp, de omvang en de situering van de reclame zich niet goed tot de (zorgvuldige) architectuur van het complex. Het is raadzaam om hierover contact op te nemen met de oorspronkelijke arch

De gevelwijziging is nog niet beoordeelbaar, aangezien gevels en details van de bestaande en de nieuwe situatie volledig ontbreken.

Gevraagd wordt het plan conform de gemaakte opmerkingen aan te passen / aan te vullen. Het plan wordt aangehouden.

Aanhouden

19. Papendrechtsestraat 15

  • Omschrijving: balkonbeglazing
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Ontwikkelgebieden
  • Welstandsniveau: Ontwikkeling
  • Beeldkwaliteitplan Stadswerven

Advies

Het plan betreft het plaatsen van balkonbeglazing. Het betreft de eerste aanvraag voor het plaatsen van balkonbeglazing in dit door architectenbureau Klunder ontworpen complex, en wordt daarmee maatgevend (het na te volgen precedent) voor latere aanvragen ten aanzien van balkonbeglazing in dit complex.

Na aanvulling is het plan beoordeelbaar. Tevens is er door het secretariaat contact opgenomen met de oorspronkelijke architect in verband met een goede inpassing van de balkonbeglazing. De oorspronkelijke architect gaf een aantal randvoorwaarden mee ten aanzien van het plaatsen van balkonbeglazing:

- Glaspanelen zonder verticale zijprofielen

- Overige profilering en begeleiding in dezelfde kleur als het hekwerk van het desbetreffende balkon

- Indien bij een gebouw eenmaal een leverancier is gekozen, bij voorkeur bij volgende situaties

hetzelfde systeem toepassen.

Uit de aanvraag blijkt dat de balkonbeglazing achter de bestaande balustrade wordt gepositioneerd. Hierdoor is de verandering ten opzicht van het bestaande beeld relatief beperkt. De glaspenelen hebben geen verticale zijprofielen. De kleur van de profielen is identiek aan de kleur van het hekwerk van het balkon (RAL 7013).

Het plan is akkoord, er wordt positief geadviseerd. Opgemerkt wordt dat goedkeuring van de Vereniging van Eigenaren (VVE) een vereiste zal zijn ten aanzien van het realiseren van de balkonbeglazing.

Positief

20. Pijnenburg 5

  • Omschrijving: het uitbreiden van een schuine opbouw op de 2e verdieping van de woning
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerfwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Voorgesteld wordt het schuine dakvlak aan de voorzijde door middel van een dakopbouw recht te trekken. Dakopbouwen met een vergelijkbare massa en opzet zijn eerder bij dit type woning (zelfde architectuur) in deze buurt gerealiseerd, zoals bijv. nr. 62 (advies in verslag d.d. 08-11-2021). Op hoofdlijnen is het plan denkbaar.

Kenmerkend voor de bestaande architectuur is de hoofdopzet met gemetselde schijven, met daartussen bandramen en gevelbetimmering. Door een bandraam toe te passen sluit het plan goed aan bij de karakteristieken van de bestaande architectuur. Het plan is akkoord, er wordt positief geadviseerd.

Positief

21. Slangenburg 5

  • Omschrijving: reclame
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerfwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

De voorgestelde reclame-uitingen zijn op hoofdlijnen voorstelbaar. Grotendeels betreft het plan het vervangen van de reclame-uitingen van de voorheen hier gevestigde supermarkt. Reclame moet voldoen aan de welstandscriteria voor reclame. In omgevingen waar winkels, bedrijven en wonen gemengd voorkomen, geldt dat lichtreclames met verlichting tenminste tussen 22:00 uur en 06:00 uur uitgeschakeld moeten zijn.

Aanvankelijk voldeed het plan niet aan de welstandscriteria voor reclame. Hierop is het plan aangepast. Het nu ter beoordeling voorgelegde aangepaste plan is akkoord.

Positief

22. Twintighoevenweg 31

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel aan de voor- en achterzijde
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Tuinwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het voorstel betreft het plaatsen van een dakkapel aan de achterzijde en het vervangen van de bestaande dakkapel aan de voorzijde. De dakkapel aan de voorzijde verhoudt zich op een logische manier tot het hoofdgebouw voor wat betreft positionering en de verdeling van de ramen. Hiermee voldoet de aanvraag aan de welstandsnota. De dakkapel aan de achterzijde is niet vergunningvrij. Dakkapellen van een vergelijkbare omvang en situering op het dakvlak zijn eerder gerealiseerd bij woningen met deze architectuur.

Positief

23. Van Eesterenplein 81

Omschrijving: reclame

  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Woonwijken na 1990
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

De aanvraag betreft een verandering van de invulling van de bestaande reclame-uiting haaks op de gevel (wijziging invulling), en de verandering van de reclame-uiting (lichtbak) boven de entreedeur. In omgevingen waar winkels, bedrijven en wonen gemengd voorkomen, geldt dat lichtreclames / reclame met verlichting tenminste tussen 22:00 uur en 06:00 uur uitgeschakeld moeten zijn.

De gewijzigde invulling van de reclame-uiting haaks op de gevel is akkoord. Een wijziging van de reclame boven de deur is denkbaar, mits de reclame qua breedte blijft binnen de breedte van het bovenlicht van de dubbele entreedeur (niet voorbij zijstijlen pui). Hierop is het plan aangepast. Uit de nieuwe impressie blijkt dat de reclame, als gevolg van de aangepaste maatvoering, qua breedte blijft binnen de breedte van het bovenlicht van de dubbele entreedeur (de reclame steekt niet meer voorbij de zijstijlen van de pui). Het plan voldoet hierdoor aan het welstandscriterium dat reclame op of aan een gebouw qua kleur, materiaal en vormgeving goed past bij de bestaande architectuur. Het plan is akkoord, er wordt positief geadviseerd.

Positief

24. Wolbrandsstraat 24

  • Omschrijving: Het plaatsen van een nokverhoging
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Tuinwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

De aanvraag voor de dakopbouw is voorstelbaar. Op dit blok is er al een eerdere dakopbouw gerealiseerd die nagenoeg identiek lijkt aan deze aanvraag. Echter is op de tekening te zien dat de achtergevel niet in hetzelfde vlak zit met de eerder gerealiseerde. Voorwaarde is dat de achtergevel in hetzelfde vlak komt te liggen als de eerder gerealiseerde dakopbouw. De voorgestelde nokhoogte is wel identiek aan de eerder geplaatste.

Positief met voorwaarde

Kleine commissie | Verslag 11 juni 2025

Aanvang:    11.00 u. – 12.30 u. 
Locatie:    Stadskantoor, vergaderkamer 1
Aanwezig:     Mevr. A. Riel, mevr. A. Kruisinga (plv. lid), dhr. D. Smit (secretaris)
Afwezig:     Dhr. J. Baijense


1.    Kromhout 43 t/m 73B BS (DR)

  • Omschrijving: zonwering VvE Kromhout aan het Water 
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het plaatsen van zonwering betreft ter plaatse van de  in beschermd stadsgezicht gelegen appartementen 2 blokken van dit complex, Kromhout 43-73B. Het aanbrengen van zonwering is voorstelbaar. De aan te brengen zonwering dient, omdat het type/de kleur baksteen in het complex onderling verschillend is, passend te zijn. Per blok dient het doek van de zonwering met knik-arm gelijk van kleurstelling te zijn. In het voorliggende plan wordt aangegeven dat per blok gekozen kan worden uit vier varianten omtrent kleur voor het doek van de zonwering met knik-arm. Dit moet ook worden afgestemd met de oorspronkelijke architect van deze bebouwing zodat dit in lijn is met het ontwerp en er een definitieve keuze komt per blok.

Vakteam erfgoed ziet graag een definitieve kleurstelling tegemoet, die is afgestemd op de bestaande architectuur en die is overlegd met de oorspronkelijke architect. Ook wordt opgemerkt wordt dat de eventueel benodigde leidingen zoveel mogelijk uit het zicht aangebracht moeten worden.

De aanvragers hebben de vergadering bijgewoond, en geven aan dat de aanvraag alle drie de blokken betreft. De knikarmschermen worden allemaal dezelfde kleur. Het plaatsen van zonwering is overlegd met de oorspronkelijke architect van het complex, architectenbureau Kokon. Door de architect is aangegeven dat er wat betreft de geleiderails en de bovenbak naar een RAL kleur moet worden gezocht die de kozijnkleur van het desbetreffende kozijn benadert. Dit is RAL 8019 en RAL 1019 geworden. De schermen zelf krijgen een donkere kleur. Doorgaans wordt de zonwering in de dag geplaatst.

Advies commissie
De commissie is positief over het initiatief om voor de drie blokken waaruit dit complex bestaat, te zoeken naar een uniforme oplossing wat betreft zonwering. De voorgestelde kleuren en voorgelegde keuzes zijn in de basis goed voorstelbaar. 

Het is belangrijk dat dat de zonwering netjes op de kozijnen worden geplaatst. Voldoende inzichtelijk / beoordeelbaar moet zijn hoe de zonwering netjes op de kozijnen zal worden geplaatst. De commissie vraagt in dit verband om gevel- en detailtekeningen van de voorgevel aan de aanvraag toe te voegen, waaruit blijkt waar welke oplossing wordt voorgesteld. Een en ander is dan goed inzichtelijk / beoordeelbaar, en is goed vastgelegd. Ook wordt dan duidelijk waar het wel uitvoerbaar is, en waar niet. Waar kom je in de knoop (bijvoorbeeld als gevolg van de ventilatieroosters) en waar niet? De zonneschermen aan de achterzijde zijn goed voorstelbaar en zijn akkoord. De commissie vraagt om het plan hierop aan te vullen / aan te passen, en houdt het plan aan. Een hierop aangevuld plan kan ambtelijk worden beoordeeld. 

Aanhouden

2.    Stevensweg 102

  • Omschrijving: Vervanging en uitbreiding van de bestaande dakkapel en het van buitenaf isoleren van het dak
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Historische linten en kernen
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies commissie
Het plan betreft het vervangen en uitbreiden van de bestaande dakkapel op het zijdakvlak, en het van buitenaf isoleren van het dak. 

De impact op het beeld van de twee-onder-1 kapwoning, als gevolg van het ter plaatse van 1 woning van buitenaf isoleren van de kap, is relatief beperkt. Uit de stukken blijkt dat het gaat om een verhoging van het boeiboord van 5 cm. Dit is acceptabel en akkoord. De commissie vraagt aandacht voor de detaillering ter plaatse van de goot, gelet op een goede afvoer van hemelwater. 

Een nabijgelegen buurpand met eenzelfde architectuur heeft op het zijdakvlak een dakkapel van een vergelijkbare omvang als nu wordt aangevraagd. Gelet daarop is dit denkbaar. Ten opzichte van de bestaande situatie is er, als gevolg van de voorgestelde detaillering in de nieuwe situatie, sprake van een verbetering van het beeld. 

Concluderend adviseert de commissie positief, met als aandachtspunt de detaillering ter plaatse van de goot, gelet op een goede afvoer van hemelwater.

Positief, met aandachtspunt

3.    Laan van Europa 100

  • Omschrijving: het plaatsen van een reclamezuil bij ingang parkeerplaats
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Ontwikkelgebieden
  • Welstandsniveau: Ontwikkeling
  • Beeldkwaliteitsplan Amstelwijck 

Advies commissie
Het plaatsen van een reclamezuil bij de ingang van de parkeerplaats is op zichzelf beschouwd denkbaar. Conform de hier geldende beeldkwaliteitscriteria dienen dergelijke naamsaanduidingen in heel Amstelwijck uniform te zijn. Een zuil die qua hoogte, uitvoering en kleurbeeld conform de zuil ter plaatse van het buurperceel wordt uitgevoerd, is denkbaar. Gevraagd wordt het plan hierop aan te passen c.q. een en ander inzichtelijk te maken. Een hierop aangepast c.q. beter inzichtelijk gemaakt plan kan ambtelijk worden beoordeeld. Het plan wordt aangehouden. 

Aanhouden

4.    Dijkstraat 37 BS (WM)

  • Omschrijving: het maken van een dakopbouw
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling 
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad 
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht het plan toe. De aanvrager heeft aangegeven de gevel van de dakopbouw over  te willen schilderen in RAL 7001 (zilvergrijs) wanneer het echt niet anders kan. Wanneer RAL 7001 de kleur is van de originele door de oorspronkelijke architect ontworpen dakopbouw, dan is dat akkoord. Kozijnen zoals uitgevoerd kunnen dan behouden blijven. De rolluiken voor de raamkozijnen blijven wel antraciet, gelijk aan de kleur van de kozijnen. Dit is wel contrastrijk.

Advies commissie
De commissie heeft op 14 april 2025 aangegeven dat In de welstandscriteria is vastgelegd dat de eerste woninguitbreiding in een reeks het uitgangspunt is voor toekomstige uitbreidingen binnen de betreffende architectonische eenheid, en dat een dakopbouw identiek moet zijn aan een eerder op hetzelfde bouwblok geplaatste dakopbouwen. Het plan betreft een dakopbouw op een woning in een door Herman Herzberger ontworpen wijkje. Destijds is voor dit woningtype een dakopbouw ontworpen, die het uitgangspunt is (maatgevend) voor dakopbouwen op dit woningtype. 

De commissie stelt vast dat de (reeds gerealiseerde) dakopbouw op bepaalde punten hiervan afwijkt. In dit verband noemt de commissie de kleur van de gevel, de positie van gevelopeningen, de kozijnindeling en -detaillering en de hoogte van de daktrim.  Op 14 april 2025 concludeerde de commissie dat de dakopbouw in de huidige vorm daarom nog niet akkoord was. Als oplossingsrichting gaf de commissie mee dat het denkbaar zou zijn de gevel uit te voeren in een lichtgrijze kleur, conform de oorspronkelijke dakopbouwen. De overige punten waarop de dakopbouw afwijkend is, zullen dan minder in het oog springen en zijn dan acceptabel.

De commissie moet helaas vaststellen dat er in deze buurt een situatie is ontstaan waarbij sprake is van dakopbouwen met onderling verschillende kleuren. De commissie betreurt deze situatie, en de gevolgen daarvan voor de samenhang van het straat- en bebouwingsbeeld in dit zorgvuldig ontworpen wijkje. De commissie richt zich in het advies op het zoveel mogelijk bereiken van een nog enigszins eenduidig straatbeeld. De commissie gaat om die reden node akkoord met de voorgestelde donkere kleur. 

Positief (node akkoord)


5.    Augustijnenkamp 24 RM (SH)

  • Omschrijving: Wijzigen indeling en vernieuwen pui
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling 
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad 
  • Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat de voorgevel van het pand monumentwaarden heeft, maar dat alles daarachter dateert uit midden jaren '80. Het betreft een verplaatste voorgevel, die is opgenomen in een stadvernieuwingsblok aan het Augustijnenkamp. 

De aanvraag betreft het vervangen en wijzigen van de indeling van de pui in de achtergevel op de begane grond, het vervangen van de dubbele beglazing in de achtergevel door HR++ glas, het wijzigen van de indeling op de begane grond bij de trap, het wijzigen van de indeling op de verdieping bij de badkamer en het isoleren van de vloer met thermokussens. 
Met het wijzigen van de indeling van de begane grond en de eerste verdieping gaan geen monumentwaarden verloren. Ook het plaatsen van thermokussens onder de bestaande begane grondvloer is een passende ingreep.  Het vervangen van de dubbele beglazing door HR++ beglazing is passend, waarbij de bestaande detaillering gehandhaafd moet blijven. Door het ontbreken van detaillering kan echter nog niet worden geconcludeerd of dit het geval is. Het vakteam vraagt om principedetails aan te leveren die een en ander inzichtelijk maken.

De belangrijkste ingreep is het vervangen van de bestaande pui door een pui met een symmetrische dubbele openslaande deur, met aan weerszijden zijlichten en zonder bovenramen. In het ontwerp van de bestaande pui is destijds gekozen voor een asymmetrische kozijnindeling, die in de losse ramen van de eerste verdieping ook terugkomt. Alhoewel het vakteam zich afvraagt of een en ander passend is, gaan er als gevolg van deze ingreep geen belangrijke monumentwaarden verloren en het kan ook niet worden gezien als aantasting van het beschermd stadsgezicht. Het detailniveau van de nieuwe pui is erg summier. Een vrij generieke kozijnprofilering van houten kozijnen lijkt hier passend, maar of hier sprake van is kan nog niet worden vastgesteld. Het vakteam vraagt om principedetails aan te leveren die een en ander inzichtelijk maken.
De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond en licht het plan toe. De voorgevel zal niet worden gewijzigd. De achtergrond van het wijzigen van de indeling van de pui in de achtergevel op de begane grond is het verbeteren van het contact met de tuin vanuit de woning. 

Advies commissie
Gezien de bijzondere omstandigheid dat er in het midden jaren '80 een historische gevel voor een nieuwbouwwoning is geplaatst, stelt de commissie vast dat alleen de voorgevel van het pand monumentwaarden heeft. Het plan betreft een verbouwing van het pand  (achtergevel en intern), als gevolg waarvan de monumentwaarden niet worden aangetast. Ook worden als gevolg van het plan de cultuurhistorische waarden van het beschermde stadsgezicht niet aangetast. 

Het plan is akkoord, mits (voorwaarde) er in de nieuwe situatie glaslatten conform bestaand worden toegepast, zodat er geen sprake is van een verandering van het beeld c.q. de detaillering. 

Positief met voorwaarde

6.    Arentsburg 63 

  • Omschrijving: Het realiseren van een uitbouw van het dak 
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling 
  • Gebiedstype: Woonerven 
  • Welstandsniveau: Regulier 

Niet beoordeeld

7.    Azalea 1

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel aan de voorgevel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het voorgestelde plan voldoet aan de criteria en is daarom akkoord. 

Positief

8.    Ernst Casimirstraat 10

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel aan de achterzijde van de woning
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het plaatsen de een dakkapel aan de achterzijde van de woning is niet vergunningvrij omdat de dakkapel te hoog in de nok zit. In de nabije omgeving zijn vergelijkbare oplossingen gerealiseerd. De aanvraag is hiermee gelijk aan de eerder geplaatste en daarom voorstelbaar en akkoord. 

Positief

9.    Gravensingel 113

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het voorgestelde plan voldoet aan de criteria en is daarom akkoord.

Positief

10.    Haaswijkweg Oost 39

  • Omschrijving: opbouw op aanbouw achter woning
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling 
  • Gebiedstype: Historische linten en kernen
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het plan betreft het maken van een opbouw op de bestaande aanbouw aan de achterzijde van de woning, waarbij de kap van het hoofdgebouw wordt doorgetrokken. Vanuit de openbare ruimte is de uitbreiding beperkt zichtbaar. Over het plan is een positief stedenbouwkundig advies uitgebracht. Het op deze wijze uitbreiden van de woning is passend. Als aanbeveling wordt meegegeven om de gevelbekleding niet een te witte kleur te geven, gezien het contrast dat dit oplevert met het kleur- en materiaalgebruik van de bestaande woning. 

Opgemerkt wordt dat de kozijnindeling van de vensters in de voorgevel gewijzigd is. De nieuwe kozijnindeling is goed voorstelbaar, en het is een verbetering ten opzichte van de bestaande situatie. Deze gevelwijziging maakt geen echter onderdeel uit van deze aanvraag. 

Positief met aanbeveling

11.    Hooikade 11 BS (DR) 

  • Omschrijving: het realiseren van een dakterras op de aanbouw naast de woning 
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling 
  • Gebiedstype: Historische binnenstad 
  • Welstandsniveau: Intensief 

Advies

Het plan betreft het realiseren van een dakterras op de aanbouw naast de woning. Een dakterras moet conform het beeldkwaliteitsplan Binnenstad minimaal op een afstand van twee meter uit de gevel zijn gesitueerd, waarbij aandacht dient uit te gaan naar onder andere de vormgeving en detaillering van de toegepaste afscheidingen. Voorgesteld wordt om de balustrade uit te voeren als een open en fraai vormgegeven smeedijzeren hekwerk (met spijlen), wat passend is bij het woonhuis en in deze omgeving. De balustrade was aanvankelijk nog niet op een afstand van minimaal twee meter uit de gevel gesitueerd. 

Op 28 april 2025 gaf de commissie aan dat het plan denkbaar is, mits de balustrade tenminste 2 meter achter de gevellijn wordt gesitueerd. Hierop is het plan aangepast. Uit de tekening blijkt dat de balustrade op 2 meter achter de gevellijn is gesitueerd. Het plan is akkoord. 

Positief

12.    Mauritsweg 2 GM (DR)

  • Omschrijving: Verbouwing (legalisatie)
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 3e behandeling 
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies 
Op 12 mei 2025 gaf de commissie aan positief te zijn over het plan in de toen voorgelegde vorm. De voorafgaand aan die planbehandeling door de commissie gemaakte opmerkingen waren op een goede manier in het plan verwerkt, of zijn komen te vervallen.  De commissie gaf aan het advies van het vakteam Erfgoed en de daarin genoemde zaken te onderschrijven, en verbond dit als voorwaarden aan het advies: 
-toe te passen folies op het tekenwerk aangeven
-ter plaatse van het detail "bovenzijde daklicht" de waterkerend dampopen folie meer vloeiend aanbrengen, waardoor gootvorming wordt voorkomen en eventueel hemelwater gelijk wordt afgevoerd. 
-dampdoorlatende dakfolie voldoende ver in de onderliggende goten aanbrengen 
-zinkbekleding van de goten nabij de achteropstand met een haakkant uitvoeren
- zinkbekleding op de windveren aan de bovenzijde voorzien van enkele, naar het dak aflopende, opstanden 
-toepassing van monumentenbeglazing inzichtelijk maken
-een mogelijke kleuromslag afstemmen met het vakteam erfgoed.

De commissie gaf aan dat de invulling van deze voorwaarden, een hierop aangepast / aangevuld plan, ambtelijk kon worden beoordeeld. Naar aanleiding van het advies is het plan aangepast / aangevuld. Overwegend is dit een goede invulling van de door de commissie gemaakte opmerkingen. Wanneer een kleuromslag wordt overwogen, dan moet die kleuromslag voorafgaand aan de werkzaamheden worden afgestemd met het vakteam erfgoed. Mede gelet op het advies van het vakteam Erfgoed is het plan akkoord, mits (voorwaarde) de dampdoorlatende dakfolie voldoende ver in de onderliggende goten worden aangebracht.

Positief met voorwaarde 

13.    Meidoornlaan 37

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel aan de voorzijde van de woning
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
De aanvraag betreft de eerste dakkapel op dit blok. De dakkapel voldoet niet aan de breedtemaat van 50% van het dakvlak. De aanvraag zal hierop aangepast dienen te worden. Het plan wordt om deze reden aangehouden.

Aanhouden

14.    Nijhofflaan 38

  • Omschrijving: Het plaatsen van een nokverhoging
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het plaatsen van de nokverhoging naar het achterdakvlak gericht is voorstelbaar.
De gevelindeling van de nokverhoging volgt een logische verhouding tot het hoofdgebouw. 

Als sterke aanbeveling wordt meegegeven om de nokverhoging woningbreed uit te voeren,
om zodoende een verstoring van het straat- en bebouwingsbeeld (als gevolg van de verspringende noklijn) te voorkomen.

Positief met sterke aanbeveling

15.    Pijnenburg 5

  • Omschrijving: Het uitbreiden van een schuine opbouw op de 2e verdieping van de woning
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerven
  • Welstandsniveau: Regulier

Niet beoordeeld

16.    Pijnenburg 5

  • Omschrijving: Het uitbreiden van een schuine opbouw op de 2e verdieping van de woning
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerven
  • Welstandsniveau: Regulier

Niet beoordeeld

17.    Rudyard Kipling-erf 230

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel aan de achterzijde van de woning
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerven
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
De aanvraag voor de dakkapel aan de dakkapel aan de achterzijde van de woning is voorstelbaar. Op dit bouwblok zijn er meerdere vergelijkbare dakkapellen geplaatst waarbij de dakvoet doorloopt tot achtergevel. Om de eenheid te handhaven dient deze aanvraag daarom ook identiek te zijn aan de eerder geplaatste (voorwaarde). 

Positief met voorwaarde

18.    Schipbeekstraat 21

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Stempelwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies

Het plaatsen van de dakkapel aan de voorzijde van de woning past binnen de welstandnota. De dakkapel heeft een logische verhouding tot het hoofdgebouw wat betreft de kozijn-indeling en de plaatsing daarvan. Het plan is akkoord.

Positief

19.    Singel 23 BS (DR)

  • Omschrijving: het plaatsen van een carport 
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling 
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel 
  • Welstandsniveau: Intensief 

Advies

Op 17 maart 2025 heeft de commissie het plan beoordeeld. De commissie gaf aan het advies van het vakteam Erfgoed te onderschrijven. Het maken van een carport is denkbaar, mits er sprake is van een bouwwerk waarvan het kleur- en materiaalgebruik en de uitvoering voldoende passend is in beschermd stadsgezicht. 

Hierop is het plan aangepast en gewijzigd. Uit het nu ter beoordeling voorliggende plan blijkt dat er een andere uitvoering wordt voorgesteld, met twee kolommen in plaats van vier kolommen. De materialisering is gelijk gebleven. Uit de productomschrijving blijkt dat het frame zal worden uitgevoerd in aluminium, in de kleur tonzwart. Dit is wat betreft kleur- en materiaalgebruik op zichzelf beschouwd passend binnen beschermd stadsgezicht. De materialisering van het dak is ongewijzigd. Zoals ook eerder is aangegeven, is het toepassen van de voorgestelde materialisering (kunststof, polycarbonaat dakplaten) niet passend in beschermd stadsgezicht. De gewijzigde uitvoering van de carport (met twee kolommen / staanders) is onvoldoende passend in beschermd stadsgezicht. 

Op het plan in de huidige vorm wordt negatief geadviseerd, zowel vanwege de uitvoering als vanwege het kleur- en materiaalgebruik van het dak. Dit is onvoldoende passend in beschermd stadsgezicht. Herhaald wordt dat het maken van een carport denkbaar is, mits er sprake is van een bouwwerk waarvan het kleur- en materiaalgebruik en de uitvoering voldoende passend is in beschermd stadsgezicht. 

Negatief (met oplossingsrichtingen) 

20.    Singel 386 BS (DR) 

  • Omschrijving: Het vervangen van kozijnen 
  • Architect: Zondervan Architectuur 
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling 
  • Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel 
  • Welstandsniveau: Intensief 

Advies 
Op 31 maart 2025 heeft de commissie het plan beoordeeld. De commissie gaf aan dat het verwijderen van de voorzetramen een verbetering is. Het vernieuwen van de ramen, kozijnen en beglazing aan de voorzijde van de woning is wat betreft de commissie op zichzelf beschouwd denkbaar. Echter, de commissie stelde vast dat de bestaande situatie nog niet correct was getekend. De commissie vroeg om allereerst de bestaande situatie goed in beeld te brengen en correct te tekenen. Daarna kunnen de ingrepen goed worden beoordeeld. 

De commissie gaf op 31 maart 2025 aan het advies van het vakteam Erfgoed te onderschrijven. De bestaande maatvoering van de kozijnprofielen moet worden aangehouden. Glas-in-lood moet niet tussen dubbel glas worden geplaatst, gelet op de spiegeling en de verandering van het beeld die die tot gevolg heeft. Daar waar nu een schuifraam aanwezig is, kan niet een draaikiepraam worden gemaakt. Dit is wezensvreemd aan het beeld van een schuifraam. Een draairaam is wel denkbaar. Het toepassen van kleuren conform de Dordtse kleurenwaaier is goed denkbaar, en kan in overleg met het vakteam Erfgoed worden bepaald. 

Hierop is het plan aangepast c.q. aangevuld. De bestaande situatie is nu correct getekend. Op basis van dit tekenwerk is het plan beoordeelbaar. Achter de glas-in-lood panelen wordt achterzetbeglazing toegepast, waardoor het uiterlijk blijft zoals bestaand. De zijramen van kozijn 1 (verdieping) worden uitgevoerd als draaikiepramen. Het aanzicht aan de buitenzijde wijzigt hierdoor niet. Deze zijramen zijn in de huidige situatie geen schuifraam, en dit is daarom denkbaar.

Concluderend is het plan in de nu voorgelegde vorm, mede gelet op het positieve advies van het vakteam Erfgoed, akkoord. 

Positief

21.    Slangenburg 5 

  • Omschrijving: het vervangen van een gaskoeler
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling
  • Gebiedstype: Woonerfwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies 
Op het desbetreffende dakvlak is al een vergelijkbare installatie aanwezig. De nieuwe installatie heeft een kleinere omvang dan de bestaande installatie. De verandering ten opzichte van de bestaande situatie is beperkt. De commissie adviseerde op 26 mei 2025 positief, mits de installatie wordt uitgevoerd in een middengrijze kleur. Uit de technische specificaties van de installatie blijkt dat de omkasting van de installatie zal worden uitgevoerd in de kleur RAL 7035. Zodoende kan geconcludeerd worden dat er sprake is van een voldoende terughoudende kleurstelling. Het plan is akkoord. 

Positief

22.    Twintighoevenweg 31

  • Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Tuinwijken
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het voorstel betreft het plaatsen van een dakkapel aan de achterzijde en het vervangen van de bestaande dakkapel aan de voorzijde. De dakkapel aan de voorzijde verhoudt zich op een logische manier tot het hoofdgebouw voor wat betreft positionering en de verdeling van de ramen. Hiermee voldoet de aanvraag aan de welstandsnota. 
De dakkapel aan de achterzijde is vergunningvrij en daarom akkoord.

Positief

23.    Van Eesterenplein 81

  • Omschrijving: reclame 
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Woonwijken na 1990
  • Welstandsniveau: Regulier

Advies
De aanvraag betreft een verandering van de invulling van de bestaande reclame-uiting haaks op de gevel (wijziging invulling), en de verandering en vergroting van de reclame-uiting (lichtbak) boven de entreedeur. In omgevingen waar winkels, bedrijven en wonen gemengd voorkomen, geldt dat lichtreclames / reclame met verlichting tenminste tussen 22:00 uur en 06:00 uur uitgeschakeld moeten zijn.

De gewijzigde invulling reclame-uiting haaks op de gevel is akkoord. Een wijziging van de reclame boven de deur is denkbaar, mits de reclame qua breedte blijft binnen de breedte van het bovenlicht van de dubbele entreedeur (niet voorbij zijstijlen pui). Een geveltekening die dit inzichtelijk zou kunnen maken ontbreekt, maar uit de impressie blijkt dat de nieuwe reclame aan weerszijden uitsteekt. Gevraagd wordt het plan hierop aan te passen, om zodoende te voldoen aan het welstandscriterium dat reclame op of aan een gebouw qua kleur, materiaal en vormgeving goed past bij de bestaande architectuur. Het plan wordt aangehouden.

Aanhouden

24.    Voorstraat 316 RM (DR) 

  • Omschrijving: wijziging indeling begane grond en reclame-uiting 
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling 
  • Gebiedstype: Historische Binnenstad 
  • Welstandsniveau: Intensief

Advies
De commissie heeft het plan op 26 mei 2025 beoordeeld. De commissie gaf aan dat als gevolg van de aan te brengen binnenwanden en het aan te brengen systeemplafond, reversibele ingrepen, er geen monumentale waarden worden aangetast. Deze werkzaamheden zijn akkoord.

Het ingediende voorstel wat betreft reclame was niet akkoord. Het met een zwart getint folie beplakken van de beglazing is niet akkoord. Dit is in strijd met de hier geldende welstandscriteria, en dit tast het beeld van het Rijksmonument te sterk aan. Het tijdens de vergadering door de aanvrager getoonde nieuwe voorstel, bestaande uit signing op de deur en op de ruit en zonder het met een zwart getint folie beplakken van de beglazing, is goed denkbaar. 

Hierop is het plan aangepast. Uit de aangepaste stukken blijkt dat de signing rechtstreeks op de beglazing wordt aangebracht, en dat de beglazing niet met een zwart getint folie zal worden beplakt. In deze vorm is het plan akkoord. Mede gelet op het positieve advies van het vakteam Erfgoed is het plan akkoord. 

Positief

25.    Vriesestraat 150 BBP BS (DR) 

  • Omschrijving: het plaatsen van een markies en reclame 
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling 
  • Gebiedstype: Historische binnenstad 
  • Welstandsniveau: Intensief

Advies
Op 14 april 2025 heeft de commissie het plan beoordeeld. Op de plek waar nu een markies wordt aangevraagd, heeft eerder een markies gezeten. De markies is mede daarom voorstelbaar. Het op de markies aangebrachte logo leidt tot een mooi beeld. De markies is wat betreft de commissie akkoord, mits de kap wordt uitgevoerd in de kleur van het kozijn en mits de nu aanwezige vlaggen wordt verwijderd.

Het logo wordt op de markies op een andere manier toegepast dan elders. In verband daarmee geeft de commissie als aanbeveling mee om alleen de naam van restaurant op de markies te vermelden, of om alle tekst dezelfde letterafstand te geven.
De reclame op het glas lijkt niet ondenkbaar, maar is mogelijk groter dan op basis van de welstandscriteria is toegestaan. De commissie vraagt om na te gaan of dit past binnen de welstandscriteria. Het aanbrengen van verlichting is denkbaar, mits het gaat om ofwel 1 lamp boven de entree ofwel 2 lampen boven de ramen.

Het plan hierop aangepast. Uit de nieuwe impressie blijkt dat op de markies alleen de naam van het restaurant zal worden aangebracht. Uit een aan de aanvraag toegevoegde e-mail blijkt dat de afdekkappen van de markies in de kleur van de kozijnen zullen worden uitgevoerd (Ral 9010), en dat de nu aanwezige vlaggen inclusief de lamp (buitenverlichting) boven de entree verwijderd zullen worden. De afmetingen van de reclame-uitingen op het glas zijn niet aangepast. Conform de hier geldende welstandscriteria voor reclame mogen de naar de openbare weg gerichte ruiten voor maximaal 10 % van het oppervlak worden beplakt. Omdat de reclame-uiting bestaat uit open letters is het voldoende aannemelijk dat dit maximum niet wordt overschreden. 

Mede gelet op het advies van het vakteam Erfgoed is het plan akkoord en wordt positief geadviseerd. 

Positief

26.    Wieldrechtseweg 39

  • Omschrijving: Realisatie uitbreiding bestaande hallen 3 en 4 met hal 5
  • Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling
  • Gebiedstype: Ontwikkelgebieden
  • Welstandsniveau: Ontwikkeling
  • Beeldkwaliteitplan Zeehaven Dordrecht
  • Beeldkwaliteitsrichtlijnen Inland Seaport Dordrecht


Advies
Het plan betreft het realiseren van een uitbreiding van het bedrijfsgebouw. Conform de hier geldende beeldkwaliteitscriteria moet het kleur- en materiaalgebruik ‘low-on-color’ zijn, bijvoorbeeld een grijstint. De ingediende tekeningen geven een blauwe gevel aan; de exacte RAL-kleur hiervan is niet aangegeven. Uit de door de aanvrager met het Q team van het HBR gedeelde foto’s blijkt dat de gevels meer grijs-blauw zijn, en dat alleen de brandwerende wand in een blauwe kleur is uitgevoerd. Op tekening is aangegeven dat het kleur- en materiaalgebruik van de uitbreiding zal aansluiten op het kleur- en materiaalgebruik van de bestaande bebouwing. Dit is akkoord mits (voorwaarde) er wordt aangesloten bij de blauw-grijze bestaande gevels, waarbij de voorkeur gaat naar een RAL-kleur met een grijze boventoon.

Het toevoegen van gevelopeningen ten behoeve van meer natuurlijk daglicht wordt gestimuleerd en wordt als positief gezien. Mogelijk is dit (afhankelijk van de functie binnen de hal) nog uit te breiden. Het dak dient geschikt te zijn voor de plaatsing van eventuele (toekomstige) zonnecellen. Het wordt aanbevolen om bij onderhoud van de gevels van het bestaande pand, deze gevels ook in gevelbeplating met een grijze boventoon uit te voeren. Een helder bedrijfslogo of -naam op het bestaande pand (in het zicht vanaf de openbare straat, bijvoorbeeld in een hoek aan de Wieldrechtseweg) wordt aanbevolen ten behoeve van de herkenbaarheid. Bij eventueel vervanging of nieuw plaatsen van een hekwerk dient dit te voldoen aan de in de beeldkwaliteitscriteria vastgelegde standaard, en te worden uitgevoerd in antracietgrijs (RAL7016) ten behoeve van uniformiteit in de haven. 

Mede gelet op het advies van het Q team van het HBR is het plan onder de genoemde voorwaarde (kleur gevelbeplating) akkoord. 

Positief met voorwaarde

Kleine commissie ​​​​​​| Verslag 26 mei 2025

Locatie:           Stadskantoor, vergaderkamer 1

Aanwezig:       Dhr. J. Baijense, mevr. A. Riel, dhr. D. Smit (secretaris)

  1. Krommedijk 16

Omschrijving: het uitbouwen van de woning (onderwoning)
Vooroverleg, 1e behandeling

Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
Welstandsniveau: Regulier

Advies commissie
Het plan betreft een tweelaagse aanbouw aan de achterzijde van het pand. De vormgeving van de aanbouw is passend, evenals het kleur- en materiaalgebruik. De commissie geeft een aantal opmerkingen mee:

-het toepassen van een verticale rollaag past beter bij het karakter van de architectuur van de achtergevel. Achtergevels van panden met deze architectuur zijn veelal eenvoudiger / minder ‘rijk’ vormgegeven dan voorgevels. Dit maakt de uitvoering bovendien eenvoudiger.

-aandacht voor de hoogte van de borstwering ter plaatse van de verdieping, gelet op het gevelbeeld. Beter voorstelbaar is om de borstwering even hoog te maken als de gevel boven deze pui.

-in samenhang daarmee vraagt de commissie ten aanzien van de pui van de eerste verdieping (slaapkamer met glas van vloer tot plafond) aandacht voor het aspect privacy. Voorkomen moet worden dat dit in een later stadium alsnog provisorisch moet worden opgelost.

-aandacht voor de spuiventilatie op de verdieping (er is nu geen te openen raam getekend)

-het pand heeft de aanduiding ‘cultuurhistorische waarden’. De commissie vraagt om de invulling hiervan, de documentatie van de (bouw)historie van het pand, af te stemmen met het vakteam Erfgoed.

-de commissie onderschrijft het advies van de stedenbouwkundige, en vraagt om het plan goed af te stemmen met de eigenaren / bewoners van buurpanden.

De commissie adviseert positief op het vooroverleg. Een in lijn met het vooroverleg en de gemaakte opmerkingen verder uitgewerkt plan kan ambtelijk worden beoordeeld.

Positief

  1. Slangenburg 5

Omschrijving: het vervangen van een gaskoeler
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Woonerfwijken
Welstandsniveau: Regulier

Advies commissie
Op het desbetreffende dakvlak is al een vergelijkbare installatie aanwezig. De nieuwe installatie heeft een kleinere omvang dan de bestaande installatie. De verandering ten opzichte van de bestaande situatie is beperkt. De commissie adviseert positief, mits (voorwaarde) de installatie wordt uitgevoerd in de middengrijze kleur RAL 7044 en er zodoende sprake is van een voldoende terughoudende kleurstelling.

Positief met voorwaarde

  1. Azobé 154

Omschrijving: Gevelwijziging voorzijde, verwijdering raam zijkant
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Woonwijken na 1990
Welstandsniveau: Regulier

Advies commissie
Het plan betreft de wijziging van de naar openbaar gebied gekeerde gevels van de  oorspronkelijke aanbouw. Een welstandscriterium is dat als gevolg van een gevelwijziging het bestaande gevel- en straatbeeld niet moet worden verstoord.

Het plan is in de nu voorgelegde vorm niet akkoord. Het plan is een te grote aantasting van de bestaande architectuur van de woning en van het bestaande straat- en bebouwingsbeeld van de buurt (samenhangen van het gevel- en straatbeeld). Een nieuwe situatie die vergelijkbaar is met het bestaande beeld is denkbaar. De commissie vraagt het plan hierop aan te passen.

De commissie geeft hierbij een aantal zaken mee. Wanneer bouwfysische problemen de achtergrond zijn van het plan, geeft de commissie mee dat dit ook anders kan worden opgelost. Wanneer het isoleren van de wand  de achtergrond is van het plan, dan kan de isolatie ook aan de binnenzijde van de bestaande gemetselde muur worden aangebracht.

De commissie houdt het plan aan.

Aanhouden

  1. Nieuwstraat 44 RM BS (WM)

Omschrijving: reclame
Legalisatie-onderzoek, 1e behandeling

Gebiedstype: Historische binnenstad
Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht de situatie toe. Het is verboden om een Rijksmonument te wijzigen zonder vergunning, en het is verboden om in beschermd stadsgezicht  reclame te wijzigen/aan te brengen zonder vergunning. De aangebrachte reclame moet voldoen aan de criteria in de welstandnota. De reclamecriteria voor de binnenstad richten zich op de (historische) winkelstraten, zoals de Voorstraat, Vriesestraat en Grote Spuistraat. In andere straten is meer bescheiden reclame toegestaan. Er kunnen altijd nadere eisen worden gesteld bij een karakteristieke en/of historische omgeving. Zo geldt voor de gestelde maximale maten dat deze niet overal automatisch worden toegestaan. Voorop staat dat reclame ondergeschikt moet zijn aan het (historische) pand en de omgeving. Aan panden met het uiterlijk van een winkel wordt uitsluitend toegestaan: één reclame die vlak tegen de gevel is geplaatst en één, maximaal twee, uithangbord(en) of lichtbak(ken) loodrecht op de gevel.

Het pand is een Rijksmonument en staat op een prominente plek aan het Statenplein. De gevelwand aan het Statenplein bestaat uit historische gevels. De panden in dit rijtje hebben een mix van functies zoals kapper, horeca, winkel en wonen. Meerdere panden in de rij hebben een markies.

De aangebrachte reclame betreft een plaat (met lichtuitstraling van de letters?) die op de gevel, over het gevelvlak en over een raam- en deurkozijn, is aangebracht. Dit is niet passend voor het monument. Daarnaast is er haaks op de gevel een uithanglichtbak aangebracht. Een uithangbord is denkbaar, wanneer dit maximaal 80x80cm. groot is. De reclame ter plaatse van de dichtgezette bovenramen geeft in combinatie met de plaat met letters een onrustig beeld. Het dichtzetten van vensters is niet akkoord.

In de huidige vorm zijn de reclame-uitingen niet goed denkbaar. Een naamsaanduiding boven de deur binnen het kozijn/bovenraam is wel denkbaar, eventueel in combinatie met een uithangbord.  Een en ander moet voldoen aan de welstandscriteria en het totaalbeeld moet goed inzichtelijk worden gemaakt.

Advies commissie
Het legalisatie-onderzoek betreft de reclame op een in Rijksbeschermd stadsgezicht gelegen Rijksmonument. De commissie stelt vast dat de reclame niet is vergund en dat er in de huidige situatie sprake is van een overdaad aan reclame die een aantasting zijn van het Rijksmonument. De reclame-uitingen voldoen niet aan de hier geldende welstandscriteria voor reclame. Daarnaast is het dichtzetten van vensters niet denkbaar. De reclame strekt zich uit over meerder meerdere bovenlichten van vensters en enkele tussenliggende penanten. De reclame houdt hierdoor geen rekening met de gevelindeling die typerend is voor dit monument, en doet afbreuk aan de monumentwaarde van de gevel. De reclame-uitingen zijn in de huidige vorm niet legaliseerbaar.

Het hier op een passende wijze aanbrengen van reclame-uitingen is evenwel voorstelbaar. Als oplossingsrichting wordt meegegeven dat het aanbrengen van reclame-uitingen conform de welstandscriteria goed denkbaar is. Van belang is dat het ontwerp van reclame-uitingen rekening houdt met de bestaande architectuur / gevelindeling, en dat reclame-uitingen binnen de gevelopeningen blijven (niet over de gevel en gevelopeningen heen). Voorstelbaar is bijvoorbeeld een reclame-uiting boven de deur, die binnen de gevelopening blijft. Een uithangbord is daarnaast eveneens denkbaar.

Niet legaliseerbaar, met oplossingsrichting

  1. Rijksstraatweg 68 GM (DR)

Omschrijving: vernieuwen daken aangebouwde schuren
Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling

Gebiedstype: Historische linten en kernen
Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan het vernieuwen van de dakbedekking betreft van de twee schuren die aan de achterzijde grenzen aan het woonhuisgedeelte. Naar aanleiding van het eerdere advies van de commissie is het plan gewijzigd.

Aangegeven wordt dat de isolerende dakplaten, door het laten vervallen van de onderliggende rachels en sporen, rechtstreeks op de gordingen zullen worden aangebracht waardoor deze vanaf de buitenzijde gezien verdiept aangebracht zullen worden. Hierdoor zal de detaillering van de dakranden ongewijzigd blijven. De kleurstelling van de toe te passen geïsoleerde dakplaten is aangepast naar donker grijs (RAL 7016) zoals eerder geadviseerd.   

Het vakteam geeft aan dat deze aanpassing/oplossing bij de lagere schuur voorstelbaar is, omdat deze schuur niet tot gemeentelijk monument is benoemd. De grote schuur maakt onderdeel uit van het gemeentelijke monument. Het verwijderen/laten vervallen van de sporen, rachels en de nok- en hoekkepervorsten tast de monumentale waarde en detaillering van de grote schuur ernstig aan. Dit is niet akkoord. Geadviseerd wordt om een beter passend alternatief voor te stellen, zodat er geen detailwijzingen en/of afwerkingen worden aangetast. 

Advies commissie
De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. De commissie heeft op 28 april 2025 aangegeven dat het vervangen van de bestaande asbesthoudende dakbeplating van beide schuren op zichzelf beschouwd denkbaar is.

Het vervangen van de dakbeplating op de lagere schuur op de nu voorgestelde wijze is akkoord. De nieuwe dakbeplating benadert (het beeld van) de bestaande dakbeplating qua kleur en type.

Het vervangen van de dakbeplating op de hogere schuur, aangrenzend aan het woongedeelte, is op de voorgestelde wijze niet akkoord gelet op de aantasting van monumentale waarden die dit tot gevolg heeft. Het verwijderen/laten vervallen van de sporen, rachels en de nok- en hoekkepervorsten tast de monumentale waarde en detaillering van de grote schuur ernstig aan, en is niet akkoord. Geadviseerd wordt om een beter passend alternatief voor te stellen, zodat er geen detailwijzingen en/of afwerkingen ernstig worden aangetast. Daarnaast merkt de commissie op dat als gevolg van het voorgestelde gootdetail, de deuren van de schuur niet meer kunnen worden geopend. De commissie vraagt om ook vanuit de praktische bruikbaarheid nog eens naar de gootdetaillering te kijken. Wellicht is eenvoudige mastgoot hier beter denkbaar.

De commissie vraagt om het plan op de genoemde punten aan te passen, en houdt het plan aan.

Aanhouden

  1. Voorstraat 316 RM (DR)

Omschrijving: wijziging indeling begane grond en reclame-uiting
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Historische Binnenstad
Welstandsniveau: Intensief

Een erfgoedadviseur licht toe dat het plan wijzigen van de indeling van de begane grond betreft, en het aanbrengen van reclame-uitingen aan de voorzijde van het pand.

Als gevolg van de aan te brengen binnenwanden en het aan te brengen systeemplafond worden geen monumentale onderdelen aangetast. Deze werkzaamheden zijn wat betreft het vakteam voorstelbaar. In het kader van het aanbrengen van reclame-uitingen aan de voorzijde van het pand wordt ook voorgesteld om de beglazing te beplakken met een zwart getint folie. Dit is in strijd met de hier geldende welstandscriteria. Daarnaast tast het beplakken van de beglazing het beeld / de uitstraling ook te sterk aan. De voorgestelde belettering past op zichzelf beschouwd (dus zonder deze folie) binnen de welstandscriteria. Concluderend is het voorliggende plan wat betreft het vakteam denkbaar wanneer de beglazing niet met een zwart getinte folie wordt beplakt.

De aanvrager heeft de vergadering bijgewoond, en toont tijdens de vergadering een aangepast voorstel wat betreft de reclame. Dit voorstel gaat uit van belettering, zonder de beglazing met een zwart getint folie te beplakken.

Advies commissie
De commissie onderschrijft het advies van het vakteam Erfgoed. Als gevolg van de aan te brengen binnenwanden en het aan te brengen systeemplafond, reversibele ingrepen, worden geen monumentale waarden aangetast. Deze werkzaamheden zijn akkoord.

Het ingediende voorstel wat betreft reclame is niet akkoord. Het met een zwart getint folie beplakken van de beglazing is niet akkoord. Dit is in strijd met de hier geldende welstandscriteria, en dit tast het beeld van het Rijksmonument te sterk aan. Het tijdens de vergadering door de aanvrager getoonde nieuwe voorstel, bestaande uit signing op de deur en op de ruit en zonder het met een zwart getint folie beplakken van de beglazing, is goed denkbaar. Een hierop aangepast plan kan ambtelijk worden beoordeeld. De commissie houdt het plan aan.

Aanhouden

  1. Arentsburg 63

Omschrijving: Het realiseren van een uitbouw van het dak
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Woonerven
Welstandsniveau: Regulier

Advies
Voorgesteld wordt het schuine dakvlak aan de voorzijde door middel van een dakopbouw recht te trekken. Dakopbouwen met een vergelijkbare massa en opzet zijn eerder bij dit type woning (zelfde architectuur) in deze buurt gerealiseerd, zoals bijv. nr. 62 (advies in verslag d.d. 08-11-2021). Op hoofdlijnen is het plan denkbaar.

Kenmerkend voor de bestaande architectuur is de hoofdopzet met gemetselde schijven, met daartussen bandramen en gevelbetimmering. Hier sluit het plan nog onvoldoende bij aan. Gevraagd wordt om het plan aan te laten sluiten bij de karakteristieken van de bestaande architectuur. Het plan wordt aangehouden.

 

Aanhouden

  1. Azobé 154

Omschrijving: Gevelwijziging voorzijde, verwijdering raam zijkant
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Woonwijken na 1990
Welstandsniveau: Regulier

Niet beoordeeld

  1. Balistraat 30

Omschrijving: Het plaatsen van een enkelzijdige nokverhoging
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: 19e- eeuws stedelijk weefsel
Welstandsniveau: Regulier

Niet beoordeeld

  1. Boris Pasternak-erf 226

Omschrijving: Het plaatsen van een dakopbouw
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Woonerfwijken
Welstandsniveau: Regulier

Advies
Op 10 juni 2024 heeft de commissie het vooroverleg beoordeeld ten aanzien van de opbouw en uitbreiding dakopbouw op de adressen Boris Pasternak-erf 226 en 228. Voorgesteld werd om, ten opzichte van de huidige dakopbouwen op dit blok, de voorgevel van de dakopbouw meer naar voren te plaatsen. De commissie stelde vast dat het oorspronkelijke ontwerp van de woningen in deze buurt al een bepaalde mate van onderlinge variatie heeft. Mede gelet daarop gaf de commissie aan dat het plan op hoofdlijnen denkbaar is.

De commissie gaf aan dat de voorgestelde uitvoering van de dakopbouw, met een rechte gevel aan de voorzijde, denkbaar is mits (voorwaarde) de gevel van de dakopbouw aan de voorzijde tenminste 1,0 meter wordt teruggelegd ten opzichte van de voorgevel. Tevens gaf de commissie aan dat de nu voorgestelde uitvoering van de dakopbouw zal gelden als het op dit blok na te volgen precedent, en dat een met horizontale delen uitgevoerde gevel is denkbaar.

De nu ter beoordeling voorliggende aanvraag voor nummer 226 is een verdere uitwerking van het vooroverleg. De uitwerking is in lijn met het vooroverleg. Aan de door de commissie gestelde voorwaarde wordt voldaan: de dakopbouw ligt 1,0 meter terug ten opzichte van de voorgevel van de woning. Het plan is akkoord, er wordt positief geadviseerd.

Positief

  1. Cirkel 44

Omschrijving: het plaatsen van een dakkapel
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Woonerfwijken
Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het plan voor het plaatsen van de dakkapel aan de voorzijde van de woning voldoet aan de welstandcriteria. Het plan is daarom akkoord.

Positief

  1. Couperusstraat 19

Omschrijving: dubbellaagse uitbreiding achterzijde woningAanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling

Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
Welstandsniveau: Regulier

Niet beoordeeld

  1. Couperusstraat 19

Omschrijving: Het vergroten van de woning over 2 verdiepingen aan de achterzijde van de woning
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
Welstandsniveau: Regulier

Niet beoordeeld

  1. Driemorgen 19

Omschrijving: Dakkapel aan de voorzijde van de woning
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Stedelijke groengebieden
Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het plaatsen van de dakkapel aan de voorzijde van de woning, conform het hier geldende precedent, is goed voorstelbaar. De aanvraag kan echter nog niet worden beoordeeld omdat het tekenwerk onderling niet overeenkomt (aanvraag is niet ontvankelijk). Zo komen de (detail)tekeningen niet overeen met de geveltekeningen. Daarnaast ontbreken de plattegronden bestaand en nieuw. Gevraagd wordt het plan hierop aan te vullen en aan te passen. Het plan wordt aangehouden.

Aanhouden
​​​

  1. Dubbelsteynlaan West 31 GM (SH)

Omschrijving: Realiseren aanbouw

Architect: Muller Ontwerp & Advies
Aanvraag omgevingsvergunning, 2e behandeling (eerder behandeld als vooroverleg)

Gebiedstype: Historische linten en kernen
Welstandsniveau: Intensief

Advies
Op 28 april heeft de commissie het plan beoordeeld. De commissie gaf aan op hoofdlijnen positief te zijn over het plan. Op detailniveau moest het plan nog worden uitgewerkt om een definitief advies uit te kunnen brengen. Ter aanvulling / onderstreping van de in de plananalyse van het vakteam Erfgoed genoemde zaken, maakte de commissie de volgende opmerkingen:

-de commissie benadrukt het belang van een goede aansluiting op de segmentboog

- de witte houten omranding in de voorgevel / het witte boeideel accent aan de voorzijde overtuigt de commissie niet. Zowel in architectonisch opzicht als gelet op de ondergeschiktheid van de aanbouw ten opzichte van het monument, vraagt de commissie om deze witte houten omranding in de voorgevel / het witte boeideel geheel weg te laten. Het plan zal daardoor aan (zeggings)kracht winnen.

-achtergevel nieuwbouw: de gevel-/kozijnindeling is nu onregelmatig. De commissie vraagt om hier meer ordening en regelmaat in aan te brengen. De stapeldorpel lijkt niet goed getekend

-het toepassen van zichtbare ventilatieroosters is niet akkoord. De commissie vraagt om deze 'weg te detailleren'

-het bestaande glas in lood heeft geen historische waarde, en het huidige voorstel overtuigt de commissie nog niet. Denkbaar is om aan de onderzijde van het venster helder glas toe te passen, en aan de bovenzijde glas-in-lood (kopie/reconstructie van het glas-in-lood zoals bij het buurpand).

De commissie vroeg om het plan op de genoemde punten aan te passen / aan te vullen, en gaf aan dat een hierop aangepast / aangevuld plan ambtelijk kon worden beoordeeld. Naar aanleiding van het advies van de commissie is het plan aangepast.

Het detail ter plaatse van de segmentboog (detail 3) is uitgewerkt, en wel zodanig dat de segmentboog zichtbaar blijft. Dit is weliswaar beperkt, maar gezien de beperkte mogelijkheden is dit akkoord.  Bovendien gaat het hier om een segmentboog, en deze blijft waarneembaar. Ook is het positief dat de gevel niet geschilderd wordt, maar het schoonmetselwerk zichtbaar blijft.

Het boeiboord ter plaatse van de voorgevel van de aanbouw is komen te vervallen. Hierdoor is de aanbouw meer ondergeschikt geworden aan het monument. De aanbouw kan nu worden gelezen als een eenvoudig, homogeen vormgegeven volume tussen het monument en de (historische) berging. Het plan heeft hierdoor aan (zeggings)kracht gewonnen. Dit is akkoord.

De indeling van de pui in de nieuwe aanbouw is aangepast en bestaat nu uit 6 gelijke delen, met in het midden een invulling van een dubbele deur en eenzijdig een enkele deur. Er wordt geen stapeldorpel toegepast. Uit de toelichting blijkt dat nu wordt voorgesteld om stalen kozijnen toe te passen. Dat is passend en kan zorgen voor een slankere kozijnprofilering. Dit is akkoord.

De zichtbare ventilatieroosters in de achtergevel zijn komen te vervallen en worden weg-gedetailleerd achter de gevelbekleding. Het vervangen van de beglazing in de voorgevel is komen vervallen. Dit is akkoord.

Concluderend is er op een goede manier invulling gegeven aan de door de commissie in het advies van 28 april 2025 genoemde punten. Mede gelet op het advies van het vakteam Erfgoed is het plan akkoord.

Positief

  1. Frans Naereboutstraat 2

Omschrijving: het realiseren van een poort aan het zijerf / groenstrook
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Wederopbouw - Stempelwijken
Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het plan is op hoofdlijnen denkbaar. Uit de stukken kan echter de uitvoering van de te maken poort (kleur- en materiaalgebruik, aansluiting op de tuinmuur, detaillering) niet worden afgeleid. Gevraagd wordt het plan hierop aan te vullen. Het plan wordt aangehouden. Voorstelbaar is om het uiterlijk van de poort aan te laten sluiten op het kleur- en materiaalgebruik en de detaillering van het hekwerk.

Aanhouden

  1. Hendrikstraat 54

Omschrijving: Het vervangen van een dakkapel
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: 19e -eeuws stedelijk weefsel
Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het voorgestelde plan gaat om het vervangen van de bestaande dakkapel door een identieke dakkapel. Het plan voldoet niet aan de criteria, maar de vervanging is identiek aan de eerder geplaatste en om die reden akkoord. 

Positief

  1. Johanna Naber-erf 528

Omschrijving: het plaatsen van een dakkapel
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Woonerfwijken
Welstandsniveau: Regulier

Advies
Op dit rijtje zijn er identiek geplaatste dakkapellen aanwezig. De aanvraag is identiek aan de dakkapellen van de buren en zorgt voor een harmonie in het straatbeeld. Het plan is identiek aan de eerder geplaatste dakkapellen en is daarom akkoord.

Positief

  1. Merwedestraat 43

Omschrijving: het realiseren van een trapsparing op de tweede verdieping en een dakraam op de zolder
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: 19e-eeuws stedelijk weefsel
Welstandsniveau: Regulier

Advies
De wijziging ten opzichte van de bestaande situatie betreft het toevoegen van een dakraam ter plaatse van het achterdakvlak. Vanuit de openbare ruimte is deze wijziging niet of nauwelijks zichtbaar. Het plan is akkoord.

Positief

  1. Minnaertweg 77

Omschrijving: Het plaatsen van een dakkapel
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
Welstandsniveau: Regulier

Advies
Het plaatsen van de dakkapel aan de voorzijde van de woning is voorstelbaar. De aanvraag voldoet aan de welstandscriteria.

Positief

  1. Noordendijk 699

Omschrijving: reclame
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Industriegebieden en bedrijfsterreinen
Welstandsniveau: Regulier

Advies
De totale oppervlakte van de reclame dient in verhouding te staan tot de schaal en maat van de gevel waarop de reclame is aangebracht. De reclame-uiting is qua omvang vergelijkbaar met eerder op dit pand aanwezige reclame-uitingen. Omdat het omgeving betreft waar bedrijven en wonen gemengd voorkomen, geldt dat de verlichting tenminste tussen 22:00 uur en 06:00 uur uitgeschakeld moeten zijn. Dit wordt als voorwaarde aan het positieve advies verbonden.

Positief met voorwaarde

  1. Pijnenburg 5

Omschrijving: het uitbreiden van een schuine opbouw op de 2e verdieping van de woning
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Woonerfwijken
Welstandsniveau: Regulier

Advies
Voorgesteld wordt het schuine dakvlak aan de voorzijde door middel van een dakopbouw recht te trekken. Dakopbouwen met een vergelijkbare massa en opzet zijn eerder bij dit type woning (zelfde architectuur) in deze buurt gerealiseerd, zoals bijv. nr. 62 (advies in verslag d.d. 08-11-2021). Op hoofdlijnen is het plan denkbaar.

Kenmerkend voor de bestaande architectuur is de hoofdopzet met gemetselde schijven, met daartussen bandramen en gevelbetimmering. Hier sluit het plan nog onvoldoende bij aan. Gevraagd wordt om het plan aan te laten sluiten bij de karakteristieken van de bestaande architectuur. Het plan wordt aangehouden.

Aanhouden

  1. Plutolaan 6
    ​​​Omschrijving: het plaatsen van een dakkapel
    Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Wederopbouw - Stratenwijken
Welstandsniveau: Regulier

Advies
De dakkapel voldoet op hoofdlijnen aan de welstandscriteria voor dakkapellen, met uitzondering van de maximale breedte. De breedte van een dakkapel mag maximaal 50 % van de breedte van het dakvlak bedragen. Gevraagd wordt het plan hierop aan te passen. Het plan wordt aangehouden.

Aanhouden

24. Slangenburg 5
Omschrijving: reclame
Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Woonerfwijken
Welstandsniveau: Regulier

Advies
De voorgestelde reclame-uitingen zijn op hoofdlijnen voorstelbaar. Grotendeels betreft het plan het vervangen van de reclame-uitingen van de voorheen hier gevestigde supermarkt. Reclame moet voldoen aan de welstandscriteria voor reclame.

Reclame moet ondergeschikt zijn aan de omgeving of het gebouw waarop het is aangebracht. De totale oppervlakte van de reclame dient in verhouding te staan tot de schaal en maat van de gevel waarop de reclame is aangebracht. Hierbij moet op winkelpanden worden gedacht aan maximaal 8% van het geveloppervlak. Herhaling van een reclame-uiting aan één gevel, bijvoorbeeld meer dan twee maal dezelfde tekst, is niet toegestaan. In omgevingen waar winkels, bedrijven en wonen gemengd voorkomen, geldt dat lichtreclames met verlichting tenminste tussen 22:00 uur en 06:00 uur uitgeschakeld moeten zijn. Bij individuele reclamevoorzieningen zijn digitale schermen niet toegestaan. Reclame mag in principe niet op het dak worden geplaatst.

Van de voorgestelde reclame-uitingen zijn de hierna genoemde reclame-uitingen op de noordgevel en op het dakvlak niet akkoord:

-noordgevel, bord tussen as K en L

-noordgevel, bord tussen as Q en R

-noordgevel: bij individuele reclamevoorzieningen zijn digitale schermen niet toegestaan.

-dakvlak, naam en logo

Gevraagd wordt het plan hierop aan te passen. Het plan wordt aangehouden.

Aanhouden

  1. Van Blanckenburgstraat 54
    ​​​​​Omschrijving: het verwijderen van bestaande dakkapel en plaatsen van nieuwe dakkapel

Aanvraag omgevingsvergunning, 1e behandeling

Gebiedstype: Tuinwijken
Welstandsniveau: Regulier

Advies
De dakkapel voldoet niet aan de welstandscriteria wat betreft de maximale breedte en de maximale hoogte. Tevens voldoet het plan niet aan het criterium dat glas de boventoon moet voeren in het voorvlak van de dakkapel. Gevraagd wordt het plan hierop aan te passen. Het vervangen van de bestaande dakkapel door een vergelijkbare dakkapel is goed denkbaar (oplossingsrichting). Het plan wordt aangehouden.

Aanhouden